A Most Wanted Man
Afscheid van een grootmeester.
2 minuten en 54 seconden: zolang duurt de verschijning (in de fantastische -dobbelscène) van de diepbetreurde Philip Seymour Hoffman in ‘Hard Eight’, de wondermooie debuutfilm van Paul Thomas Anderson uit 1996. Maar in die ene kleine bijrol zie je het allemaal ontkiemen: de sluimerende klasse, de ongelooflijke precisie, het ontzagwekkende talent.
Veel hoofdrollen zou dat talent hem overigens niet opleveren, waarschijnlijk vanwege niet genoeg op Brad Pitt lijkend, maar zo heel af en toe werd het hem vergund om op zijn eentje een film te dragen: ‘Capote’, ‘Synecdoche, New York’, en de op een roman van John le Carré gebaseerde spionagethriller ‘A Most Wanted Man’, waarvan niemand had verwacht dat het zijn laatste kunstje zou worden (we zien hem straks nog wel opduiken in ‘The Hunger Games: Mockingjay’, maar die rol is alleen maar restant).
De vuistdikke Duitse tongval die men hem voor de gelegenheid heeft aangemeten, bezorgde ons heel even een gevoel van ergernis, maar het zegt veel over Hoffman, en over zijn superioriteit, dat hij zijn personage, de getormenteerde Duitse inlichtingsofficier Bachmann, ondanks dat karikaturale accent perfect geloofwaardig weet te maken. Het onverwachte overlijden van Hoffman verleent aan ‘A Most Wanted Man’ onbedoeld een droef aura; een elegische atmosfeer die de film misschien sterker maakt dan hij eigenlijk is.
Hoewel het verhaal bijzonder entertainend is – nooit geweten dat het zetten van een handtekening zoveel suspense kon opwekken – mist ‘A Most Wanted Man’ de zinderende allure van de ‘Tinker Tailor Soldier Spy’-verfilming van enkele jaren geleden – het blijft wachten op die ene film waarin Anton Corbijn onversneden grootsheid laat zien (en wees gerust, die komt er). Maar die laatste, ijzersterke, onbedoeld symbolische scène van ‘A Most Wanted Man’ hakt er diep in. Please, mister Hoffman, keer terug op uw stappen...
Bekijk de trailer: