25 jaar 'Foorwijf'
Clement Peerens: 'Ik zei tegen meester Vermassen: Jefke, beetje dimmen!'
Het is deze maand 25 jaar geleden dat 'Foorwijf' van The Clement Peerens Explosition met glans de hitlijsten bestormde. De song is een monument in de Belgische rockgeschiedenis, een uitgekiende compositie die nog steeds kippenvel veroorzaakt bij de echte muziekliefhebber. Maar de song werd niet overal even enthousiast onthaald. We blikken samen met Clement terug op de heisa die ontstond toen 'Foorwijf' meermaals per dag op de nationale zenders weerklonk.
HUMO Clement, eerst even iets anders: hoe gaat het met je?
CLEMENT PEERENS «Zijn uw zaken niet, maar ik ga niet moeilijk doen: tamelijk goed.»
HUMO Is de lockdown een periode waarin je extra tijd hebt om creatief bezig te zijn?
PEERENS «Ik vind heel die lockdown rampzalig. Ik krijg er tegelijk stenen kloten van én boebels van hier tot in Wuhan. En alsof dat nog niet genoeg is, wordt ne mens langs alle kanten bestookt met toffe initiatieven. Recht tegenover mij woont een even toondove als welmenende trompettist. Elke avond om acht uur staat die zot op zijn balkon zijn instrument te schande te maken, in de veronderstelling dat hij daarmee de buurt opmontert in deze moeilijke tijden. Het tegendeel is echter het geval. Als social distancing niet zo cruciaal was in deze tijden, had ik al lang zijn deur ingeramd om die gast met trompet en al van zijn balkon te smijten.
»Corona is zo al erg genoeg, we moeten het niet nog erger maken met slechtgemikte goede bedoelingen.»
HUMO Het nummer 'Foorwijf' is een kwarteeuw oud. Het was een groot succes, maar toch waren er niet weinig mensen die er moeite mee hadden.
PEERENS «Inderdaad, dat nummer is op een slimme manier gebaseerd op een paar chromatische sprongen, en dat is heel ongebruikelijk in de popmuziek. Dat maakte het wat minder toegankelijk dan de gemiddelde afgezaagde vi-IV-I-V-ballad.»
HUMO Wat is een vi-IV-I-V-ballad?
PEERENS «Een emosong op basis van een akkoordenschema dat even versleten is als de knieën van Ann Wauters.»
HUMO Maar inhoudelijk lag jullie song toch ook moeilijk?
PEERENS «Ja, dat was een enorm misverstand. Wij kregen een proces aan ons broek van een beroepsvereniging van mensen die op de kermis werken. Zij vonden dat nummer beledigend, en ze sleurden ons voor de rechter.»
HUMO En hoe verliep dat proces?
PEERENS «Ik kwam daar aan en zag dat de tegenpartij Jef Vermassen had ingehuurd. Ik dacht: oei, d'r zullen véél eendjes moeten worden gevist en de draaimolen zal véél overuren moeten draaien eer ze die gast kunnen betalen. Maar goed, die rechter was een vrouw, en de haat en het venijn vlogen als mentale speren vanuit haar oogkassen in mijn richting. En dan begon die Vermassen zijn pleidooi. Die had het over mensen die eerlijk hun brood probeerden te verdienen, en die nu overal werden uitgelachen; ik maakte een hele beroepsgroep te schande; die tekst leek wel door een van elke empathie verstoken smerig beest geschreven te zijn, enzovoort. En die Vermassen aarzelde niet om al eens wanhopig op zijn knieën te vallen en om uit pure smart zijnen toga te verscheuren. Als ultieme truc begon hij te kotsen terwijl hij de overigens qua metrum feilloze tweede strofe citeerde. Hij had die rechter en het publiek helemaal mee.»
HUMO Kon jouw advocaat daar nog iets tegen beginnen?
PEERENS «Ik had genen advocaat. Ik deed dat zelf. Na dat pleidooi zei de rechter: 'De zaak is overduidelijk. Smijt die Peerens maar een jaar of drie in den bak.'
»Toen zei ik: 'Hola! Mag ik misschien twee dingen zeggen?' De rechter kon niet anders dan dat toestaan. Ik heb mij toen om te beginnen tot die Vermassen gericht. 'Jefke, beetje dimmen astemblief!' heb ik gezegd. 'Uw toneelkunst volstaat zelfs niet voor ne figurantenrol in een film van Jan Verheyen, dus stopt daar maar mee.' En toen begon ik aan mijn verdediging.»
HUMO Terwijl u vrijwel kansloos was.
PEERENS «Ik heb gezegd: 'Madam de rechter, die foorwijven, dat zijn dames die rondrijden in zware aftandse vrachtwagens die ze zelf moeten onderhouden, want hun mannen zijn doorgaans aan den drank. Aangekomen op hun bestemming trekken ze een overall aan, en beginnen ze hun spookhuis of reuzenrad in hun eentje op te timmeren. Ja, die vrouwen weten wat werken is! Als de kermis opent, staan zij daar op de meest sexy manier, kortgerokt en met rinkelende oorbellen, kaartjes te verkopen of kogeltjes voor hun schietkraam. In hun mondhoek bengelt wellustig een sigaret, en als zo'n babe u heupwiegend een pak smoutebollen verkoopt, dan weet ge als man met uw natuurlijke driften bijna genen blijf meer. En daarom zeg ik u, madam de rechter: foorwijven zijn topwijven! En ik zal meer zeggen: ik ben content met mijn job, maar als ik die ladies zie, denk ik weleens: was ik niet beter foorkramer geworden?! Meer heb ik niet te zeggen!'
»De reactie was ongelooflijk! De aanwezige foorwijven begonnen te juichen en te joelen, ze sprongen op hun stoelen en begonnen met hun gat te shaken dat ne mens er draaierig van werd. Hun mannen riepen 'De Clement heeft gelijk! Gerechtigheid voor die grote vrouwenkenner!', en de rechter kon niet anders dan iets mompelen over vrijspraak en wegvluchten.
»De volgende dag belde Vermassen mij op. Hij vroeg mij of ik bereid zou zijn om af en toe eens een pleidooi voor hem te schrijven. Ik heb dat meermaals voor hem gedaan, en telkens - de waarheid gebiedt mij om onbescheiden te zijn - met een vrijspraak tot gevolg!»