BOEK★★☆☆☆
Kyrian Esser schreef met ‘Dans, Panfilo, dans’ een pronkzuchtig, maar nog onvoldragen debuut
Dat Kyrian Esser acteur en toneelschrijver is, kun je aflezen aan de structuur van ‘Dans, Panfilo, dans’. De debuutroman van de Nederlander bestaat uit drie akten en wordt gevolgd door een naspel: precies de indeling van een klassiek theaterstuk. Tijdens ontmoetingen op verschillende plekken in Europa groeit de aantrekkingskracht tussen Wouter en Tobias, twee jonge mannen, zonder dat ze eraan toegeven – of voelen ze die spanning zelf niet?
Wouter zoekt en wacht af, Tobias lijkt de wereld beter te begrijpen. Later wordt duidelijk dat Wouter en Tobias in feite twee karaktereigenschappen van één persoon belichamen. Die vondst wordt uitgebreid naar de verteller, want is die ook niet een personage dat zich ontdubbelt in de twee kerels?
Bewust gezochte verwarring is het resultaat. Veel narratieve handigheidjes, veel slimmigheid, veel denkwerk – maar die kunnen niet verhullen dat het de roman aan een verhaal ontbreekt. Voor zover dat er is, komt het tot ontwikkeling in de tweede en derde akte, maar om daar te raken moet de lezer zich eerst door de eerste akte zien te worstelen, die bol staat van bombast en pathetiek. Een ‘wervelend, Walseriaans portret’, zoals de uitgever zegt? Eerder een pronkzuchtig, maar nog onvoldragen debuut.
MEER BOEKEN VAN DE WEEK: