‘Niet zo serieuze sprookjes’: Jeron Dewulf vertelt kindonvriendelijke verhaaltjes voor het slapengaan
Foute Vriend Jeron Dewulf bewees de voorbije jaren dat het genre van de sprookjes niet stopt bij de gebroeders Grimm. Samen met een wisselende gast improviseerde hij 83 nieuwe verhalen voor het slapengaan. Verwacht in de sprookjes van Dewulf niet al te veel ridders op het witte paard of verloren prinsessen, maar verhalen op basis van bizarre suggesties uit het publiek. Wedden dat u het sprookje van de Syriëstrijder met een postnatale abortuswens nog niét kent?
Eerder sprak Humo met Dewulf over zijn sprookjes. Als luistertip in de lockdown, brengen we het gesprek én een paar sprookjes graag nog eens onder de aandacht.
HUMO Wat zijn de niet zo serieuze sprookjes precies?
Dewulf “Als je jong bent, lezen er nog mensen verhalen voor aan je, maar vanaf dat je opgroeit niet meer. Dan moet je zelf voorlezen voor je kinderen. Wat wij doen is sprookjes speciaal voor volwassenen vertellen. Die zijn wat grappiger, absurder en stouter.”
HUMO Zijn al je gasten het impro-genre gewend?
Dewulf «Vaak komen ze vanuit de improcomedy, maar er zijn ook gewone comedians en zelfs romanschrijvers. Het concept is altijd dat de gast zijn gang mag gaan, en dat ik alles dan maar probeer op te lossen (lacht). Comedians gaan meer moppen tappen, terwijl de gasten uit de impro meer de focus op het verhaal leggen. Dat maakt het ook gewoon zo leuk: dat elk sprookje volledig anders is. Aan het eind verzin ik ook altijd een moraal van het verhaal. En omdat de verhalen soms zo van de pot gerukt zijn, is die moraal dat soms ook.»
HUMO Een improvisatieshow is compleet onvoorspelbaar. Hoe los je het op als het verhaal compleet de verkeerde kant uitloopt?
Dewulf «We zijn nog nooit zodanig vastgeraakt dat we dachten dat we er niet meer uit zouden geraken. We hebben al een paar heel speciale gehad. Het publiek komt soms met de meest krankzinnige titels af, en dan moeten we er gewoon voor gaan. Dat is de spanning die we zoeken. Als het mislukt, is het ook niet erg. Het publiek weet dat je aan het improviseren bent, dus die vergeven je als het misloopt. Mensen gaan zich pas vragen stellen als je een voorbereid stuk brengt dat nergens naartoe gaat. »
HUMO Je improviseert al zo'n 27 jaar. Is het improviseren ooit nog moeilijk?
Dewulf «Het is nooit moeilijk, maar je wordt wel altijd beter en beter, vooral op vlak van details dan. Met mijn eigen groep spelen we bijvoorbeeld volledig geïmproviseerde theaterstukken met een live-muzikant erbij. Als het publiek Shakespeare vraagt, dan doen wij dat voor een anderhalf uur. Je legt de lat voor jezelf altijd hoger en verder. En ik kan nu oprecht zeggen dat het nooit echt compleet fout loopt. Het blijft een risico natuurlijk. Voor hetzelfde geld ga ik morgen gewoon keihard op mijn bek. Maar dat hoort erbij als je improviseert, een deel van de humor ligt ook gewoon in die spanning.»
Wat was tot nu toe het meest absurde voorstel uit het publiek?
Dewulf «Ik denk het sprookje dat vandaag uitkomt, met de titel ‘Er was eens een stoel die een belastingbrief kreeg’. Dan zit je daar met een hoofdpersonage die een stoel is. Sprookjes als ‘de mossel met menopauze’ en ‘de draak die zijn alimentatie niet kon betalen’ zijn ook van die titels waar je op voorhand totaal niet van weet wat je ermee moet aanvangen. Uiteindelijk blijken die dan net de leukste te zijn.
» Er staan ook een paar hele toffe online met Thomas Smith. Dat is zo’n loose cannon. Ik zei nog tegen Thomas: ‘we gaan voor een sprookje van zeven minuten’. Zijn eerste sprookje ronde hij al na anderhalve minuut af, hoppa! En het volgende was tien minuten. Die waren eigenlijk kei plezant. Er zijn nog geen sprookjes geweest die ik niét leuk vond.»
Luister hier alle voorgaande niet zo serieuze sprookjes.