‘Ik vrees dat een toeter tussen haar tietjes niet tot de voorkeuren van Hilde Crevits behoort’

Herman Brusselmans gaat iedere week op zoek naar het verhaal achter een opvallende kop in de krant of op een nieuwssite.

Het is ook altijd wat met de katholieken. Abortus vinden ze niet leuk, ze zetten vraagtekens bij euthanasie, ze zijn gek op die idioot van een paus, ze geloven dat Jezus Christus een fles kraantjeswater veranderd heeft in een bourgogne en een halve sprot in twee ton kabeljauw, ze kennen het belabberdste kutboek uit de geschiedenis (de Bijbel) uit hun hoofd, ze vergeten met het grootste gemak dat 84 procent van de onderpastoors het liefste met hun poten in broekjes van 8-jarige jongetjes zit, ze zijn tegen overspel terwijl zelfs pater Damiaan z’n twee minnaressen bedroog met een temeier uit Herk-de-Stad, ze houden niet van seks voor het huwelijk en ze houden niet van seks tout court, want toen ik als 15-jarige macho in Hamme op een keer een katholiek meisje met haar benen open op m’n gezicht wilde laten zitten, zei ze: ‘Dat mag niet van de Heer.’ ‘Mag het dan wel van de Heer dat ik m’n zwans in je sluis duw?’ vroeg ik. ‘Nee, dat mag ook niet van de Heer,’ zei ze. ‘En mag het dan van de Heer dat ik met m’n tong je clitoris uit je droge grot tevoorschijn zuig?’ vroeg ik. ‘Nee, dat mag ook niet van de Heer,’ zei ze. ‘Maar misschien mag het wel van de Heer dat ik je een safflet tegen je bakkes geef?’ zei ik, en toen sloeg ze een kruisteken en verliet ze ijlings het bos rond de Rode Kapel. Daarna heb ik nooit meer seks gewild met een katholieke griet, al heb ik een tijdlang, tijdens m’n vrijgezellenperiode, Hilde Crevits enorm aantrekkelijk gevonden, en ik zou het niet erg gevonden hebben om m’n toeter eens tussen haar tietjes te leggen, maar ja, ten eerste, Hilde was gelukkig getrouwd, en ten tweede, ik vrees dat een toeter tussen haar tietjes niet tot haar voorkeuren behoort, mede omdat de verenigde bisschoppen van Vlaanderen eens in een bericht tot de bevolking onder andere geschreven hebben: ‘Aan alle vrouwen raden wij aan om, indien een toeter tussen de tieten wordt geduwd, de politie te bellen.’ Ja, dan zouden de bisschoppen de politie wel willen gebeld zien, maar als één van hen een vinger in de kont van een eerstecommunicant ramt, is er van de politie geen sprake.

Maar goed, thans is er alweder iets waar de katholieken zich mee bemoeien. Twee parlementsleden van de partij, de totaal onbekende en onbenullige seuten Maaike De Rudder en Katrien Schryvers, hebben een voorstel ingediend om publieke buitenruimtes waar veel kinderen en jongeren komen rookvrij te houden. Dus er zou niet meer gerookt mogen worden in de buurt van schoolomgevingen, haltes van het openbaar vervoer, speelpleinen en dat soort plaatsen van weinig belang. Hun argumentatie luidt: ‘Zien roken doet roken. We willen ervoor zorgen dat er een rookvrije generatie komt.’ Het is natuurlijk niet toevallig dat het twee vrouwen zijn. Mannen zijn helemaal niet tegen roken, integendeel, de meeste mannen vinden roken lekker en inspirerend. Ja zelfs katholieke mannen vinden dat. Ik stond ooit ’ns op een receptie, en ik kwam aan de babbel met kardinaal Godfried Danneels. ‘Sire,’ zei ik tegen hem, ‘ik zie dat u bruine vingers hebt. Komt dat door het roken?’ ‘Vaneigens Herman,’ zei hij, ‘ik rook me te pletter aan sigaren, jongen. Zonder m’n vijftien bolknakken per dag ben ik nergens. Is er iets prettigers dan je longen overvol rook te hijsen en daarna de rook als een wervelwind uit je godverdomde smoel te blazen?’ De kardinaal was allicht een beetje ruw in de bek omdat hij een stuk in z’n kloten had.

Doch wat ik wil zeggen is dat vooral katholieke vrouwen er klaarblijkelijk niet tegen kunnen dat om het even wie om het even waar een sigaretje, een shagje, een jointje, een sigaartje of een pijpje opsteekt. Alsof dat slag van trutten er ooit in zal slagen om die rookvrije generatie te installeren. Welneen, tot in de eeuwigheid der dagen zullen toffe mensen, onder wie vele jongeren, het niet kunnen laten om pakweg bij de bushalte een Marlboro tussen de lippen te steken, er vuur in te jagen met de Zippo en een zevental minuten te genieten van wat heden onterecht een slechte naam heeft. Bij pakweg een speelplein een portie wiet paffen is ook oké. Weet je dat ik de namen van die twee CD&V’ers al vergeten ben? Dat ze maar gauw in hun kot blijven en een stoofpot voor hun man klaarmaken, waarna die een ontspannend sigaretje opsteekt.