Zestien jaar na de parachutemoord, is Els Clottemans vrijgelaten onder elektronisch toezicht. De vrouw werd veroordeeld tot dertig jaar cel voor de moord op haar liefdesrivale Els Van Doren in 2006. Die ‘parachutemoord’ was één van de meest spraakmakende assisenprocessen van deze eeuw: een thrillersoap met in de hoofdrol de 21-jarige schooljuf Clottemans, die hardnekkig ontkende, maar toch werd veroordeeld. Humo sprak in 2014 met haar advocate Katrien Van der Straeten over het proces, de verpletterende media-aandacht en haar knagend gevoel van ongemak over de uitspraak.
Rivieren inkt vloeiden over het proces van de parachutemoord, en ook na de veroordeling van Els Clottemans voor de moord op Els Van Doren, hield het niet op: toen kwamen de opiniestukken in de krant, de Clottemans-steungroepen op Facebook, de boeken in de winkel, zwarte marsen op straat, en zelfs een Nederlands protestlied. Het was voor strafpleitster Katrien Van der Straeten de eerste keer dat ze een verpletterende golf van media-aandacht over zich heen kreeg. Zij verdedigde, aan de zijde van de ervaren rot Vic Van Aelst, de hoofdrolspeelster in de thrillersoap die Vlaanderen maanden in de ban hield.
Dertig jaar opsluiting. Geen levenslang. ‘Want u hebt uzelf niet gemaakt,’ zei assisenvoorzitter Michel Jordens. Dat laatste moest als een verzachtende omstandigheid klinken. Els Clottemans hield haar rood omrande ogen strak naar de grond gericht en reageerde nauwelijks nog, terwijl de voorzitter een einde breide aan ‘het proces van het jaar’. Haar advocaten werden omstuwd door journalisten, over elkaar struikelend om een quote te krijgen. ‘Het gewoel in de zaal ging een beetje aan mij voorbij,’ vertelt Katrien Van der Straeten.
KATRIEN VAN DER STRAETEN «Ik zag Els Clottemans daar in haar eentje in de beklaagdenbank staan, verdoofd en platgeslagen. Het volgende ogenblik werd ze geboeid weggevoerd door twee agenten naar een cel in de kelder. Géén vijf minuutjes meer om afscheid te nemen van moeder of broer. Gewoon zonder boe of bah de catacomben in.
»Ik heb de televisiecamera’s gelaten voor wat ze waren en ben nog eventjes beneden bij haar gaan zitten, voor ze naar de gevangenis werd afgevoerd. Ik was de enige die nog bij haar mocht, als haar advocaat. Veel hebben we niet gezegd. Ze huilde, zonder ophouden. Ze kon het nog altijd niet geloven. Of ik haar getroost heb? Die vrouw was schuldig verklaard en had net dertig jaar gevangenisstraf gekregen. Ik denk dat daar weinig aan te troosten viel.
»Ik heb altijd een goede band met haar gehad. Een soort vrouwelijke verbondenheid, misschien. Ik heb altijd in haar onschuld geloofd, nu nog altijd trouwens. Maar ik heb de uitspraak van het hof van assisen aanvaard. Er was geen enkel materieel bewijs tegen haar. Geen enkel. Toch is ze veroordeeld, op basis van vermoedens. Die vier weken assisen waren de heftigste uit mijn carrière. Zo intens, zo beladen met emoties. Ik heb gevochten voor die vrouw. Weekends en avonden doorgewerkt. Ik ben tot het uiterste gegaan van mijn kunnen, maar het is mislukt. Dat vind ik erg, of wat had u gedacht, maar ik moet me erbij neerleggen.»
Vier jaar lang volgde Vlaanderen het soapverhaal van Els Clottemans en de parachutemoord gretig in alle media. De 21jarige schooljuf uit Ternat werd beschuldigd van de moord op Els Van Doren (37), met wie ze in dezelfde Limburgse parachuteclub van Zwartberg zat en met wie ze ook dezelfde minnaar deelde: de Nederlandse valschermspringer Marcel Somers. Clottemans ruimde haar liefdesrivale uit de weg uit jaloezie, zo probeerden de speurders te bewijzen, door de riemen van haar parachute door te knippen. Els Van Doren, moeder van twee kinderen en getrouwd met juwelier Jan De Wilde, stortte op 18 november 2006 te pletter in een tuintje in Opglabbeek, na een vrije val van 4.000 meter. Els Clottemans, die zich onder vrienden ‘Babs’ liet noemen, zat meer dan een jaar in voorhechtenis maar bleef haar onschuld uitschreeuwen via brieven naar kranten, en de speurders vonden nooit keiharde bewijzen tegen haar.
BREAKING NEWS
Het proces dat er uiteindelijk van kwam, in 2010, was één van de merkwaardigste assisenprocessen van de afgelopen jaren. Iedereen had er een mening over. De mollige Babs uit Ternat verdeelde Vlaanderen in twee kampen. Je was voor of tegen haar. Het Belang van Limburg organiseerde een poll op het internet onder zijn lezers over de vraag of Els Clottemans schuldig was of niet – een dag later werd hij weer offline gehaald, na verontwaardigde reacties van assisenvoorzitter Jordens.
Vier weken later werd het verdict van de jury live uitgezonden in het televisiejournaal – op VTM dan toch. De VRT miste de uitspraak omdat ze op dat ogenblik een reportage over zwartwerk uitzond en zag honderdduizend kijkers onmiddellijk naar het VTM-nieuws zappen.
Terwijl de Eén-kijker iemand patatjes zag schillen, werd Els Clottemans op VTM, voor de ogen van een miljoen kijkers in duizenden Vlaamse huiskamers, schuldig verklaard aan moord met voorbedachten rade. ‘Ik heb me lang afgevraagd waarom dit proces ook buiten de rechtszaal zo leefde,’ zegt Van der Straeten.
‘Voor Vlaanderen was het het eerste megaproces na dat van Dutroux, ik denk dat dat een rol speelde.’ Voor Katrien Van der Straeten zelf betekende de parachutemoord de doorbraak als strafpleitster naar het grote publiek, als jongere collega van de ervaren rot Vic Van Aelst. Zij stonden op het proces tegenover Jef Vermassen, die de familie van het slachtoffer vertegenwoordigde: weduwnaar Jan De Wilde en zijn twee kinderen, die rotsvast van de schuld van Clottemans overtuigd waren.
Het ongrijpbare verdriet van de nabestaanden maakte op alle aanwezigen in de assisenzaal een diepe indruk, zeker toen de dochter van Els Van Doren op een pijnlijk moment naar buiten liep en een hartverscheurende kreet door de gangen joeg, die tot in de assisenzaal te horen was.
VAN DER STRAETEN «De emoties rolden over de zaal, elke dag opnieuw, en ook dat maakte het proces zwaar en uitputtend. Ik zal nooit de eerste dag vergeten, toen we ’s morgens bij het justitiepaleis van Tongeren aankwamen. Ik zocht een parkeerplaats en kreeg de menigte journalisten in het vizier die ons voor het gerechtsgebouw stond op te wachten. Dat beeld van die horden fotografen, cameralui en journalisten staat nog op mijn netvlies gebrand. Toen we naar binnen gingen, werden we bestormd en bijna platgedrukt op de trappen. Ik dook even een zijgang in en dacht: ‘Hola, wat is dit?!’ De media-aandacht was echt buiten proportie, ook vanuit het buitenland. Er waren Nederlandse, Franse, zelfs Amerikaanse journalisten. Daar ben ik wel van geschrokken, ja.»
HUMO Het was dan ook een crime story die thuishoorde in de top 10 van het Amerikaanse blad Time.
VAN DER STRAETEN «Tja, een moord met een parachute is een pak spannender dan een passionele moord aan het aanrecht. Het kleine, besloten wereldje van parachutespringers spreekt natuurlijk tot de verbeelding. Het zijn mensen die heel gulzig leven en houden van spanning. Elke sprong is opnieuw een kick. Het viel me op hoe nauwgezet iedereen zijn aantal sprongen bijhoudt: hoe meer sprongen, hoe hoger in aanzien.»
HUMO Het lijkt me een machowereld, als ik de bijnamen in zo’n club hoor: ‘Rambo’ of ‘de Hermanator’. Wat is er van de verhalen dat er zo veel seks in de lucht hangt?
VAN DER STRAETEN «In de lucht? Dat weet ik niet (lacht). Er hangt een ongedwongen sfeer onder de clubleden, omdat zo’n sprong samen beleven blijkbaar een heel intense ervaring is. Maar het waren toch vooral journalisten die insinuaties maakten dat het een ‘parenclub’ was in plaats van een ‘paraclub’.
»Het gegeven van de driehoeksverhouding, jaloezie en overspel maakte het verhaal voor de media natuurlijk extra interessant. Toen Marcel Somers op het proces kwam getuigen, zat er opvallend veel publiek in de zaal. Ze wilden allemaal wel eens zien hoe die womanizer eruitzag, die er twee minnaressen tegelijkertijd op nahield. Ik ben één keer in Zwartberg geweest, toen het voltallige hof van assisen daar tijdens het proces neerstreek, en ik vond er niks speciaals aan: het was gewoon een hangar met een vliegtuig in.»
HUMO Die busuitstap met het hele hof naar de plaats van de misdaad was memorabel. Het had iets van een schoolreis.
VAN DER STRAETEN «Ik vond het eerlijk gezegd wat overdreven. Ik geloof dat het voordien alleen op het proces-Dutroux is gebeurd: toen heeft de jury de kelder bezocht waar de kinderen werden gevangengehouden. We kregen allemaal een plaats aangewezen in een bus – een dubbeldekker, zodat de jury apart kon gaan zitten en niet in contact kon komen met de andere partijen. De politie had alle kruispunten afgezet om de bus door te laten. En dan ging het, onder begeleiding van blauwe zwaailichten, de hele dag langs alle plekken die een rol hadden gespeeld in het onderzoek: de club, een frituur, een boom waarin een stuk van de parachute van Els Van Doren werd teruggevonden (de pilot chute, een klein parachute onderdeel dat de grote koepel opentrekt, red.). Intussen ging de zitting gewoon verder en gaven de onderzoekers uitleg: een rijdend assisenhof. Ik vond het totaal overbodig. Het was al zo’n lang proces, waarom moesten wij nog een dag verliezen om een boom te gaan bekijken? Wat was de waarde daarvan?
»De belangrijkste reden voor de overweldigende aandacht was dat er geen bewijzen waren – en ook geen bekentenis. Het proces kon elke dag nog alle kanten op, en het publiek wilde weten hoe het zou aflopen. Ook dat is uniek, want in een assisenzaak voel je meestal snel welke richting het uitgaat. De spanning is tot op het einde gebleven. Er was geen enkel moment waarop ik dacht: ‘Nu is het gedaan.’ Zelfs op het allerlaatste moment was nog alles mogelijk. Het was zenuwslopend.»
MAMMIE EN PAPPIE
Ze had misschien wel wat kledingadvies kunnen gebruiken, die eerste dag: Els Clottemans verscheen in de assisenzaal in een felrode, weinig verhullende trui, die onmiddellijk voorwerp was van snerende commentaren op de publieksbanken. ‘Uw leeftijd?’ vroeg de assisenvoorzitter. ‘Zenuwachtig,’ antwoordde de beschuldigde, met friemelende handen. Later die dag zou Els Clottemans tijdens haar ondervraging met ingehouden woede uithalen naar de ondervragers die haar vier jaar lang in het nauw hadden proberen te drijven. ‘Ik werd geïntimideerd, gekleineerd en belachelijk gemaakt als vrouw.’
HUMO De ondervragers gaven nadien een andere versie: Clottemans was moeilijk te ondervragen, antwoordde naast de kwestie en was zeer manipulatief.
VAN DER STRAETEN «Ik ben het daar niet mee eens. Ze zei niet wat de ondervragers wilden horen, dat is waar, en daar werden ze zenuwachtig van. Mijn cliënte is in totaal meer dan honderd uur ondervraagd. Al die tijd bleven ze er maar op hameren: ‘Jij hebt het gedaan.’ En ze wilden natuurlijk hun gelijk halen.»
Het Tongerse onderzoek spitste zich van bij het begin toe op de bizarre ménage à trois tussen Els Van Doren (37), Marcel (46) en Babs (21), drie vrienden in de parachuteclub van Zwartberg die dikwijls samen sprongen. Dat Marcel Somers en Els Van Doren een stel waren, wist iedereen in de parachuteclub, maar dat Marcel daarnaast ook nog eens een affaire had met de vijfentwintig jaar jongere Babs wist niemand, ook Els Van Doren niet. Die bedroog op haar beurt haar echtgenoot Jan De Wilde, die zich blijkbaar geen vragen stelde bij het feit dat zijn vrouw elk weekend naar Zwartberg trok om er te gaan springen, en er ook altijd bleef overnachten.
De ervaren springster Els Van Doren had nieuwkomer Babs onder haar vleugels genomen en hielp er haar bovenop als ze weer eens in een dip zat. Marcel coachte haar bij het aanleren van nieuwe formaties. Babs noemde de twee dikwijls al lachend ‘mammie en pappie’.
Het zette de speurders op de piste van het elektracomplex, in de psychologie de vrouwelijke tegenhanger van het oedipuscomplex: dochter voelt zich aangetrokken tot vader en beschouwt moeder als een hinderlijke concurrente die uit de weg moet worden geruimd.
Dat paste in het plaatje, want de vader van Els Clottemans was heel vroeg gestorven en ze had de vaderliefde erg gemist. Ook Babs bleef vaak het hele weekend in Zwartberg, en op vrijdagavond, als Els Van Doren er nog niet was, kroop zij bij Marcel in bed. De zaterdagen waren gereserveerd voor Els. Op vrijdagavond 11 november 2006, een week voor de fatale sprong, was Babs op bezoek bij Marcel, toen Els Van Doren onverwacht arriveerde. Babs moest die nacht op een matras in de living slapen, terwijl haar liefdesrivale het bed deelde met Marcel. Vanop haar matras moest Babs luisteren naar de geluiden van hun vrijpartij in de kamer ernaast. Dat was zo’n grote vernedering – het was vrijdag, ‘haar’ avond – dat ze uit frustratie besloot de parachute van Van Doren die in de gang stond te saboteren. Zo was het volgens de Tongerse speurders gegaan. Niet volgens Babs, die zei dat ze zich die avond wel overbodig voelde, maar erg moe was en snel in slaap was gevallen.
Het probleem voor de speurders was dat ze geen enkel materieel bewijs hadden. De parachute werd verschillende keren onderzocht door verschillende experten, maar DNA of vingerafdrukken van Babs werden er niet op gevonden. En op de schaar in het appartement van Marcel, waarmee de riemen volgens de speurders waren doorgeknipt, werden geen vezels van Van Dorens parachute gevonden. De onderzoekers hadden alleen indirect bewijs: Clottemans was volgens hen de enige die de kennis, de gelegenheid en het motief had voor de moord. En haar persoonlijkheid paste perfect in het daderprofiel.
VAN DER STRAETEN «Dat is wat me tijdens het proces zo gestoord heeft: ze hebben zo veel technische sporenonderzoeken laten doen, maar die hadden niet het door hen gewenste resultaat, en dus werden ze gemakshalve maar opzijgeschoven. Is dat ernstig? Stel jezelf in de plaats van Els Clottemans: je wordt beschuldigd van een misdaad, er worden kosten noch moeite gespaard om bewijzen te vinden door allerlei objectieve, wetenschappelijke onderzoeken, en geen énkel onderzoek toont aan dat je schuldig bent. En dan zeggen ze: ‘Ja maar, je hebt toch een motief, dus zal je het wel gedaan hebben.’»
HUMO Jef Vermassen zei in zijn pleidooi dat het zoeken naar materiële bewijzen iets van honderd jaar geleden is: de gendarme met zijn velo en zijn vergrootglas. Bewijzen zijn niet nodig, profiling is de toekomst.
VAN DER STRAETEN «Daar ben ik het absoluut niet mee eens. Als je beschuldigd wordt, zou je van een rechtssysteem toch mogen verwachten dat ze op een objectieve manier kunnen aantonen dat je schuldig bent? Dat vind ik normaal, voor álle rechtszaken. Als je iemand ver-oordeelt, mag dat niet op basis van vermoedens zijn.»
HUMO Er worden in België elke dag mensen veroordeeld zonder materiële bewijzen.
VAN DER STRAETEN «Dat is toch erg, in een rechtsstaat? Hoeveel van hen zijn misschien ten onrechte veroordeeld? Ik vind dat we als advocaat moeten waken over die objectiviteit. Voor mij is het niet voldoende dat je ‘het perfecte profiel’ hebt.
»In een rechtssysteem waarin de laatste jaren steeds meer tijd en aandacht wordt besteed aan technische onderzoeken, moet je de resultaten ervan ook laten meespelen. Er zijn zo veel nieuwe ontwikkelingen dat je die wetenschap niet naast je kan neerleggen.»
HUMO Niemand anders had de parachute van Els Van Doren kunnen saboteren.
VAN DER STRAETEN «Zeggen de speurders. Dat is hun stelling, hun interpretatie. Van in het begin hadden ze die tunnelvisie. Daarbij werden alle andere mogelijke verdachten onmiddellijk uitgesloten. Els Clottemans was bijvoorbeeld de enige van wie ze DNA hebben afgenomen om te vergelijken met de DNA-profielen op de parachute van Els Van Doren. En wat blijkt? Ze vinden niets: geen DNA, geen vezeltje. Zo’n sporen onderzoeken zijn op geen enkele manier te manipuleren, dus als ze niets opleveren, moet je daar ook je gevolgen uit trekken. En dat heb ik op het proces toch fel gemist.»
HUMO Misschien droeg ze handschoenen.
VAN DER STRAETEN «Kijk, van dat soort redeneringen komt mijn haar recht. Dat is toch niet correct? Zo kan je op de duur alles bewijzen! Dan moet je zelfs niet meer aan een DNA-onderzoek beginnen.»
HUMO Els Clottemans is op basis van subjectieve elementen veroordeeld, zegt u?
VAN DER STRAETEN «Ik moet me neerleggen bij de beslissing van de jury. Maar ik vind als advocaat dat de bewijslast tegenwoordig veel te vaak wordt omgedraaid. Je wordt gedagvaard als verdachte in een zaak, en dan mag jij gaan bewijzen dat je het niet gedaan hebt. Dat is een compleet scheefgetrokken situatie. We moeten maar eens terug naar het basisprincipe, en dat is dat de bewijslast bij het Openbaar Ministerie ligt.»
HUMO Heeft Els Clottemans dan geen eerlijk proces gekregen?
VAN DER STRAETEN «Ik kan niet zeggen dat het geen eerlijk proces was. Els Clottemans heeft haar proces gekregen op een correcte manier, de voorzitter heeft ons de mogelijkheid ge-geven om onze verdediging te voeren. Maar de vraag is wat voor een proces je krijgt, als het onderzoek waarop het voort-bouwt met oogkleppen op is gevoerd.»
HUMO Heb je altijd in de onschuld van Els Clottemans geloofd?
VAN DER STRAETEN (overtuigd) «Ja. Ik geloof haar.»
HUMO Wie heeft het dan volgens jou gedaan, als zij het niet is?
VAN DER STRAETEN «Ik ben geen onderzoeker. Het is niet aan mij om aan te duiden wie er dan wel in aanmerking zou komen.»
SLOTBOMBARDEMENT
Els Clottemans is veroordeeld op basis van haar persoonlijkheid, zo blijkt uit de motivering van de jury. Die grillige persoonlijkheid loopt als een rode draad door het proces. Haar jeugd is getekend door depressies en stemmingswisselingen, die ze wijt aan de vroege dood van haar vader. Ze heeft enkele mislukte zelfmoordpogingen achter de rug en ze wordt behandeld voor de stoornis ADHD.
De clubleden, die één voor één de revue passeren, schilderen haar af als een aandachtszoeker, eentje die achter de mannen aanliep en zich opdrong. Jongere schoolvriendinnen aan wie ze haar belevenissen op de parachuteclub vertelde, vonden dan weer dat het leven van Els Clottemans één spannende soap was, en krijgen geen kwaad woord over hun lippen. Drie psychiaters bestempelen haar als psychopate, leugenachtig en manipulatief, met een gebrek aan een moreel besef en antisociaal gedrag.
Drie andere psychiaters houden het op een borderlinestoornis, die meteen ook een verklaring kan zijn voor het opmerkelijke gedrag van Els Clottemans. Want dat er iets mis is met haar, daar is iedereen het over eens, ook zijzelf.
Ze wordt vergeleken met een wurgplant en een gifslang. ‘Een vrouw met een zwarte ziel,’ zegt Vermassen. Marcel, de fladderaar met zijn twee minnaressen, heeft het over ‘een wolf in een schaapsvacht’. En openbaar aanklager Patrick Boyen zorgt met dreunende stem voor een vernietigend slotbombardement: ‘Geniepig, laf, respectloos, inlevingsvermogen nul, een ijzingwekkend monster, een kernpsychopate, een diep gestoorde madam, een ge-vaar voor de maatschappij, een boosaardige criminele met een boven gemiddelde kans om te hervallen in onmenselijk gedrag.’ Voilà, daar moet je even van gaan zitten.
HUMO Er kwam veel kritiek op de onbewogen houding van Els Clottemans tijdens het proces. Een zoutzuil: niets scheen haar te raken.
VAN DER STRAETEN «Dat leek alleen maar zo, ze had het wel degelijk heel zwaar. Ik zocht haar iedere ochtend voor de procesdag nog even op in het cellencomplex onder het justitiepaleis. Dan vertelde ze dat ze zich geen houding wist te geven. Op alles wat ze deed, kwam commentaar, elke beweging werd uitvergroot en geïnterpreteerd op een soms heel foute manier. Je hoort dag in dag uit, uur na uur van al-les over jezelf zeggen, en niet altijd het fraaiste. Natuurlijk komt zoiets hard aan! Je kan je niet altijd direct verdedigen. Als iemand een anekdote over je komt vertellen en je weet dat het eigenlijk anders in elkaar zit, heeft het weinig zin om het daar te gaan rechtzetten. Je kan er moeilijk een welles - nietesspelletje van maken. Je moet machteloos toekijken hoe er een genadeloos portret van je wordt geschilderd.»
HUMO Tijdens het proces heb jij voor de begeleiding van Els Clottemans gezorgd, terwijl Vic Van Aelst de journalisten voor zijn rekening nam.
VAN DER STRAETEN «Er was op voorhand geen taakverdeling afgesproken, dat is spontaan gegroeid. Vic was ook bezig met Els Clottemans. Maar ik denk dat ik soms meer oog had voor kleine dingen: af en toe een woordje tussendoor, haar even op haar gemak stellen, de dag overlopen of iets praktisch regelen. Vic was daar minder mee bezig. Maar we waren een goed duo. Ik voelde me niet in de schaduw gezet, hoor, ook al zoomde de pers graag in op de clash tussen Vermassen en Van Aelst. Ik ben heel onbevangen aan het proces begonnen en dat is mijn geluk geweest. Het hielp mij om de focus te houden. Ik wilde het gewoon goed doen voor Els Clottemans. Ik heb niet de drang om constant voor de televisiecamera’s te kruipen. Ik voel me goed in mijn vel, ik doe mijn ding graag, ben heel gedreven, en probeer mijn cliënt optimaal te verdedigen, op mijn manier.
»Ik ben 42, en ik heb nu 17 assisenzaken gedaan. Clottemans was de vijftiende. Mijn eerste dag aan de balie vergeet ik nooit. Ik begon mijn stage in het kantoor van Vic Van Aelst in Brussel, in 1995. Die eerste dag ben ik daar niet eens binnengeraakt. Ik stond voor de deur op de stoep, Vic was er niet, en een medewerker duwde me een bundel papier in de handen: ‘Voilà, dit is het dossier, ga nu maar pleiten op de rechtbank.’ Ik heb van Vic een opleiding gekregen, in die zin dat ik direct in het bad werd gegooid (lacht). Zelf probeer ik dat nu met mijn stagiaires toch iets anders aan te pakken.»
HUMO Tongeren was niet bij de deur voor jou. Hoe verliep een gemiddelde procesdag?
VAN DER STRAETEN «Vic en ik reden elke dag op en af. Dat wil zeggen: ik reed, Vic zat erbij, en vergaderen deden we al rijdend. Ik vertrok elke dag rond zeven uur ’s morgens en kwam ’s avonds rond acht, negen uur thuis. Maar ik sta altijd heel vroeg op om te werken, soms al om vier uur. In die vroege uurtjes kan je heel veel werk verzetten. Als ik om zeven uur naar Tongeren vertrok, waren de boterhammetjes van mijn kinderen gesmeerd en stonden de boekentasjes klaar. En mijn ouders, schoonouders en partner waren er gelukkig ook nog.
»Maar een mens kan veel aan, hè. Na die vier weken Tongeren was het wel genoeg geweest. Als ik mezelf op televisie zag, schrok ik van de wallen onder mijn ogen. Het was een uitputtingsslag. En toch moest je er je hoofd bij houden, want elke dag gebeurde er wel wat.»
HET RODE MAKE-UPTASJE
Op het proces blijven de incidenten zich aan elkaar rijgen. Er is de parachute-expert die als deskundige komt getuigen, maar ontmaskerd wordt als de man die foto’s van Marcel en Els Van Doren aan de pers verkocht (Het Laatste Nieuws en Story) voor in totaal 4.300 euro. Er zijn de anonieme brieven van tipgevers, die tijdens het proces blijven toestromen.
En er is het rode make-uptasje. Het allerlaatste incident gebeurt wanneer niemand het nog verwacht, als de jury al enkele uren aan het beraadslagen is. Tussen de bewijsstukken heeft een nieuwsgierig jurylid een rood maquillagetasje gevonden. Dat tasje is tijdens het proces voortdurend ter sprake gekomen: de speurders gingen ervan uit dat het na de dood van Els Van Doren gestolen was door Els Clottemans, maar hadden er tijdens huiszoekingen vruchteloos naar gezocht. Clottemans ontkende, maar niemand die dat nog geloofde. Het vermiste tasje groeide uit tot een symbool van haar doortraptheid. Jef Vermassen hing er zijn pleidooi aan op en noemde het ‘de trofee van de moordenaar’. Clottemans had het weggepakt om de schoonheid van Els Van Doren te stelen, klonk het in zijn pleidooi, zoals de Hutu-vrouwen tijdens de Rwandese genocide de chique kleren van de mooie Tutsi-vrouwen stalen. Toen het tasje even later werd teruggevonden tussen de spullen van het slachtoffer, werd Jef Vermassen bleek. Een bewijs van Clottemans’ onschuld was het niet, maar het degradeerde het hele assisenproces tot een schertsvertoning, waar men willekeurig met bagger naar de beschuldigde had zitten gooien. De verdediging liet het proces niet stilleggen.
VAN DER STRAETEN «Op dat moment, terwijl we zaten te wachten op het verdict van de jury, geloofde ik nog altijd dat onze cliënte zou worden vrijgesproken. Els Clottemans zelf trouwens ook.»
Voor de jury was de miraculeuze vondst van het tasje niet doorslaggevend, zou later blijken.
HUMO VTM-journalist Faroek Özgünes, die over de zaak het boek ‘De parachutemoord’ schreef, zegt dat de stemming van de jury over de schuldvraag unaniem was, twaalf tegen nul. De jury was wel erg overtuigd.
VAN DER STRAETEN «Ik weet niet waar dat verhaal vandaan kwam. Ik vond het ook niet meer relevant. Ze was schuldig verklaard, dat was de uitspraak en daar hebben we ons bij neergelegd.»
Ook na de veroordeling leek er geen einde te komen aan de soap: toen kwamen de opiniestukken in de krant, de zwarte marsen, de steungroepen op Facebook en de melige YouTube-filmpjes waarin Clottemans werd vereerd als martelaar, gevallen op het slagveld der gerechtigheid. In Ternat, de woonplaats van Clottemans en haar moeder, stapten zelfs de burgemeester en het bijna voltallige schepencollege mee in een ‘zwarte mars’. ‘Ik heb zelf nooit meegelopen in die zwarte marsen, nee,’ zegt Van der Straeten.
‘Ik ben advocaat en mijn taak is te waken over de rechtsregels en het rechtssysteem. Ik begreep de reactie van de mensen wel. Ze waren geschokt in hun rechtsgevoel. Ze hadden het gevoel: dit kan iedereen overkomen. Maar ik vond de mediaheisa na het proces wel fel overdreven en vaak totaal ongepast.’
Clottemans tekende na haar veroordeling cassatie aan, maar dat werd verworpen omdat er in de gevangenis een fout in de procedure werd gemaakt. Nu loopt er een procedure bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.
VAN DER STRAETEN «Ik ga Els Clottemans af en toe nog bezoeken en ze doet het behoorlijk goed, gezien de omstandigheden. Ze werkt in de bibliotheek van de gevangenis van Gent. Ze krijgt nog altijd veel brieven van mensen die haar steunen, maar ze wil uit de media blijven. Ik merk zelf ook dat de zaak in het collectieve geheugen is blijven hangen, ik word er nog geregeld over aangesproken.
»Ik vond het natuurlijk heel erg dat ze veroordeeld is, maar ik weet dat ik gedaan heb wat ik kon. Het is niet gelukt. Dat moet ik aanvaarden, maar we blijven wel verder vechten voor het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.»
(Verschenen in Humo op 15 juli 2014)