columnherman brusselmans
‘Ook in deze laakbare tijden doet een gulpgrapje het nog goed’
De jaarlijks terugkerende literaire tournee Saint-Amour is weder in ons land. Mij moet je betreffende dat festival der letteren niks wijsmaken, ik heb er vele keren met groot succes aan deelgenomen, en sterker nog, in 2017 was het een eenmansvoorstelling van mij, met uitverkochte zalen, staande ovaties en vrouwenonderbroeken die naar m'n kanis gegooid werden. Ik moet eerlijk toegeven dat er ook een paar mannenonderbroeken tussen zaten, maar als heteroseksueel van de oude stempel heb ik die backstage allemaal ritueel in brand gestoken.
Maar goed, na m'n solotournee stelden de Saint-Amour-edities van 2018 en 2019 niet veel voor, en dus was het uitkijken naar die van 2020. Het spreekt vanzelf dat Luc Coorevits, de baas en organisator van de hele zooi, gratis tickets voor mij had klaarliggen. Omdat ik een zeer drukbezet befaamd Vlaams auteur ben, was er maar één gaatje in m'n agenda, en ging ik derhalve naar de voorstelling in de stadsschouwburg in Brugge. Vooraf liep ik even naar de greenroom om de optredende artiesten een hart onder de riem te steken. De meesten stelden dat zeer op prijs, en een aantal van hen werd door m'n nabijheid erg zenuwachtig, want zoals m'n tienduizenden fans weten, ben ik typisch zo'n gast met een enorm dwingend aura, waar sommige mensen totaal de kluts van kwijt raken. Zo stamelde de jonge prozaïst Ish Ait Hamou tegen mij: 'Meneer Brusselmans, wat een eer om u te ontmoeten.' 'Ik wilde dat het wederzijds was,' zei ik, 'maar het lot heeft er anders over beslist. Trouwens, je gulp staat open.' Pijlsnel bewoog Ish z'n hand naar z'n kruis om z'n rits dicht te trekken, maar z'n gulp stond helemaal niet open, wat weder eens bewijst dat het gulpgrapje het ook in deze laakbare tijden nog goed doet.
Dan was er een zangeres van het intermezzocombo De Bronstige Bazooka's, een griet die ik kende van haar noch pluim, maar die bijkans op haar knieën ging zitten van bewondering voor mij. 'Kalm aan, mokkeltje,' zei ik, 'en à propos, één van je memmen hangt uit je decolleté.' Vliegensvlug greep ze naar haar jurk om de mem weg te bergen, maar die mem zat veilig vast, alweder een bewijs dat het memgrapje het ook in deze ellendige tijden nog goed doet.
Toen was het aanvangsuur bijna daar, en ik wenste de bende onnozelaars succes toe, verliet de greenroom, en ging in de zaal op de zevende rij naast m'n op mij wachtende verloofde Lena zitten. Voor de zoveelste keer was ze het mooiste meisje in het hele pand. Ik tongzoende haar, stak even m'n hand tussen haar benen en fluisterde in haar oor: 'Ik hou van u, ik hou van u, geef me een kus voor de laatste bus.' Ze gaf me de kus onmiddellijk, en we waren klaar voor de miserie die zich op het podium zou gaan afspelen. Want ja, een hoop schrijvers die wat onzin over de liefde in een microfoon staan te broddelen, dat kun je niet bepaald een wandelingetje in het park noemen.
De hele shit werd gepresenteerd door Sven Speybrouck, die vroeger voor de televisie werkte, maar nu z'n brood probeert te verdienen met presentatiewerk, voorwoorden schrijven, en, naar ik heb horen fluisteren, paaldansen in de ietwat verloederde discotheek De Fladderende Flurk in Waasmunster. Hoe dan ook, de schrijvers begonnen eraan. En zoals verwacht: ze vielen enigszins tegen. Nochtans zaten er gerenommeerde namen tussen, zoals Andy Fierens, Dimitri Verhulst en Roderik 'One Two Three Four Five' Six. Neem nu den Dimi. Hij had een stuk in z'n kloten van hier tot in de bossen van Lembeke, en al wat hij probeerde voor te lezen uit z'n roman 'De pruimenpluk', ging totaal de mist in, mede omdat hij om de vijf woorden moest boeren en om de tien woorden een forse slok van de alcoholische fles nam. Andy Fierens had evenmin z'n dagje. Die stond er zo nerveus bij dat je had kunnen denken dat z'n gulp openstond en z'n ene mem uit z'n hemd hing. Roderik Six had voor z'n lezing een vod in z'n mond gestoken, en ik moet toegeven dat alles goed en wel beschouwd Ish Ait Hamou de beste performer van de hele avond was. Hij las een seksueel fragment voor uit z'n bestseller getiteld 'Cécile', en toen hij in welluidende woorden vervatte hoe Cécile tijdens de eerste keer dat ze gebeft werd een dubbele vaginabreuk opliep, was heel de zaal muisstil uit mededogen met het arme romanpersonage.
Kortom, 't was in feite geen vetpot, en toen Lena vroeg of we in 2021 opnieuw naar Saint-Amour zouden gaan, zei ik: 'Daar moet ik toch nog even over nadenken, baby.' Hand in hand liepen we de winderige nacht in, verteerd door liefde.