BOEK★★★★½
Maddie Mortimer maakt indruk met de ragfijn geschetste pysche van de personages
Het debuut van Maddie Mortimer herinnert aan ‘Verdriet is het ding met veren’, de rouwnovelle van Max Porter over een gezin in tijden van ziekte en dood, deels opgebouwd uit geheugenflarden en gedichten. Bij Porter is de symbolische Kraai één van de vertellers, bij Mortimer neemt een mysterieus ‘Ik, inktig irritant denkding’ het woord – een zich gestaag uitzaaiende tumor?
In het volgende hoofdstuk krijgt Lia, een illustratrice van in de 40, te horen dat de kanker terug is in haar lijf. De relatie met haar 12-jarige dochter Iris vormt het emotionele hart van het boek, maar er speelt veel meer in de bijna vijfhonderd pagina’s. Er is de steun van echtgenoot Harry, en de hoop op een levensreddende chemokuur, belichaamd door het personage Rood. En terwijl de tumor voortwoekert, komen we meer te weten over Lia’s verleden. Ze groeide op in een streng christelijk pastoorsgezin, dat de dakloze jongen Matthew opving. Met hem kreeg ze zeer jong een seksuele relatie – niet het laatste geheim dat ze onthult.
Mortimer leeft zich uit in typografische kunstgrepen, mengt proza met poëzie, laat de ik-stem zich verstrengelen met die van Lia. Nog meer indruk maakt ze met de ragfijne geschetste psyche van Lia en Iris: aangrijpend en vreemd opbeurend tegelijk.
MEER BOEKEN VAN DE WEEK: