BOEK★★★½☆
In ‘Het concentratiekamp in de Paradijsstraat’ beschrijft de Oekraïner Aseyev zijn harde ervaringen in de Russische cel
Voor twee aanhalingstekens werd de Oekraïense schrijver en journalist Stanislav Aseyev veroordeeld tot vijf jaar cel. Hij had ze in zijn artikelen rond ‘de Volksrepubliek Donetsk’ gezet, die destijds zelfs door Rusland nog niet werd erkend. Hij kwam in een voormalige fabriek van isolatiematerialen terecht, dat sinds 2014 een strafkamp is met als bijnaam ‘het Dachau van Donetsk’.
In korte hoofdstukken beschrijft Aseyev zijn ervaringen in die hel, waar hij 28 maanden heeft gevangengezeten. Het geschreeuw van gemartelden, terwijl de andere gevangenen Sovjetliederen moeten zingen. De continue alertheid, omdat op ieder moment een bewaker kan binnenkomen en camera’s alles registreren. De enige manier om te overleven, is je afsluiten voor het gekerm, beseft Aseyev.
Hoe mens te blijven bij zoveel onmenselijkheid? Voor Aseyev was humor onontbeerlijk. Donkere humor, die de gevangenen verbond en hen een beetje onkwetsbaar maakte. Bovendien gaf de gedachte aan zelfmoord als uitweg de schrijver een gevoel van vrijheid, van zelfbeschikkingsrecht. Aan die gedachte en aan het schrijven ontleent hij kracht. ‘Kom er levend uit en breng je verhaal naar buiten, dan neem je ze pas goed te grazen,’ zegt een medegevangene. Dat heeft Aseyev gedaan.
MEER BOEKEN VAN DE WEEK: