‘We weten nu waar we moeten zijn en waar we moeten afblijven’  Beeld Thomas Legreve/Humo
‘We weten nu waar we moeten zijn en waar we moeten afblijven’Beeld Thomas Legreve/Humo

liefde en lust op leeftijd

‘Vroeger was dat voorbij in een kwartiertje. Nu liggen we urenlang te flodderen’

Hoe groot is de kans dat je nog seks hebt na je 75ste? Uit onderzoek van de Universiteit Luik en Universiteit Gent geeft bijna een derde van de 75-plussers aan nog seksueel actief te zijn, bericht De Standaard. Op vurige vunzigheden staat duidelijk geen leeftijd. Dat ondervond ook Onze Vrouw op bezoek in het Brusselse dienstencentrum Het Anker. Tien jaar geleden spraken enkele krasse knarren met blozende kaken daar over hun liefdes- en seksleven. ‘We plannen dat echt. Gewoonlijk doen we het op zondagmiddag als het slecht weer is.’

Hanne Van Tendeloo

In het Brusselse dienstencentrum Het Anker is dinsdag gereserveerd voor 65-plus: elke week komen hier een vijftiental ouderen lunchen, gevolgd door een activiteit. Deze week is dat een officieus bezoek van minister Brigitte Grouwels, volgende week: ‘Blankenberge, here we come!’ Wanneer de koffie op tafel komt en ik de reden van mijn aanwezigheid luid en duidelijk articulerend heb meegedeeld – ‘Kunnen we het eens hebben over relaties en seks?’ – kruipt begeleidster Kristien achter de draaitafel voor een gepast achtergronddeuntje.

‘Sea, Sex and Sun’ van Serge Gainsbourg wordt op goedkeurend hoofdwiegen onthaald. Daarna schalt Lilly Allen door de boxen: ‘Fuck you, fuck you very very mu-hu-hu-hu-huch...’ Met een snelheid die je niet meteen associeert met de jaren op hun teller, schuiven Mia en Linda de stoelen aan de kant: de armen gaan in de lucht, de sjaaltjes worden losgeknoopt en de kunstheupen krijgen het zwaar te verduren. Het f-woord stoort de dames niet in het minst. Ik waag me op de dansvloer.

Over de liefde wil Mia (92) wel praten, want ze mist haar Bill nog elke dag. Hij was een Britse tommy, die ze had leren kennen na de bevrijding. Achtenvijftig jaar lang waren ze gelukkig getrouwd, tot Mia hem op een ochtend niet naast haar in bed aantrof, maar beneden in z’n zetel, niet in staat te bewegen. Een week later was hij dood. Of ze zich nog gelukkig ziet worden met een ander? ‘O nee, ik zou met geen andere man kunnen leven. Daarvoor heeft Bill me te hard verwend. Hij deed alles voor mij – hij zou me zelfs rondgedragen hebben. Welke man doet dat nog?’

Ook Linda was ooit getrouwd. Nadat het met echtgenoot nummer één was fout gelopen, trouwde ze nog een tweede keer. ‘Avec un Américain.’

LINDA «Hij was militair. Ik zag hem heel graag, ook al dronk hij te veel. Ik heb lange tijd met hem in Amerika gewoond, maar na zijn dood ben ik naar Brussel teruggekeerd.

»Nu heb ik een vriend. Een Roemeen. We hebben elkaar vijftien jaar geleden leren kennen, toen ik aan het wandelen was aan de Beurs. Hij glimlachte naar me en zo zijn we aan de praat geraakt. Net als mijn vorige man durft hij weleens te veel te drinken. Dan doet hij vervelend en probeer ik uit zijn buurt te blijven. Gelukkig kan ik nogal veel hebben. Het zal de leeftijd zijn: ik ben nu zevenentachtig en heb al genoeg meegemaakt in mijn leven om me niet meer op te winden in de dingen. Hij is veel jonger dan ik. Vraag me niet hoe oud precies – in elk geval ergens in de vijftig.»

Lees ook

Kasteelvrouwen Stephanie Planckaert en Magali Van Houtte (Château Planckaert): ‘Zelfs aan de keukentafel kunnen wij het uitgebreid hebben over masturbatie’

De 7 Hoofdzonden van Bockie De Repper: ‘Laatst heb ik eens geprobeerd om al na vijf pinten te stoppen: man, ik voelde me zo mottig als iets’

HUMO U bent dus verliefd geworden op een jongere man.

LINDA «Een jongere getrouwde man. Zijn vrouw woont nog in Roemenië. Ik heb haar al ontmoet toen ik met hem naar zijn thuisland ging. Jaloers? Nee, waarom zou ik? Ze is heel sympathiek, maar tussen haar en haar man botste het en was het altijd ruzie. Met mij heeft hij dat niet. Ik zie hem echt, echt graag. Met hem heb ik un amour fou. Dat heb ik met geen enkele andere man ooit gehad, zelfs niet met mijn twee echtgenoten.

»We wonen samen. Hij doet alles in het huishouden. Zelf kan ik dat niet meer, want ik heb diabetes en sukkel erg met mijn gezondheid. Alleen het geld, dat beheer ik. Niet dat hij een gat in z’n hand heeft, maar aan drank durft hij weleens wat uitgeven.»

HUMO Vindt u hem mooi?

LINDA «O ja! Het is een hele mooie, grote man. Toen ik jong was mocht ik er zelf ook best wezen, maar da’s nu voorbij.

»Vroeger gingen we vaak samen dansen, maar ook dat lukt niet zo goed meer. Dansen is nochtans mijn leven. Ik heb lange tijd de kost verdiend in het cabaret. Ik ben begonnen in het grootste cabaret van Brussel en daarna ben ik van het ene naar het andere verhuisd. Hoe lang ik het ben blijven doen? Zolang ik kon – daar staat niet echt een leeftijd op. Vorig jaar was er hier in het dienstencentrum een show en toen heb ik nog een striptease gedaan voor alle aanwezigen. Pas op: ik houd het altijd fatsoenlijk. Ik had een zwart pakje aan dat ik zelf had gemaakt. Vroeger maakte ik ook al mijn kostuums zelf, en ik bedacht mijn eigen choreografieën. Jaja, ik was een allroundartieste.»

HUMO Hoe ver gaat een striptease nog op uw leeftijd?

LINDA «Goh, ik kan me niet meer herinneren of ik vorig jaar mijn beha heb uitgetrokken. Vroeger deed ik dat wel, maar tepels mocht je niet tonen – daar kleefde ik dan cirkeltjes op.»

HUMO Wat kregen uw klanten vroeger voor hun geld?

LINDA «Van mij niks meer dan een dansje. Het waren de serveersters die met hen champagne moesten drinken – daar viel het meeste geld mee te verdienen. Af en toe moest ik van de patron ook een glas mee-drinken met een klant, maar dat goot ik altijd stilletjes weg. Ik kan absoluut niet tegen alcohol, ik heb een hele slechte lever.

»Later werden de regels minder strikt, en gebeurden er steeds meer dingen tussen de serveersters en de klanten die voor mij niet door de beugel konden. Daardoor gingen de klanten ook meer van mij verwachten: ‘Maar zij doet het wel!’ Nee, daar kon ik niet tegen. Voor mij hoor je in een cabaret de klanten alleen maar bepaalde dingen voor te spiegelen. Geloof me: veel hebben mannen daar niet voor nodig. Mij moet je ze echt niet leren kennen.»

HUMO Hoe belangrijk is het lichamelijke nog in uw relatie met uw vriend?

LINDA «Seks is er nog. Eerlijk waar: pas toen ik mijn vriend leerde kennen, ben ik in de fleur van mijn seksleven gekomen. Voordien was het niet veel soeps. Hij en ik zijn gewoon een goeie combinatie: hij weet goed wat vrouwen willen, en ik heb natuurlijk het voordeel van de ervaring.

»Tegenwoordig doen we het niet meer elke week – met mijn gezondheid en mijn oude lijf gaat dat niet meer – maar het gebeurt toch nog geregeld. We slapen in een groot bed, zodat ik gemakkelijk lig en geen last heb van zijn gesnurk. Maar als ik zin heb, dan ga ik dicht tegen hem aanliggen en dan weet hij wat ik wil. Alleen heeft hij een grote seksuele appetijt, dus houdt hij er ook maîtresses en vriendinnetjes op na. Ik weet dat hij me bedriegt, ook al doet hij het discreet. Ik zie hoe vrouwen zich gedragen in zijn buurt. Ik ga zeker niet achter hem aanlopen. Ik leg me erbij neer – ik kan zijn appetijt toch niet volgen – en ik ben tevreden met wat we nog hebben. We begrijpen elkaar gewoon. Ik denk dat we zullen samenblijven tot ik sterf. Dat zegt hij zelf ook.

»Zonder hem zou het snel met me gedaan zijn. Als hij weer voor een paar dagen naar Roemenië vertrekt, dan lijken de dagen zo lang en mis ik hem vreselijk.»

HUMO Andere mannen interesseren u niet?

LINDA «Ik durf weleens naar een ander te kijken. Er zijn wel mannen die ik mooi en leuk vind, maar ik ga er niet achteraan. Niet meer op mijn leeftijd.»

‘Hoe je een trap op moet na heupoperatie, dat leggen ze wel uit. Maar over seks wordt niet gerept.’ Beeld Thomas Legreve/Humo
‘Hoe je een trap op moet na heupoperatie, dat leggen ze wel uit. Maar over seks wordt niet gerept.’Beeld Thomas Legreve/Humo

PAULA & CAMIEL

In de cafetaria van het Antwerpse dienstencentrum Ten Gaarde hebben Paula (75) en Camiel (78) net geluncht. Dat doen ze enkel op woensdag: ‘Dan zijn het frietjes.’ De rest van de week koken ze zelf in hun serviceflat.

CAMIEL «We woonden in een klein appartementje hier om de hoek. Op een bepaald moment dachten we: ‘Wat zitten we hier nog te doen?’ Toen kwam hier net een groot dakappartement vrij, en zijn we verhuisd. Waarom niet? Je hebt hier alles bij de hand en je voelt je geborgen. Stel dat er iets gebeurt met één van ons, dan zit de ander hier goed.»

PAULA «Ons grote geluk is dat we dit nog samen kunnen doen. Veel koppels heb je hier niet. Hier en daar krijg je daar weleens een jaloerse reactie op: ‘Jullie hebben tenminste elkaar nog!’ Dat we nog zo actief zijn voor onze leeftijd zit daar misschien ook wel voor iets tussen. Zo gaan we nog elke maandag samen naar de sauna, van twaalf tot een uur of vier. Voor ons is dat zalig relaxen.»

CAMIEL «We doen dat nu toch al een jaar of drie. Als jong koppel gingen we ook weleens naar de sauna, soms zelfs met de kinderen, maar daarna is dat stilgevallen. En nu we oud zijn, hebben we dat weer opgepikt.»

PAULA «Het is een gemengde sauna, met mannen en vrouwen samen. Lekker in ons blootje. Anderen zeggen dan: ‘Amai Paula, dat gij dat durft!’ Natuurlijk durf ik dat. We zijn toch allemaal gelijk!»

HUMO Zijn jullie de oudste bezoekers in die sauna?

PAULA «Nee, je hebt daar van alles: jong, oud, groot, klein, dik, dun. Dat maakt niet uit. En we babbelen met iedereen. Wel gek: als we die mensen op straat zouden tegenkomen met hun kleren aan, we zouden ze niet eens herkennen (lacht)

HUMO Hoe hebben jullie elkaar leren kennen?

CAMIEL «Paula is een achternicht van mij. Als kind hebben we nog samen op straat gespeeld, daarna zijn we elkaar uit het oog verloren. Op een keer kwam ik met verlof naar huis – ik zat toen bij het leger. Ik was een hele nacht gaan drinken met de kameraden. ’s Ochtends kwam ik als een verzopen kieken uit mijn bed gekropen en wie zat daar aan de keukentafel?»

PAULA «Ik! Ik vroeg direct aan mijn tante wie dat was. ‘Maar Paula,’ zegt ze, ‘ken jij onzen broer niet meer?’ Ik dacht meteen: ‘Die moet ik hebben!’»

HUMO Wat trok u zo in hem aan?

PAULA «Zijn haar.»

CAMIEL «Nu zie je dat niet meer, maar ik had vroeger pikzwart haar.»

PAULA «En ik weet nog goed dat hij een houthakkershemd met rode ruiten aan had. Net Elvis.»

CAMIEL «En Elvis was hier toen nog niet eens bekend! De kameraden en ik zeiden altijd: ‘Elvis heeft onze haarstijl gestolen.’ Een kiekenpoepke, noemden wij dat: vooraan een kuif en vanachter bij mekaar gekamd.»

PAULA «Een jaar later waren we getrouwd. Eerst mocht het niet van de familie, maar er viel gewoon niks tegen te beginnen. Volgende maand zijn we zevenenvijftig jaar getrouwd.»

HUMO Wat is het geheim?

PAULA «Allebei wat toegeven, dan kom je er wel. En vooral: je problemen onderling oplossen. Dat wordt tegenwoordig niet meer gedaan.»

CAMIEL «Ze heeft het nochtans niet gemakkelijk gehad met mij. Ik heb veertig jaar aan de haven gewerkt, waarvan tweeëntwintig jaar als ploegbaas. Ik heb jarenlang zeven op zeven gewerkt, terwijl zij altijd alleen thuis zat met de kinderen. Na het werk werden er ook altijd dikke pinten gedronken, maar dat heeft ze altijd aanvaard. Pas op: ik ben altijd trouw gebleven. Tussen pot en pint hadden we het alleen maar over het werk. Andere vrouwen kwamen er gewoon niet tussen.»

PAULA «Daar waren ze te gierig voor (lacht).

»Al die jaren heb ik geduldig gewacht. Ik trok streepjes tot de dag van zijn pensioen. En toen die dag eindelijk was aangebroken, kon ik mijn geluk niet op. Toen is mijn leven pas écht begonnen. Al die tijd hadden we bijna niks samen gedaan en nu weken we plots niet meer van elkaars zijde. Dat had net zo goed fout kunnen gaan, maar vreemd genoeg verliep die overgang heel gesmeerd. Sindsdien ben ik helemaal opengebloeid.»

CAMIEL «Ze is veel losser geworden. Ook op seksueel vlak.»

PAULA (knikt heftig) «Voordien was ik veel gereserveerder. Toen we trouwden, was ik echt nog een seuteken. Dat kwam door mijn opvoeding: ik ben grootgebracht door mijn grootouders en seks was voor hen één en al taboe. Camiel was degene met de ervaring tussen de lakens, maar zelfs hij praatte niet over seks.»

CAMIEL «Niet dat we er nu godganse dagen over babbelen, maar het is toch al veel verbeterd.»

PAULA «Dat komt ook door mijn heupoperatie. In 2009 heb ik twee heupprotheses gekregen: eerst de ene kant, vijf maanden later de andere. Tijdens mijn revalidatie in het ziekenhuis vroeg ik op een dag aan een verpleegster: ‘Vertel jij mij eens hoe ik straks, als ik naar huis ga, seks moet hebben met mijn man, met twee heupen die niet willen bougeren.’ Al wat die verpleegster zei, was: ‘Oeioei, dat is de eerste keer dat iemand mij dat vraagt!’ Hoe je een trap op moet na een heupoperatie, dat leggen ze wel uit, maar over seks wordt niet gerept. De volgende dag stond er wel een cadeautje van die verpleegster op mijn tafeltje: een koffiemok met allerlei seksstandjes (lacht)

HUMO Het heeft blijkbaar geholpen.

PAULA «O ja! We hebben de draad van de seks weer opgepikt. In het begin deden we het heel voorzichtig. Als twee egeltjes (lacht).

»Het is niet te geloven hoeveel beter dan vroeger de seks is tussen ons. Als jonge vrouw had ik veel schroom. Ik heb altijd naar mijn man opgekeken: hij was degene met het fijne lijf, terwijl ik altijd wat struiser ben geweest. Maar met de jaren is hij zijn perfecte lichaam kwijtgespeeld, en nu staan we min of meer quitte. Borsten die gaan hangen, een buikje dat uitsteekt: dat doet er nu niet meer toe. Daardoor heb ik een knop omgedraaid in mijn hoofd: ‘En nu is het aan mij!’»

CAMIEL «Vroeger hadden we overdag nooit seks. Het moest altijd ’s nachts, met het licht uit. Nu is het net omgekeerd.»

PAULA «Ja, nu wil ik het overdag doen. Ik vind dat plezanter.»

CAMIEL «We nemen er nu ook meer onze tijd voor. Vroeger was dat voorbij in een kwartiertje – er was gewoon geen tijd voor voorspel. Nu kruipen we in bed en liggen we urenlang te flodderen. We kennen elkaar ook veel beter: we weten waar we moeten zijn en waar we moeten afblijven (gieren het samen uit). »

PAULA «Vroeger móést het ook zonodig – toch een keer of drie per week. Nu zijn we met één keer content. Twee keer, als we allebei in een zotte bui zijn.»

CAMIEL «We plannen dat ook echt. Gewoonlijk doen we het op zondagmiddag als het slecht weer is.»

PAULA «En als één van de twee een keertje niet klaarkomt, dan is dat geen ramp. Volgende keer beter.»

CAMIEL «Maar ik ben wel altijd van het principe geweest: de vrouw moet eerst klaarkomen. En zo doen we dat nog steeds.»

HUMO Wat als het op een dag niet meer lukt?

CAMIEL «Als er ooit een dag komt, dat die soldaat blijft liggen, dan zou ik bereid zijn om daar een pilletje voor te nemen. Ik zou er absoluut geen graten in zien om Viagra te gaan vragen aan onze huisdokter. Op voorwaarde dat mijn vrouw het ook wil, natuurlijk: stel dat zij seks op dat moment niet meer zo nodig vindt, dan moet ik me daarbij neerleggen. Ik zou het spijtig vinden, maar je moet respect hebben voor wat je partner wil.»

PAULA «We hébben eens een jaar amper seks gehad: ik heb in 2005 kanker gekregen. Door de chemo en de bestraling ging het doodeenvoudig niet, maar dat heeft nooit voor grote problemen gezorgd tussen ons.

»Het belangrijkste is: voorlopig kan seks nog en hebben we er nog allebei even veel behoefte aan, dus blijven we het doen. Veel vrouwen van mijn leeftijd begrijpen dat niet: ‘Maar Paula, gij zijt al zo oud!’ Voor hen hoeft seks al jaren niet meer.»

HUMO Dan hebben ze er misschien nooit van kunnen genieten.

PAULA «Voilà, daar zeg je het!»

CAMIEL «Volgens mij kennen veel vrouwen dat niet, een orgasme. Niet dat dat per se hun schuld is: dat is ook een teken dat de man zijn best niet doet.»

HUMO Stel dat één van jullie tweeën wegvalt, zouden jullie dan nog een nieuwe relatie overwegen?

CAMIEL «Daar hebben we het al over gehad, ja.»

PAULA «Ik heb altijd gezegd dat ik nooit nog een andere man zou willen, maar van dat idee ben ik afgestapt.»

CAMIEL «We hebben samen besloten dat de overblijver zeker niet in een hoekje moet zitten schreien bij een foto van de ander. Zo heb je er hier in Ten Gaarde veel. Er zijn er zelfs die kwaad zijn op hun man, omdat hij is doodgegaan.»

PAULA «Ik ken zo’n vrouw, die nog geregeld zit te sakkeren op de foto van haar overleden man: ‘Waarom heb je mij in de steek gelaten?’»

CAMIEL «Wat heeft dat nu voor zin? Ze krijgt hem er niet mee terug. Nee, je moet onder de mensen blijven komen en je leven blijven leiden zoals je dat zelf wil. Misschien kom je dan nog weleens iemand tegen. Hier in Ten Gaarde wordt er af en toe ook een nieuw koppeltje gevormd. Alleen lopen de meesten niet te koop met hun relatie. Uit schrik voor roddels.»

PAULA «Veel vrouwen hier zeggen: ‘Als ik het destijds had geweten, dan was ik nooit alleen gebleven.’ Een mens is niet gemaakt om alleen te zijn.»

IRÈNE & JOZEF

Van bij de voordeur strekken de vierkante meters linoleum zich voor ons uit. Ondanks het vroege uur waait de geur van de plat du jour ons tegemoet. Als je liefde zoekt, dan is de cafetaria van dienstencentrum De Meere in Berchem niet bepaald de eerste plek op je lijstje. En toch ontstaan ook hier romances.

Irène en Jozef: ‘Wat is verliefd? Als je jong bent, dan heb je vlinders in de buik. Als je oud bent, dan denk je gewoon: ‘Het klikt.’ Hebben wij vlinders, Jos?’ Beeld Thomas Legreve/Humo
Irène en Jozef: ‘Wat is verliefd? Als je jong bent, dan heb je vlinders in de buik. Als je oud bent, dan denk je gewoon: ‘Het klikt.’ Hebben wij vlinders, Jos?’Beeld Thomas Legreve/Humo

IRÈNE (75) «Eigenlijk woonde ik hier recht tegenover, in een gewoon appartement. Elke middag kwam ik iets eten in de cafetaria en zo hebben Jos en ik elkaar leren kennen. Een paar jaar lang zijn we gewoon vrienden geweest. Tot we allebei beseften: ‘Tiens, dat klikt precies goed tussen ons.’»

JOZEF (81) «Eigenlijk is de vonk pas echt overgesprongen toen we samen op reis zijn geweest naar Lloret de Mar. Later zijn we zelfs vijf jaar in Spanje gaan wonen. We zijn teruggekomen omdat ze het appartementje hier gingen renoveren en omdat ik begon te sukkelen met mijn gezondheid. Maar zodra we kunnen, gaan we weer voor een paar maanden naar ginder.»

HUMO Wat trok u aan in Irène?

JOZEF «Zie ze daar zitten: het is nog altijd een mooi ding, hè. Ze is net naar de coiffeur geweest, dus ziet ze er weer goed uit. Het enige ver-velende is: ze is slimmer dan ik – zij weet veel en ik niet, zij spreekt Spaans en ik niet (lacht)

IRÈNE «Ik voelde me vooral aangetrokken tot zijn eerlijkheid. Jos is een man die in staat is om zijn gevoelens te tonen. Ik heb al relaties gehad waar het er anders aan toeging, maar daar ga ik niet over uitweiden. Die hele akelige periode heb ik afgesloten toen ik Jos leerde kennen. Wij hebben niks te verbergen voor elkaar en dat is ontzettend veel waard. We kunnen ook alles tegen elkaar zeggen. Ik ben bijvoor-beeld veel verdikt de laatste jaren. Vroeger zou ik me daar slecht over hebben gevoeld, maar met Jos niet. Hij neemt me zoals ik ben. Het is de eerste keer in mijn leven dat ik dat meemaak met een man. En geloof me: dat doet deugd.

»Natuurlijk hebben wij ook weleens een slechte dag. Maar dan draaien we ons om en zijn we het weer vergeten. Niet, Jos?»

JOZEF «Da’s zjust

IRÈNE «Niet dat wij ons verleden negeren. In het appartement han-gen er foto’s van onze vroegere partners. Als je jong bent, dan zou je dat misschien niet aanvaarden. Maar als je ouder bent wel. Ieder heeft z’n bagage. Soms spreek ik zelfs tegen de foto van z’n overleden vrouw: ‘Maria, hij heeft het weer!’ Da’s normaal, vind ik. Jaloezie hoeft niet meer op onze leeftijd.»

JOZEF «Nochtans heb je meer dan genoeg jaloezie tussen oude mensen. Daar zou je van verschieten.»

IRÈNE «Och kind, je kan niet geloven wat voor roddels wij hier over ons heen gekregen hebben toen we pas samen waren. Dat ik hem gekocht had met mijn geld, zeiden ze. Onzin! Geen van ons tweeën zwemt in het geld. Anderen zeiden dat we over-spel pleegden door samen te gaan wonen. Hoe kan dat nu? We had-den allebei geen partner meer. Die roddels hebben me jarenlang veel pijn gedaan, maar nu raakt het me niet meer.»

HUMO Hier in de cafetaria zie ik opmerkelijk meer vrouwen dan mannen. Maakt dat de mannen niet erg gegeerd?

IRÈNE «Er liepen nogal wat vrouwen achter Jos aan, ja.»

JOZEF «Daar kan ik ook niks aan doen, hè.»

IRÈNE «Hij heeft hier lange tijd achter de toog gewerkt als vrijwilliger. We waren toen al samen, maar dat belette sommige vrouwen niet om hem mee uit te vragen. Hij was erg in trek. Ik weet nog dat er één vrouw binnenkwam, naar Jos keek en zei: ‘Dat wordt de mijne!’ Mij deed dat niet zo veel – hij ging er tenslotte niet op in. »

JOZEF «Mij deden die avances van andere vrouwen niks. Ofwel heb je het voor iemand, ofwel niet – zo simpel is het.»

IRÈNE «Het was zeker niet zo dat ik op zoek was. Ik voelde me gelukkig toen ik Jos leerde kennen: ik had mijn vriendinnen met wie ik samen dingen kon doen. Nooit had ik verwacht dat ik op mijn leeftijd nog eens de liefde zou vinden.

»Ik ben vrij snel bij hem ingetrokken. Dat lijkt misschien moeilijk op onze leeftijd, maar dat is het niet: voor een jonger koppel is het moeilijker om zich aan te passen aan el-kaar, ze hebben de de neiging de ander te willen kneden naar hun ideaalbeeld. Wij hebben dat niet: ik neem hem zoals hij is, en hij mij.

»Ik ben maar van één ding bang: om hem te verliezen. Volgende week moet hij geopereerd worden en dat zie ik absoluut niet zitten. (Veegt wat tranen weg) Stel maar snel een andere vraag.»

HUMO Zijn jullie nog verliefd?

IRÈNE «Wat is verliefd? Als je jong bent, dan heb je vlinders in je buik. Als je oud bent, dan denk je gewoon: ‘Het klikt.’ Hebben wij vlinders, Jos?»

JOZEF «Ach, vlinders genoeg gehad toen we jong waren. Nu voelen we ons vooral goed bij elkaar. We kunnen tegen elkaar dingen vertellen die we aan niemand anders kwijt kunnen, zelfs niet aan onze eigen kinderen. Onderschat niet hoeveel dat waard is.»

HUMO Wat vinden jullie kinderen van jullie romance?

JOZEF «Ik heb nog weinig contact met mijn zoon. Da’s al jaren zo – onze relatie zit daar voor niks tussen. Ik heb drie kleinkinderen die ik amper zie. Dat doet pijn.»

IRÈNE «Ik dwing hem om toch af en toe naar zijn kleinkinderen te gaan. Er wordt me misschien ver-weten dat ik hem afpak, maar dat is dus niet zo.

»Bij mijn kinderen ligt het helemaal anders: die zijn dol op Jos. De eerste keer dat ze elkaar zagen, was op het huwelijk van mijn zoon.»

JOZEF «Ik voelde me direct warm ontvangen in de familie.»

IRÈNE «Dat moet, vind ik. Ik ben misschien oud, maar ik heb ook nog recht op een leven. Als mijn kinderen mijn relatie met Jos niet aanvaard hadden, dan was ik er toch mee blijven doorgaan. Hoe graag ik ze ook zie. Ik heb hun partners toch ook aanvaard?»

HUMO Hoe belangrijk is het lichamelijke nog in jullie relatie?

IRÈNE «Seks gaat niet meer. Jos is geopereerd aan zijn prostaat – dat was nog voor ik hem leerde kennen – en daar is iets misgegaan. Sindsdien lukt het niet meer – ook niet met hulpmiddelen. Ook daar is hij van in het begin eerlijk over geweest. Eerst had ik het daar wel moeilijk mee, maar ik heb dat aanvaard. Het was leuk geweest had het nog gekund, maar het is nu zo. Ik denk er zelfs niet meer aan. Er zijn genoeg andere dingen die onze relatie de moeite waard maken. Op jonge leeftijd maakt zoiets een relatie kapot, op onze leeftijd niet meer.»

JOZEF «Tja, da’s verleden tijd, een afgesloten hoofdstuk. Ik heb wel-eens Viagra geprobeerd, maar het haalde niks uit. Marcheert het niet, dan marcheert het niet.»

IRÈNE «We houden het bij kussen en knuffelen. We slapen wel samen in één bed. Dat is toch belangrijk. Dan voel ik tenminste dat hij er is en kan ik af en toe nog eens over zijn bolleke wrijven.»

JOZEF «Ik ben nochtans geen knuffelbeest.»

IRÈNE «Nee, ík ben de knuffelaar. ’s Avonds in de zetel liggen wij gezellig te knuffelen en denk ik: ‘Da’s zalig!’ Hij is mijn teddybeer.»

HUMO Is het op jullie leeftijd moeilijk om jezelf voor de eerste keer uit te kleden in het bijzijn van een ander?

IRÈNE «Natuurlijk. Je hebt niet meer hetzelfde lijf als toen je jong was. Zeker nu ik zo dik ben geworden. Maar Jos neemt me zoals ik ben. En ik maak me nog altijd mooi voor hem. Dat ik naar de kapper ga, dat doe ik voor hem.»

JOZEF «Ik heb graag dat ze goed voor de dag komt, ja.»

HUMO Maken jullie nog plannen voor de toekomst?

JOZEF «Absoluut. Zodra de renovatie klaar is, gaan de oude meubeltjes eruit en kopen we nieuwe.»

IRÈNE «We hebben nog even over-wogen om te trouwen, maar financieel bleek dat allesbehalve interessant: mijn pensioen zou volledig wegvallen. Jonge mensen wonen tegenwoordig toch ook samen zonder te trouwen. Waarom zouden wij dan dat boterbriefje nodig hebben?»

HUMO Alleen voor de erfenis maakt het iets uit: als jullie zouden trouwen, dan gaat jullie erfenis naar elkaar en niet naar de kinderen.

IRÈNE «Ach, dat geld mogen ze houden. Ik hoef niks te erven. Ik wil al-leen maar hem.»

JOZEF «Zolang we kunnen, blijven we hier en zorgen we voor elkaar.»

IRÈNE «Naar een home gaan, dat zien we niet zitten. Dat is de enige reden waarom ik nog zou trouwen: zodat ze ons niet van elkaar kunnen scheiden als we met z’n tweeën in een home belanden. Stel dat ze ons als ongehuwd koppel op aparte kamers zouden leggen: vreselijk! Nee, dan trouw ik – nog liever vandaag dan morgen.»

LIEFDE & DEMENTIE

Ook als het licht boven uitgaat, kan er nog liefde zijn. Om de andere dag komt Denise (83) haar demente man Georges (86) bezoeken in het Leuvense woon- en zorgcentrum De Wingerd. Ze helpt hem bij het eten en gaat daarna zelf lunchen in de cafetaria. Terwijl ze snel een dag-schotel naar binnen werkt, heeft ze wel even de tijd voor een babbel.

DENISE «Ja, de liefde tussen ons is nog groot. Mijn echtgenoot heeft altijd gewerkt als binnenhuisarchitect. We hebben elkaar leren kennen via mijn neef, die in Brussel op hetzelfde architectenbureau werkte als hij. Op een dag had die neef van mij hem een foto getoond waar ik ook op stond. ‘Dat meisje zou ik weleens willen leren kennen,’ heeft mijn man toen gezegd. Op een keer zijn we gaan wandelen in Brussel aan de Basiliek en toen heeft hij me gevraagd of ik zijn vrouw wilde worden. Ik heb meteen ja gezegd. Zo’n goeie man: altijd attent, altijd hel-pen in het huishouden, altijd trouw ook.

»De eerste keer dat ik merkte dat het niet meer ging, was in de auto: hij schoof altijd maar op naar het midden van de weg. Op den duur was ik bang om met hem in de auto te zitten. We zijn toen naar het ziekenhuis van Jette gegaan en daar hebben ze gezien dat hij alzheimer had – hij was toen zesenzeventig. We hebben ons huisje en onze auto moeten verkopen, en nu zit hij hier.

»Waar ik het meeste verdriet van heb, is dat ik niet meer kan praten met hem. Soms wil hij iets zeggen, maar het komt er gewoon niet uit. Gisteren begon hij weer: ‘Mmmm-mit... mmmmmit...’ – ‘Maar papske,’ vraag ik dan – want zo noem ik hem. ‘Ik versta je niet!’ Dan wordt hij een beetje boos en draait hij zijn hoofd weg.»

HUMO Heeft hij ook een koosnaam voor u?

DENISE «Jawel: poes. Dat kan hij nog wel zeggen. In het begin dat hij hier woonde, vroeg het personeel me zelfs of we thuis een kat hadden. Omdat hij het altijd maar had over een poes (lacht)

HUMO Kan hij nog zeggen dat hij u graag ziet?

DENISE «Nee. Dat zei hij vroeger nochtans vaak. We pakten elkaar ook graag vast. Toen ze nog klein waren, kropen de kinderen dan tussen ons in – ze konden dat niet verdragen (lachje). Maar tegenwoordig doet hij dat niet meer. Ik probeer hem nog weleens te knuffelen, maar dan trekt hij zich wat terug. Dat vind ik vreselijk. Die ziekte heeft hem afstandelijk gemaakt.

»Ook ons seksleven is verleden tijd door de alzheimer. Voordien deden we het nog wel, hoor. Ik herinner me nog dat we op reis waren in Tunesië en dat het plots niet meer ging in bed. Ik zei: ‘Papske, wat is dat nu? Seffes moet gij Viagra nemen!’ Wij konden goed babbelen over dat soort zaken. Ik had de dokter toen om hulp kunnen vragen, maar ik dacht: ‘Als hij er zo tevreden mee is, dan bodderen we maar verder.’ Dat deed me eigenlijk niet veel. Die periode van seks is voorbij – dat is een afgesloten hoofdstuk. Nu zorg ik voor hem, en daar blijft het bij. Alleen: dat hij me nu ook niet meer vastpakt, dat doet pijn.

»Eén van de zorgverleensters gaf me een tip: ‘Waarom masseer je eens niet zijn handen en armen met massageolie?’ Dat heb ik dan gedaan en hij genoot er precies wel van. Het enige probleem was dat de rest van de leefgroep erop zat te kijken. ‘Amai, die wordt nogal ver-wend!’ hoorde ik ze zeggen. Volgende keer doe ik het op zijn kamer, waar niemand anders het ziet.»

