columnSerge Simonart
‘Lou Reed was enkel genereus voor z’n eigen kringetje’
Hoe ouder ik word, hoe meer ik genereuze mensen waardeer. Met name genereuze recensenten, critici en artiesten.
Artiesten hebben per definitie een gigantisch ego. Dat móét ook. Je kunt geen meesterwerken produceren en volle stadions temmen als je over jezelf en je oeuvre denkt: ach, eigenlijk stelt het niets voor, ik mag de mensheid eigenlijk niet lastigvallen met mijn middelmatige rommel. Een goeie graadmeter voor het karakter van een artiest is bijgevolg: hoe genereus gedraagt hij zich tegenover collega’s?
Ik herinner me twee ongezouten meningen over Paul McCartney en The Beatles. De ene kwam van Bob Dylan, de andere werd opgetekend uit de mond van Lou Reed.
Bob Dylan is zich zeer bewust van zijn eigen status als de onaantastbare nummer één van de popmuziek – hoeveel andere muzikanten hebben een Nobelprijs gekregen? Hij is zuinig met commentaar op collega’s en nog zuiniger met complimenten. Heel af en toe een half waarderend woord over Van Morrison en Joni Mitchell en The Band: dat was lange tijd de balans. Maar tijdens zijn ‘Theme Time Radio Hour’, de radioshow die hij tussen 2006 en 2009 presenteerde, strooide hij vaak indirect met pluimpjes.
Dit zei hij over Paul McCartney en The Beatles, die toch decennialang zijn directe concurrenten waren: ‘Naar wie kijk ik op? Naar Paul McCartney. Hij is misschien wel de enige naar wie ik opkijk. Die man kan echt álles. Zijn songs zijn briljant, zowel de rockers als de sublieme ballads. Bovendien is hij een meesterlijke zanger – zelfs schreeuwen doet hij beter dan wie ook. En dan beheerst hij ook nog bijna alle instrumenten. Hij speelt niet alleen basgitaar maar ook slag- en sologitaar, drums en keyboards.’
Lou Reed, daarentegen, kon alleen genereus zijn als je behoorde tot zijn beperkte kringetje van gelijkgestemde zielen. En zelfs die gelijkgestemden moesten het vaak ontgelden: John Cale ontsloeg hij ooit met een kille, vernederende fax.
Over The Beatles zei Lou dit: ‘They’re garbage. Ik heb altijd op de Beatles neergekeken. Hun muziek is waardeloze rommel.’
Twee meningen. Twee karakters.