columnHerman Brusselmans
‘Mijn lp van The Stones ging in rook op toen Dikke Fons in slaap viel met een sigaret tussen de vingers’
‘Goats Head Soup’ van The Rolling Stones is opnieuw uitgebracht, en net als de oorspronkelijke uitgave uit 1973, is het een torenhoge hit. De nostalgie, die laat zich door de tijd niet dwarsbomen. Het zijn vooral de ouderen die de plaat nog 'ns aanschaffen, nadat hun exemplaar uit '73 versleten is, of uitgeleend en nooit teruggegeven, verdwenen bij verhuizingen, of meegejat door de ex-partner na een scheiding. Bij mij was het de uitlening die me de lp kostte. Ik leende 'm immers uit aan een meisje met wie ik een soort van relatie had, en zij heette Wendy, doch ik noemde haar Sunflower, Moonstruck of Starbitch, al naargelang m'n pet stond. Zelf prefereerde ze dat ik haar Wendy noemde, maar ik zei: ‘Ik noem je zoals ik wil, en verder niet te veel praatjes, dikzak.’ Ze was inderdaad niet erg slank. Het zat in haar familie. Haar moeder, Sonja, die ik Swineface noemde, woog 120 kilo, en haar broer Tony, een mongooltje dat ik uit respect voor z' handicap geen bijnaam gaf, zat in de buurt van 90 kilo. Plus, Wendy kon gigantisch veel eten. Als we naar frituur Bij Josiane gingen, bestelde ze twee grote pakken friet, vier frikandellen, en drie gehaktballen. Met mayonaise en ketchup, want andere sauzen bestonden nog niet in die jaren.
M'n tienduizenden fans zullen zich afvragen: ‘Waarom viel u op zo'n vet mokkel, meneer Brusselmans?’ Nou, omdat het innerlijke belangrijker is dan het uiterlijk, wat met Wendy nog behoorlijk tegenviel, want ze had het innerlijke van een hyena. Tjonge, wat een kutwijf. Ze kon me wel goed aftrekken, zelfs beter dan ikzelf. Ik ben nooit een primus geweest in masturberen. Eigenlijk vond ik, vanaf jonge leeftijd, masturberen iets voor homoseksuelen, behalve als het vrouwen waren. Voor de rest wist ik niet veel over homoseksualiteit, want in Hamme waren maar twee homo's, de gebroeders Willaert, die weliswaar hand in hand over straat liepen, en soms halt hielden om elkaar te muilen, maar iedereen ervan probeerden te overtuigen dat in hun gezin incest totáál niet voorkwam. Al werd her en der gefluisterd dat vader Willaert, Julien, het deed met z'n dochter, Cindy, die ik Ugly Cow noemde.
Hoe dan ook, de muzikale smaak van Wendy was een ramp. Zij hield van De Kermisklanten, accordeonmuziek en fanfare. Daar moest wat aan gedaan worden. Ik had vele topplaten in m'n collectie, onder meer van Led Zeppelin, Deep Purple, Uriah Heep, Rare Earth, Big Brother & The Holding Company, The Stooges, Frank Zappa & The Mothers of Invention, enzovoort enzovoort, en uiteraard ook van The Beatles en The Stones. Ik zou derhalve Wendy een inleiding geven tot het luisteren naar goeie muziek. Het net uitgekomen ‘Goats Head Soup’ leek mij een geschikt begin, mede omdat deze lp de single ‘Angie’ bevatte, een song die niemand onberoerd liet, die zacht en meeslepend was, en die zelfs het hart van een hyena kon doen smelten. Wendy nam de plaat mee naar huis, en of je het gelooft of niet, diezelfde nacht brandde het huis van Wendy en haar familie tot op de grond af. Haar vader, Dikke Fons, was op de sofa in slaap gevallen met een brandende sigaret tussen z'n vingers. Bovendien had Wendy's broer, Tony, krek in diezelfde nacht zitten experimenten met benzine, die hij drinkbaar wilde maken voor hoefdieren, en dus hoeft er geen tekening bij. De hele boel in de as, inclusief m'n lp van de Stones. Dikke Fons, Sonja en Tony verloren het leven, maar Wendy kon door de brandweer geëvacueerd worden voor ze helemaal opgefikt was. Ze was er erg aan toe, en kon de eerste drie weken in het ziekenhuis geen bezoek ontvangen, zodat ik pas op de maandag van de vierde week aan haar bed stond, en zei: ‘Sunflower, huis in brand, allemaal goed en wel, maar ik heb wel die lp van de Stones van jou te goed. Ik neem dan ook aan dat je, na je ontslag uit deze kliniek, naar de platenwinkel holt om een nieuw exemplaar voor mij te kopen.’ Omdat niet alleen haar lippen maar ook haar tong tot in de derde graad verbrand was, kon ze niet antwoorden. 'Heb je overigens naar de plaat kunnen luisteren?' vroeg ik desondanks. ‘En wat vond je met name van ‘Angie’? Steek je duim omhoog als je het net als ik een fantastische song vindt.’ Ze kon geen van haar twee duimen omhoog steken omdat die allebei tot in de derde graad verbrand waren. En zo is het altijd wat, en ging ik zelf een nieuw exemplaar kopen van ‘Goats Head Soup’, dat ik kwijt ben geraakt bij een verhuizing. Morgen ga ik de heruitgave aanschaffen, en misschien zal ik, bij de beluistering ervan, een half secondje aan Wendy terugdenken.