'Callboys'-maker Jan Eelen juicht: 'Het tijdperk van de vrouw is eindelijk aangebroken'
Er is, zonder voorafgaande waarschuwing, twaalf jaar verstreken sinds ik Jan Eelen (46), tv-regisseur en scenarioschrijver, voor het eerst heb geïnterviewd. Vandaag zitten we aan een tafeltje in het Grand Café van De Singel in Antwerpen om het over ‘Callboys’ te hebben.
Lees meer over 'Callboys' en bekijk enkele filmpjes »
'De callboys stellen de laatste stuiptrekkingen van een achterhaald soort venten voor, net als Donald Trump'
Jan Eelens nieuwste werkstuk handelt over het wedervaren – leven & lijden & toch nog lachen – van vier mobiele sekswerkers, die je ook hoerenjongens zou kunnen noemen, of prostitués, als je geporteerd bent voor het taalgebruik in processen-verbaal. Tegelijk zijn die vier, ofschoon tegen wil en dank, ook jonge ondernemers die je start-ups zou kunnen noemen als je daar het type voor bent.
Twaalf jaar geleden zei Jan Eelen me: ‘Ik zit niet boordevol verhalen die ik absoluut wil vertellen.’ En nu zegt hij: ‘Ik word nog steeds niet wakker met het onweerstaanbare verlangen om verhalen te vertellen. Nog het liefst ben ik bezig met het bijeenbrengen van mensen met wie ik graag zou werken.’
HUMO Nog voor je een scenario hebt, zelfs voor je een onderwerp voor een scenario hebt, weet je al met welke acteurs je in zee zal gaan. Je hebt ze dus al in gedachten voor er van hun personage sprake kan zijn.
Jan Eelen «Zo is het. Rik Verheye, Stef Aerts, Matteo Simoni en Bart Hollanders, de vier hoofdrolspelers van ‘Callboys’, zaten samen op de toneelschool. Ik zag ze voor het eerst in ‘De thuiskomst’ van Harold Pinter, het eindwerk van hun derde jaar, dat ik ongewoon goed vond. Toen zijn wij bevriend geraakt, en heb ik me voorgenomen ooit iets met hen te maken. Die gasten hangen ongelofelijk aan elkaar. Ze zagen elkaars piemel al in de eerste week aan de toneelschool. Ze kennen elk verhaal van elkaar. Dat soort verbondenheid heb ik ook bij de ‘Neveneffecten’ gezien, en ik heb ze zelf meegemaakt in de kring rond Mark Uytterhoeven: vrienden die samenwerken en op een bepaald moment hun gewicht in goud waard blijken te zijn.»
HUMO Wat hebben acteurs die je interesseren met elkaar gemeen?
Eelen «Ongetwijfeld waarachtigheid, echtheid. Nu ja, je scenario moet ook waarachtig zijn, hè: je moet je acteurs om te beginnen al waarachtige dialogen aanreiken als je dan toch echtheid van hen verlangt. Bij het schrijven beeldde ik me in dat ik met die vier personages om de tafel zat en hen een probleem uit het scenario voorlegde: de ietwat ongelukkige aanschaf van een partij gepersonaliseerde dildo’s – 1500 stuks. Hoe raak je die kwijt? Waarna ik hen in gedachten vroeg: ‘En boys, hoe lossen we dit op?’ En omdat ik ze goed ken, was het alsof ik ze alle vier hoorde. Zo bouw ik dialogen op.»
HUMO Wat was de kiem van ‘Callboys’?
Eelen «Die vier acteurs. Eerst waren we van plan iets te maken op basis van hun nogal tumultueuze afstudeerproject: dat eindwerk hebben ze maar één keer mogen spelen, waarna het direct en definitief werd afgevoerd. Ze waren goudhaantjes in die tijd; ze waren redelijk arrogant en overvleugelden heel graag hun docenten. Ze wilden per se samenwerken met een bepaald iemand die opgeleid was in methodacting. Van die docent moesten ze bijvoorbeeld een kamp bouwen waar ze dan wekenlang in moesten gaan zitten. Rik Verheye heeft twee weken lang in een wigwam naar een foto van z’n overleden vader zitten staren. Die gasten waren ver weg, en intussen moesten ze ook nog een stuk maken om aan een publiek te presenteren. Ze hebben dan een experiment opgezet waarin ze auditie hielden voor actrices voor een sitcom, die zou opgenomen worden voor een livepubliek in de Singel. Die sitcom bestond niet, maar de audities ervoor waren echt: ze hebben ze allemaal gefilmd. Er kwamen allerlei meisjes op af, die geen professionele actrice waren. Eén van de voorwaarden was dat ze onbekend moesten zijn. De meisjes die ze hadden uitverkoren, moesten zich op de dag van de voorstelling van het afstudeerproject om zeven uur aanmelden, en zonder repetitie moesten ze het toneel op. Ineens werden er camera’s binnengerold. Die twee meisjes wisten van niks en moesten voortdurend takes overdoen, wel een halfuur aan een stuk. Toenemende paniek op het toneel. Het publiek in de zaal begreep er steeds minder van. Op een bepaald moment richtten de acteurs zich tot de zaal: ‘Is dít nu de zogenoemde waarachtigheid? Is dit nu écht? Is dit de echtheid die het toneel verlangt?’
»Kortom: complete waanzin.»
HUMO Misschien, maar iets in mij zegt dat ik het graag had meegemaakt.
Eelen «Wat ik interessant vond, was dat ze tijdens het spelen doorkregen dat ze met iets hoogst immoreel bezig waren. En het werd alleen maar erger, want na het demasqué, toen ze in de ogen van een stomverbaasd publiek keken, liep één van de meisjes kwaad weg en stortte het andere huilend in elkaar. Daar sta je dan.
»De acteurs moesten die geschokte meisjes opvangen, en toen heeft de jury onmiddellijk beslist om de rest van de voorstellingen af te gelasten. Er waren vier voorstellingen voorzien, zodat ze nog zes meisjes overhadden. De vier acteurs werden verplicht het meisje dat totaal was ingestort thuis te brengen, waar ze met haar ouders moesten gaan praten. Ik geloof dat één van hen nog even begonnen is over de waarachtigheid van het theater, maar die vader heeft hen daar op een zeer rustige maar strenge en gedecideerde manier met hun voetjes op de grond gezet.»
HUMO Zoals je het me nu vertelt, lijkt het me in dramatisch opzicht erg bruikbaar materiaal.
Eelen «Ja, maar ’t bleek veel te nabij te komen – het zat te dicht op hun werkelijkheid. We hebben toen even een sketchshow overwogen, we wilden van alles proberen, als we maar konden samenwerken. We hebben heel veel in de zon gelegen en heel veel gedronken en gepraat, en het viel me op dat de boys het nogal vaak over seks hadden. In die tijd las ik ook een krantenartikel over een bordeel voor vrouwen in Leibstadt in Zwitserland. Het was failliet gegaan.»
undefined
Bart Hollanders en Matteo Simoni. 'Vrienden die samenwerken en op een bepaald moment hun gewicht in goud waard blijken te zijn.
HUMO Ja, dat herinner ik me ook. Het bordeel heette ‘Engelen’. De vrouwelijke klanten mochten nadat ze waren bediend geven wat ze wilden aan de prostitués, maar ze gaven nooit iets.
Eelen «Het businessplan was dus al fout. Nu, ik snap anders wel dat iemand denkt: ‘De vrouw in de 21ste eeuw is vrijgevochten en waarom zou ze zich niet aan betaalde seks wagen?’ Maar aan de andere kant heeft onderzoek uitgewezen dat de overgrote meerderheid van de vrouwen betaalde seks een onzinnig idee vindt. Een serie over een bordeel voor vrouwen vond ik niet zo interessant, omdat alles zich dan op één locatie zou moeten afspelen. En toen ben ik bij gigolo’s en een escort-bureau beland. De vraag: ‘Waarom zitten die drie gigolo’s en hun hulpje daar bijeen?’ kan ik niet zo snel beantwoorden. Ze kunnen toch evengoed los van elkaar werken: ze worden gebeld voor een opdracht, en that’s it. Ze hoeven helemaal niet samen te zijn. Er is geen logische verklaring voor, wat me vroeger zorgen zou hebben gebaard. Nu denk ik: ‘Ze zitten bijeen en dat is dan maar zo.’ Ik heb er geen verklaring voor nodig.»
HUMO Het zijn toch vrienden? De serie lijkt me op den duur ook over camaraderie te gaan – het soort camaraderie dat je ook bij rockbands ziet die nog niet zijn doorgebroken.
Eelen «Dat klopt. Eerst was het de bedoeling dat ‘Callboys’ een vrijblijvende serie zou zijn – lachen en volgende week wéér lachen – maar dat pakte anders uit. In één van de afleveringen zouden de callboys een gepersonaliseerde dildo bestellen, en de volgende week zouden ze weer iets anders doen – het klassieke stramien van telkens weer een ander afgerond verhaaltje per aflevering – maar ik kon die vrijblijvendheid niet opbrengen. En bovendien kan ik geen moppen schrijven. Uiteindelijk begonnen die gepersonaliseerde dildo’s een steeds grotere rol te spelen, en alles wat ik eromheen bedacht, beviel me. Hoe moet ik ‘Callboys’ nu noemen? Een komische dramareeks, wat ‘Het eiland’ overigens ook al was: daarin gebeurden ook erge dingen met mensen. Soms slaat de tragiek in iets komisch om. Je lacht om het te kunnen verdragen.»
