humoOpen Venster
‘Lachen de Belgische Turken die voor Erdogan stemmen de miljoenen vluchtelingen wereldwijd niet uit in hun gezicht?’
14 mei was een zwarte dag voor de democratie, voor Turkije en bij uitbreiding voor heel Europa: het staat zo goed als vast dat Recep Tayyip Erdogan nog vijf jaar zal mogen breien aan zijn dictatoriale bewind. ‘Dankzij’ 49,5 procent van de Turken in Turkije en liefst 72 procent van de in België wonende Turken, die er geen graten in zien dat Erdogan de seculiere erfenis van Mustafa Kemal Atatürk volledig verkwanseld heeft, de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en de persvrijheid gefnuikt heeft, zijn land economisch naar de afgrond heeft gebracht, en last but not least: openlijk verklaart dat kinderen baren de eerste taak van een vrouw is.
Er is uiteraard het recht op vrije meningsuiting, maar is het zó evident dat mensen van Turkse afkomst die volmondig hun dictator in eigen land blijven steunen hier in België de democratische basisregels (de scheiding van kerk en staat, gelijkwaardigheid van en gelijke kansen voor iedereen...) wél genegen zouden zijn? Ik wil hen niet over één kam scheren, maar de vraag dringt zich wel op.
Ondertussen zijn wereldwijd miljoenen mensen op de vlucht voor de wrede dictaturen in hun eigen land, puur om te overleven. Als Belgische Turken over twee weken, na de tweede stemronde in Turkije, juichend en toeterend door de straten rijden, lachen ze die overlevers dan niet uit in hun gezicht?
Vrije meningsuiting betekent voor mij niet dat we met twee maten en twee gewichten mogen meten als het aankomt op onze democratische basiswaarden.
Erik Vertriest, Gent
Hebt u ook een brief in de pen zitten? Mail naar openvenster@humo.be of vul onderstaand formulier in: