concert★★★★☆
‘Let me see you lose your mind’, beval Channel Tres in de Botanique. Kleine moeite
De Brusselse Botanique kreeg zaterdagavond house-royalty over de vloer. Channel Tres, één van de meest spraakmakende danceproducers van vandaag, turnde er de Orangerie om tot een zweterige club waar black empowerment een hoofdrol kreeg.
De Groten Der Aarde zijn niet vies van Channel Tres. Elton John noemde hem in zijn radioshow op Apple Music al ‘fresh and brilliant’. De erg kieskeurige superstar-rapper Tyler, The Creator liet hem zijn hit ‘Earfquake’ remixen. Childish Gambino, die andere genre-overschrijdende A-lister, vroeg Channel Tres mee op tournee. Tussen al die lof door mocht de opkomende popster samenwerken met hotte dance-acts zoals Disclosure en Mura Masa en met trendsetters zoals Mark Ronson, Robyn en Grimes.
In amper vijf jaar bouwde de intussen 31-jarige Sheldon Young - zoals de man achter Channel Tres echt heet - een impressionante muziekcarrière uit waarmee hij de vinger aan de pols van vandaag houdt. Young is zoveel meer dan een hippe exponent van het retrofuturisme in de hedendaagse dancescene. Hij mag dan de pompende Chicagohouse uit de jaren 80 en 90 een fris elan hebben bezorgd en langs de neus weg de erfenis van George Clinton en Prince tot bij millennialhipsters brengen, zijn songs herbergen niet zelden politieke statements die de tijdgeest vatten: statements over ras en racisme, over genderidentiteit en seksualiteit, over geestelijke gezondheid.
In de Botanique schemerde dat engagement met mondjesmaat door de songs en viel het vleugje maatschappijkritiek vooral op bij lieden die aandachtig naar de teksten luisterden. De klemtoon van Channel Tres’ performance – want een traditioneel ‘concert’ kon je deze flashy show bezwaarlijk noemen – lag evenwel op feesten, dansen en uiterlijk vertoon. Tussen vier vervaarlijk blinkende discobollen schreed Channel Tres het podium over. In wezen zette Young er een vermakelijke karikatuur neer van een pocherige patser die slinks laveert tussen macho en feminien. Een lekker aanspannend marcelleke waarin zijn afgetrainde lijf om geile blikken smeekte. Een retestrak, pront kontje, links van dat van Prince, rechts van dat van Channing Tatum in Magic Mike. Lange vingerloze handschoenen. Een inktzwarte zonnebril uit een Miami Vice-universum. En dan die ultralage bronstige bariton waarmee Tres zowaar Barry White naar de kroon steekt. Ook in het Californisch Compton, zijn thuishaven en bakermat van hiphopkeizers N.W.A. en Kendrick Lamar, kijkt de doorsnee gangsta hem wellicht met opgetrokken wenkbrauwen na wanneer hij er voorbijparadeert.
De twee likkebaardende dansers die een show lang om hem heen kronkelden, de bezwete spieren aangespannen, dikten Tres’ homo-erotische natte droom onbeschroomd aan met een gretigheid die elke feestlustige in de zaal liet joelen en kraaien van plezier. Tijdens ‘Jet Black’ staarde je naar een uit de hand gelopen workshop bodybuilding. Voor ‘Brilliant N**ga’ husselden de boys flardjes vogue en krumping door elkaar, met hoekige nekbewegingen en trillende pecs. Het was een viering van het zwarte lichaam: een koortsdroom uit een aflevering van Random Acts Of Flyness.
Het publiek zong dol mee tijdens ‘Controller’ en Tres nam er verbaasd nota van: ‘Do y’all knów this shit?’ Natuurlijk kennen we die shizzle. Brussel ként z’n pappenheimers, zeker wanneer die pappenheimers druipen van het testosteron. ‘Let me see you lose your mind’, beval Channel Tres. Kleine moeite.
In ‘Sexy Black Timberlake’ schudde hij suggestief met de derrière: frappant hoor, aangezien hij in het liedje aankaart hoe hij soms door de witte media gehyperseksualiseerd wordt vanwege zijn donkere huid. En het euforische ‘6am’ met z’n manische ‘we ain’t leaving’-refreintje outte zich dan wel op het eerste gehoor als een partybanger voor hardleerse cokeheads, Tres zong er wel degelijk over hoe hij het hedonisme vaarwel zegt en een nuchterder leven tegemoet gaat. De 6am uit de titel wordt dan niet langer het einduur van het feestje maar het uur waarop hij tegenwoordig uit bed klimt om aan een productieve dag te beginnen. Niets is wat het lijkt in de kosmos van Channel Tres.
Bey en Drizzy
Tja, liefhebbers van ouderwetse, organische rock-‘n-rollshows halen wellicht de neus op voor dit type tongue-in-cheek-performances waarin de dansers met de pluimen gaan lopen en de frontman ongemoedereerd de backingvocals op tape laat begaan en ons vervolgens op de lachspieren werkt met zijn cartoonesk geile parlando – er is geen briljante zanger aan Tres verloren gegaan. Wie zich daarentegen niet krampachtig vastklampt aan vooringenomenheden over hoe een hedendaagse concertervaring moet ogen, smult vast gulzig van Tres’ van de pot gerukte entertainment.
Channel Tres moet het bovenal hebben van zijn superbe producties en van de manier waarop hij en zijn dansers het publiek ophitsten en aan het shaken kregen. Het kogelvrije cool dat zij terloops etaleerden, wortelt ontegensprekelijk in een black empowerment dat de achtergrond van deze muziek duidt, dat de ontvoogding van deze sound beoogt en een rechtmatige plek in de muziekgeschiedenis opeist voor zijn zwarte bedenkers. Sinds Amerikaanse supersterren zoals Beyoncé en Drake vorig jaar allebei een album uitbrachten dat teruggrijpt naar de zwarte roots van de elektronische dansmuziek komen langzaamaan ook artiesten in the picture die het pad voor hen hebben geëffend: de pioniers van de techno en de house uit de jaren 80 en 90, maar ook recentere wegbereiders die de huidige generaties muziekliefhebbers de Afro-Amerikaanse lgbtqia+-identiteit van dance leren kennen, zoals Green Velvet, Moodymann, Soul Clap en Azari & III.
Queen B. en Champagne Papi mogen bijgevolg lieden zoals Channel Tres op hun blote knietjes danken. Indien Tres en co. niet met zoveel lef vanuit de underground een bewustmakingscampagne omtrent het zwarte muzikale erfgoed in gang hadden gezwengeld, hadden Bey en Drizzy hun muzikale koerswending wellicht op een koude steen zien terechtkomen. Ere wie ere toekomt.
In de Botanique voelde je bovengenoemde revolutie knetteren tijdens het funky ‘Top Down’, de onweerstaanbare afsluiter van de show, tevens het culthitje waarmee hij zichzelf vijf jaar geleden op de popkaart zette. ’t Was dansmuziek van vroeger en van nu, classic maar ook fris en fruitig. ‘Black don’t crack’, zo orakelen goedlachse bruvvas en sistahs wel eens wanneer je naar het geheim van hun looks vraagt. Nou, dat geldt zeker voor de zwarte house en techno. ‘Er is een speciale communicatiewijze die aan onze voorouders is gelinkt’, zo wordt de technopionier Jeff Mills geciteerd in het boek Assembling A Black Counter Culture van de Amerikaanse cultuursocioloog Deforrest Brown Jr., die er een cruciale studie over de zwarte wortels van de elektronische pop uit de doeken doet. ‘Er zijn bepaalde kenmerken die je in een cultuur terugvindt waarbij men je niet hoeft te vertellen dat ze afkomstig zijn van Afro-Amerikanen. Je weet het instinctief.’ Amen en uit.