Beth Orton - Kidsticks
Geen enkele artiest wil stagneren en weinig artiesten maken hun hele carrière exact dezelfde muziek – al is ook dat niet noodzakelijk een slechte zaak, zie de Van Morrisons van deze wereld. Maar er zijn van die artiesten die een plaat maken in een bepaald genre, daarna verdwijnen, en compleet herboren terug opduiken – soms onherkenbaar. Zie bijvoorbeeld: Tori Amos in respectievelijk haar metal- en haar zottemadamfase.
Beth Orton begon als folkie, flirtte vervolgens met lofi, dance en avant-garde en William Orbitt en de Chemical Brothers. Tussen 2006 en 2012 verdween ze helemaal van de radar. Tegenwoordig bevat haar folktronica meer tronica dan folk. En die vloekt soms met haar hese, frêle stem, die nog steeds klinkt alsof iemand Rod Stewart, Sade en Joni Mitchell door de blender heeft gedraaid.
‘Kidsticks’ bevat tracks die vaak meer soundscape dan song zijn, en nog vaker meer Tomorrowland dan Pukkelpop. ’t Is een gezellig plaatje om in je tuin tijdens happy hour de sfeer van chillen op Ibiza op te roepen. En haar stem is wat mij betreft nog steeds één van de meest betoverende. Maar het peil van haar juweeltje ‘Daybreaker’ (2002) haalt ze hier nergens.