Proces-Fabre
Aardbeien in vagina’s, orgaanvlees en ‘stomme koeien’: vrouwen over Jan Fabre op de eerste dag van zijn proces
Op de eerste dag van zijn proces liet de wereldberoemde kunstenaar Jan Fabre (63) verstek gaan. Zo moest hij niet aanhoren hoe de ene na de andere vrouw hem beschreef als een seksueel roofdier dat kunst gebruikt als lokaas. Of hoe het Openbaar Ministerie drie jaar effectieve celstraf eist.
Een vrouw: “Toen kwam de expliciete zin waarvan ik nooit dacht dat ik een regisseur hem zou horen zeggen: ‘Ik moet seks hebben met je voor ik de solo voor je kan maken.’”
Nog een vrouw: “Het eerste wat hij deed op de hotelkamer, was zijn tong in mijn mond steken. Hij zei dat ik erover moest nadenken of ik de solo wou doen.”
En nog een vrouw: “Hij kuste mijn hals en deed mijn T-shirt uit. Ik zei hem dat de geruchten dan toch waar zijn, dat je met hem naar bed moet gaan voor een solo. Hij zei dat het ‘nu of nooit’ was.”
Door dit proces kennen we de verhalen van deze elf burgerlijke partijen en die spelen zich af van 2000 tot 2018, als het gerechtelijk onderzoek start. Daaruit blijkt hoe Fabre misbruik maakte van zijn gezagspositie. “Beklaagde is sinds jaren God en niemand zal hem durven tegen te spreken”, zei het Openbaar Ministerie.
Als de correctionele rechtbank van Antwerpen het OM volgt, zit God straks in de cel. Het relaas van de eerste procesdag is een opsomming van serieel misbruik van jonge, kwetsbare, ambitieuze vrouwen van over heel de wereld, die maar één ding wilden: dansen.
“De loopbanen van jonge talenten zijn gekraakt.” De arbeidsauditeur, die het nochtans gewoon is op te treden als openbaar aanklager in dit soort zaken, sprak van bijzonder ernstige feiten. “Qua grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer kan ik me geen erger dossier voorstellen.”
Tijdens de zes uren ervoor had advocate Christine Mussche met haar confrater An-Sofie Raes de feiten uit de doeken gedaan vanuit het standpunt van de burgerlijke partijen. Het gaat om vrouwen uit ons land, maar ook uit onder meer Zweden, Canada en IJsland, die allemaal als jonge twintiger auditie deden bij Fabres dansgezelschap Troubleyn.
Stuk voor stuk begonnen ze met een onbetaalde stage of workshop. Een danseres uit Latijns-Amerika had haar hebben en houden verlaten en kreeg bij Troubleyn kost en inwoon. “Het weekend moest ze zelf zien te overbruggen”, vertelde Mussche. “Ze had geen geld voor eten in het weekend.” De vrouw in kwestie moest de tranen bedwingen, maar vond steun bij de dansers rond haar in de rechtszaal.
Fotoshoots
Net als andere vrouwen werd ze uitgenodigd voor fotoshoots op Fabres appartement in Antwerpen. De champagne en cocaïne lagen klaar. Daar en dan overhaalde hij de vrouwen om in lingerie te poseren voor zijn lens, maar al snel ging hij over tot nog meer.
“Hij zei: ‘Ga op je knieën, open je mond.’ Ik deed mijn best om geen pornografische houding aan te nemen en dan zei hij: ‘Ben je dom?’”
Fabre legde zijn hand op hun borsten, stak zijn tong in hun mond, vroeg hen te masturberen ‘voor de foto’. “Op een gegeven moment kwam hij dichterbij, begon aardbeien in mijn vagina te stoppen en zei dat hij me probeerde te helpen.”
Soms verschenen de foto’s daadwerkelijk in een kunsttijdschrift, soms niet. Soms betaalde hij hen cash, 1.500 euro, soms niet. “Zonder contract, zonder aanwezigheid van een vertrouwenspersoon, zonder enige handelingsvrijheid om neen te zeggen”, zei advocate An-Sofie Raes.
Wie toch weigerde, speelde volgens enkele getuigenissen belangrijke rollen kwijt of kreeg verbale en fysieke agressie op repetities. Bij een laatste repetitie voor een première riep hij een danseres toe dat ze ‘shit’ was, een ‘stomme koe’, ‘zo dik’.
Ze liet zich niet doen, en zei ‘Hé Jan’, maar hij onderbrak haar meteen en rende het podium op, met zijn vuist in de lucht, zo getuigde ze. “‘Jan wat? Als het niet net voor de première was, zou ik je van het podium gooien’, riep hij.”
Schuldinzicht
Fabre gedroeg zich als een wraaklustige god. Twee medewerkers van Troubleyn hadden een infectie opgelopen van het orgaanvlees dat ze gebruikten in voorstellingen. Toen een van de dansers daar een opmerking over maakte, verplichtte Fabre hen om een voor een te zeggen: “Ja, Jan, ik wil in jouw vuil werken.”
De burgerlijke partijen en het arbeidsauditoraat zijn ervan overtuigd dat Fabre geen schuldinzicht heeft. Nog voor de zaak losbarstte was er al een intern onderzoek bij Troubleyn, in 2017. Op basis daarvan zou Fabre, enkele ogenblikken voor hij in 2018 een interview deed bij VRT over #MeToo, gebrieft zijn over waar hij in de fout was gegaan en hoe ernstig Troubleyn het als gezelschap nam. Toch zei hij in het interview: “Bij ons in de compagnie is er veertig jaar lang nooit een probleem mee geweest. Jamais.”
Daarna kwam de open brief van ex-medewerkers en vervolgens startte het gerechtelijk onderzoek. Er kwam bij Troubleyn ook een externe preventieadviseur, die 35 werknemers sprak over het wangedrag. “De eigen raad van bestuur stelde een document op waarin ze mea culpa slaan en stellen dat ze Fabre tot inzicht moeten brengen”, zei Mussche. “Hij moest zich verontschuldigen.”
Dat is nog niet gebeurd. Ook het OM ziet geen enkel schuldinzicht en zegt dat het wangedrag voortduurt. “Hij blijft zijn machtspositie misbruiken.”
Het is wachten tot volgende week vrijdag op antwoorden van de verdediging op de tenlasteleggingen van pesten, geweld en ongewenst seksueel gedrag op het werk tegenover deze vrouwen, en de aanranding van de eerbaarheid van een van hen. Dan zal Fabre toch moeten opdagen.
Lees ook:
Volg hier live de tweede procesdag: ‘Fabre onderzoekt wat het menselijk lichaam is: de sappen die eruit komen, zweet, urine, sperma … Hij wil taboes doorbreken’
(DM)