null Beeld HUMO
Beeld HUMO

GROEN ACHTER DE OREN, GOUD OM TE AANHOREN

Van Iggy Pops inspirerende tekst tot de zwerm van de Wu-Tang Clan: dit zijn de beste debuutplaten (50 tot en met 41)

Terwijl sommige muzikantencarrières het vooral van een lange adem moeten hebben, schieten andere met vuurwerk en scheurende banden uit de startblokken. Welke band of bard zette ooit de indrukwekkendste eerste stapjes? Humo zocht samen met een keure aan professionele muzikale beginners naar de strafste debuutplaten sinds de uitvinding van de popmuziek. Vandaag: van 50 tot 41, van tiener-struggles zoals strontdronken worden tot de 36ste kamer van de dood. De debuutdebatten!

Frederick Vandromme en Gert Van Nieuwenhove

Humo’s Denderenste Debuutplaten

Deel 2: Van Bon Iver’s ex tot de wilde en wankelende songs van de Pixies: dit zijn de beste debuutplaten (60 tot en met 51)

50. THE XX: ‘XX’ (2009)

Robert Smith van The Cure wist het al vóór Romy Madley Croft, Oliver Sim en Jamie xx werden geboren: ‘All Cats Are Grey’. Chris Isaaks ‘Blue Hotel’ wordt geciteerd in ‘Infinity’. R&b- en dubsteptinten creëren een dansvloer voor introverten: soms is de sfeer die van ‘Teardrops’ van Womack & Womack. De xx-gons in de bas is bijzonder. The xx bevindt zich nooit aan de kant van de apen en altijd aan die van de engelen.

49. THE BAND: ‘MUSIC FROM BIG PINK’ (1968)

BRAM VANPARYS (The Bony King of Nowhere) «De blauwdruk van ongeveer elke indieplaat van de laatste vijftig jaar. Van Whitney tot Big Thief: ze blijven schatplichtig aan ‘Music from Big Pink’, dat werkelijk tijdloos klinkt. Een prachtige, unieke sound en elf onwaarschijnlijk straffe songs. Voor wie de plaat nog moet ontdekken: begin bij ‘The Weight’, Amerika’s officieuze volkslied.»

48. G. LOVE & SPECIAL SAUCE: ‘G. LOVE & SPECIAL SAUCE’ (1994)

VAN HELLEMONT «Niemand klinkt zoals G. Love. Veel artiesten hebben hun sound gebaseerd op de zijne, vaak met meer commercieel succes, maar niemand komt echt in de buurt. Is het rock, indie, blues of hiphop? G. Love is zijn eigen genre, en dat was duidelijk vanaf de eerste plaat.»

47. THE STOOGES: ‘THE STOOGES’ (1969)

Natuurlijk speelde bij The Stooges de met zijn wah-wah sprekende gitarist Ron Asheton. Natuurlijk is de ritmesectie Dave Alexander-Scott Asheton als twee holbewoners op jacht op elkaar afgestemd. Maar ’t is Iggy Pop die tekent voor hét hoogtepunt van ‘The Stooges’ door in ‘No Fun’ te vertellen hoe hij zich voelt: ‘Well I said… Well I said c’mon right… I said c’mon right and… I said c’mon right and let me… I said c’mon right and let me tell ‘em… Let me tell ‘em how I… Tell ‘em how I… Tell ‘em how I feel… I said c’mon and let me tell ‘em how I feel… Yeah!… Oooh!…’

46. FRANK OCEAN: ‘CHANNEL ORANGE’ (2012)

RUBEN LEFEVER (Float Fall) «De melodieën, de collabs met Earl Sweatshirt en André 3000, het rijkelijk met sfeerschepping overgoten geluid: bijzonder knappe plaat. Met Float Fall hebben we een tijdlang in L.A. gewoond en gewerkt, en deze zonovergoten songs waren daar toen de perfecte soundtrack bij.»

45. BEASTIE BOYS: ‘LICENSED TO ILL’ (1986)

Als opener ‘Rhymin & Stealin’ begint met vertraagde Led Zep-drums en een gitaarriff van Black Sabbath, weten we weer waarom ‘Licensed to Ill’ altijd een bom zal blijven. Out in 2022: vechten voor je recht op feesten via het seksistische ‘Girls’. Gebruik liever ’Fight for Your Right’ zelf of ‘No Sleep Till Brooklyn’, met een gitaarsolo van Kerry King van Slayer.

44. ROBERT WYATT: ‘ROCK BOTTOM’ (1974)

Robert Wyatt valt op een feest uit een badkamerraam en raakt tot zijn middel verlamd. Zingen en drummen bij Soft Machine zal nooit meer lukken. Zingen vanachter keyboards wél. Schetsen van prachtsongs als ‘Sea Song’, dat vol zee(zoog)dieren zit, waren al af, maar Wyatt droomt ze in het ziekenhuis in alle rust bijeen tot de mooiste plaat uit zijn carrière. Typische Wyatt-zin over de liefde: ‘Your madness fits in nicely with my own.’

43. WARREN ZEVON: ‘WARREN ZEVON’ (1976)

DIDDEN «Eigenlijk een vals debuut, want eerder maakte Warren een middelmatig album als zijnde ‘Zevon’. Maar deze uit 1976 is een meesterwerk en de enige lp uit mijn verzameling waarop geen enkel slecht nummer staat maar integendeel niets dan parels, waaronder: ‘I’ll Sleep When I’m Dead’, ‘Hasten Down the Wind’ en ‘Desperados Under the Eaves’. Enkele Everly Brothers en Beach Boys plus Jackson Browne, Bonnie Raitt en Linda Ronstadt blinken op de gastenlijst.»

42. ARCTIC MONKEYS: ‘WHATEVER PEOPLE SAY I AM, THAT’S WHAT I’M NOT’ (2006)

HAFKAMP «Een plaat van jonge gasten met te veel energie en, toen nog, tiener-struggles: veel wíllen, maar niet weten hoe. De riffs zijn efficiënt en talrijk, de teksten scherp en authentiek. Doe daar nog een beest van een drummer bij en je hebt een tijdloze plaat over uitgaan in Engeland, shitfaced worden en hopen dat het eindigt met iemand in je bed.»

41. WU-TANG CLAN: ‘ENTER THE WU-TANG (36 CHAMBERS)’ (1993)

Wu-Tang Clan kwam niet als groep naar buiten, ze kwamen als zwerm. Ze hadden het over schaken, ‘het eiland Shaolin’ en ‘de 36ste kamer van de dood’. Raekwon The Chef doet in strofe 1 van ‘C.R.E.A.M.’ – acroniem voor ‘Cash rules everything around me’ – zijn jeugd uit de doeken: de woorden scoutskamp, schooltoneel, verdienstelijke tennisranking en ingenieursdiploma zijn er niet bij. Raekwons compacte openingszin: ‘I grew up on the crime side / The New York Times side’. Bedoeld wordt dat de Killah Hills van Shaolin Island – eigenlijk het beruchte Park Hill op Staten Island – nogal vaak de misdaadpagina’s halen.

Morgen: de countdown van 40 naar 31

Schrijf je in op onze wekelijkse muzieknieuwsbrief:

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234