Albums van de week Beeld rv
Albums van de weekBeeld rv

humo gidst

Dit zijn de albums van de week: Thom Yorke en vrienden, levensliederen en de bastaardzonen van ZZ Top

Redactie

The Smile: A Light for Attracting Attention ★★★★1/2

The Smile is Thom Yorke en Jonny Greenwood van Radiohead plus Tom Skinner, één van de twee drummers van het machtige Sons Of Kemet. Ze wilden samen iets omhanden hebben tijdens de lockdown. Later, in de studio, kwamen er blazers en strijkers bij.

Een zoektocht naar nieuwe geluiden is ‘A Light for Attracting Attention’ niet. Integendeel, je voelt de liefde voor oude elektronische instrumenten al vanaf opener ‘The Same’, dat klinkt als een prequel van ‘Kid A’. Thom Yorke zingt hier als John Lennon: ‘People in the streets / Plea-ease / We are all the same’. ‘The Opposite’ begint vanuit een drumpartij van Tom Skinner, en ook de vette bas en de snerpende gitaar zullen we nog horen bij dit powertrio. In ‘You Will Never Work in Television Again’ gaat het over journalisten die op bevel van ­Silvio Berlusconi zijn ontsla­gen: de song heeft gitaren die harder klinken dan die van ‘The Bends’ uit 1995.

Terwijl Yorke blijft ­zingen over een wereld die in duigen valt – één keer vanuit het standpunt van de ernstig zieke aarde – is niet altijd duidelijk wie voor welke toetsen en knoppen is gaan zitten. De treiterige horror­piano in ‘Pana-vision’ zou van Yorke kunnen zijn, om­dat ze hard lijkt op die van zijn ‘Suspiria’-soundtrack. Al wat naar ­ambient neigt, is waarschijnlijk van Greenwood. Om het extra ­moeilijk te maken verplaatste ­Skinner zich vorig jaar tijdens livestreams van zijn drumkit naar zijn eigen werkstation.

De strijkers en de ­blazers hebben zich intussen aangemeld. Skinner kan iedereen krijgen die in de Londense jazzwereld toetert. Greenwood heeft zoveel ­knappe soundtracks met klassieke muzikanten gemaakt: uiteraard wil het London Contemporary Orchestra voor hem komen strijken. Maar overal, ook in het ­lichtjes dubbende ‘The Smoke’, denk je: zo subtiel hadden die orkestraties niet gehoeven. Het duizelingwekkende ‘Thin Thing’ zit nokvol gitaar, heftige drums en vervormde stem. Greenwood vult ‘A Hairdryer’ met arpeggio’s. ‘We Don’t Know What Tomorrow Brings’ is postpunk op z’n Trentemøllers.

Er zijn ook oude songs bij, die Yorke eerder live op piano heeft gespeeld en die hij in deze bezetting ­makkelijk kon ombouwen. De tekst van ‘Open the Floodgates’ is naar zijn normen een makkie: ‘Don’t bore us / Get to the chorus / En zet dan de sluisdeuren open’. In de nieuwe versie van ‘Skrting on the Surface’ doen ­Yorkes zuchtjes, Greenwoods gitaar­ge­pingel en Skinners funky drums weer dat beetje an­ders aan. Luister zeker, ook als u in het ‘OK Computer’-hokje bent blijven hangen, naar ‘Free in the Knowledge’, dat door Yorkes akoestische gitaar op gang wordt getrokken alsof het 1997 is. Het elegante ­beetje jazz aan het eind van de song wordt helemaal van nu.

Waar The Smile ook heel goed in is: afronden voor alles een freaky zootje wordt. Prachtplaat! (gvn)

Sharon Van Etten: ‘We’ve Been Going About This All Wrong’ ★★★★☆

Hoe blijft een mens overeind terwijl de wereld verkruimelt als een petit-beurre op de bodem van een boekentas? Die vraag heeft ook Sharon Van Etten (41), die als geen ander schoonheid kan scheppen uit ellende, zich de voorbije twee jaar gesteld. Het antwoord is ‘We’ve Been Going About This All Wrong’, haar zesde plaat alweer, geschreven in haar homestudio, met zoonlief (°2017) binnen knuffelbereik.

Opener ‘Darkness Fades’ klinkt bij aanvang ook huiselijk, maar draagt drama in zich – na tweeënhalve minuut komen de jaren tachtig zelfs beleefd vragen of ze hun galmende snaardrum terug mogen. De tocht is moeilijk, de gids gelukkig ervaren: Van Ettens sirenenstem stijgt boven het gewoel uit en snijdt de luisteraar bij elke uithaal de adem af.

Van Etten wil dat u ‘We’ve Been Going About This All Wrong’ als één geheel beluistert in plaats van alleen de hapklare brokken in uw playlist te droppen. Vooruitgeschoven singles waren er dus niet, maar ‘I’ll Try’ doet wel zijn stinkende best om een single te zijn: een vleugje tristesse in de strofen, opbeurende akkoorden in het refrein. Het resultaat kan zó in de vitrine naast het beste van de chanteuse uit New Jersey.

Van Etten neemt iets kleins en maakt het groots. ‘Home to Me’ begint met de mijmeringen van een moeder die haar kind achterlaat om de wereld rond te toeren, maar gaat op het einde over Gemis met een hoofdletter. ‘Anything’ speelt een spel van echoënde trommels en moerassige gitaren rond een simpele kampvuurgitaar. Die rakker mag het nog eens proberen in ‘Come Back’, om tot figurant te worden veroordeeld in het overweldigende slot, dat ons op maandag 6 juni ongetwijfeld weemoedig zal doen meedeinen wanneer Van Etten in OLT Rivierenhof aantreedt.

In plaats van de zorgen van de zangeres te dramatiseren, zoekt ‘We’ve Been Going About This All Wrong’ naar het lichtpunt. Wat donker lijkt, blijkt achteraf niet meer dan schemerig – of in het Engels: ‘Darkish’, zoals de op twee na laatste song heet, waarin fluitende vogels een louterende werking hebben. Waar leed is, ontstaat bovendien ruimte voor saamhorig-, teder- en mildheid. Fouten maken mag, zingt Van Etten in het zalvende ‘Mistakes’, maar zelf doet ze dat 39 minuten en 15 seconden lang nergens. Wie op deze plaat één kapitale misser kan aanduiden, krijgt van ons een ongeschonden petit-beurre. (jvl)

Warpaint: ‘Radiate Like This’ ★★½☆☆

Volgens Californische sterrenwichelaars stonden de planeten juist voor Emily Kokal, Jenny Lee Lindberg, Stella Mozgawa en Theresa Wayman, samen Warpaint. ‘Lichtvoetig en écht mooi’, zo noemde Humo vorig jaar hun cover van ‘Paralysed’ op het Gang of Four-tribute ‘The Problem of Leisure’. Ook de drie vooruitgeschoven singles van ‘Radiate Like This’ blijven knap. Op ‘Champion’ doen de groove en de harmonieën soepel en nonchalant aan, en is de bas van fluweel. ‘Hips’ is korter, heeft de wind mee – en is plots gedaan. Hoogtepunt ‘Stevie’ is een, inderdaad, nogal Stevie Nicks-achtig liefdesliedje voor iemand die wordt beschreven als ‘one freaky mother’. Daarna is het helaas wachten op het slottrio ‘Altar’, ‘Melting’ en ‘Send Nudes’: het slaapverwekkende midden van de plaat is eindelijk verlaten, Warpaint klinkt weer gewoon dromerig. Oef! (gvn)

Rammstein: ‘Zeit’ ★★★½☆

Rammstein is zo’n band waarbij je al na drie noten weet: aha, dat zijn zíj! De Teutonen tonen met ‘Zeit’ dat dat een troef kan blijven, ook na acht platen.

‘Armee der Tristen’ vaart binnen op een melancholische synthriedel, waarna de titeltrack nog wat dieper snijdt. De powerballad ‘Schwarz’ wint mit Fahne und Wimpel Satans Songfestival. De intro van ‘Giftig’, springend als een zandvlo, trekt een pulserende stamper op gang, waarna ‘Zick Zack’ spot met de botoxcultuur, zo fijnzinnig als alleen Rammstein dat kan: ‘Bauchfett in die Biotonne, der Penis sieht jetzt wieder Sonne’. ‘Dicke Titten’ doet er nog twee handen vol bovenop. En net wanneer je denkt dat het niet veel gekker kan, haalt Till Lindemann in ‘Lügen’ zijn strot door de autotune – waarop wij: nein! In hekkensluiter ‘Adieu’ zinspeelt de band op hun afscheid. Maar als Rammstein er met een werkelijk perfecte plaat uit wil, zal het toch auf Wiedersehen moeten zijn. (rm)

The Black Keys: ‘Dropout Boogie’ ★★★½☆

Met twee is beter dan alleen: dat geldt niet alleen bij een numero in de sponde. Ook in een popgroep is het een ijzeren wet. Dan Auerbach (zang en gitaar) en Patrick Carney (drums) hadden het twintig jaar geleden al door, toen ze met hun bandje begonnen. Bandje werd band en groeide plaat na plaat. Tot er wat zand in de motor kwam en we vorig jaar tevreden moesten zijn met een plaat vol bluescovers en -klassiekers, vanuit hun luie zetel in krap één dag in elkaar gezet: ‘Delta Kream’ was top, maar retro. Met deze nieuwe plaat, die ons alle hoeken van de kamer laat zien zonder één kledingstuk uit te trekken, zijn de bastaardzonen van ZZ Top weer in grote vorm. Simpel, lawaaierig, met snerpende gitaren die baldadig doen dansen. Laat die zomer maar komen. (mc)

Toro Y Moi: ‘Mahal’ ★★★☆☆

Aan het begin van zijn zevende plaat als Toro y Moi start Chaz Bear, de muzikale duizendpoot uit San Francisco, zijn jeepney – een taxi uit de Filipijnen, het geboorteland van zijn moeder. Wat volgt klinkt als de soundtrack bij een roadtrip tijdens een hittegolf, waarbij liedjes al even gauw komen aandrijven als ze weer wegzweven. Alsof Chaz, met een arm uit het raam en zo high als een Vlaamse papegaai, niet bij één radiozender kan blijven. Toro y Moi zet op ‘Mahal’, zoals gewoonlijk, de vibe voorop en niet de song. Funky maar dromerig, retro maar in technicolor, en boven alles: chill. Terwijl hij droomt van een simpeler leven, vuurt Ruban Nielson van Unknown Mortal Orchestra hendrixiaanse solo’s af. De helft van de weliswaar genietbare songs ben ik meteen weer vergeten, maar ‘Way Too Hot’ mag mee naar het barbecueseizoen. (gvn)

Willy Organ: ‘Laat ze maar branden’ ★★★☆☆

Levensliederen, dacht ik, zijn er voor mensen die bijna dood zijn. Tot Willy Organ mij van het tegendeel overtuigde en ik fluks tickets bestelde voor het Schlagerfestival. In navolging van zijn debuut ‘Jonge plant’ (2020) wil hij ‘behalve tekstueel ook muzikaal zijn blik wat afwenden van de eigen navel en heeft hij geprobeerd meer evenredigheid te zoeken tussen de tekst en de muziek van elk afzonderlijk nummer’: zo staat het in de bio, een ware bloemlezing van sfeervolle bullshit. Net zoals dit plaatje: electropop voor krankzinnigen, in Organs eigen woorden ‘een feestelijke antithese van de flegmatieke quarantaine waarbinnen het is gemaakt’. Weinig artiesten voelen zich thuis in zowel baancafés als de backstage van kunstenfestivals: Willy is een fenomeen. (mc)

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234