null Beeld

20 jaar geleden overleed de asielzoekster Semira Adamu in het vliegtuig tijdens haar uitwijzing: de baas van Sabena Security verdedigt zich

Op 22 september 1998 proberen rijkswachters de uitgeprocedeerde asielzoekster Semira Ada- mu op een vliegtuig richting Togo te zetten, voor de zesde keer al. Semira wordt, geboeid aan handen en voeten, klemgezet op de laatste rij van het vliegtuig, tussen twee rijkswachters. Ze verzet zich uit alle macht en stikt in het kussentje dat tegen haar gezicht gedrukt wordt. België is weer een schandaal rijker. ‘Het was de kroniek van een aangekondigd drama,’ zegt Emmanuel Vandenbergen, toenmalig directeur van Sabena Security.

Annemie Bulté

(Verschenen in Humo 3508/48 op 27 november 2007)

undefined

'Semira was bestemd voor de prostitutie'

Emmanuel Vandenbergen «De avond na de dood van Semira hing er onder het veiligheidspersoneel van Sabena een sfeer van totale verslagenheid. Er is die avond heel veel gehuild, en heel veel whisky gedronken.»

HUMO Sabena nu Brussels Airlines heeft in het verhaal een niet onbelangrijke rol gespeeld.

Vandenbergen «Als nationale luchtvaartmaatschappij waren wij gebonden aan de wet van 15 december 1980: iedereen die illegaal binnenkomt in Zaventem, moet door de ‘transporteur’ worden teruggebracht. Voor de overheid is het natuurlijk gemakkelijk om te zeggen: ‘Onze asielcentra zitten vol, dus Sabena moet ze maar terugbrengen.’

»Midden 1998 was de situatie onhoudbaar geworden. Het aantal asielaanvragen bleef stijgen, en de asielcentra raakten overbevolkt. De repatriëringen mislukten steeds vaker: vanwege het geweld dat gebruikt werd, zowel door de begeleiders van onze securitydienst als door de asielzoekers zelf. En elke keer dat er amok was op het vliegtuig werd de repatriëring stopgezet. Vaak kwamen gewone passagiers ook tussenbeide omdat ze het niet meer konden aanzien.

»Het cynische was: hoe meer verzet er tegen het geweld kwam, hoe erger het geweld werd. In de asielcentra vertelden uitgeprocedeerden aan elkaar door hoe ze de repatriëring konden laten mislukken. Krabben en bijten, zelfverminking met scheermesjes, met je hoofd tegen de muur bonken tot er genoeg bloed vloeide, je uitwerpselen laten lopen... Het ergste dat ik ooit gezien heb, was een vrouw die haar kindje van de trap gooide om zijn arm te breken: zo kon ze haar procedure helemaal van voren af aan laten beginnen. Onze begeleiders pakten het ook steeds grimmiger aan: de asielzoekers werden geboeid aan handen en voeten op het vliegtuig geschopt, bijna in rugzakverpakking.

»Sabena zat echt in de tang. Voor elke passagier die illegaal in Zaventem landde, werd ons een boete van 3.750 euro aangerekend. Plus 19 euro voor elke nacht dat hij op Belgisch grondgebied verbleef.

»Ik heb toen een brief naar Binnenlandse Zaken gestuurd om te zeggen dat we het niet meer deden. Sabena wilde die mensen wel terugbrengen, maar niet onder dwang. Niet met geweld. Als hoofd van de security vond ik het niet kunnen dat mijn personeel gewone burgers geweld gebruikte tegen andere burgers. Dat is iets voor politie en militairen, die daar een deontologische code voor hebben.»

HUMO Toenmalig minister van Binnenlandse Zaken Louis Tobback zegt dat de echte reden veel platvloerser was. Sabena wilde de repatriëringen niet meer doen omdat het commercieel niet interessant was.

Vandenbergen «Als ik Tobback was zou ik net hetzelfde zeggen. Wat hij er vergeet bij te zeggen, is dat Sabena al jaren om hulp bedelde bij de overheid voor een preventiebeleid in de moeilijke luchthavens van Congo of Oeganda. Daar krijgen al die mensen met valse papieren of onder valse voorwendsels zonder enig probleem een visum van de Afrikaanse consulaten. Pas wanneer ze in België aankomen, gebeurt er een degelijke controle door de federale politie. »Een typisch voorbeeld: een onderwijzer die uit Lagos komt, wordt in Zaventem gevraagd wat hij in ons land komt doen. Antwoord: ‘Ik kom de Floraliën in Gent bezoeken.’ De politieagent vraagt zich dan logischerwijze af: ‘Waarom komt een onderwijzer helemaal uit Afrika overvliegen om naar de Floraliën in Gent te komen kijken?’ Het gevolg: die man wordt de toegang tot het grondgebied ontzegd en moet door Sabena teruggebracht worden naar Lagos. Zou het dan niet veel simpeler zijn als die Belgische politieagent de onderwijzer zou ondervragen voor hij op het vliegtuig stapt, in Lagos? In andere Europese landen kan dat: Air France heeft een permanente ploeg van de Franse gendarmerie aan de paspoortcontrole in de luchthaven van Kinshasa.»

HUMO Waarom weigerde de Belgische overheid controleposten te plaatsen in internationale luchthavens die bekendstonden als vertrekpunt voor mensen met valse papieren?

Vandenbergen «Ik kan u twee brieven laten zien van Antoine Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken tot zijn ontslag in april 1998. In de eerste brief schreef hij: ‘Meneer Vandenbergen, ik kan niet ingaan op uw vraag om federale politieagenten te laten werken op de luchthaven van Kinshasa, want het is daar te gevaarlijk.’ Nog dezelfde week stuurde hij me een tweede brief: ‘Wilt u alstublieft uw Sabenacontroles opvoeren in de luchthaven van Kinshasa, want er komen te veel vluchtelingen binnen.’ Eigenlijk werd van ons verwacht dat wij als privébedrijf de politieke problemen van ons land zouden oplossen.»

undefined


VERRE NICHT

In september 1998 krijgt Sabena dan toch hulp van Binnenlandse Zaken. Minister Tobback zet rijkswachters in om te helpen bij de repatriëring van de ergste heethoofden. Nummer 1 op de uitwijzingslijst is Semira Adamu, die al vijf maanden zit opgesloten in centrum 127 bis in Steenokkerzeel. Vijf keer is ze erin geslaagd haar repatriëring te laten mislukken, en voor mensenrechtenorganisaties is ze uitgegroeid tot een symbool voor het verzet tegen gedwongen uitwijzingen. Wanneer de zesde poging tot repatriëring fataal afloopt, steekt er een storm van verontwaardiging op, die leidt tot het ontslag van minister Tobback. En toch moet het ergste nog komen.

Op de herdenkingsdienst in de Sint-Michielskathedraal in Brussel duikt plots een ‘nicht’ van Semira Adamu op, een zekere Tina Aliu. De Vereniging van Nigerianen in België had haar weten op te snorren. ‘We wilden dat er iemand van de familie naar België kwam om het lichaam te identificeren,’ vertelt voorzitter Christopher Oliha. Hij kende Semira niet persoonlijk, maar trok zich haar lot aan.

Christopher Oliha «Tina Aliu was een Nigeriaanse die in Italië woonde. Zij was Semira’s nicht in Europa: dat had Semira zelf nog aan haar advocaat verteld. Tina kwam in België aan in het gezelschap van een Nigeriaanse man die beweerde ook familie te zijn. Van hen probeerden we wat meer te weten te komen over Semira’s familie in Nigeria, maar pas na lang aandringen vertelde Tina dat ze eigenlijk geen echte nicht was, maar (haalt diep adem) de zus van de vrouw van de oom van Semira.

»Nu wordt het begrip ‘familie’ in Nigeria sowieso erg ruim geïnterpreteerd, maar ik kreeg toch argwaan. Tijdens hun verblijf in Brussel had onze vereniging een hotel voor die twee geboekt in Molenbeek. Achteraf kregen we de rekening gepresenteerd: op één nacht hadden ze er, behalve het eten en de overnachting, nog eens 750 euro aan champagne en sterkedrank doorgejaagd. Zeer bizar, zoveel geld opdoen in zo’n korte tijd. De toenmalige voorzitter en ikzelf hebben dat toen uit eigen zak moeten betalen, want de vereniging had het geld niet.

»Veel tijd om daarbij stil te staan was er niet. Er waren straatprotesten aan de gang, en we stonden onder druk van de moslimgemeenschap in België, die zei dat Semira een moslimnaam was en dat ze dus begraven moest worden volgens de moslimtraditie. Dat wil zeggen: binnen 48 uur. Die druk is pas weggeebd toen Tina liet weten dat Semira christen was. De familie Adamu was oorspronkelijk afkomstig uit het zuidwesten van het land, waar vooral christenen wonen.

»Het lichaam van Semira werd gebalsemd en met de grootste zorg naar Nigeria overvlogen. Tina Aliu zou ervoor zorgen dat het aan haar familie in Kaduna werd overgedragen. Ik heb nog getwijfeld om mee te gaan, omdat ik het zaakje niet helemaal vertrouwde. Maar ja, het was toch Semira’s advocaat die ons het nummer van Aliu had bezorgd.»

HUMO En toen liep het toch mis?

Oliha «Dik mis. Na drie dagen bleek dat Semira nog steeds niet begraven was. Haar lichaam lag in de Nigeriaanse hitte weg te rotten. Haar broers en zussen beweerden dat ze het geld niet hadden om haar een fatsoenlijke begrafenis te geven of haar in een mortuarium te bewaren. Maar ik wist dat de Belgische ambassade in Nigeria 2.500 euro had betaald aan Tina Aliu om die kosten te dekken. Dat geld was nooit bij de familie aangekomen, en Tina was van de aardbol verdwenen.

»Dat was nog niet alles: op de ambassade in Nigeria vernam ik dat Tina Aliu en haar compagnon na hun aankomst nog een nacht op hotel waren geweest voor ze waren doorgereisd naar Kaduna. Daar hebben ze het opnieuw gelapt: op één nacht gaven ze 750 euro per persoon (!) uit aan allerlei luxeartikelen. De ambassade was furieus toen ze de rekening gepresenteerd kreeg.

»Achteraf pas heb ik begrepen dat Tina en haar gezel deel uitmaakten van een circuit van mensenhandel, dat Semira aan een vals paspoort en een ticket naar Europa had geholpen. Het was de bedoeling dat ze in de prostitutie zou werken om haar schuld terug te betalen.»

HUMO Wat voor aanwijzingen heeft u daarvoor?

Oliha «De Italiaanse politie heeft onderzoek gedaan naar Tina Aliu: bleek dat ze bij de gerechtelijke diensten aldaar bekendstond voor prostitutie en drugsdelicten. Toen ze in België waren, drongen zij en haar gezel voortdurend aan op compensatie voor de onkosten die ze voor Semira hadden gemaakt; achteraf heb ik begrepen dat het ging om wat ze uitgegeven hadden om haar van Afrika naar Europa te laten komen. Ik ben me in het fenomeen van de mensenhandel gaan verdiepen. Weet u dat sommige vrouwen tot 60.000 euro moeten betalen om hun schuld bij dergelijke organisaties in te lossen?»

HUMO In de documentaire ('Keerpunt: De uitwijzing van Semira Adamu', nvdr) zegt u dat u nooit iemand tegengekomen bent die zo misbruikt is als Semira Adamu. Wat bedoelt u daar precies mee?

Oliha « Ze is niet alleen misbruikt door Tina Aliu en haar trawanten, ze is ook misbruikt door de mensenrechtenorganisaties: die hebben van haar een icoon van het verzet tegen de gedwongen repatriëringen gemaakt. Dat ze een symbool werd van dat verzet, heeft ze met haar leven bekocht.

»En na haar dood ging het misbruik verder, door het gesol met haar lichaam. De Belgische ambassade heeft de familie uiteindelijk opnieuw geld bezorgd, en Semira is ten slotte toch begraven in Kaduna. Maar als ik geweten had dat men zo respectloos met haar lichaam zou omspringen, dan had ik haar hier laten begraven.»

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234