Open Venster
‘Ik belde niet achter het stuur, maar het was mijn woord tegen dat van de politie’
Ik werd aan de kant gezet door de politie omdat ik mijn gsm gebruikte tijdens het rijden. Ik ontkende dat beleefd, maar wel kordaat. Al mijn argumenten werden echter van tafel geveegd: ‘Mijn collega zegt dat u aan het bellen was, en het is uw woord tegen het zijne.’
Een simpele controle van mijn belgeschiedenis bij de provider bewijst nochtans dat er geen gsm-activiteit was op het moment dat ik werd tegengehouden. Ik heb ook geen smartphone, wel een gewone gsm. Ik heb geen telefoonabonnement, laat staan mobiel internet, maar gebruik een herlaadkaart. Ik ben ook niet actief op sociale media. Zoals de agent kon vaststellen, was mijn gsm op dat moment buiten mijn bereik aan het opladen – die had ik aangesloten vóór ik begon te rijden.
Op 6 augustus belde de gerechtsdeurwaarder aan met een dagvaarding. Kosten: 27,11 euro. Op 7 oktober ben ik naar de politierechtbank gegaan, zonder advocaat maar met het objectieve bewijs dat ik de gsm niet gebruikt had. Tot mijn verbazing maakte dat geen enkele indruk op de rechters, integendeel: ‘Meneer komt hier beweren dat de politie hem onterecht en moedwillig zomaar bekeurd heeft? U beweert dus dat de politie liegt?’ Mijn antwoord: ‘Dat heb ik niet gezegd, maar misschien hebben ze zich vergist?’ Waarop de rechter weer: ‘In mijn carrière van twintig jaar heb ik nog nooit meegemaakt dat iemand hier komt vertellen dat onze politie liegt.’ Resultaat: een boete en de gerechtskosten, samen 325 euro, en vijftien dagen voorwaardelijk rijverbod. Ik kreeg het laatste woord, maar heb wijselijk gezwegen. Of had ik moeten zeggen dat het ruikt naar willekeur en machtsmisbruik? Hoe zou het toch komen dat mijn vertrouwen in politie en gerecht een flinke knauw heeft gekregen?
Jan V.d.B., Lichtaart.
Hebt u ook een brief in de pen zitten? Mail naar openvenster@humo.be of vul onderstaand formulier in: