null Beeld

Dossiergevangenissen

Humo sprak met de cipiers: 'Ik werk hier al 31 jaar en nog geen dag met mijn goesting'

Sinds vorige week woensdag wordt er actie gevoerd door het gevangenispersoneel. De vakbonden pikken het niet dat minister van Justitie Koen Geens (CD&V) een minimale dienstverlening bij stakingen wil invoeren in de gevangenissen. Het overleg leverde niets op. Volgens de vakbonden zullen er vanaf nu elke vrijdag acties volgen. In 2009 sprak Humo met enkele cipiers. Lees hier het interview.

gob

(Verschenen in Humo 3609 op 3 november 2009)

Eén dode en vijf gewonden: dat is de balans na een gijzelingsactie in Leuven Centraal in de nacht van vorige donderdag op vrijdag. Eén gedetineerde en een vrouwelijke cipier of penitentiair beambte zijn er slecht aan toe. Het gevolg: een spontane staking, waarbij haast alle gevangenissen in het land zich aansloten. Volgens de vakbonden is de veiligheid van het gevangenispersoneel niet gewaarborgd, vooral op plaatsen met een totaal verouderde infrastructuur.

Erwin houdt tijdens de staking de boel draaiende in zijn gevangenis. Hij is geen fan van acties, maar deze vindt hij terecht: ‘Af en toe moet je een signaal geven. Maar laten we ook nuchter blijven: incidenten als dat in Leuven zijn hoogst uitzonderlijk. Ik ga morgen niet met een onveilig gevoel naar mijn werk.’ Erwin is een cipier die in de loop van zijn dertienjarige carrière opgeklommen is in de hiërarchie. Samen met zijn collega’s Peter (al meer dan achttien jaar cipier) en Kurt (anderhalf jaar cipier) getuigt hij voor Humo over hoe het is om te werken in de Belgische gevangenissen.

Erwin «Ik zal nooit mijn allereerste dag vergeten. Ik arriveerde keurig om acht uur, zoals mij per fax was gevraagd. Er stond niemand om mij op te vangen. De portier liet mij binnen, zei verder niks. Ik probeerde een gesprek aan te knopen: ‘Hoelang werk jij hier al?’ Waarop die man: ‘Al eenendertig jaar, en nog geen dag met mijn goesting.’

»Daarna ging ik aan het werk. Een beklemmende ervaring: dat permanente lawaai van zo’n gevangenis, de verantwoordelijkheid over al die mensen... Op het einde vroeg de kwartierchef: ‘En, ga je morgen nog terugkomen?’ Ik antwoord: ‘Natuurlijk, waarom niet?’ – ‘Er zijn er veel die meteen weer afhaken.’ Ik ben gebleven, en ik heb er geen spijt van gekregen.»

HUMO Loopt er in gevangenissen veel personeel rond dat niet gemotiveerd of niet geschikt is?

Erwin «Er zijn cipiers die al beginnen te zuchten voor ze aan de werkdag begonnen zijn. In mijn vorige gevangenis heb ik van alles gezien: cipiers die de deur van een cel opendoen en niks zeggen, de gedetineerde moet maar veronderstellen wat er van hem verwacht wordt. Cipiers die alleen maar roepen tegen de mannen. Cipiers die er een sport van maken om gevangenen te treiteren. Misbruik van het uniform.»

Peter «Dan krijgt een gedetineerde elke dag celcontrole, en dan geven ze hem een straf als ze een onderbroek te veel in zijn kast vinden – letterlijk, hè.

»Cipiers die het gewoon niet hébben verdwijnen meestal snel. Sommigen zijn naar mijn smaak te strikt met de regels, anderen te soepel. Maar voor de gedetineerden blijft het draaglijk: om de acht uur krijgen ze een andere chef.»

HUMO De gemiddelde Vlaamse cipier neemt vierentwintig ziektedagen per jaar. Da’s bijna een maand!

Peter «De meerderheid is zo ziek als jij en ik. De statistieken worden de hoogte in gejaagd door de langdurig zieken. Die kosten de overheid handenvol geld. En omdat ze niet vervangen worden, zorgen ze voor onderbezetting op de werkvloer. Ik vind: gooi die mensen na verloop van tijd gewoon buiten.»

Erwin «Het systeem laat misbruik toe. Er is tegenwoordig toch meer controle, maar mensen die een briefje krijgen van een psychiater, daar durft een controlearts niet tegen in te gaan. Een deel van die zieken is gewoon niet geschikt voor het beroep en blijft daarom weg. Een ander deel gebruikt het examen van cipier om naar een anderre overheidsfunctie door te kunnen stromen. Om cipier te worden heb je geen diploma nodig, voor nogal wat andere overheidsfuncties wél – vandaar.»

HUMO Is het een probleem dat er geen toelatingsvoorwaarden zijn voor jullie beroep?

Erwin «Wie een klein beetje presentabel is, komt in aanmerking voor een opleiding van zes maanden. Da’s kort, maar het is al een verbetering. Jaren geleden liepen mensen één dag rond in de gevangenis; de tweede dag kregen ze de sleutel en moesten ze hun plan trekken.

»Het probleem is: tijdens die opleiding valt er zelden of nooit iemand af. Ik hoorde onlangs nog een verhaal over twee kandidaatcipiers, een vrouw en een man. Op een dag wordt die man buitengezet – er was echt iets niet pluis met hem. De dag daarop heeft die vrouw voor het eerst haar verslag niet gemaakt: bleek dat die man dat altijd in haar plaats had gedaan, omdat ze niet kon schrijven. In normale omstandigheden zou dat nooit uitgekomen zijn. Niet dat een analfabeet geen goeie cipier zou kunnen zijn, maar het zegt veel als dat niet eens wordt opgemerkt.»

Kurt «Ik heb veel aan die opleiding gehad. Ik ben sowieso sociaal vaardig, maar ik heb toch nog iets bijgeleerd over omgaan met agressie en moeilijke situaties, en over het gevangeniswezen in binnen en buitenland. En ze gaan de opleiding nog uitbreiden: goed nieuws.»


Ben niet bang

HUMO Wordt er van een goeie cipier verwacht dat hij méér doet dan gedetineerden controleren en praktisch begeleiden?

Erwin «Ik vind goed kunnen luisteren één van dé voorwaarden om een goeie cipier te zijn. Vroeger draaiden gevangenissen puur op gezag: een gedetineerde mocht zijn mond amper opendoen. Die tijd is voorbij.»

Peter «In de gevangenis waar ik nu werk is er amper tijd om met hen te praten. Er zijn te veel bewegingen op één dag: gedetineerden moeten naar de advocaat, de wandeling of de dokter. Als er ruimte is, probeer ik het wel. Ik spreek mijn talen, dat helpt. Ik hoor ze bijvoorbeeld graag vertellen over hun geboorteland, en daar steek ik ook nog wat van op.

»Maar als ze je zogenaamd in vertrouwen nemen, moet je er niks van geloven: da’s altijd om een andere gedetineerde te kloten of om zichzelf uit de schijnwerpers te zetten. Hoe goed ze hun chef ook vinden, je blijft tot het andere kamp behoren.»

Erwin «Je moet natuurlijk inschatten wie je voor je hebt, maar ik krijg regelmatig gedetineerden bij me die behoefte hebben om hun verhaal te doen.

»Onlangs was er nog een jongen van vooraan in de twintig. Hij was op verlof mogen gaan, buiten de gevangenis. Kreeg hij een paar weken later telefoon van zijn vriendin: ‘Ik denk dat ik zwanger ben.’ Hij weet dat ik discreet ben en kan luisteren. Ik meld alleen wat een gevaar voor de gevangenis zou betekenen.»

Kurt «Er zitten hier mannen die buiten de gevangenis mijn vrienden zouden kunnen zijn. Binnen kan dat natuurlijk niet, maar waarom zouden we geen praatje slaan? We praten over alledaagse dingen, nooit over hun problemen.»

Erwin «Je mag ook niet té dicht bij de gedetineerden staan. Sommige cipiers doen dat wel. Onlangs nog: een vrouwelijke collega had foto’s van zichzelf voor een gevangene meegebracht – amoureuze verwikkelingen, al dan niet platonisch. Ze heeft meteen haar opzegging gekregen. Relaties tussen personeel en gedetineerden worden niet getolereerd. Op zich is het niet vreemd dat er af en toe een vonk overslaat, maar dan moet zo’n cipier een keuze maken. Ik ken een vrouw die bij een andere overheidsdienst is gaan werken. Een paar maanden later kwamen we haar tegen aan de arm van één van onze exgedetineerden.»

Peter «Je mag daar niet te zwartwit over denken. Een seksuele relatie kan natuurlijk niet. Maar als een gedetineerde zich door zijn liefde voor een cipier fantastisch gaat gedragen en hoop krijgt op een echte toekomst, waarom niet?»

HUMO Hebben jullie een gevaarlijk beroep?

Kurt «Ik ben van niks en niemand bang. Dus ook hier niet.»

Erwin «Angst is fout, gezonde argwaan is wenselijk. Maar politieagenten hebben een veel gevaarlijker beroep. Zij lopen permanent met een wapen rond. Wij hebben geen wapens.» Peter «Ik beoefen een paar vechtsporten. Ik weet perfect hoe ik iemand moet vastgrijpen om ervoor te zorgen dat hij geen kant meer op kan. Dat is al van pas gekomen. Soms zijn gedetineerden uitzinnig: dan moet je ze toch maar in de isoleercel zien te krijgen, hè. Zelf ben ik nog nooit aangevallen, maar er zijn collega’s genoeg die klop gekregen hebben, met kneuzingen, breuken of wekenlange hoofdpijn tot gevolg. Ik ken er eentje die echt het ziekenhuis is in getrapt, maar da’s uitzonderlijk.»

HUMO Er circuleren drugs, wapens en gsm’s in gevangenissen. Gedetineerden beweren dat nogal wat cipiers zelf een handeltje opzetten.

Erwin «Een absolute minderheid neemt dat risico. Wie gepakt wordt, is zijn werk kwijt. Dan moet je al stevig geld verdiend hebben om dat te compenseren.» Peter «Ik vermoed van een collega dat hij handelt in gsm’s. Maar zolang je ’t niet zeker weet, kan je dat niet gaan melden. Als ik bewijs zou krijgen, rapporteer ik het meteen. Ik vind dat niet kunnen. Veel wordt er ook niet gedaan om illegale handel tegen te gaan. Ik ben in mijn hele carrière één keer gecontroleerd. En toen gedroeg ik me ook vreemd omdat ik privéproblemen had.»

Erwin «Bij Harrods, het luxegrootwarenhuis in Londen, wordt het personeel elke dag gescreend – dat is daar bijna een attractie. Waarom doen ze dat niet in gevangenissen? De druk van de vakbonden is te groot, en daar zijn directies uitermate gevoelig voor.»

HUMO Het beeld van cipiers in de buitenwereld wordt veelal bepaald door vakbonden die staken voor de poorten. Vooral als het mooi weer is, heb ik soms het gevoel. En dan laten ze de bakken bier schaamteloos aanrukken.

Erwin «Dat is niet helemaal onwaar. Vakbonders zijn niet meteen de beste werkers. Maar ze hebben wél al één en ander verwezenlijkt. Zonder staking komt de overheid ook nooit over de brug: ze draagt zelf bij tot die cultuur. Ik staak nooit mee, uit principe. Op zulke momenten moet de politie het werk overnemen, en die mensen weten natuurlijk nergens van. Dan wil ik er zijn om de boel mee in goeie banen te leiden, ook al zijn dat lood zware dagen.»

Peter «Ik ben lid van de vakbond. Da’s nodig, vind ik. Niemand staakt voor de lol – je lijdt wel loonverlies, hè. Maar de overheid heeft nul respect voor ons. Onlangs boden ze ons een opslag: een halve euro per maand! Ik zou over het zakgeld van mijn kinderen niet eens in die bedragen durven denken. Dat is lachen met de mensen. Cipiers in onze buurlanden worden allemaal beter betaald. »Het is ook niet niks, hè, wat wij doen. Door het ploegensysteem ben je nooit echt uitgeslapen, en het werk is mentaal belastend. Dat weegt op je sociale en relationele leven. Er zijn spectaculair veel echtscheidingen in ons milieu. Daar mag iets tegenover staan.»

HUMO Weten jullie waar de gedetineerden voor veroordeeld zijn?

Peter «In principe weet je nergens van. Jammer: hoe meer informatie, hoe beter wij ons werk kunnen doen.» Kurt «Ik vind het net goed dat ik het niet weet, ik wil iedereen op dezelfde manier kunnen behandelen. Vrienden en familie vinden dat raar. Als ze bijvoorbeeld weten dat een bekende veroordeelde bij ons zit, moedigen ze mij aan om die eens een goeie loer te draaien. Zo werkt het natuurlijk niet.»

Erwin «Ik weet in mijn functie wel wie wat gedaan heeft, maar ik kan makkelijk abstractie maken van hun feiten. Ik zie er nauwgezet op toe dat elke gedetineerde krijgt waar hij recht op heeft. Alleen kinderen onder de slachtoffers, dat ligt gevoelig: met die mannen zal ik misschien minder makkelijk een gesprek aanknopen.»

HUMO Ik heb een voormalig hoofd van de Belgische gevangenissen horen beweren: van alle gedetineerden is maar één procent slecht.

Erwin «De meeste gedetineerden zijn redelijke mensen: ze geven hun misstap toe en ze hebben er spijt van. Maar in elke gevangenis zitten er een paar van wie je echt geen hoogte krijgt. Van wie je denkt: als die buitenkomen, slaan ze opnieuw toe. Je voelt dat er iets niet met hen klopt, dat ze voortdurend liegen en manipuleren. Zulke gasten zouden eigenlijk nooit meer de wereld in mogen. Daar zijn veel mensen het ook over eens, denk ik. Officieel komt iedereen ooit vrij, maar officieus zie je toch dat sommigen wel heel lang in de gevangenis blijven.»

'Door het ploegensysteem zijn we nooit echt uitgeslapen, en het werk is mentaal belastend. Dat weegt op je sociale en relationele leven. Er zijn spectaculair veel echtscheidingen in ons milieu. Daar mag iets tegenover staan’ Beeld
'Door het ploegensysteem zijn we nooit echt uitgeslapen, en het werk is mentaal belastend. Dat weegt op je sociale en relationele leven. Er zijn spectaculair veel echtscheidingen in ons milieu. Daar mag iets tegenover staan’

HUMO Sommige mensen vinden Belgische gevangenissen te soft, te aangenaam als verblijf.

Erwin «Tja, wanneer zijn die dingen in verhouding? Sommige gedetineerden hebben natuurlijk zware feiten gepleegd: hun slachtoffers kregen levenslang, zij formeel gesproken niet. En zelfs kleinere criminelen... Je kan zeggen: diefstal, da’s niet zo erg. Tot ze jouw huis overhoop halen.»

Peter «De straffen zijn veel te kort. Van mij mogen ze bijvoorbeeld drugsgerelateerde misdrijven een stuk harder aanpakken, want die zijn de bron van veel miserie.

»En al die gasten die uit zijn op geld, pak ze in hun portemonnee: grote boetes, dat doet pijn. Want veel gedetineerden vinden de gevangenis totaal niet erg. Ze krijgen eten, ze hebben een dak boven hun hoofd, en zeker mensen uit het Oostblok kunnen hier naar hun normen véél geld verdienen. Ze sturen het op naar hun thuisland en onderhouden er familieleden mee.»

Erwin «Voor mensen die uit onvrije regimes of oorlogsgebieden komen, zijn onze gevangenissen misschien zo slecht nog niet. Veel gedetineerden hebben buiten niks of niemand.

»Onlangs was er nog zo’n jongen. Hij is helemaal alleen, krijgt zelden of nooit bezoek. Hij zei: ‘Buiten moet ik zorgen dat ik een keer of twee per week deftig kan eten. Ik zit niet graag in de gevangenis, maar hier heb ik drie maaltijden per dag, ik krijg kleren en propere lakens, en ik mag naar de dokter als ik ziek ben.’ Da’s de realiteit, hè.

»Nu, je moet alles in perspectief zien. Ik zou zeker niet onderschatten wat een gebrek aan vrijheid en privacy en het gemis van dierbaren doen met een mens.» Peter «Ik ben voor meer discipline in de gevangenis. Gedetineerden moeten zogezegd leren om zich weer in de maatschappij te integreren. Maar een groot deel ligt tot twaalf uur in zijn bed: met die mentaliteit gaan ze ’t buiten niet redden.»

Kurt «Er zijn toch veel gedetineerden die werken, hoor. In de keuken of in de werkplaatsen, da’s niet het spannendste werk, maar met dat geld kunnen ze zichzelf extra’s permitteren: sigaretten, eten en drinken.»

Erwin «Je kan moeilijk verwachten dat mensen van de ene op de andere dag veranderen in de gevangenis. Als je ziet waar een groot deel vandaan komt... »Eén voorbeeld: een jonge twintiger die nu binnen zit. Hij is opgegroeid op straat, met een moeder die voortdurend in de psychiatrie zat en een vader die maar heel af en toe naar hem omkeek. Toen zijn moeder hem onlangs kwam bezoeken, zat hij tegen haar te brullen. Ik vraag achteraf: ‘Wat was dat?’ – ‘Ik stond gewoon met mijn ma te babbelen.’ – ‘Da’s niet babbelen, da’s roepen. Dat doe je niet, zeker niet tegen je mama.’ Waarop die jongen: ‘Jij durft meer tegen mij te zeggen dan zij.’ Zulke gasten krijgen niks van waarden of normen mee. Wat wil je dan?»


Afschrikeffect

HUMO Geloven jullie dat een gevangenisstraf iets uithaalt?

Erwin «Nee, het haalt mensen een tijdje uit de maatschappij, meer niet. Een boel gedetineerden wil geholpen worden, maar er is nauwelijks hulp. De psychosociale dienst houdt zich alleen bezig met mensen die hun voorwaardelijke vrijlating voorbereiden. Godgeklaagd vind ik dat. Er zijn welgeteld twee mensen waar gedetineerden in vertrouwen mee kunnen gaan praten: één dame van justitieel welzijnswerk en de priester of de imam. Nu en dan organiseert de Vlaamse Gemeenschap een praatgroep of een cursus agressiebeheersing, maar dat aanbod is veel te klein.

»Als er geld is voor justitie, geven ze het uit aan netten om ontsnappingen te voorkomen. Wat een onzin. Zorg dat gedetineerden beter begeleid worden en ze zullen vanzelf minder ontsnappen. Er wordt in dit land niet in de gevangenen zelf geïnvesteerd, maar we verwachten wel dat ze in hun eentje een metamorfose doormaken. Dat ze herboren de maatschappij instappen en nooit meer naar de gevangenis terugkeren.»

Peter «De gevangenis moet ons beschermen tegen mensen die ons pijn hebben gedaan, da’s alles. Elk jaar dat een gedetineerde in de cel zit, is een jaar dat hij niks kan uitvreten. De overheid heeft tegenwoordig de mond vol over de bescherming van de rechten van gedetineerden, maar hoe zit het met de rechten van de samenleving?»

HUMO Maar elke gevangene komt ooit weer vrij. Dan kan je hem toch maar beter geholpen hebben, zodat hij niet weer losgeslagen in de wereld stapt?

Peter «Ik geloof niet in hulp. Gedetineerden maken misbruik van psychologische begeleiding. Ze proberen zichzelf in een beter daglicht te stellen door psychologen fabeltjes wijs te maken. Als zulke gasten de gevangenis verlaten en ik zeg ‘Hopelijk zie ik jullie nooit meer’, dan zijn er regelmatig die met een brede grijns antwoorden: ‘Wees maar zeker dat we terugkomen.’ Waar zijn we dan mee bezig?

»Misschien moeten we ervoor zorgen dat gevangenissen hun afschrikeffect terugkrijgen. Zoals in het Amerikaanse systeem: three strikes and you’re out. Mispeuter twee keer iets – wat dan ook – en bij je derde misser zit je de rest van je leven achter tralies.

»Weet je wat het is? Elk mens en elk probleem vraagt een andere aanpak. Maar in een gevangenis zit alles samen: de hopeloze gevallen én de gasten met wie misschien nog wel iets aan te vangen valt. Hoe kan je dan één geschikt beleid uitstippelen? Maar iedereen op dezelfde softe manier benaderen, dat werkt ook niet.»

Erwin «Ik zou in België één speciale instelling creëren voor beklaagden die voor de eerste keer met justitie in contact komen. Die moet je weghouden van ervaren criminelen, want dat doet hun nooit goed. Nog voor ze hun straf gekregen hebben, moet je met ze aan de slag gaan: wat zijn je problemen, hoe kunnen we die aanpakken? Dan ben ik ervan overtuigd dat minstens een deel van die gasten daarna op het rechte pad blijft. »Nu is het vaak ontzettend moeilijk voor een gedetineerde om zich na zijn straf te herpakken. Wie vastzit verliest zijn job, komt financieel in de problemen, wordt vaak in de steek gelaten door zijn vriendin en familie. Als ze buitenkomen, zijn hun criminele contacten de enigen bij wie ze terechtkunnen. Nog eens: wat wil je dan?»

Geen verweer

HUMO Veel mensen hebben het gevoel dat gedetineerden bijna per definitie vrijkomen na één derde van hun straf. Klopt dat?

Erwin «Nee. Negentig procent van alle gedetineerden komt niet vrij na één derde. Het is ook een omslachtige procedure.»

Kurt«Ze noemen dat binnen justitie ‘de weg van de geleidelijkheid’.»

Erwin «Twee jaar voor je zogenaamde VI-datum (de dag waarop ze voorwaardelijk in vrijheid kunnen worden gesteld, red.) kom je in aanmerking voor een uitgaansvergunning: je mag voor een paar uur de gevangenis uit wegens sociale omstandigheden of voor psychologische begeleiding. Je dient dat verzoek in bij een dienst in Brussel die beslist in naam van de minister van Justitie. Bij zo’n aanvraag moet een psychosociaal verslag en een advies van de directie zitten. Als je vraag geweigerd wordt, moet je drie maanden wachten voor je een nieuwe kan indienen. Op zo’n moment verschuift de feitelijke VI-datum ook meteen een paar maanden, en dat principe geldt voor alle volgende stappen.

»Stap twee: anderhalf jaar voor je VI-datum mag je penitentiair verlof vragen, ofwel zesendertig uur buiten de instelling. In dat dossier moet er ook een opvangadres vermeld worden, dat de justitieassistente van het justitiehuis in die buurt gaat checken. Als dat lukt, mag je een jaar voor de VI-datum een zogenoemde strafuitvoeringsmodaliteit aanvragen. Ofwel kom je dan onder elektronisch toezicht, ofwel stap je in een systeem van beperkte detentie: overdag ga je naar buiten om te werken of een opleiding te volgen, en ’s avonds kom je weer binnen.

»Daar zit naar mijn gevoel een probleem: bij beperkte detentie houden we ons binnen de gevangenis nauwelijks nog met zo’n man bezig. Cipiers komen weinig op die afdeling, ze controleren alleen of iedereen er is en of de deuren dicht zijn, terwijl net zo’n gedetineerde behoefte kan hebben aan een klankbord, aan begeleiding. En de justitieassistente die zich wél met hem bezighoudt vertrouwt hij niet, want zij meldt alles aan de rechtbank, die hem weer kan opsluiten.»

HUMO Is het voor een ex-gedetineerde niet lastig om zelf werk of een opleiding te vinden?

Peter «Enorm. Ze moeten een werkgever vinden die bereid is een exgedetineerde te aanvaarden, en die voor lief neemt dat hij niet precies weet wanneer zijn nieuwe werknemer aan de slag kan. De meesten kiezen voor een opleiding bij de VDAB, maar ook die zijn streng: is iemand bijvoorbeeld niet gemotiveerd genoeg, dan wordt hij geweigerd.»

Erwin «Gedetineerden moeten die job of opleiding ook au sérieux nemen: ze mogen alleen na toestemming van de rechtbank van werkgever of cursus veranderen. Dat principe blijft gelden als ze echt vrijkomen – dan zijn er nog voorwaarden waar ze zich minimum vijf jaar, maximum tien jaar aan moeten houden. »Daarbovenop moet een gedetineerde voor hij echt vrijkomt ook nog zorgen dat hij buiten psychosociale begeleiding krijgt. De centra die zich daarmee bezighouden zijn al overbevraagd door ‘gewone’ mensen. Zij staan niet te popelen om gedetineerden op te nemen.»

HUMO Hoe makkelijk krijgt een gedetineerde al die toestemmingen?

Erwin «Da’s niet zo evident. Drie risico’s worden in ’t oog gehouden. Eén: zal hij zich aan de straf onttrekken? Twee: zal hij nieuwe feiten plegen? Drie: zal hij de slachtoffers of de nabestaanden verontrusten? Met de stem van die groep wordt veel rekening gehouden. Stel dat zij zeggen: wij wonen in Gent en we willen hem niet tegen ’t lijf lopen, dan moet de exgedetineerde gaan wonen en werken buiten Gent.

»Steeds meer gedetineerden gaan voor wat ze ‘einde straf’ noemen. Ze zitten gewoon de hele rit uit, omdat ze dan vrijkomen en niet meer aan voorwaarden gebonden zijn. Naar mijn ervaring geen goeie zaak. Jonge gasten hervallen veel makkelijker als ze niet meer worden opgevolgd.

»Onlangs mocht er hier een jongen buiten. Hij stond daar met een plastic zakje met zijn schoenen, een appel en een fruitsapje. Ik vroeg hem: ‘Waar ga je nu naartoe?’ – ‘Geen idee. Mijn vriendin heeft mij gedumpt en bij mijn ouders mag ik niet meer binnen.’ Ik rondbellen voor een plaats in de crisisopvang: nergens ruimte. Dan heb ik voor hem naar zijn vriendin gebeld, en daar mocht hij één nacht op de zetel slapen. Tja. Dan bloedt je hart, maar je kan hem moeilijk zelf mee naar huis nemen, hè. Zoals hij zijn er veel gasten.»

Kurt «Die voorwaarden maken het hen anders ook echt moeilijk, soms. Het is goed dat ze opgevolgd worden, maar sommige gedetineerden krijgen bijvoorbeeld ook een verbod op alcoholgebruik. Het gebeurt dat zo’n gast een paar pintjes drinkt en wordt aangehouden bij een toevallige alcoholcontrole. Niet te veel gedronken om te rijden, geen probleem, denk je dan. Wél dus: je vliegt weer de gevangenis in omdat je iets gedronken hebt.»

Peter «Dat zijn de verhaaltjes die gedetineerden dikwijls ophangen. In de praktijk worden ze niet zomaar weer in de gevangenis gestopt. Ze krijgen altijd nog een verwittiging.»

Kurt «Niet lang geleden gebeurd: een exgedetineerde leert een meisje kennen, maar hij zegt niet meteen dat hij uit de gevangenis komt. Ze botsen samen op een paspoortcontrole, wat blijkt? Dat zij ook een strafblad heeft. Allebei hun voorwaarden geschonden en opnieuw de gevangenis in. Da’s toch tragisch?»

Peter «Da’s vreemd: als iemand echt nergens van af weet, wordt hij daar normaal niet voor gestraft. Als hij meermaals met iemand optrekt waar hij over gewaarschuwd is, dan wel, ja. Maar dan heeft hij het ook zelf gezocht.»

Erwin «Toch zit er een vreemd randje aan dat systeem. Ik ken dieven die wegens geschonden voorwaarden hun hele straf moeten uitzitten; ze blijven langer in de gevangenis dan een moordenaar die toch op zijn VI-datum vrijkomt. Ons rechtssysteem vindt een paar tv’s, juwelen en geld belangrijker dan een mensenleven.»


Overbevolking

HUMO Nog een paar typische problemen in gevangenissen. Een gedetineerde zei me: nergens is het zo makkelijk om drugs te scoren als hier.

Kurt «Ik weet dat er gebruikt wordt, maar ik merk daar toch niet zoveel van.»

Erwin «Drugs buiten houden, dat is een verloren strijd. Elke gedetineerde moet zich na het bezoek naakt tonen aan een cipier. Maar ze steken het spul vaak gewoon op. Zelfs een drugshond bij het bezoek zetten helpt niet, want in zo’n geval ruikt zo’n beest dat niet meer. Als we weten dat iemand zwaar dealt, stappen we weleens naar de procureur. Die beveelt dan een doorlichting in het ziekenhuis. En net op zo’n moment hebben ze natuurlijk niks opgestoken...

»Tegen smokkelen hebben we geen verweer. Sommige dingen moeten we volgens mij gewoon toestaan. Gsm’s, bijvoorbeeld: da’s nu nog verboden, maar ik ben ervan overtuigd dat over tien jaar elke gedetineerde er één cel hebben. ’t Is niet alsof we ze nu wél verhinderen om hun zaakjes per telefoon te regelen, hè. Ze bellen via de gevangenistelefoon naar een vaste lijn, maar die wordt dan doorgeschakeld naar pakweg een gsm in China. Gewiekste gedetineerden vinden altijd een weg.»

HUMO Nog één: de gevangenissen zijn overbevolkt. Hoe groot is dat probleem?

Kurt «In onze gevangenis valt het heel erg mee. De meeste gedetineerden hebben hun eigen cel.»

Erwin «Dat zou de norm moeten zijn, als je veel ellende wil voorkomen.» Peter «Overbevolkte gevangenissen zijn vreselijk voor het personeel en de gedetineerden. Ik heb situaties meegemaakt waar ze met z’n zessen op een cel voor twee zitten. Vier man slaapt in twee stapelbedden en op de grond – de enige plaats waar ze vrij kunnen rondlopen – liggen twee matrassen. Dan raken de gemoederen sneller verhit. Da’s meer gedoe voor cipiers, en bovendien is het stresserend: meer gevangenen zorgen sowieso voor meer werk.»

HUMO Welke oplossingen stellen jullie voor?

Erwin «Op korte termijn: bijbouwen. Maar je kan de boel ook anders organiseren. Waarom laten ze beklaagden niet thuis wonen onder elektronisch toezicht, tenzij ze echt vluchtgevaarlijk zijn? »Een oplossing voor geïnterneerden (mensen met psychische problemen die ontoerekeningsvatbaar zijn verklaard, red) zou ook helpen. Die zouden beter af zijn in gespecialiseerde instellingen. Maar da’s een utopie. Er zijn nu al zoveel wachtlijsten. Psychiatrische klinieken nemen sowieso nooit mensen op die bijvoorbeeld ook nog agressief zijn.»

HUMO Een paar maanden geleden pleitte Herman De Croo nog eens voor de privatisering van de gevangenissen. Volgens hem wordt er in Engelse privégevangenissen efficiënter gewerkt door minder mensen, waardoor de kostprijs per gedetineerde beduidend lager zou liggen. Voor of tegen?

Peter «In de privé zouden er tenminste niet zoveel ongeoorloofde zieken zijn.»

Erwin «Minder personeel betekent sowieso een repressiever beleid. Voor een gesprek met gedetineerden is dan sowieso geen tijd meer, maar ook niet voor extra activiteiten of begeleiding, want je hebt een personeelslid nodig die de mensen brengt naar waar ze moeten zijn. Nee, dat plan van De Croo lijkt me erg slecht: geen enkele gedetineerde wordt er beter van.»

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234