ColumnHerman Brusselmans
‘De heer helpt me altijd: Ik heb ooit eens een meisje bezwangerd, de dag erna miste dat meisje met haar brommer een bocht en reed ze frontaal tegen een dukdalf’
In tegenstelling tot vele anderen ben ik er nog altijd fier op dat ik een CD&V-man ben. Ik ben immers een christen, een democraat en ik behoor tot het Vlaamse volk. Bovendien heb ik kort geleden gedroomd over Hilde Crevits, die slechts gekleed in een paar schoenen van Louboutin op m’n toeter kwam zitten, het arme schaap.
Het is al lang niet meer in de mode om christen te zijn. Vooral de katholieke kerk heeft het moeilijk. Bijna niemand bezoekt nog de Heilige Mis, er zijn nagenoeg geen priesterwijdingen meer, en het ergste van allemaal: sommige basilieken en kathedralen worden omgebouwd tot discotheken, supermarkten, hoerenkoten of bedrijfsruimtes. Er is zelfs sprake van dat de basiliek van Koekelberg volgend jaar zal veranderen in de nieuwe winkel van slagerij Van Duts, één van de belangrijkste vleeshandels van Brussel, die meer oppervlakte wil om z’n koteletten aan de welwillende klant te verpatsen.
Ik ga graag naar een kerk, maar in welke windstreek vind je er nog één waar je niet voor een gesloten deur staat? Nou, ik heb een kerkje ontdekt in Deurle, waar de gelovige mens gedurende de kantooruren welkom is. De beschermheilige ervan is Sint-Proctus, die uit de Bijbel bekend is wegens z’n opvang van armen, zieken, invaliden, geblesseerden, werklozen en non-binairen. Jazeker, ook in de 5de eeuw na Christus bestonden er personen die zich niet wilden neerleggen bij het binaire systeem van man en vrouw. Toen had je een 5de-eeuwse touwhandelaar die, gekleed in een jurk en met een blonde pruik op z’n kop, luidkeels op de markt stond te roepen: ‘Koop uw touwen bij Hortensia!’, terwijl hij niet Hortensia heette, maar Justus De Dwerg.
Maar goed, ik rijd geregeld op de motor naar Deurle, om daar in het Sint-Proctuskerkje rust, contemplatie en verstilling te zoeken. In mezelf richt ik mij tot de Heer, die me al zo vaak heeft geholpen toen ik me in precaire situaties bevond. Ik heb ooit eens een meisje bezwangerd, en toen bad ik tot de Heer: ‘Zorg ervoor dat ik niet de vader van dit kind word.’ De dag erna miste dat meisje met haar brommer een bocht, ze reed frontaal tegen een dukdalf en door de klap werd de vier maanden oude vrucht afgestoten. Op een andere keer werd een roman van mij afgekraakt door een recensent van De Morgen, en ik bad tot de Heer: ‘Zorg ervoor dat die klootzak iets onprettigs overkomt.’ Toen heeft de recensent een week lang zware last van overvloedige diarree gehad, en hij heeft in het redactielokaal van De Morgen vier keer achter een potplant moeten schijten. En op alweer een andere keer, toen een mokkel weigerde om met mij op date te gaan, bad ik tot de Heer: ‘Zorg ervoor dat de volgende date van die slet de verschrikkelijkste date aller tijden wordt.’ En inderdaad, ze ging vervolgens op date met Serge Simonart.
Wat voel ik me veilig en fijn in het Sint-Proctuskerkje. Alle stress valt van me af, m’n bloeddruk en m’n hartslag dalen, ik ben de kalmte zelve en op de koop toe ruikt het er lekker, vreemd genoeg naar een natte kut. Maar van wie die kut zou kunnen zijn, weet ik niet, omdat ik nog nooit een vrouw in het kerkje heb gezien, behalve een wijf van ongeveer 90 jaar met een bochel, dat allicht sinds de collaboratie met den Duits in WO II geen natte kut meer heeft gehad.
Wie weleens aanwezig is in Sint-Proctus, is de onderpastoor, eerwaarde heer Jean Van Stoeffelen. Die komt dan bij mij zitten, en fluisterend uit respect voor God voeren we een gesprek. Vorige week zei hij tegen mij: ‘We moeten bidden tot de Heer dat Oekraïne de oorlog wint.’ Voor de gein zei ik: ‘Eerwaarde, kunnen we niet beter bidden tot de Heer dat Rusland de oorlog wint? Russen zijn toch veel leukere mensen dan die onnozele Oekraïners? Met hun afgezaagde Marioepol.’ ‘Ja, oké,’ zei Van Stoeffelen, en we verzonken in gebed, en ik vroeg de Heer niet om de Russen te laten zegevieren, maar om mij een paar miljoen te laten winnen met de Lotto.
Maar je zult godverdomme altijd zien dat de Heer net dit gebed niet verhoort, terwijl ik een paar miljoen goed zou kunnen gebruiken, mede om de helft ervan te storten in de partijkas van de CD&V, die hoe dan ook voor eeuwig m’n favoriete politieke vereniging zal blijven.