BOEK★★★☆☆
Jonathan Coe schreef met ‘Bournville’ een minder fonkelende en meeslepende roman dan zijn eerdere werk
Zijn nieuwe roman ‘Bournville’ is een klassieke Jonathan Coe: een licht satirisch familie-epos dat wordt afgezet tegen de sociopolitieke geschiedenis van het 21ste-eeuwse Groot-Brittannië. Centrale figuur van het verhaal is de clevere Mary Lamb, die Coe in sterke mate baseerde op zijn moeder – Janet Coe stierf tijdens de coronalockdown, alleen en zonder pijnbestrijding. In 1945 viert de 11-jarige Mary Bevrijdingsdag met haar ouders; aan het einde van de roman gaat ze als 86-jarige grootmoeder de coronacrisis in. Terwijl ze drie zonen grootbrengt, ziet ze het Groot-Brittannië uit haar jeugd veranderen. Coe’s veertiende roman houdt voortdurend de belofte van een grootse vertelling in. Het verhaal frist je geheugen op (de episode over Lady Di’s dood) en brengt je verrassende historische feiten bij (over de Brits-Europese chocoladeoorlog bijvoorbeeld). De auteur switcht van vertelperspectief en van verteltijd, experimenteert met verschillende tekstgenres en varieert in toon: naarmate de roman vordert, slaat de nostalgische naoorlogse sfeer om in boosheid om het coronabeleid. Maar ‘Bournville’ is niet zo meeslepend en fonkelend als ‘De Rotters Club’ of ‘Het moordende testament’. Zijn schoolmeesterachtige toontje in de historische beschrijvingen stoort meer dan eens, net als de vlakke schrijfstijl en de weinig uitgewerkte personages.
MEER BOEKEN VAN DE WEEK: