Eindelijk regen
Humo sprak met een droogoloog: ‘Ik verwacht zo’n zes à zeven lege emmers per vierkante meter’
We hebben net dat virus onder luid boegeroep het land uit gejaagd, en er duiken alweer nieuwe problemen op. We hebben die wolf, die zijn tanden maar al te graag in onze Vlaamse schaapjes zet, maar we hebben ook de droogte. Dan reist de vraag – en dat is geen taalfout, want wat volgt is het relaas van een boeiend telefoongesprek – dan reist dus de volgende vraag door het G4-zwerk: heeft het één met het ander te maken?
TIM VERPAEMEL (droogoloog) «Waar het écht nat is, komen geen schapen voor, de Noordzee is daar een goed voorbeeld van. Ooit gehoord van een visser die naast haring en pladijs ook een schaap in zijn netten aantrof? In de vakliteratuur is daar niets over bekend. Het moet voldoende droog zijn, anders blijft de wolf uit de buurt.»
HUMO En de zeewolf dan?
VERPAEMEL «De zeewolf is een merkwaardige vis, die uitstekend tot zijn recht komt met gebakken aardappeltjes en veldsla. Maar! De wetenschap moet zichzelf steeds in vraag durven stellen. Ik heb u net verteld dat onze vissers in de Noordzee nooit schapen opvissen. Ligt de zeewolf aan de oorzaak van dat fenomeen? Die vraag zou tot een interessant onderzoek kunnen leiden: we gooien honderd levende schapen in zee, een zeemijl of vijf voor de kust van Nieuwpoort. Vervolgens gaan we na of die beesten een week later in de netten van onze vissers belanden. Is het antwoord nee, dan zijn die sukkels wellicht opgevreten door de zeewolf.»
HUMO En wat als de verbaasde visser op volle zee een kudde schapen ziet voorbijzwemmen?
VERPAEMEL «Dan zijn er twee mogelijkheden. Eén: de zeeman in kwestie ziet enkel wat schuimkoppen, maar hij heeft net een stevige joint achter de kiezen en dat verklaart zijn vergissing. Twee: die schapen zwemmen daar inderdaad vrolijk rond. Niet moeilijk, want we hebben ze een week voordien in zee gesmeten. Zo'n schaap heeft dan maar twee opties: zwemmen of verzuipen. Als ik een schaap was, ik zou het wel weten.»
HUMO Schapen kennen dus het concept ‘optie’?
VERPAEMEL «O ja, er zijn weinig dieren die zo goed kunnen opteren als een schaap.»
HUMO Waarvoor opteert een schaap dan?
VERPAEMEL «Schapen zijn bijvoorbeeld veganisten. Dat lijkt mij een duidelijke optie. Als een wolf een kudde aanvalt, moet het met een beetje organisatie mogelijk zijn dat die schapen het roofdier afmaken met wat kopstoten en rake trappen met hun hoefjes. Daarna zouden ze hem kunnen opvreten. Maar dat is voor hen dus geen optie: het zijn immers veganisten.»
HUMO Nog even over de droogte: hoe erg zal het deze zomer worden?
VERPAEMEL «Het wordt héél droog, minstens zes à zeven lege emmers per vierkante meter!»
HUMO Hoe wordt dat dan gemeten?
VERPAEMEL «De eenheid van droogte is de lege emmer. Dat lijkt logisch, maar in de praktijk is het ingewikkeld. Je gaat met je lege emmers naar een afgebakend stuk grond van een vierkante meter. Maar dan? Moet je de grond afgraven en wegvoeren met die emmers, tot je op grondwater stoot? Menig droogoloog heeft op die manier al een vijver gegraven, terwijl hij tegelijk een woestijnachtige droogte van veertig lege emmers optekende. Zo'n man staat dan nota bene tot aan de heupen in het water! Dat is dus een methode die altijd tot de conclusie leidt dat er helemaal geen droogte is. Helemaal fout.»
HUMO Wat is uw methode?
VERPAEMEL «Ik laat mijn blik heen en weer gaan tussen die lege emmers en de dorre bodem. Vroeg of laat – dat hangt ervan af op welk ogenblik van de werkdag we ons bevinden – is er dan een innerlijke stem die zegt: vier! Of als het heel droog is: zeven!»
HUMO U doet een beroep op uw intuïtie?
VERPAEMEL «Ja, in dat opzicht is het eigenlijk een artistiek beroep. En wat dat betreft, moeten we het misschien ook eens over de kleur van die emmers hebben, want de droogte van een gele lege emmer is heel anders dan die van een blauwe of een witte. Neem dat maar aan van een ervaringsdeskundige!»
Hugo Matthysen