HUMO Denkt u dat hij nog verliefd is op u?

DENISE «Ik denk het wel. Vorige week weende hij toen ik wegging en riep hij me achterna: ‘Poes! Poes!’ Mijn hart brak. Ik zou hem zo weer willen meenemen naar huis, maar dat kan niet. Wie zal er dan voor hem zorgen als er mij iets overkomt? Elke ochtend als ik wakker word, dan tast ik even naast me in het bed. Maar hij ligt er niet meer, hè.

»Ik besef dat ik hier ooit zal binnenkomen en hij niet meer zal weten wie ik ben (begint zachtjes te huilen). Maar dan denk ik: ‘Hij herkent me misschien niet meer, maar ik herken hém nog.’ (Lepelt een laatste hapje flan naar binnen) Als u mij nu wilt excuseren: ik moet dringend terug naar mijn echtgenoot.»

Gerard met een foto van zijn vrouw Mathilde: ‘In drieënvijftig jaar hebben we nooit woorden gehad. Ik heb altijd gezegd: ‘Wat er ook gebeurt, ik laat mijn vrouw niet in de steek.’ Beeld Thomas Legreve/Humo
Gerard met een foto van zijn vrouw Mathilde: ‘In drieënvijftig jaar hebben we nooit woorden gehad. Ik heb altijd gezegd: ‘Wat er ook gebeurt, ik laat mijn vrouw niet in de steek.’Beeld Thomas Legreve/Humo

Gerard (78) woont samen met zijn vrouw Mathilde (80) in De Wingerd: hij is nog goed te been, zij heeft alzheimer en zit te slapen in haar rolstoel. Hij wil wel praten, op voorwaarde dat ik me uit de voeten maak zodra ze van het kapsalon bellen dat hij Mathilde mag langs brengen voor haar kapbeurt.

GERARD «Wij zijn drieënvijftig jaar samen. Nooit hebben we woorden gehad. Ik heb altijd gezegd: ‘Wat er ook gebeurt, ik laat mijn vrouw niet in de steek.’ Toen ze ziek werd en ik niet meer thuis voor haar kon zorgen, ben ik mee verhuisd naar De Wingerd.

»Haar mama verloor in juli haar man aan de pleuris, in september stierf haar zoontje van vijf, en in december werd haar jongste dochtertje geboren. Zo is ze de oorlog ingegaan: alleen met zes dochtertjes. Mijn vrouw heeft een harde jeugd gehad: tijdens de oorlog is ze meer dan eens een boterham moeten gaan vragen bij de boeren. Dan deden die haar nog een liedje zingen ook! En toch zijn alle zes de dochters goed terechtgekomen. Mooie meisjes ook, allemaal.»

HUMO Vindt u haar nu nog steeds mooi?

GERARD «Ja, dat verandert niet. We hebben vier maanden kennis gehad en daarna zijn we gehuwd. Ze was mijn eerste lief. Zelf was ze al eens zes maanden gehuwd geweest: haar man was verongelukt.»

HUMO Waren jullie verliefd?

GERARD (haalt de schouders op) «Waarschijnlijk wel, hè. Het klikt of het klikt niet, en bij ons klikte het. Wij maakten goeie afspraken – anders lukt het niet. Uitgaan was niet aan ons besteed. Ik ging vaak vroeg slapen, omdat ik werkte bij De Lijn. Mijn vrouw was naaister en zat vaak tot een gat in de nacht te naaien. Als ik zin had om te vrijen, dan bonkte ik eens met mijn voet op de grond en kwam ze naar boven. Nooit heeft mijn vrouw hoofdpijn gehad.

»Als je ouder wordt, dan komt daar sleet op. Toen we hier pas waren – veertien maanden geleden – deden we het nog wel. Dan gebeurde het weleens dat het niet meer zo goed ging. Ik heb toen met mijn dokter overlegd over Viagra, maar omdat ik last heb van mijn hart en er risico’s aan verbonden zijn, heb ik gezegd: ‘Laat maar.’

»Vroeger schoven we de bedden bij elkaar en staken we er een soort mousse tussen, zodat het een dubbele matras werd. Nu gaat dat niet meer: ze heeft reuma en moet haar matras in een speciale positie leggen om ’s nachts geen pijn te krijgen. Ik merk wel dat ze ’s nachts wat dichterbij komt liggen, maar meer kan ze niet meer. Ik denk wel dat ze deugd heeft van fysiek contact. Ik kus haar nog wel en dan lacht ze, maar haar armen opheffen om me vast te pakken, dat kan ze niet meer.»

HUMO Mist u dat niet?

GERARD «Tja. Er is hier een verpleegster en die pak ik dan weleens goed vast. Puur vriendschappelijk. Maar nog een relatie met iemand anders beginnen? Nee, daar zie ik het nut niet van in.»

Onze fotograaf trof een diepbedroefde Gerard aan: kort na het interview is Mathilde overleden.

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234