CD★★★☆☆
Het solodebuut van Johannes Verschaeve valt op door invloeden van onder meer Arcade Fire, Suicide én Radiohead
Op het solodebuut van Johannes Verschaeve, die al zijn strepen heeft verdiend met The Van Jets, valt vooral zijn indrukwekkende heen-en-weer op. In ‘Johnny Will Be King’ floepen Arcade Fire-lichten aan. ‘Party Boy’ is het stille verdriet van een discobohemien. ‘Ik ben er niet’ lijkt op ‘Everything in Its Right Place’ van Radiohead. In ‘Dichterlijke mist’ hangt ‘een dichterlijke mist / een mist die dichterlijk is’. Daarna raast ‘Geef me over’ over de prairie met paardenhoeven in de percussie, gevolgd door het zoetzure ‘Baby kom thuis!’: een ode aan ‘Dream Baby Dream’ van Suicide, en in de tekst met piepende microgolf en zoemende lampen horen wij ‘Thuis’ van Kamagurka en de Vlaamse Primitieven. Na het gezellige ‘Kamer’ (‘Boeken lezen in het bed / kruimels op het overtrek’) sluit een stukje uit het evangelie volgens Lucas de plaat af: ‘Hoe zal het verder gaan met Johannes?’ Goeie vraag!