Caitlin Moran - Bouwpakket van een meisje
‘Ik lig in bed, naast mijn broer Lupin. Hij is zes. Hij slaapt. Ik ben veertien. Ik slaap niet. Ik lig te masturberen.’ In ‘Bouwpakket van een meisje’ (Nijgh & Van Ditmar) beschrijft Caitlin Moran de seksuele odyssee van de veertienjarige Johanna, de tweede in een lange rij kinderen in een arbeidersgezin in Wolverhampton.
Ze is dik en eenzaam en wil zo snel mogelijk haar maagdelijkheid verliezen. Zodra dat laatste gelukt is, legt ze de lat gelijk wat hoger: ze wil dominatrix zijn, excellent pijpen, en ten slotte typen en roken tegelijk, zoals de journalisten in ‘His Girl Friday’. Want in de journalistiek en het roken heeft ze zich ook vol overgave gestort om haar eigen beperkte leventje te ontstijgen. Zo bouwt ze een nieuwe identiteit op, met in haar bouwpakket: alcohol en sigaretten, muziek en seks, véél seks.
Caitlin Moran zei ooit dat haar grootste kracht als schrijver haar totale gebrek aan schaamte is. En gelijk heeft ze. Ze beschrijft Johanna’s slechte sekservaringen tot in alle genadeloze details, wat niet zelden beelden voor het geestesoog doet flitsen van Hannah Horvaths seksscènes in ‘Girls’. Eén ding is duidelijk: Carrie Bradshaw heeft afgedaan.
‘Bouwpakket van een meisje’ beschrijft op hilarische wijze hoe moeilijk het is een vrouw te zijn, en nog veel moeilijker een meisje. Haar boek is een groezelige versie van Jeffrey Eugenides’ ‘The Virgin Suicides’, maar daarnaast is dit vooral een boek over de klassenstrijd. Over hoe uitputtend het is in armoede te leven. Over hoe je je schaamt voor je schoenen wanneer je voor het eerst in het hippe Londen komt. En zo wordt Morans roman een vrouwelijk vervolg op ‘The Rotter’s Club’ van Jonathan Coe.
‘Moran heeft de bijbel van de vrouwelijke seksualiteit geschreven,’ twitterde een achttienjarige lezeres. Daar is iets voor te zeggen. Maar meer nog is het de bijbel van het opgroeien en alle onzekerheden die daarbij voortdurend om de hoek loeren. En die schreef Moran met humor, wild, eerlijk en hard, zonder ook maar één keer over te hellen naar de verkeerde kant van de dunne grens tussen ontroerend en melodramatisch.