null Beeld THOMAS NOLF
Beeld THOMAS NOLF

Concert

Dankzij BRDCST veranderde de AB een weekend lang in een canyon van talent, noise en trompetstoten à la Miles Davis

Overal waar je afgelopen weekend belandde in het grote AB-complex aan de Anspachlaan was dat gelijkbenige trapezium te zien: het mooie, minimale logo van BRDCST, een experimenteel driedaags festival dat terug is van twee Corona-jaren weggeweest. Voor u op één lange rij gezet: de tegenvallers, de twijfelgevallen en de verrassingen groot en klein.

Gert Van Nieuwenhove

Dé verrassingsact die twee keer optrad

Verwar de Oegandese festivalopener Arsenal (★★★★☆) niet met de Belgische feestneuzen die ons ‘Estupendo’ en ‘Melvin’ schonken. Dit zijn drie mannen in wit hemd en zwart pak. Eén van hen kan een serieuze Edvard Munch-schreeuw neerzetten. Onder hun kookeiland vol percussie-instrumenten - grote trommels, lange trommels, basdrums, scherp klinkend metaal én koeienbellen - hangen veel reserve-drumstokken, want er vallen en breken geregeld sticks. Op dag één moest de AB Box nog vollopen en veranderde al wie er was in één grote openvallende mond. Omdat op dag 2 hoofdact Circuit Des Yeux problemen had met haar baritonstem, mocht Arsenal het nog eens overdoen voor een zittend en veel groter publiek. Tijdens het tweede concert viel ons veel meer de conversatie op tussen de drie drummers, één die dat beetje dieper leek te gaan dan de wereld vol drumsamples die in ons aller hiphophoofdjes zit. Arsenal is nu al een revelatie, maar het echte verhaal moet nog beginnen.

Nog meer Oeganda

Waarom zoveel Oeganda op BRDCST? Wel, bezieler en programmator Kurt Overbergh nodigt graag muzikale families uit, en dit jaar kwamen die tot hem via platenlabels uit Kampala. Ecko Bazz (★★★☆☆) rapte in de Club in het Luganda en pakte uit met grime zo donker en hard dat die van Skepta en Stormzy als de ochtendradio van MNM begon te zoemen. Bazz’ stem deed trouwens denken aan die van Djum Djum in het geweldige ‘Afro-Left’ van Leftfield. Ook gemaakt voor de dansvloer en ook snoeihard: MC Yallah met haar staccato raps en Debmaster met zijn snerpende industrial-beats.(★★★☆☆)

Lees ook

Jenny Hval, Wu-Lu en Jaimie Branch staan op BRDCST in de AB: ‘Mijn favoriete geluid? Een spinnende hond’

De recensie van vierenhalve ster

Vrijdag in de grote zaal. Chad Taylor op drums, Lester St Louis op cello(!), Jason Ajemian op staande bas en de onnavolgbare frontvrouw Jaimie Branch op trompet. Het hele concept van het voorin zittende ‘Prayer for Amerikkka’ - een protestlied geschreven in de Donald Trump-jaren - gaat meteen tegen de vlakte: ‘We leven nu overál in dezelfde onzekerheid, welkom iedereen in het eerste deel van de apocalyps’. De stem van Jaimie Branch is al meteen 100 procent punk in dit grimmige lied. Er zijn solomomenten op bas en drum bij, de cellist verkent zonder strijkstok alle delen van zijn instrument, Branch zelf smeekt om meer reverb om haar misthoorn in ‘The Storm’ te spelen,… maar verstaat ook de kunst om weerbarstige en meditatieve momenten af te wisselen met ‘Theme 001’ en ‘Theme 002’, kleppers uit haar plaat ‘Fly or Die’ die de sfeer hebben van een volksfeest met fanfare. Wij noteren ook een nieuwe song met in de tekst een bezwerend ‘Gonna take over the world’. Echt grappige momenten waren er ook: op de drummer na huppelde iedereen met percussie-instrumenten de zaal in. En hun ‘Love Song for Assholes and Clowns’ kreeg in het Nederlands een nieuw refrein: ’Een liefdeslied voor klootzakken en clowns’.

Maar het hardst onder de indruk waren wij van Jaimie’s eerste echt schelle trompetstoot. Die leek op het begin van ‘Bitches Brew’ van Miles Davis. De AB veranderde even in een canyon. Branch liet haar instrument tegen de rotswanden botsen. Sterren: ★★★★½. De bloemen zijn voor Jaimie!

De verdwaalde rockgroep Wu-Lu

De boomlange rocker Miles Romans-Hopcraft van Wu-Lu (★★★☆☆) heeft vanuit Brixton, Londen drie brothers meegebracht: een gitarist, een bassist en een drummer. Dat we dat op een experimenteel festival mogen meemaken! Wu-Lu opent met songs vol aan The Stone Roses en Massive Attack verwante grooves. En dan begint ‘Broken Homes’. Als ik nu eens gewoon een stuk tekst knip en plak, en meld dat het concert openklapte ter hoogte van een langgerekt ‘shiiiiit’: ‘Broken homes, I’ve seen ‘em all my life / It’s the same old thing / (…) They want us down and only feeling shiiiiiit.’ Komen daarna: een minder geslaagd vleugje dub, Wu-Lu die wil dat we een stapje naar voren zetten, een groep die twee tracks lang verandert in een goeie hophop-act, en een pas echt in vorm rakende bende die afrondt met het beestige ‘South’, een song die onder meer gaat over ’s nachts skaten. In het oog te houden.

De onvermijdelijke tegenvallers (1)

In de grote zaal eerde het trio Bitchin Bajas (★½☆☆☆) hun held Sun Ra. Ik zag het veelkoppige Arkestra van wijlen Sun Ra al twee keer aan werk. Ook onder leiding van Marshall Allen is space gegarandeerd the place, hangt alles schots en scheef aan mekaar en staat de onwaarschijnlijke combinatie van virtuozen en leken garant voor de ene what the fuck na de andere. De drie muzikanten van Bitchin Bajas doen het met veel synths en één blazer. Ze klinken veel te braaf. Terwijl Sun Ra zowat de grootste anything goes-muzikant is die ik ken, verandert er in de loop van het optreden niet gek veel. En er is zo weinig interactie met het publiek dat het lijkt alsof Bitchin Bajas vanuit Chicago een tiny desk-concert naar ons aan het zoomen is.

Verrassingen in de kleine Club (1)

Avalanche Kaito (★★★½☆) is de vanuit Burkina Faso in Brussel belande zanger Kaito Winse, wiens peulfluit, handboog en stem worden onderstut én dooreengeschud door twee blanke Brusselaars die mij deden denken aan The Ex (vroeger), La Jungle (een paar jaar geleden) en Black Midi (onlangs pas komen piepen). Heerlijke teringherrie!

Verrassingen in de kleine Club (2)

Frederik Croenes vingervlugge ongeduld en elegante melodieën op de pianoplaat ‘Cul de Sac’ maakten in de AB plaats voor een midi-keyboard met onder elke toets een ander fragment van het dagelijkse leven. Wij hebben geluisterd van bij de eend (ja, toch?) tot bij de beiaard. Als Croenes soms ironische muziek het yin was, waren zijn spelplezier en zijn korte uitbarstingen het yang. (***)

Het twijfelgeval Tirzah

Uiteraard mag op een festival als BRDCST het raam van de tegentonen en het experiment onherroepelijk open staan. Maar na Vula Viel, Flock en —__--___ had ik op zondag even genoeg van de teksten over levenslang leren, de instrumentenwissels en de dissonante, overstuurde strijker bij de arthouse-video. Enter voor veel volk de geweldige Tirzah, die ook heel even kunstzinnig begon te krak-piep-knorren. Maar dan was daar opener ‘Affection’. De uit de duizenden herkenbare stem! De weirde, maar machtige songs. De goeie mix van songs uit de moeilijke tweede plaat ‘Colourgrade’ en die uit het sprankelende debuut ‘Devotion’. Maar Tirzah klonk een beetje onderkoeld. Leek meer een try-out dan een concert te spelen. Ik heb de jongste maanden vaak gekeken naar het YouTube-filmpje ‘Live from the Room’ met drie songs gespeeld door Tirzah, Coby Sey en Mica Levi. Ik miste Sey en Levi in de AB. De man aan de beats ken ik niet. Het concert ging te snel voorbij. Ik had de indruk dat veel mensen meer wilden. ★★★★☆ of ★★☆☆☆? Geen idee. Tirzah zelf zal er niet mee zitten. Ze is - net als Björk en Pippi Langkous - geboren om haar eigen zin te doen. Respect!

De onvermijdelijke tegenvallers (2)

Jenny Hval (★★☆☆☆). Grote zaal, grote band, groot geluid, in theorie het grote slotakkoord van deze driedaagse. De Noorse Jenny Hval begint in een lange bindtekst over haar hond, over het hondentoilet achter de AB, over een song over die hond die ‘Run Like the Water’ heet maar die niet op haar nieuwe plaat ‘Classic Objects’ staat. Pffff! Ik doe de negenproef met mijn favoriet ‘Jupiter’: de song met ‘Sometimes art is more real, more evil / just lonelier / just so lonely’. Die met in deel twee mooie noise, maar ook díé klinkt live nogal gekunsteld.

Verrassingen in de kleine Club (3)

Grid Ravage (★★★½☆) is Yves De Mey, enigszins bekend als Eavesdropper: zijn elektronica is hier een pak minder experimenteel dan we van hem gewend zijn. Drummer Louis Evrard en cellist Gino Coomans komen niet zomaar een toefje ‘echte’ muziek aan elektronica toevoegen: als er maar genoeg zin is om er een lap op te geven, krijgt iedereen bij Grid Ravage zijn derde deel van de taart. En de energie en de overgangen komen van een dj. Een wervelend geluid!

Verrassingen in de kleine Club (4)

Het Keniaanse duo Duma (★★★☆☆) slaat niet gewoon de weg in van noise, maar raakt van het paadje af en belandt bij de horror van Ho99o9 en bij indrukwekkende metalgrunts van een serieus ijsberende frontman. BRDCST sloot af met een duidelijk geval van ‘Kenya ain’t nothin’ to fuck with’.

Einde!

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234