Opinie
Het bijbelmoment van Trump was niet onschuldig: hij zwoer ermee trouw aan alt-right
We moeten de culturele betekenis van Trumps bijbelmoment met minder naïviteit tegemoet treden, betoogt de Nederandse historicus Daniël Korving.
Toen Trump op 1 juni met geweld een straat liet leegvegen om een fotoshoot met de bijbel te kunnen organiseren, werden er in verschillende kranten en media exegeses gehouden om de vraag te beantwoorden of politiegeweld en law & order nu wel of niet is gerechtvaardigd vanuit de Bijbel.
Dat getuigt van een naïef gebrek aan inzicht in hoe de alt-right, wiens symboliek Trump vaak inzet, zich verhoudt tot het christendom. Trumps ‘bijbelmoment’ was namelijk niet een ‘verkeerde’ interpretatie ingegeven door improvisatie. Het was, in tegendeel, exemplarisch voor hoe alt-right zich het christendom toe-eigent.
Trump zwoer hier zijn trouw aan alt-right met een zwaar beladen attribuut, waarmee hij, voor de welingelichte kringen uit zijn achterban die dit signaal zullen snappen, liet zien dat hij te midden van de storm nog steeds een ‘witte kruisvaarder’ zal blijven. Het feit dat hij geweld liet gebruiken om de demonstranten uit de straat te verjagen, bevestigde dit alleen maar, in plaats van dat het aan zijn boodschap iets afdeed.
In de wit-nationalistische visie op het christendom is het geloof namelijk een vlag om achter te marcheren, in een wereldwijde strijd tegen de islam en de niet-witte mens. Vaak grijpt alt-right terug naar middeleeuwse symbolieken zoals de Kruisvaarder. Er wordt op het internet, een broeiplaats voor het extreemrechtse gedachtegoed, bijvoorbeeld onder tempeliersliedjes van allerlei pluimage op YouTube fel geageerd tegen de islam, immigranten en de Joden.
Islamitisch geweld
In hun ahistorische en apologetische visie op de middeleeuwse kruistochten waren deze een reactie op islamitisch geweld. Ook waren de Kruistochten een onderneming van een uniform en wit Europa. De inhoud van het christendom zelf doet er in deze kringen niet toe. Het enige relevante lijkt dat er tegen moslims werd gevochten.
De terrorist die in Nieuw-Zeeland 51 mensen vermoordde, Brenton Terrant, werd al snel afgebeeld als vertegenwoordiger van het witte kruisvaarderdom, bijvoorbeeld op een gefotoshopte versie van een graffiti-muur in Melbourne. Het beeld is nep en de makers zijn anoniem, maar op het online forum 4chan werd het bewerkte beeld geprezen voor zijn artistieke kwaliteiten, vergezeld door hartenkreten als ‘Brent deed Gods werk’ en ‘mijn hart doet pijn, wetende dat onze (!) jongen in een cel wegrot, biddend voor de revolutie zodat hij weer vrij kan zijn’. Ten slotte noemde ook Anders Breivik zichzelf een ‘tempelier’ en kruisvaarder.
Dit gedachtegoed wordt veelal uitgedragen door witte jongvolwassenen die zelf geen tot weinig banden hebben met de kerken als institutie, maar wel zich verbonden voelen met alt-right. En alt-right is van een marginale club basement dwellers getransformeerd tot een ideologische clan waarvan vertegenwoordigers op verschillende plekken in de wereld inmiddels staatsmacht verkregen.
Dat betekent dat hun ideologie de afgelopen jaren een verschuiving doormaakte van radicale polarisatie in de tijd van marginaliteit naar een andere opstelling. Alt-right wil zichzelf inmiddels presenteren als redelijk alternatief, als het logische alternatief zelfs. Wat daaruit voortvloeit is dat er breed gedeelde culturele fundamenten worden toegeëigend en vertaald naar een nieuwe boodschap die aansluit bij de wereld van wit nationalisme, geweld en anti-islamisme.
Schoonvegen
Gezien de context van Trumps bijbelmoment, de demonstraties tegen politiegeweld en voor de Black Lives Matter-beweging, was zijn fotoshoot dus een kien uitgekozen moment om zichzelf strategisch te presenteren als christelijk, gewelddadig, en trots op zijn witheid. Het ‘schoonvegen’ van de straat van demonstranten voegde dus alleen maar toe aan de betekenis.
Dit soort gebeurtenissen zal naarmate het gedachtegoed van het witte nationalisme wordt genormaliseerd, steeds vaker voorkomen. Het zou daarom goed zijn de culturele betekenis van zulke acties met minder naïviteit tegemoet te treden en ze te bezien binnen de context van deze ideologie.
Willen we de acties van extreemrechts beter doorgronden, dan moeten we dit soort acties niet beoordelen langs de meetlat van ‘objectieve experts’ die, bijvoorbeeld, betogen hoe zich dit verhoudt tot de bijbel zelf. Beter is het om te doorgronden wat de culturele betekenis ervan is binnen de kringen van de ideologie die het uitdraagt.
(VK)