Een halve eeuw zonderThe Beatles
50 jaar geleden: de grootste stommiteit uit de geschiedenis van de pop
Ze waren naar eigen zeggen populairder dan Jezus Christus, maar ze waren wel veel rapper dood: de intergalactische carrière van The Beatles duurde amper 10 jaar, terwijl de smalle van Nazareth het toch 33 jaar heeft uitgezongen. Bij hun eerste concert in augustus 1960 op de Hamburger Reeperbahn stonden alleen de promotor en wat verveelde prostituees in het publiek. De split van de groep, die volgens gediplomeerde popgeschiedenisschrijvers op 10 april 1970 plaatsvond, was wereldnieuws. Onze eigenste popgeschiedenisschrijver zou het 50 jaar geleden worst wezen. Op dat moment toch.
Waar waart gij toen The Beatles splitten? Ik hoor het Maurice De Wilde zo vragen, op een zwart-wit-tv, zijn kwade hoofd een beetje laatdunkend gebogen naar zijn gesprekspartner. Lichaamstaal: dreigend. Vluchten kan niet meer.
De camera zoomt in op het verschrikt gezicht van de geïnterviewde. Tranen. Doek.
Waar was ik toen The Beatles splitten? Ik kan daar kort over zijn: op 10 april 1970 was ik bijna 12 en The Beatles konden mij wat, eerlijk gezegd. Ik kende hen alleen van 'Ob-La-Di Ob-La-Da', een songfestivalachtige carnavalshit die op BRT 2 Omroep Antwerpen weleens passeerde als de presentator Wiet Van Broeckhoven in een jolige bui was.
Dat zou spoedig veranderen: voor mijn plechtige communie had ik een Dual-platendraaier gekregen en ik toog naar Antwerpen, waar ik wist dat ze plaatjes met tjingeltjangelmuziek verkochten - zo noemde mijn moeder dat: tjingeltjangelmuziek. Bij Van Meel, in de Huidevettersstraat.
Je stapte geen winkel maar een schrijn binnen. Ik kreeg van een man in pak en das een exemplaar, waarmee ik me mocht terugtrekken in een gecapitonneerde telefooncel, waar ik de plaat mocht beluisteren alvorens tot de aankoop over te gaan. Ik koos, de redenen hiervoor zijn in de mist der tijden verdwenen, voor 'Abbey Road' van The Beatles. Mijn moeder zocht intussen naar de nieuwe plaat van Bert Kaempfert en zijn orkest.
Ik kocht de plaat, zonder er op voorhand één nummer van gehoord te hebben op de radio. Dat heb ik mij nooit beklaagd. Sinds 1970 heb ik die vele duizenden keren tot mij genomen, als een hondje volgde ze mij bij verhuis, scheiding of gezinsuitbreiding. Het mooiste liefdesliedje dat ik kende, stond erop: 'Something'. De moerasblues van 'Come Together'. 'I Want You': de lange liefdesverklaring (7 minuten en 47 seconden) van John Lennon aan Yoko Ono. 'Here Comes the Sun': tot ik er mijn vel aan verbrandde. Die hele tweede kant trouwens is een aan elkaar gebreide symfonie van ragfijne popmuziek: de perfecte verklanking van mijn jeugd.
Pas jaren na datum besefte ik wat een gigantisch oeuvre ze bijeen hadden gezongen in krap zes jaar. Pas jaren na datum besefte ik dat die split de grootste stommiteit uit de geschiedenis van de popmuziek was, is en zal blijven.
'Het is altijd iets met die wijven en het is altijd de schuld van hunne vent': de woorden van de Antwerpse filosoof Clement Peerens vatten voor sommigen de reden van de split van de Fab Four perfect samen. Net zoals Kurosawa niet één maar zeven samoerai nodig had voor zijn film, is er meer dan één reden waarom het viertal uit elkaar spatte als een fietsband die te hard werd opgeblazen. Veel meer.
Na zes jaren onafgebroken Beatle zijn waren de Beatles stuk. Op. Kapot. 'We were fed up being The Beatles', zei Paul McCartney. Nooit in de popgeschiedenis was een groep immers zo gegijzeld geweest door zijn publiek. De laatste keer dat ze live speelden, augustus 1966, in Candlestick Park, San Francisco, voor 25.000 hun hoofd eraf gillende fans, moesten ze ontzet worden met wat Lennon 'de vleeswagen' was gaan noemen: een geblindeerde camionette, waarvan de bijnaam een metafoor was voor hun claustrofoob bestaan.
MINDBLOWING YOKO
De groep nam foto's van het publiek en zichzelf, wat historische selfies zouden blijken te zijn, want enkele minuten na het concert besliste Lennon dat het voor hem niet meer moest, die eindeloze, doodziek makende draaimolen van plaat-tournee-plaat. Het was hun allerlaatste concert, als je hun half uur durende stuntoptreden op het dak van Apple drie jaar later niet meetelt.
De riem gaat eraf en de Beatles gaan elk hun weg: George Harrison (nog maar 24) en Pattie Harrison - later Clapton - vliegen naar India op zoek naar innerlijke rust en de maharishi, Lennon speelt een rol in de film 'How I Won the War' en McCartney krijgt het idee voor 'Sgt. Pepper's Lonely Hearts Club Band' op terugreis van een safari in Kenia.
Op 7 november ontmoet Lennon Yoko Ono en het is alsof zijn hoofd ontploft en de rest erbij. 'Yoko wist niet wie ik was,' zei Lennon, 'de enige Beatle die ze kende was Ringo, maar dat kwam omdat Ringo appels betekent in het Japans.' Ono gaf Lennon een kaartje, waar 'Breathe' op stond. Dat deed hij en de rest is, zoals men gemeenzaam zegt, wereldgeschiedenis.
In Yoko kwamen alle vrouwen van zijn leven samen: de moeder die hij maar tot zijn 17de had gehad, de minnares die origami maakte van zijn gevoelens en lijf, en zijn persoonlijkheid kneedde als was hij was in haar handen. Een mindblowing mindfuck die hem alle hoeken van de kamer liet zien en hij had niet liever. Op zijn 26ste kwam hij thuis bij Yoko en hij zou nooit meer weggaan, buiten ooit een dronken weekend in L.A. met Harry Nilsson en May Pang dan.
De groep begon toen al uit te rafelen als de uiteindes van een prachtig Perzisch tapijt, al volgden nog vele hoogtepunten: 'Sgt. Pepper's' en 'Magical Mystery Tour'. Dat de maïzena uit de groep verdwijnt, hoor je al op de dubbele witte: McCartney en Lennon gaan solo, maar kunnen het nog goed verstoppen. Ze starten een platenlabel, Apple Corps Limited, dat ook bedoeld is om nieuw talent uit alle windstreken aan te trekken: wij hebben geld genoeg verdiend, nu willen we investeren in anderen, klonk het, geheel synchroon met de tijdgeest, die overliep van grensverleggende, op liefde gelijkende vriendschap voor mens en dier. Love is all you need.
En toen stierf Brian Epstein.
GEPLUIMD
Niet alleen hadden de Beatles geen verstand van geld, ze hadden allemaal een gat in hun hand en na de ontijdige dood van Epstein - te veel drank en slaapmiddelen - bleek dat de groep virtueel failliet was. Apple kostte sloten geld en leek een zinkend schip. De boekhouders verstonden ook niet waarom Lennon elke maand zoveel snoep bestelde. Tot ze doorkregen dat het snoep was dat niet in de winkel te koop was. De Beatles werden gepluimd door iedereen die maar in hun buurt kwam: zo werd Northern Songs, dat de rechten had op alle Lennon-McCartney-songs, slapend rijk.
McCartney, die samen was met Linda Eastman, wilde zijn rijke schoonfamilie inschakelen om de zaak op te kuisen; Lennon en later ook Harrison en Starr, gingen voor Allen Klein, die ook al de Stones onder zijn hoede had. Hij werd in februari 1969, dik tegen de zin van Macca, hun manager. Het tapijt rafelde meer en meer uit.
The Beatles startten tegen hun zin en voor hun bankrekening met de laatste sessies die ze ooit samen zouden opnemen. Wie een groep wil zien verpulveren met zijn eigen ogen kan dat: men bekijke de film 'Let It Be' van Michael Lindsay-Hogg, die in griezelig detail documenteert hoe het monument verkruimelt.
Macca speelt de baas, Lennon en Ono lebberen en dansen. Ringo zit gelaten achter zijn drumstel en Harrison, die de groep in zijn hoofd al verlaten had, pingelt wat in de achtergrond. Achthonderd uur beeld en klank zijn er opgenomen: de langste uitvaart ter wereld. Dat één en ander nog resulteerde in één geweldige ('Abbey Road') en een doordeweekse ('Let It Be') plaat, is te danken aan Glyn Johns, die de sessies opnam en ordende als een monnik. Je ziet dat het allemaal Pauls idee is: hij degradeert zijn kameraden soms tot sessiemuzikanten. Alleen als ze oude rock-'n-rollnummers jammen, zie je flitsen van hun oude glorie.
In september 1969 komt 'Abbey Road' uit, in januari 1970 zitten de vier voor de allerlaatste keer samen in de studio. Ze werken 'Let It Be' af. Op 10 april 1970 meldt McCartney droog dat The Beatles opgehouden hebben te bestaan. Redenen: 'Personal differences, business differences, musical differences, but most of all because I have a better time with my family.'
Het was, is en zal de grootste stommiteit uit de geschiedenis van de popmuziek blijven.