BOEK★★★★☆
Met ‘Shy’ van Max Porter is een boeiende leeservaring gegarandeerd, met dialogen die overlopen in innerlijke monologen en omgekeerd
Max Porter heeft stilaan alle vakjes in de boekenwereld afgevinkt. Hij startte als boekverkoper, en nog een goede ook, want hij werd in 2009 bekroond met de Young Bookseller of the Year Award. Daarna werd hij uitgeefdirecteur, en sinds enkele jaren is hij voltijds schrijver. Na zijn debuutroman ‘Verdriet is het ding met veren’ rees zijn ster pijlsnel. In 2017 ontving hij de Europese Literatuurprijs, specifiek voor de Nederlandse vertaling van zijn debuut. Met zijn tweede roman ‘Lanny’ (2019) bevestigde hij dat hij een schrijver is die taal- en literatuurliefhebbers wel lusten. Twee jaar geleden bracht hij ‘De dood van Francis Bacon’ uit, een fictierelaas over de laatste dagen uit het leven van de Iers-Britse schilder. Dat boek was hermetischer, maar Porters nieuwe roman ‘Shy’ sluit, gelukkig voor de modale lezer, weer aan bij zijn eerste romans.
Max Porter tast in al zijn boeken de grenzen af van wat een roman kan zijn. Net als in ‘Verdriet is het ding met veren’ en ‘Lanny’ speelt Porter in ‘Shy’ opnieuw met de bladspiegel: het grootste deel van het verhaal is links uitgelijnd. Die tekst geeft het standpunt weer van de tiener Shy, de protagonist naar wie het boek is genoemd. Andere stemmen komen aan het woord via inspringende en soms rechts uitgelijnde alinea’s. Zo frivool als in ‘Lanny’, waar de woorden en tekstflarden over het blad dansten, wordt het in zijn nieuwe worp niet, al gebruikt Porter net als in zijn tweede roman diverse lettertypes voor verschillende invalshoeken. Ook in ‘Shy’ is een boeiende leeservaring gegarandeerd, met dialogen die overlopen in innerlijke monologen en omgekeerd.
Qua gevoel en thema ligt ‘Shy’ in het verlengde van Porters vorige romans: ook dit boek is intiem en zit vol tegenstrijdige emoties. Ook nu is er maar een beperkt aantal personages: behalve Shy en zijn moeder en stiefvader zijn er alleen enkele therapeuten, leerkrachten en leeftijdgenoten. De belangrijkste verhaallijn speelt zich af op het terrein van de Laatste Kans School. Dat is de instelling waar Shy door zijn radeloze moeder is geplaatst nadat hij zich in baldadigheden en kleine criminaliteit had verloren, en ze niet meer wist wat met hem aan te vangen.
Op een nacht besluit hij te ontsnappen met een rugzak vol zware stenen. Langzaam zoekt hij zich een weg naar de vrijheid die hij in de buitenwereld denkt te vinden. Ondertussen komen fragmenten uit zijn verleden voorbij: gesprekken met zijn moeder en stiefvader, met leerkrachten, met vrienden. Shy is op zich geen slechte jongen, wel een tiener die in de knoop ligt met zichzelf en de wereld, geen uitlaatklep vindt voor zijn energie en makkelijk te beïnvloeden is. Een typisch Porter-personage, want in het universum van de auteur bestaat er geen egaal zwart of helder wit, zijn personages zijn zwart en wit tegelijk. Shy is slecht én goed, onuitstaanbaar én behulpzaam. Een tiener die zich heel volwassen voordoet, veel wil en veel denkt te kunnen, maar uiteindelijk wegzakt in de vijver bij de Laatste Kans. Tegen zonsopgang keert hij terug naar de instelling, maar dat verloopt niet zonder slag of stoot.
In ‘Shy’ vertelt Porter met relatief weinig middelen een rijk verhaal, dat de sfeer van de nineties prima weergeeft. Naar goede gewoonte heeft hij ook in dit verhaal bovennatuurlijke elementen verwerkt voor een vleug spanning en mysterie. Voorts zit het tjokvol details die pas na een tweede of derde lezing meer betekenis krijgen. Met ‘Shy’ bevestigt hij wat fans al wisten: er is geen tweede Max Porter.
MEER BOEKEN VAN DE WEEK: