AfscheidMartine Tanghe
‘Ik koop mij liever iedere dag een bos verse bloemen dan iedere week een nieuwe bloes’
Op maandag 30 november zal nieuwsanker Martine Tanghe voor de laatste keer ‘Het journaal’ lezen. Ter ere van het tv-icoon doken we in het Humo-archief en diepten we de mooiste souvenirs aan haar op.
(Verschenen in Humo op 26 mei 1983)
Eerst wil ze niet (‘Ik heb net aan Story geweigerd’), dan wil ze weer wel (‘Humo is toch Story niet’) maar alleen op voorwaarde dat ze ‘haar spul’ achteraf mag nalezen. Als ze dan achteraf inderdáád naleest, hoeft er niets te worden geschrapt; alleen dat Humo haar ‘begerenswaardig’ noemt, levert enig tegenstribbelen op. Het eigenlijke interview vindt plaats op haar appartement achter het Brusselse Justitiepaleis. Martine zet koffie en toont foto’s van de zeilboot van haar vriend Jos — ‘onze’ zeilboot, verbetert ze — waarmee ooit de zeven wereldzeeën zullen worden doorkruist. Buiten schijnt een verleidelijke zon, en dat maakt het er Martine niet gemakkelijker op: ook een BRT-journalist krijgt wel eens een aanval van escapisme.
HUMO Je presenteert het nieuws met een onthutsende vanzelfsprekendheid: een welkome afwiseling voor de arrogantie of het dodelijk sérieux van andere dagen. Maar omdat je zo goed presenteert, zou men je wel eens tot het uithangbord van de Nieuwsdienst kunnen maken en je ondertussen van het ernstigere reportagewerk afhouden. Neen?
MARTINE TANGHE «Ik heb vorig jaar een vol seizoen op ‘Panorama’ gezeten. Ik presenteer ook niet meer dan een ander: ‘t is gewoon een beurtrol. Vroeger was het zo dat alle twintig journalisten het nieuws presenteerden. Zo kregen de mensen in korte tijd twintig verschillende gezichten te zien. Nu is daar verandering in gekomen: twee of drie mensen presenteren het eerste ‘Journaal’, terwijl. het tweede ‘Journaal’ nog altijd door iederéén wordt gedaan.
»In Nederland heb je professionele nieuwslezers die niets anders doen die lezen dan teksten die voor hen werden klaargemaakt. Een BRT-journalist doet de twee: teksten maken én presenteren. Da’s eigenlijk waanzin: er zijn op de BRT uitstekende desk-journalisten mensen die goedteksten kunnen schrijven — maar die minder goed kunnen presenteren. En omgekeerd, natuurlijk.»
HUMO Hoe maak je je teksten?
TANGHE «’Het Journaal’ wordt aan de desk door drie mensen gemaakt: één komt ‘s morgens om 9 uur en de twee anderen komen na de middag. Eén van die drie leest ‘s avonds het eerste nieuws. Die heeft natuurlijk het recht om de teksten van de anderen wat naar zijn mond te zetten. Er zijn mensen die gehakt-stro-teksten maken, allemaal heel korte zinnetjes na mekaar, terwijl ik liever een afwisseling van lange en korte zinnen heb. Ik bewerk zo’n tekst dus op de vorm, niet op de inhoud, want dat is een kwestie van vertrouwen tussen de journalisten onderling. Kortom: je bent eigenlijk maar verantwoordelijk voor de inhoud van één derde van wat je op het scherm afleest. Dat heeft voor gevolg dat je in de pers vaak wordt uitgescholden voor dingen waar je eigenlijk niets mee te maken hebt.»
HUMO Een voorbeeld?
TANGHE « ‘t Overkomt mij vaak, hoor. In de Gazet van Antwerpen werd ik met alle zonden van Israël overladen vanwege mijn berichtgeving over het bezoek van de Paus aan Midden-Amerika. Toevallig had ik van dat bericht niet één woord zelf geschreven. Dat is natuurlijk toeval: het ‘Journaal’ wordt in twee of in drie stukken gehakt ; wie om twee uur begint doet het binnenland — korte berichtjes na elkaar — terwijl de ander het buitenland doet, met doorgaans langere beeldbanden die van commentaar moeten worden voorzien. Goed, ik lees dat — door een ander geschreven — pausbericht en de volgende dag gaat de Gazet van Antwerpen naar het fulmineren: ‘hoe ik als ‘rooie duidster’ mijn ‘stempel’ op dat bericht had gedrukt enz. Men heeft mij aangeraden om daar tegen te reageren, maar ik heb het zo gelaten: die fouten worden begaan door mensen die niet eens weten hoe zo’n journaal wordt gemaakt.»
HUMO Bij zo’n bericht over de Paus kun je met een meewarige of een geëxalteerde begeleidende blik toch veel méér zeggen dan met een kwaadaardig tekstje?
TANGHE «Dat gebeurt nauwelijks. Toch ben ik het ook weer die daar meestal kritiek op krijg. Ik zou namelijk elk bericht over de CVP met een ‘monkellachje’ lezen.»
HUMO Zou je voor de lezers misschien even willen monkellachen, opdat ze zouden weten wat hier precies wordt bedoeld?
TANGHE «Dat ik het zélf niet weet. Da’s flauwe kul, hè: de mensen zien wat ze willen zien. Ik krijg ook tegengestelde kritiek: sommigen vinden dat ik een bepaald bericht grijnzend heb gelezen, terwijl anderen beweren dat ik mijn goedkeuring voor datzelfde bericht niet van mijn gezicht kon houden. Onzin. Ik probeer alles zo droog mogelijk te lezen. Onlangs nog: er was een mooi bandje waarop de toenmalige minister Claes over Wilfried Martens zei ‘dat hij net een man was die zijn vrouw met een minnaar had betrapt’, iets in die zin. Nouja, ik moest daar om lachen omdat Claes dat zo grappig had gezegd, maar plotseling stopt die beeldband en ik kom — nog wat nalachend — in beeld. Wel, er zijn mensen die daar woest om worden. Tja, als iets grappig is, moet ik daar nu eenmaal om lachen; sorry hoor. En als ik iets ergs lees, raakt mij dat óok, natuurlijk.»
HUMO Terug naar de Paus. Hoe komt die zo vaak op het scherm? Goeie vriendjes met Jan Schodts?
TANGHE «De Paus komt dus niét iedere week op het scherm. Maar als hij op reis gaat, zullen wij daar — tot wanhoop van velen —de nodige aandacht aan besteden. Pas op: ik vind het ook niet onbelangrijk wanneer de Paus naar Midden-Amerika gaat, hè. Maar er zijn grenzen.»
HUMO Die Paus gaat natuurlijk niet op reis voor die enkele honderdduizenden pelgrims in het land van bestemming. Nee, die man gokt op de gratis zendtijd die hij all over the world krijgt. Bij zo’n reis dringt die weer eens één miljard huiskamers of hutten binnen. Eigenlijk is dat onbetaalde reclame voor de Katholieke Kerk. Hoe lang mag hij eigenlijk precies in beeld? Heb je dat zélf in handen? Want je maakt toch je eigen teksten.
TANGHE «Aan de Paus moeten wij ‘de gepaste aandacht’ besteden; da’s de gebruikelijke term. Als wij 20 seconden over een reis zouden geven, zou dat zeker kwalijk worden genomen. Dat zijn richtlijnen van hogerhand; maar een echt dictaat is het natuurlijk niet.»
HUMO Maar wat is dan precies ‘de gepaste aandacht’?
TANGHE «Moeilijk, hè. De beeldbanden die wij over de Paus binnenkrijgen, duren meestal erg lang. Vaak zitten daar ook meerdere minuten Mis bij; nu vind ik dat niet zo belangrijk: die man draagt wellicht iedere dag een Heilige Mis op. Die Mis zou ik er dus eigenlijk al uitlaten, of slechts heel even tonen. Maar als de Paus bijvoorbeeld het graf van Romero gaat bezoeken, of als hij Ernesto Cardenal terechtwijst, is dat natuurlijk wereldnieuws en héél belangrijk. Je moet ook niet paranoïde zijn: er ligt hier op mijn bureau geen beleidsnota die mij verplicht om zo en zoveel minuten of seconden aan dit of aan dat te besteden.»
HUMO Zijn er nog meer onderwerpen die ‘de gepaste aandacht’ verdienen?
TANGHE «Eén mei, Rerum Novarum, het Nationaal Zangfeest, de IJzerbedevaart.»
HUMO De ‘Ha! van Humo’ blijkbaar niet?
TANGHE «Die hebben wij, denk ik, toch vermeld?»
HUMO Maar de ‘gepaste aandacht’ kreeg ie niet.
TANGHE «Ach, al die gevoeligheden (lacht). Pas op: wij krijgen nét zoveel brieven pro als contra het pausnieuws. Er zijn mensen die niet genoeg van de Paus kunnen krijgen.»
HUMO Een ander punt: de bezuinigingen. Bij ‘Panorama’ springen die wellicht het meest in het oog: er is steeds minder eigen werk, er wordt steeds minder gereisd. Hoe zwaar weegt de crisis voor de BRT-Nieuwsdienst?
TANGHE «Héél zwaar. Neem het ‘Journaal’: wij moeten bezuinigen op het gebruik van foto’s, jaja. De foto’s van het agentschap Belga, bijvoorbeeld, zijn afgeschaft. Het vreemde is: zoiets gebeurt, het wordt je dus niet gezegd of zo. Nog iets: wij werkten graag met onderwerplogo’s of tekeningen, in de linkerbovenhoek, als blikvanger voor de kijker: ‘Reagan in Moskou’, ik zeg maar wat. Tekst plus tekening mag nu niet meer: te duur. Het mag alleen nog een tekening zijn. En verder: wij hebben net een nota gekregen die zegt dat er teveel filmpellicule wordt verbruikt. Normaal wordt gewerkt met 1 op 5 of 1 op 3, wat wil zeggen dat per 100 meter verschoten film je er 20 of 30 uitzendt. Nu moet dat strikter: 1 op 2 of zelfs 1 op 1. Voor interviews is dat natuurlijk dodelijk. Jij weet zelf best dat je werkt met weggooivragen en dat je moet knippen en inkorten in zowat alle vraaggesprekken. Wel, probeer dat maar ‘eens met 1 op 2.»
FOTOGRAAF HERMAN SELLESLAGS «Pas op: die 1 op 2 is de pelliculeprijs, hè. Want daar drukken ze de loonkost van de cameraman nog niet mee. Eigenlijk is dat besparen op potloden en vellen kladpapier.»
TANGHE «Maar ze beperken ook al het aantal draaidagen. Vroeger werd er 10 dagen voor één onderwerp gedraaid, vandaag moet dat op 5 dagen kunnen. Vooral voor het buitenland is dat moeilijk. Als je 6 dagen krijgt om in Midden-Amerika een diepgravend item te gaan draaien, reis inbegrepen, nou, begin er maar aan. Er zijn heelwat goeie ideeën om die reden gesneuveld. Het ergste: men bespaart nu al op bepaalde krantenabonnementen. Nouja, als er geen geld is... Het moet verschrikkelijk frustrerend Zijn om in deze tijd hoofdredacteur van ‘Panorama’ te zijn. Of om ‘Panorama’ te maken. Het belangrijkste argument is nu: ‘Als het maar niks kost’. Als wij dus beeldmateriaal gratis aangeboden krijgen, wordt dat gretig aanvaard.»
HUMO Da’s toch erg gevaarlijk: zo kunnen bepaalde kapitaalkrachtige persagentschappen of belangengroepen zich vlot met propaganda binnenwerken.
TANGHE «Precies. Je hebt het nieuws niet meer zelf in handen. Bij aangekocht materiaal heb je nog een klein beetje controle. Maar bij aangeboden materiaal is die helemaal weg. Een gekregen paard kijk je niet in de mond, hè.»
HUMO Ander punt: je rol als vrouw in de mannenclub die de BRT-Nieuwsdienst toch wel is. lk vraag mij af: tussen je twintig en je veertig als vrouw op het ‘Nieuws’ kan leuk zijn. Maar voorbij de veertig lijkt het mij beangstigend.
TANGHE «Dat denk ik ook: ik werk hier nu mijn zesde jaar en ik begin te vinden (aarzelt lang) dat een mens na een zekere ‘tijd de moed moet hebben om te zeggen dat het genoeg is geweest. Pas op: ik doe het nog graag en ik wil de mensen die géén vaste en goedbetaalde job hebben met die uitspraak niet tegen de borst stuiten. Ik wil niet verwend klinken. Maar als de situatie op de arbeidsmarkt beter was, tja, dan zou ik wel eens, durven uit te kijken naar iets anders. Zes jaar Nieuwsdienst is lang, hè. En ouder worden op die redactie zie ik zeker niet zitten. ik wil daar niet op mijn zestigste nog altijd mijn tekstjes zitten schrijven.»
HUMO Maar misschien ben je dan wel administrateur-generaal!
TANGHE (lachje) «Ten eerste: ik kies voor een vlakke loopbaan; het interesseert mij niet om op te klimmen via de hiërarchische ladder. Ik ben hier zonder steun binnengekomen en zo wil ik het houden. Ik ben bij niks en ik wil ook bij niks zijn. De mensen willen dat misschien niet geloven, maar om hier binnen te komen heb je geen steun nodig; wie het tegendeel beweert, is slecht geïnformeerd of van kwaaie wil. Om op te klimmen, is het wel anders: clan moet je kleur bekennen. En verder: hoe hoger je binnen de BRT klimt, hoe oninteressanter je job wordt. Zo’n hoofdredacteurschap is nog uitsluitend een administratieve functie dienstregelingen maken, nota’s schrijven en zo.»
HUMO Je bent dus niet helemaal gelukkig. Heeft dat ook te maken met het feit dat jij binnen de nieuwsdienst geen specialisatie hebt: iets waar je met de jaren steeds meer gaat van afweten, tot je rondom je vijftigste een echte autoriteit in die materie bent geworden. En dus onvervangbaar?
TANGHE «Heel juist. Misschien klinkt dit belachelijk, maar ik zeg het toch: toen ik op de nieuwsdienst binnenkwam, was de wereld — waren de functies — al verdeeld. Er was geen stuk van de taart meer over. Ik had — en ik heb nog steeds — een grote belangstelling voor Midden-Amerika. Ik heb daar trouwens jaren aan een stuk Spaans voor geleerd, veel over gelezen en zo. Persoonlijk heb ik daar wat aan gehad, natuurlijk, maar beroepshalve heeft dat niets betekend, omdat er ai een specialist was.»
HUMO Johan Depoortere?
TANGHE «Ja. En ik ben ook niet het type om daar nu met het mes tussen de tanden mijn plaatsje te gaan veroveren of zo. Ik ga ook niet liggen zeuren ‘om alsjeblieft óok eens naar Nicaragua of naar El Salvador te mogen gaan’. Ik ben vast van plan om te gaan, maar dan niet voor de BRT. Desnoods betaal ik het wel zelf.»
HUMO Ik proef hier lichte teleurstelling.
TANGHE «Dat is zo. Ik ben zoals zovelen — niet naar de BRT gekomen om de wereld te zien. Dat verlangen is pas later gekomen, toen ik er al werkte. Heel veel collega’s van mij hebben véél gezien; ik heb niets gezien, absoluut niets. Dat vind ik jammer.»
HUMO Is het dan toch zo dat men je als. vrouw niet helemaal voor vol heeft aangezien? Zo van: ‘wees jij maar mooi en presenteer het nieuws en loop ons niet voor de voeten als het op interessante reizen en onderwerpen aankomt’?
TANGHE « ‘t Zou kunnen. Monique Delvaux heeft wél wat gereisd, maar toch aanzienlijk minder dan de mannen.»
HUMO Wat zie je als alternatief?
TANGHE «Ik ben niet van plan nog 20 jaar op die BRT te blijven, zelfs geen tien. Op de dag dat ik het echt niet graag meer doe, ga ik weg; dan zal die veertigduizend frank per maand geen reden zijn om mij daar te houden. Ik vind dat je jezelf dat niet ‘mag aandoen. Ik zou willen dat ik — als ik weg ging — mijn werk aan tien werklozen kon geven. Ik wil ook tien of twintigduizend frank van mijn wedde afstaan, als iemand anders daar tenminste werk mee zou hebben. Ik méén dat. Ik heb een mooie job, een job waartegen een aantal mensen opkijkt, en ik ben er relatief tevreden mee. En toch ben ik, zoals je zegt, teleurgesteld. Ik wil maar zeggen: ik wil niet in die job verzuren, ik wil niet oud en grijs worden op de BRT. Ik heb daar mensen gezien die hun werk absoluut tegen hun zin deden en dat vind ik heel erg. Wat dan wel? Ik denk aan een sabbat jaar: na vijf jaar zou je één jaar verlof zonder wedde moeten kunnen nemen, om daarna opgefrist weer aan de slag te gaan. Nu kunnen wij op de BRT hooguit drie maanden verlof zonder wedde krijgen. En dan moet je nog een ‘zéér grondige reden’ hebben, een boek schrijven of zo. En ik zou begot niet weten waarover een boek te schrijven. Gedurende die drie maanden zou een werkloze mij dan kunnen vervangen. Je wil mij toch niet zeggen dat niemand Martine Tanghe zou kunnen vervangen!»
HUMO Wat zou je dan uitrichten tijdens je sabbatjaar?
TANGHE «Weggaan! Een stuk van de wereld zien.»
HUMO Een laatste avontuur voor de kaap van de dertig?
TANGHE «Ik ben nu nog Jong en sterk en gezond; het is nu dat ik het moet doen. Ik wil dat niet reserveren voor de oude dag ; ik kan nu nog tegen lange dagen en korte nachten.»
HUMO Ik wil er de lezers toch op wijzen dat het vandaag voor het eerst echt lente is in 1983.
TANGHE (lacht) «Maar dat heimwee naar zwerven leeft ook in de winter, hoor.»
HUMO Als ik hier rondkijk op je kamer, bespeur ik een duidelijk engagement: ‘Vrede, Godverdomme!’, de verzamelde werken van Che Guevara, veel Zuid-Amerikaanse literatuur.
TANGHE «Ik denk dat vooral Midden-Amerika het continent van de toekomst is; ik vind het heel belangrijk wat daar gebeurt. Ik hoop dat al die volkeren het Noord-Amerikaanse juk kunnen afwerpen, van al de rijken die daar op wegen. Ik zou er graag bijzijn, als dat gebeurt.»
HUMO Dat is de revolutionair in jou die de kop opsteekt?
TANGHE «Ik voel er erg mee mee, dat kan ik niet ontkennen. Maar de eerste die beweert dat dat in mijn teksten te merken is, wil ik uitdagen voor een gesprek met die teksten in de hand. !k sta achter wat in Midden-Amerika gebeurt en ik vind niet dat ik mij daarvoor moet schamen; anderen zijn bij een partij of zo, waarom zou ik dan niet mogen sympatiseren met de strijd van die mensen?»
HUMO Is dat ook niet een deel van je BRT-frustratie: dat je daar aan de Reyerslaan met een engagement zit dat je niet echt kwijt kunt?
TANGHE «Dat is waar. Ik heb dat al op de redactie zelf gezegd, ik vind dat zeer frustrerend. Je kan niet zeggen wat je echt meent. Je moet de dingen altijd zéér voorzichtig stellen. Ik doé dat ook, want dat is nu eenmaal het statuut van een BRT-journalist, en ik leg mij daar bij neer.»
HUMO Je hebt ongetwijfeld een welomlijnd idee van hoe een televisiejournaal er idealiter zou moeten uitzien. Stel dat jij de leiding had van een ‘vrije en onafhankelijke zender’. Wat zouden wij dan te zien krijgen?
TANGHE «Ik zou een heleboel dingen alleszins niét geven: geen Heilige Koeien — wij hadden het daarnet al over de Paus, maar dat is niet de énige — en verder: géén communiqués. Wij worden dagelijks overspoeld door’ communiqués (‘mededelingen’) van God en klein Pierke. Die communiqués interesseren geen kat, behalve hen die ze uitbrengen.»
HUMO En die kennen de inhoud al.
TANGHE « Voilà. Als je een journaal met zes van die kurkdroge mededelingen moet beginnen in de trant van: ‘De Hoepeldepoepjongeren stellen vast dat, betreuren dat, klagen aan dat...’ enz., dan ben je al de helft van je kijkers kwijt. Je kan die communiqués meestal niet eens larderen met wat beeld. Een journaal moet ook aangenaam of interessant om naar te kijken zijn; je moet je waar goed verkopen. Dat betekent nog niet dat ik ben voor een journaal à la RTL of RTBF, want dat is pas echt afschuwelijk: een massale hoeveelheid beeld en de arrogantie van: wij gaan nu eens vertellen hoe de wereld in elkaar zit, zie. Het NOS-nieuws is natuurlijk het andere uiterste, maar die hun structuur is anders: die verwerken hun duiding in speciale — van de zuilen afhangende — programma’s zoals bijvoorbeeld ‘Brandpunt’. Terwijl bij ons de duidertjes al in het nieuws zitten. Die duidertjes maken een journaal levendig, houden het fris en aantrekkelijk. Zo’n item als dat van Bavo Claes over de ‘Zure Regen’, dat is toch prachtig: zoiets zouden wij veel meer moeten kungen brengen. Twee minuten beeld, een goed commentaar, en hop, de mensen hebben het mee. Maar dat kan dus weer niet, want daarvoor zijn wij met te weinig volk.»
HUMO De BRT-nieuwsdienst onderbemand? Wat moeten wij van Humo dan zeggen?
TANGHE «Er gaan wel mensen weg, maar die worden niet vervangen: Schodts is hoofdredacteur geworden, Jos Janssens is bevorderd, Jan Vannuffelen is overleden, Jan Van Dam is niet voor zijn stage geslaagd enz.: allemaal weg, en niet vervangen. Er zijn dagen dat er gewoon geen dagduider voorhanden is. Het journaal maken voor de BRT, dat is eigenlijk behelpen.»
HUMO Vooral het tweede journaal is vaak rommelig, lijkt snelsnel en met tegenzin gemaakt.
TANGHE «Dat hangt volledig af van wie het heeft gemaakt. De schuldige zie je dus op het scherm zelf (lachje). Er zijn er die er hun werk van maken en er zijn er die het aftappen. Ik werk graag voor het tweede journaal hè.»
HUMO Ander onderwerp: binnenlandse politiek. Dat schijnt niet je grootste interesse te zijn?
TANGHE «Ik ben daar wel in geïnteresseerd, maar men heeft mij nooit in die richting gepolst. In de Wetstraat zitten, dat wordt je namelijk gevraagd. (Ironisch:) De Wetstraat-redactie is een wereldje apart, die leven op een eiland. Je kan niet zeggen: ‘Ik heb belangstelling voor de Wetstraat en ik wil daar naartoe’.
HUMO Bewegen die Wetstraatjournalisten zich dan elitair ofzo?
TANGHE «Bah…. ’T zijn net zo’n grote schatten als de anderen hé (lacht). Ik denk wel dat ze door de bazen meer geacht worden dan wij, het gewone volk. Wij doen de karweien. Zij bewegen zich tussen de vaderlandse fine fleur, terwijl wij, wij komen daar dus aan met één of andere langharige woordvoerder van het Salvador-komitee ouzo. De mannen van het goedgesneden maatpak hé. Ik zie mij daar in de Kamer niet rondlopen hoor. En dan aan zo’n minister zeggen: ‘Opgelet! Uw tijd gaat NU in! Saai. Saai maar natuurlijk érg belangrijk, want het heeft zijn weerslag op ons aller leven.»
HUMO Ik heb weinig reportagewerk van jou gezien. Op welk ‘Panorama’-item was je nu echt trots, zodat je durfde te zeggen: dit is mijn werk?
TANGHE «Oeioei, trots. Er is maar één reportage die mij bijgebleven is: een uitzending over de zaak Serge Berten. Ik heb toen een round-up over de toestand in Guatemala gemaakt en een uitgebreid interview met Pablo Schildermans en Raf Allaerts, dit alles geïllustreerd met beelden van de RTBF; want zélf gaan, kon natuurlijk weer niet. Ik was toen sterk onder de indruk van wat Schildermans in dat interview zei. Zo’n Schildermans — een priester — sprak heel bezadigd, bijna zalvend over de gruwelen daar, en dat komt natuurlijk veel beter over dan een guerrillero die daar met geheven vuist wat slogans staat af te dreunen. Dat heb ik graag gemaakt. Maar pas op: er is geen kat die mij daar ook maar één woord van lof voor heeft gegeven.»
HUMO Hoe gebeurt de evaluatie van je werk dan wel?
TANGHE «Onder Tony Naets, vroeger, werd er tijdens de redactievergadering keihard maar eerlijk gezegd wat men van elkaars werk vond. Soms. was dat erg pijnlijk, maar ik vond dat toch meestal ook leerzaam. Die evaluatie bestaat nog wel, maar ze is verwaterd. Alles passeert nu zo’n beetje. Vroeger gebeurde alles ook veel meer samen als je met een reportage vast zat, haaide de groep er je wel weer uit. Dat gebeurt allemaal niet meer. Er zijn mensen die daar geen last van hebben, die genoeg ervaring en zelfverzekerdheid hebben om het alleen te rooien: Depoortere, Van Laeken, Zinzen en zo. Maar zelf heb ik wel een beetje steun nodig. Ik kan op de vergadering niet meer terecht met mijn problemen. Jammer.»
HUMO Maak je graag interviews?
TANGHE «Het liefst interview ik gewone mensen; ik heb een hekel aan vraaggesprekken met ministers en zo; ik voel mij daar niet bij op mijn gemak en ik kom er altijd gefrustreerd vandaan. Die mensen spreken een absoluut zwevende taal: als je die gesprekken uittikt, blijkt meestal dat ze eigenlijk niks hebben gezegd.
HUMO Kun je een hard interview doen?
TANGHE «Ik denk het niet. Ik heb geen hard karakter alhoewel ze zeggen dat ik zo overkom.
HUMO Daniël Buyle kan wél hard interviewen. Wat was de tendens binnen de Nieuwsdienst na zijn problemen met Wilfried Martens?
TANGHE «Ik vond het héél erg dat de redactie daarover verdeeld was. Bij de televisie stonden de meeste mensen achter Daniël, maar bij de radio niet. De Bond van Radio en Televisiejournalisten heeft dus geen eensluidend standpunt kunnen innemen, wat ik erg jammer vond. Een triestig precedent: wat Daniël is overkomen, kan morgen iedereen overkomen. Ze willen mét Daniël een aantal anderen viseren, dat is duidelijk. Ze hebben het ook regelmatig over een ‘harde kern’ binnen de redactie. Die mensen zijn paranoïde: die zien ook overal ‘de hand van Moskou’ in ; wij zijn ‘KGB-agenten’ en zo.
HUMO Reken je jezelf bij die ‘harde kern’?
TANGHE «Ik weet alleen dat mijn manier van presenteren veel mensen niet aanstaat.
HUMO Klopt het dat je daar wel eens nota’s over krijgt?
TANGHE «Meestal gebeurt dat mondeling. Ik heb wel één keer een geschreven aanmaning gekregen ; ik heb die hier tegen de muur hangen, omdat ik ze nogal grappig vind. (loopt naar bureau en haalt een geel velletje van de muur. Leest:) d’ Aan M. Tanghe, tv-journaliste, ‘Betreft: 1 ste journaal 161'82. In verband met Jalta had u het over een communistische en een kapitalistische invloedssfeer. Dit laatste was tin dusver bij de BRT ongebruikelijk. ik verzoek u zich in de toekomst aan de bij ons ‘gangbare begrippenparen communistisch-democratisch of communistisch versus westerse ‘vrije wereld te houden. De AG is het met deze zienswijze volkomen eens. Hoogachtend, Karel Hemmerechts, bestuursdirekteur informatie’. »
HUMO Tegenover democratie staat toch dictatuur?
TANGHE «Natuurlijk Eigenlijk is zo’n nota om te lachen.»
HUMO Hoe luiden de richtlijnen betreffende woorden als,, ‘terroristen’, ‘vrijheidsstrijders’, ‘guerrillero’s’ enz.?
TANGHE «Heelwat journalisten hebben het bij de Rode Brigade over ‘terroristen’. Ik gebruik in dat geval altijd ‘Rode Brigadeleden’. In Midden-Amerika spreek ik van guerrillero’s: linkse zowel als rechtse.»
HUMO ‘Vrijheidsstrijders’ mag niet?
TANGHE «Ha neen, dat mag niet. Je moet het ook niet zoeken, hé. Het is veel beter om die dingen nuchter te houden.»
HUMO Onlangs zag ik je het nieuws lezen met een alleraardigst Jeansjasje. Kan dat nu ook al!
TANGHE «Maar Herman De Prins heeft ook een Jeansjasje waarmee hij al heeft gepresenteerd.»
HUMO Het jouwe was wel een echte Wrangler. Of was het een Levi’s?
TANGHE «’t Was er één van Jos, mijn vriend. lk had die dag niks anders om aan te trekken want ik heb het geld niet om mij voor ieder journaal in het nieuw te steken. Ik draag gewoon alles wat ik hier in huis heb hangen ; alles waar ik in kan.»
HUMO Ook die strooien hoed daar aan de muur? Speciaal voor mij?
TANGHE « Op een mooie zomerdag? Waarom niet? Nu serieus: ‘t Pallieterke heeft mij daar al fel op aangevallen. Dat klinkt dan van: ‘Wij kunnen wel aanvaarden dat de BRT geen intelligente vrouwen kan vinden die ook nog het bekijken waard zijn ; maar wat Martine Tanghe betreft: dit is het allerergste wat wij al hebben meegemaakt’, iets in die zin.»
HUMO Je krijgt dus geen kleedgeld? En toch verwachten ze van jou dat je ‘als Vrouw’ iedere dag met wat anders op het scherm komt? Terwijl Geert Van lstendael tot aan zijn pensioen kan blijven rondshowen in dat afschuwelijke zwarte LSPpak dat hij wellicht al sedert zijn trouwdag draagt?
TANGHE « Wij krijgen geen frank. De brildragers krijgen wel gratis een montuur van een of andere fabrikant (fluisterend). Maar ik draag kontaktlenzen en geen enkele fabrikant kan daar zijn voordeel mee doen. Ik vind het niet erg dat ik geen kleedgeld krijg, maar dan moeten ze ook niet klagen over hoe ik er bijloop. Er zijn prioriteiten in het leven en kleren zijn voor mij duidelijk géén prioriteit. Ik koop mij liever iedere dag een bos verse bloemen dan iedere week een nieuwe bloes.»
HUMO Op het scherm vind ik je opvallend natuurlijk. En jij?
TANGHE «lk zie mezelf nooit op televisie, hè. Want zo’n nieuwsuitzending (guitig) gaat dus rechtstreeks, mijn beste.»
HUMO In het begin van dit gesprek zei je het al: ‘Niet tot mijn zestigste op de Nieuwsdienst’. Wat ambieer je nu écht?
TANGHE «Ik wil graag op televisie blijven maar dan eerder in de richting van een talkshow, iets met mensen om mij heen. Maar daarvoor moet ik wat rijper zijn, wat ouder wel: licht, en met wat meer ervaring met het medium. Ik zeg niet dat ik het kán, maar als ik het kan, zal ik het graag doen.»
HUMO De Sonja Barend van de BRT?
TANGHE «Maar eerst nog een stukje van de wereld zien.»
HUMO Een laatste vraag: krijg je wel eens fanmail?
TANGHE «Ja, en dat vind ik een van de vreemdste aspecten van mijn beroep. De brieven waarin ik word uitgéscholden, gooi ik natuurlijk weg. Maar er zijn er ook’ bij die ik bewaar, om later — als ik oud én gerimpeld zal zijn — aan mijn kleinkinderen te kunnen tonen (lachje). Ik krijg nogal wat brieven van godsdienstwaanzinnigen: mensen die beweren hogere gaven te hebben en mij die ook toedichten, en die dan samen met mij aan een nieuwe wereld willen werken. (Toont stapeltje brieven, pikt er één uit:) Dit hier is een hele lieve brief: ‘Ter attentie van de Hoogedele derrie Martine Tanghe’. Twee bladzijden over hoe mijn correspondent een Belangrijke Boodschap voor mij heeft en dat ik die bij he’m thuis persoonlijk in ontvang moet gaan nemen. Er zijn er die met mij willen trouwen ook: Nederlanders die voor mij zelfs naar België willen komen wonen. ‘t Is meestal niet echt leuk, hoor, ‘t is vooral akelig. lk zou die brieven eens aan een psychiater willen’ geven. Het scherm blijkt een vreemde invloed op een aantal mensen te hebben. Er zijn er die in mij de Moeder van God zien! Brieven, jong! De tol van de roem, hé.»