null Beeld Jeroen Los
Beeld Jeroen Los

humo selecteertAlle dertig drek

De Verschrikkelijkste Hits Aller Tijden: ‘Wie hier geen slappe van krijgt, moet naar de dokter’

Smaak is subjectief, een mening maar een mening, en tolerantie über alles. Maar zelfs de ruimdenkendste, minst discriminerende muziekliefhebber kent wereldhits waar hij zich het chronische schurft aan ergert. Dit is Humo’s parade der Verschrikkelijkste Hits Aller Tijden. Het echte werk: geen halfbakken radiohitjes, alleen wereldberoemde oorwurmen met een onwaarschijnlijk onappetijtelijke hardnekkigheid. Van midtempodrab tot derde-graads verbrande balzakken: alle dertig drek.

Mark CoenenDavy CoolenJurgen BeckersJasper Van LoyFrederick VandrommeKatia VlerickTom RaesVincent Van PeerNoud Jansen en Marc Didden

Disturbed - ‘The Sound of Silence’ (2015)

Kijk, iedereen is weleens geconstipeerd. Maar om daar dan een líéd bij te zingen? Mij lijkt het een brug te ver, die van ­Disturbed zagen er geen graten in. Ze kakten een versie van ‘The Sound of ­Silence’ bijeen die ongebreidelde pathetiek aan totale smakeloosheid koppelt. Het lied van ­Paul ­Simon, dat in de originele versie al zwaar weer voorspelde, krijgt een dramatische uitvoering waarbij men moeite moet doen om niet in lachen uit te barsten. Een cover die het verdient om voor ­eeuwig begraven te worden in een mergelgrot. (mc)

John Miles - ‘Music’ (1976)

Meer dan 25 miljoen streams op Spotify liegen niet: er zijn wel degelijk mensen die ­‘Music’ van ­John ­Miles – God hebbe sinds 5 december 2021 zijn ziel – vrijwillig oproepen. Voor ons volstaat de ­openingszin (‘Music was my first love, and it’ll – bweurk! – be my last’) om peristaltische bewegingen in gang te zetten, en het spreekt ten faveure van Miles dat de orkestrale tussenstukken uiterst geschikt zijn om een kotspauze in te lassen. ­Carl ­Huybrechts, lange tijd mede-organisator van het Belgische luik van Night of the Proms, liet bij ’s mans overlijden optekenen dat hij Miles de song wel duizend keer zag spelen, en dat die momenten hem altijd zullen bijblijven. Onze gedachten zijn bij Carl. (jub)

Baha Men - ‘Who Let the Dogs Out’ (2000)

Het was bijna middernacht en iedereen was goed geolied, want de ouders van het bruidskoppel hadden op geen cent gekeken. Ook ­DJ ­Rox, die graag in het zwart betaald wilde worden, wat geen probleem was, bleek van alle markten thuis. Hij speelde de ene classic na de ­andere. Na ‘Born to Be Wild’ moesten we nonkel ­Miel (89, ‘maar ge ziet het er niet aan’) afvoeren met hartritmestoornissen, maar dat is altijd al een blèter geweest. Toen speelde DJ Rox ‘Who Let the Dogs Out’ van ­Baha ­Men en stortte het plafond in. (mc)

Bazart - ‘Goud’ (2015)

Sommige hits zijn voor alle tijden, sommige voor één ­moment, ook al duurt het een jaar. Zoals ‘Goud’ van ­Bazart. Op hun concerten is het vast nog weleens 2015, maar in dit lied is het nooit 2023. Graaf ‘Goud’ vandaag op, de roes voorbij, de kop nuchter, en stel vast: het is een fase. Een pose. Met een tekst die slaat als kut op dirk. YouTube serveerde ons na de officiële clip automatisch ‘Dogs’ van ­Pink ­Floyd – barmhartig is het algoritme. (dc)

New Radicals - ‘You Get What You Give’ (1998)

Ja, ‘You Get What You Give’ van ­New ­Radicals wás de perfecte song, die de grandeur van ­R.­E.­M. versmolt met het cleverste van ­XTC. Het was collegerock tot een ongezien universeel niveau getild, en één van de favoriete songs van ­Joni ­Mitchell en ­The ­Edge. En tegelijk was het een prekerige lap die je al na één passage een indigestie bezorgde, niet het minst door het jezuscomplex van frontman ­Gregg ­Alexander. Het was de succesrijkste single uit de eerste en met­een ook enige plaat van de groep uit Los Angeles. (kv)

The Beach Boys - ‘Kokomo’ (1988)

Kokonéé! (fvd)

Passenger - ‘Let Her Go’ (2012)

’t Is moeilijk kiezen: herhaaldelijk in de schaamstreek getrapt worden door een expert strafschoppen uit de Premier League of nog eens een keertje overgeleverd worden aan het klaaglijke, schriele stemgeluid van ­Michael ­David ­Rosenberg, die niets anders kan zijn dan het product van bovenvermeld proces? ‘Let Her Go’ van ­Passenger is het soort nummer waar singer-songwriters hun slechte naam aan te danken hebben, en ik minstens een inzinking of drie. (tr)

Jon Secada - ‘Just Another Day’ (1992)

Je hoort het zo iemand zeggen op het hoofdkantoor van Netflix. ‘Weet je wat wij onder die slot­scène moeten monteren? ­Jon ­Secada!’ Kijk, het nostalgisch kapitalisme heeft ons al ­Kate ­Bush, ­Margriet ­Hermans en de Zillion gebracht, kunnen we dan dit schmalzige ding in de nineties laten? Popmuziek met triangels was toch nooit écht een ding? (jvl)

Luis Fonsi ft. Daddy Yankee - ‘Despacito’ (2017)

Zomer, de ­zomer! ­The ­Beach ­Boys hebben er een carrière van gemaakt de zon te vangen in de studio, bij ­Khruangbin stijgt bij elke draaibeurt barbecuelucht uit het vinyl en de G-funkbeats van ­Dr. ­Dre doen zelfs de kleinste Opel aanvoelen als een Amerikaanse cabriolet. Bij ‘Despacito’ daarentegen, dé zomerhit der zomerhits, voel je alleen maar jeukerig zand in je bilspleet, een tekenbeet recht in je oorschelp en een derdegraads verbrande balzak. Leve de winter! (vvp)

Sting - ‘Englishman in New York’ (1987)

Kleverig, beige, melig: drie van de beleefdste adjectieven voor de getoonzette middelmaat. ‘Englishman in New York’ is een song die niemand had verdiend. Niet ­Quentin ­Crisp, de Britse schrijver-­acteur-dandy naar wie in de tekst wordt verwezen. Niet ­Sting, die hiermee een diepbruine vlek op zijn eigen oeuvre achterliet. En wij al helemaal niet. (fvd)

Hooverphonic - ‘Mad About You’ (2000)

Klonk het ten tijde van de millenniumwissel nog eventjes als iets dat ­Portishead vergeten had op ‘Dummy’ te zetten, dan zal alleen de meest verstokte ­Alex ­Callier-­adept inmiddels nog ontkennen dat ‘Mad About You’ is verworden tot een ­out­sider voor de titel in de categorie ‘Liedjes die je het minst graag door je hoofd wil voelen zeuren bij een zware kater’. Dat zit ’m in die aalgladde productie, maar toch vooral in die eindeloze herhaling van dat drammerige refrein. (nj)

Counting Crows - ‘Mr. Jones’ (1993)

Vreemde tijden, die vroege jaren 90. Het waren dagen waarin een ontpoppende popgroep nog een hele carrière kon lanceren aan de hand van één radiohitje dat dertig jaar later pas z’n ware gelaat zou tonen: het soort zeurderige midtempodrab die door nuffige radiozenders en winkelmanagers van kledingketens met schappelijke prijzen aanhoudend verward wordt met klantenbinding. Frontman ­Adam ­Duritz, witter dan wit, had jarenlang een kop vol dreadlocks. Dat hóór je. (tr)

U2 - ‘Sunday, Bloody Sunday’ (1983)

Het is niet zozeer die ene song die me stoort, of zelfs die hele ­U2 niet – live vond ik ze een paar keer best te pruimen – maar het is die vervelende zingende pater ­Bono ­Vox, die telkens als ik hem zie of hoor verschrikkelijk op mijn systeem gaat werken. Ik herken in hem de onuitstaanbare scoutsleiders die ons een geweten wilden schoppen door ons voor te houden dat wij door te leren sjorren, uit gamellen eten en in hudo’s schijten betere mensen zouden worden. En dichter bij God zouden ­komen! (md)

Rag’n’Bone Man - ‘Human’ (2017)

Rag’n’Bone Man mag dan wel only human zijn, maar hij vraagt van zijn luisteraars wel een schier bovenmenselijke prestatie om na een duizendtal onbedoelde luisterbeurten nog altijd de natuurlijke reactie te weerstaan om de dichtstbijzijnde potplant naar de radio te gooien, of een zenderbaas een dreigbrief cadeau te doen. In de tekst van ‘Human’ wordt gevraagd om niet te snel te oordelen. Zo min mogelijk oordelend dan: dit nummer is ruk. (tr)

Niels Destadsbader & Regi - ‘De wereld draait voor jou’ (2021)

Het laatste jaar is er té hard ingehakt op ­Niels ­Destadsbader, alsof alle zonden van het sodom en ­gomorra waarvoor sommigen het medialandschap aanzien op zijn rug moesten worden geladen. Maar dan probéér je ’ns empathie uit, en voor je het weet blèrt door de speakers van de supermarkt opeens ‘De wereld draait voor jou’ met ­Regi, ook al een expert op het vlak van subsidies: een nummer zo glad als een ingeoliede paling en telkens opnieuw een ­uitstekend argument voor goed, ouderwets cynisme. (vvp)

Celine Dion - ‘My Heart Will Go On’ (1997)

Een kwarteeuw geleden kwam deze misschien nog van pas als je net op het punt stond om te verzuipen in de Atlantische Oceaan, maar anno 2023 ogen de gebruiksmogelijkheden beperkt: behang strippen, sluimerende burenruzies oppoken, hangjongeren op andere gedachten brengen, en kleine knaagdieren verjagen uit huis en tuin. Als de ongezien lange adem van ‘My Heart Will Go On’ één ding bewijst, dan dit: de overlevenden hadden pas écht pech. (tr)

Michael Bolton - ‘How Am I Supposed to Live Without You’ (1989)

Eind jaren 80, begin jaren 90, vlak voordat ­Nirvana ­alles aan gort zou komen meppen, mocht zingende druif ­Michael ­Bolton zich even de mondiale keizer van de rockballad noemen. De ergste van allemaal: ‘How Am I Supposed to Líí-híí-hííííve Without You’, het soort hardnekkige oorwurm waarvoor een mens een lobo­tomie zou overwegen. Weetje: op z’n 70ste blijkt ­Bolton zijn kenschetsende krullentapijt te hebben ingeruild voor een tienbeurtenkaart bij de tandenbleker. Hij blijft schitteren, willen we maar zeggen. (nj)

Gotye - ‘Somebody That I Used to Know’ (2011)

MAN «Ik ben blij dat het voorbij is tussen ons. Ik was eenzaam bij jou, en triest tot het bittere eind. Maar waarom doe je nu alsof het allemaal nooit gebeurd is?! Arme ik!»

VROUW «Euh, kerel, jij was het die verhangen bleef aan oude vlammen. Jij hebt me zo vaak genaaid – en elke keer zat ík met het schuldgevoel.»

MAN (haar geen blik waardig gunnend) «Maar daarom hoef je het contáct nog niet te verbreken! Boehoe!»

‘Somebody That I Used to Know’ van onze halve landgenoot ­Wouter ­André ‘Wally’ ­De ­Backer, beste lezer, is getoonzette toxische mannelijkheid. Doorspoelen! (dc)

Queen - ‘Bohemian Rhapsody’ (1975)

In mijn nog te verschijnen bestseller ‘Geschiedenis der tjingel-tjangel­muziek’ komt de groep ­Queen niet voor. Ik heb nooit zelfs maar één nano­seconde belangstelling gehad voor de overspannen turn­leraar ­Freddie en zijn cabaretgezelschap genaamd ­Queen. De mateloze onnozelheid van ‘­Radio Gaga’ ­irriteert me weer bij elke gedwongen beluistering, maar wanneer mijn eigen radio woorden braakt als ‘Scaramouch, Scaramouch, will you do the fandango?’ breekt mijn klomp op diverse plaatsen tegelijk. Pathetisch! (md)

Whitney Houston - ‘I Will Always Love You’ (1992)

‘­Whitney, meisje, we wéten dat je kunt zingen, maar zou je er voor deze ene keer niet ’ns een schepje of vijf- à zesendertig bovenop kunnen doen? ’t Is voor de emotioneelste ­scène uit ‘The Bodyguard’, moet je weten, een tearjerker van hier tot in Timboektoe. Komaan ­Whitney, meer volume, meer uithalen, meer vibrato, meer ­álles. Blaas die suckers ­omver, Whitney! Je wéét hoeveel we je betalen!’ (nj)

George Ezra - ‘Shotgun’ (2018)

Doet qua titel denken aan de favoriete tandenstoker van ­Kurt ­Cobain, maar voor het overige: zo onschadelijk als een strandbal met ovenwanten aan vastgeplakt. Kon men na doorbraakhit ‘Budapest’ nog ­idio­te­rie­ën opwerpen als zou er misschien nog een beloftevol singer-­song­­writer schuilen in ­George ­Ezra, dan was ‘Shotgun’ het teken om alle hoop misschien toch maar te laten varen. ‘I could get used to this!’ Nee George, dat kan ik niet. (tr)

The Beatles - ‘Ob-La-Di, Ob-La-Da’ (1968)

Zeg een slecht woord over The Beatles en wij slaan op uw gezicht, maar wat een gênante draak is dit, zeg. Dat ­hoempaparitme, dat eerder aan de oktoberfeesten in München doet denken, dat lamme verhaaltje over Desmond en Molly dat alle kanten opgaat, dat waarlijk achterlijke refrein: een onverholen plaatsvervangende schaamte overvalt je, zelfs als levenslange en statutair benoemde fan. Het staat op de Dubbele Witte, als u het echt wilt weten, en ook ­John ­Lennon vond het kak. Gelukkig maar. (mc)

Nu op Humo:

Hoop voor alzheimerpatiënten: ‘Testen of je alzheimer hebt, kan binnenkort eenvoudig bij de huisarts’

Een nieuwe Jeroom!

Racisme en naziverheerlijking bij Schild & Vrienden: ‘In een map zaten 200 pagina’s met chatgesprekken over hoe de leden me de mond zouden snoeren. Heel akelig’

Bon Jovi - ‘It’s My Life’ (2000)

‘You Give Love a Bad Name’: tot daaraan toe. ­‘Livin’ on a Prayer’: in zijn genre. ­‘Always’: als het moet. Maar voor ­John ­Bongiovi’s laatste écht grote hit – het platte en met spuug en studiotruken bij elkaar geplakte ‘It’s My Life’ – volstaan excuses, medicijnen noch tegengif. Met ‘It’s My Life’ greep ­Bon ­Jovi destijds maar nét naast een Grammy: ­U2 won dat jaar met – eek! – ‘Beautiful Day’. Goede tijden, misselijkmakende ­tijden! (fvd)

Womack & Womack - ‘Teardrops’ (1988)

Het echtpaar ­Womack moet op zijn trouwfeest hebben gedacht: het is twee uur ’s nachts en we willen dringend in de sponde springen, hoe krijgen we tante ­Marjet en nonkel ­André hier weg? En hop, daar was ­‘Teardrops’. Duurt vier minuten en wordt nooit spannender dan een bijtrekpas. Op blote voeten. Omdat. De hakken. Te veel pijn. Doen. (jvl)

PSY - ‘Gangnam Style’ (2012)

Zeggen dat ‘Gangnam ­Style’ een op de heupen werkend wijsje is, is zoals zeggen dat black tar-heroïne een lichtelijk ongezonde substantie is: een raadsel waarom mensen er niet gewoon van wegblijven. En dan is er natuurlijk nog dat eeuwig hemeltergende dansje erbij, dat alles wat ­Viktor ­Verhulst ooit in ‘Dancing with the Stars’ op de spiegelvloer heeft uitgevreten, doet lijken op de sierlijke balletten van ­Michail ­Barisjnikov. (vvp)

Fischer Z - ‘So Long’ (1980)

Die jengelende, eczeem veroorzakende stem van ­John ­Watts, de ­Sting des ­pauvres, is al meer dan voldoende reden om dit lied de eeuwige verdoemenis toe te wensen. Maar de ware reden van mijn afkeer is dat ik de man ooit mocht interviewen – dat was toen nog een gunst – en hij een waarlijk onuitstaanbare eikel bleek die van aanstellerij zijn beroep had gemaakt. Sindsdien proef ik bij het beluisteren van dit lied altijd bloed in mijn mond. Raar, hè? (mc)

Coldplay - ‘Viva la Vida’ (2008)

Echt wraakroepend is pas dat ­Chris ­Martin er vijftien jaar geleden nog mee weg raakte ook. Zo onuitputtelijk was het vertrouwen in ­Coldplay destijds dat niemand zag wat ‘Viva la Vida’ werkelijk was: het begin van het einde van een tot dan ernstig te nemen groep. Op het vlak van omineuze strijkers die horror aankondigen, zijn er drie van tel: die van ‘Jaws’, die van ‘Psycho’ en die van ‘Viva la Vida’. (tr)

4 Non Blondes - ‘What’s Up?’ (1993)

‘And I say hey-ey-ey / Hey-ey-ey’: in 1993 was het dekking zoeken voor het van pathos overstromende ‘What’s Up?’, een bloedserieus bedoeld onehitwonder dat zich liet beluisteren als een grungepastiche. In de woorden van ­Dean ­Ween: ‘Slechter wordt muziek niet.’ 4 Non ­Blondes-frontvrouw ­Linda ­Perry lag er allerminst wakker van en werd even later dé hitschrijver van het nieuwe millennium: ze pende ­‘Beautiful’ voor ­Christina ­Aguilera en ‘Get the Party Started’ voor ­P!­nk. (kv)

Kings of Leon - ‘Sex on Fire’ (2008)

‘Blijf liggen waar je ligt / Maak geen geluid / Je zachte lippen staan open / Het voelt alsof je aan het sterven bent / Your sex is on fire!’ Goed voor 15 Bad Sex Awards in één klap. Wie hier géén slappe lul van krijgt, moet naar de dokter. (fvd)

Pharrell Williams - ‘Happy’ (2014)

‘Clap along if you feel like a room without a roof,’ zo gaat de tekst. Een kamer zonder dak? Toch ging men massaal uit talloze bollen in 2014, toen ‘Happy’ niet weg te slaan was van radio’s te allen kant. Het dreef de leden van de VRT-nieuwsdienst ertoe om tijdens hun – door u en mij betaalde – uren een filmpje te maken waarop zij uit hún voltallige bollen gingen terwijl dit niemendalletje speelde. ‘Op onze redactie zomert het bijna altijd en overal. En waar er vrolijkheid heerst, is ­Pharrell ­Williams nooit veraf. Onze redactie wenst u op de tonen van ‘Happy’ een perfecte zomer toe!’ schreef een onverlaat er nog bij. Bij het zien van de clip braken massamoordenaars in tranen uit en bekenden ze, om er in godsnaam van af te zijn, ook moorden die ze nooit gepleegd hadden. (mc)

‘Ultratop 50', MNM, zondag 7 mei, 9.00

Beluister hieronder de hele playlist

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234