Achter de schermen van de universiteit
U dacht dat al het harde werk aan de universiteit plaatsvond achter een bureau, met de neus stevig geprangd tussen de pagina’s van een leerrijk boek? Think again, my friend. Het échte werk speelt zich af achter de coulissen, waar mannen en vrouwen elke dag opnieuw de handen uit de mouwen steken om de universitaire microkosmos draaiende te houden. Een korte kennismaking is aan de orde.
Stel dat u de fenomenale pech hebt vast te zitten in een lift van de KU Leuven, dan kunt u maar beter Luc Kiesekoms bellen. Als diensthoofd van Campusservice is hij verantwoordelijk voor de eerstelijnsinterventie bij dringende problemen. Is de stroom uitgevallen? Campusservice snelt te hulp!
Luc: ‘Onze mensen zorgen ervoor dat de docenten in optimale omstandigheden les kunnen geven en de studenten in optimale omstandigheden les kunnen volgen.’ Daarvoor heeft Luc conciërges in dienst, maar ook bewakers die instaan voor de veiligheid op de campus, en schoonmaakinspecteurs. Ronald Libert is één van hen.
Ronald Libert «Ik ben verantwoordelijk voor de schoonmaak. Tegenwoordig hebben we maar een handvol eigen poetsmensen meer in dienst: alles wordt uitbesteed aan externe firma’s. Ik check of zij hun job naar behoren doen. Tijdens de lesweken worden alle leslokalen vóór acht uur ’s ochtends schoongemaakt – dan beginnen de hoorcolleges.
»Da’s natuurlijk lang niet alles. In ons takenpakket zit bijvoorbeeld ook ongediertebestrijding. Muizen en ratten genoeg in Leuven – dat komt door al dat water in de stad. Ooit ben ik twee Amerikaanse studentes te hulp geschoten: ze hadden een spin gezien op kot. Kennelijk hadden ze zo’n beestje nog nooit van dichtbij gezien.
»Die meisjes waren hysterisch. Dat ze op het vliegtuig richting België naar één of andere griezelfilm met spinnen hadden gekeken, hielp natuurlijk ook niet echt. Ik heb geen spin gevonden. Het enige wat ik kon doen, was met de spuitbus langs elk hoekje van de kamer gaan en hen verzekeren: ‘Dit is straf spul.’ Ja, voor dat soort calamiteiten worden wij ook opgeroepen.»
HUMO Opgeroepen? Zoals een dokter.
Ronald «Wij zijn vierentwintig uur op vierentwintig van wacht. Ah ja, met studenten kan er op elk moment van de dag of nacht iets mislopen. Dan worden we opgeroepen omdat ze op een fuif op de radiator hebben staan dansen. Dat ding breekt natuurlijk af en hup, de zaal onder water. En wie mag de boel komen opruimen? (glimlacht)
»Mentaal moet je sterk staan om in de schoonmaak te werken, omdat je elke dag weer vanaf nul moet beginnen. Niet iedereen kan dat aan. Mijn ervaring is: houden ze het langer dan een maand vol, dan is de kans groot dat ze blijven. Maar in die eerste maand haakt één op de drie medewerkers af.»
Luc Kiesekoms «Bij Campusservice komen er elke dag andere problemen op je af. Is het niet met studenten, dan wel met een prof. Als ik iemand aanwerf voor de auditoria, dan vraag ik altijd of ze ertegen kunnen dat duizend ogen op hun vingers zitten te kijken terwijl ze in een auditorium de beamer van een prof herstellen.»
Ronald «Slaag je erin om dat ding aan de praat te krijgen, dan krijg je wel applaus van de hele zaal. Mijn gloriemoment is nog altijd die keer dat een prof me via de centrale opriep voor assistentie. Dat deed-ie zowat elke dag, dus stapte ik nietsvermoedend de aula binnen, waarop die hele zaal ‘Lang zal hij leven’ begon te zingen. Kennelijk wist die man dat het mijn verjaardag was. Ik werd zo rood als een tomaat (lacht).
»Er zijn proffen die altijd assistentie nodig hebben bij het begin van de les – die mannen zijn een crack in hun vak, maar technisch onderlegd, ho maar (lacht). Doe je het goed, dan zijn ze je enorm dankbaar.
»Samen met Geert, één van onze huisbewaarders, ben ik ooit naar een aula geroepen om iets te repareren. Terwijl ik bezig was, zei de prof tegen Geert: ‘Hou jij deze affiche even vast? Dan kan ik er uitleg bij geven.’ Geert heeft daar een halfuur gestaan met die affiche in z’n handen. Jaren later kwam hij nog studenten uit die les tegen die hem aanspraken als ‘de man van de affiche’.
»Ik werk al twintig jaar tussen de studenten: er zijn nog weinig dingen waar ik van verschiet. Het enige waar ik me steeds meer aan erger, dat is vandalisme. De universiteit investeert veel geld in haar infrastructuur. Als je dan ziet hoe die jongeren daarmee omgaan, dan zou je toch de moed verliezen. De nieuwe trend is om met koffiekoek en afhaalkoffie in de aula’s te ontbijten. Elke dag halen mijn mensen gemiddeld zeven vuilniszakken vol uit die zalen. Er staan vuilnisbakken genoeg, maar kennelijk zijn die niet méér dan decoratie.
»Op een keer was ik het zo beu dat ik een professor vriendelijk vroeg of hij de studenten aan het begin van zijn hoorcollege misschien even kon vragen hun afval op te ruimen. ‘Liever niet,’ antwoordde hij. ‘Als ik vervelend doe, dan geven ze me op het einde van het jaar misschien een slechte evaluatie.’ Tja, niemand wordt graag negatief beoordeeld.»
Luc «Professoren zijn vandaag veel minder verheven boven de studenten en de rest van het personeel. De tijd van de koninkrijken is voorbij. Vroeger ging de klusjesman ook thuis bij de prof het gras afrijden en nam hij z’n vrouw mee, dan kon die er meteen ook de afwas doen. Aan ons moeten ze zoiets niet meer vragen (lacht).»
Ronald «Geen haar op mijn hoofd dat er vroeger aan dacht om proffen met hun voornaam aan te spreken, maar nu tikken ze ons op de vingers als we zeggen: ‘Goeiemorgen, professor.’ Dan gaat het van: ‘Zeg maar Frans.’ Tegenwoordig gaat het er veel gemoedelijker aan toe, vragen ze zelfs hoe het is met de kinderen of waar ik op vakantie ben geweest.»