columnSpinal Serge
‘Wat de mensheid wacht, is de owngoal,’ zei David Bowie
David Bowie was intelligent, erudiet en welbespraakt – een verwoed lezer die álle actualiteit op de voet volgde en over alles een uitgesproken mening had – binnenskamers, als hem dat goed uitkwam. Ik heb altijd beweerd, en blijf erbij, dat Bowie interviewen een makkie was: je kon hem een banale vraag stellen over pannenkoeken en dan nog was het antwoord interessant, grappig of inventief. Ongeïnteresseerde, banale, oppervlakkige, leeghoofdige artiesten interviewen, dát is moeilijk.
Het mirakel van Bowie was dat hij, die álles had bereikt, álles had gezien - been there, done that tot de duizendste macht - toch niet blasé was. Zijn lust for life was ook de laatste keer dat ik hem zag onverminderd, hij bleef een leerling die alle kennis gulzig opzoog. Ik moet dan denken aan die grap van de Amerikaanse komiek Bill Hicks, die beschrijft hoe hij op tournee, in een onooglijk gat in de Bijbelgordel, in een baancafé, een wafel eet, alleen, terwijl hij een boek leest. De dienster in die diner vraagt hem schamper: ‘Whaddaya readin’ for?!’ Waarop Hicks zijn boek neerlegt en rustig antwoordt: ‘Wel… Ik zou wel honderd redenen kunnen opnoemen waarom ik lees, maar de belangrijkste is: opdat ik niet eindig als een fuckink wafeldienster. Vrij vertaald: wie kennis vergaart, verrijkt z’n leven en verzekert zichzelf van een toekomst en een bestaan die naam waardig.
Eén van de keren dat ik Bowie in New York ontmoete, was hij The New York Times aan het lezen toen ik binnenkwam. Hij gooide de krant op tafel en zei met een zorgelijk gezicht: ‘Als je de evolutie van de mensheid weergeeft in een curve, is onze ontwikkeling en opmars een almaar stijgende lijn. Soms bekruipt me het angstige voorgevoel dat we qua welvaart, uitvindingen, innovaties en moreel besef ons hoogtepunt voorbij zijn - dat de curve onvermijdelijk zal afbuigen. Wat ons wacht is de owngoal.’
We waren toen, als ik het me goed herinner, midden jaren 90. Het is de voorbije maanden door mijn hoofd blijven spoken. Ik heb al een tijdje de indruk dat hij, zoals wel vaker, zijn tijd vooruit was en dat we het omslagpunt nu bereikt hebben.