Haantjes uit principe
HUMO Heb je het vakgebied van mannelijke escorts onderzocht?
Eelen «Ik doe niet zoveel research, maar ik heb wel met twee gigolo’s gepraat, van wie ik vooral praktische dingen wilde weten: hoe begroet je een klant? Wat doe je als een klant te zenuwachtig blijkt te zijn? Hoeveel kost het? Zo’n 500 euro voor drie uur. De gigolo’s die ik heb ontmoet waren intelligente professionals, in ieder geval meer dienstverleners dan hoeren. Hun hulp werd zelfs ingeroepen om slachtoffers van een verkrachting weer aan intimiteit te doen wennen. Seks kan, maar is niet noodzakelijk: een goed gesprek van drie uur in een restaurant, behoort ook tot de mogelijkheden. Ik kon mijn personages onmogelijk naar deze mannen modelleren. Maar ook aan armoeiige types die zich op het internet op een ranzige site aanbieden voor 20 euro had ik niks. De callboys die ik voor ogen had, moesten de eindfase van een bepaald soort man voorstellen: haantjes uit principe, die al te doorzichtige trucs gebruiken om vrouwen te behagen. Het zijn figuren die volgens mij aan het uitsterven zijn, de ene al wat meer dan de andere.»
HUMO Je hebt je vast ook moeten afvragen welk type vrouwen gebruik zou maken van de diensten van callboys.
Eelen «De gigolo’s die ik heb gesproken, konden geen peil trekken op hun klantenkring. Alle soorten vrouwen dus. Die gasten moeten presteren, hè, ze moeten dus bij welke vrouw dan ook een erectie zien te krijgen. Eén van hen zei me: ‘Als die vrouw mij seksueel niet opwindt, blijf ik zoeken tot ik iets zie dat ik mooi vind aan haar. Haar stem, een blik, een lach, en dan lukt het vrijwel altijd.’»
undefined
'Ik ben geen homo, waardoor ik ook de complexiteit van de homowereld niet ken. Het leek me dus beter om voor hetero's te kiezen'
HUMO Heb je die gigolo’s ook gevraagd of ze veel plezier beleven aan hun werk?
Eelen «Ja. Ze zegden dat ze ook vriendinnen aan hun werk overhielden, vaste klanten van wie ze het levensverhaal kenden en naar wie ze zelfs uitkeken.»
HUMO Hebben ze dan eigenlijk geen relatie met die vrouwen?
Eelen «Neen, want de code blijft altijd duidelijk: ze zijn bij die vrouw tegen betaling. En het eerste wat ze doen, is altijd: afrekenen. Als ze voelen dat een vrouw verliefd op ze is, houden ze er liever mee op. Dat kunnen ze er niet bij hebben, en daar zijn ze dan ook strikt in.»
HUMO De seksscènes in ‘Callboys’ zijn niet bepaald erotiserend, hè?
Eelen «Dat was ook niet de bedoeling. Ik heb ook niet te lang nagedacht over die scènes. Ik wist vooraf dat ik aan actrices zou moeten vragen om bloot te zijn – je kunt niet beginnen met ‘ach, hou je beha maar aan’. Ik kon ze wel beloven dat je uiteindelijk meer de handeling dan het naakt zou zien, hoe hard die handeling soms ook was. Zo’n scène wil ik dan ook zo snel mogelijk opnemen. Ik heb er veel gêne bij gevoeld, om de simpele reden dat ik nooit eerder een seksscène had geregisseerd. ’t Moest vooral snel gaan, en voor de rest moest ik op de montage vertrouwen. Tijdens een take moet er op een set hoogspanning hangen, en nu heb ik het niet alleen over die seksscènes. En hoogspanning geeft altijd aanleiding tot de slappe lach en andere vormen van decompressie. Ik hou van de slappe lach, maar af en toe was het echt te erg. En ambetant, want de momenten waarop je de slappe lach krijgt, zijn vaak ook de momenten waarop er het accuraatst gespeeld wordt. Net die momenten die je nodig hebt.
»Eén keer hebben we samengezeten omdat het de dag ervoor echt uit de hand gelopen was. We spraken af om het allemaal wat kalmer aan te doen. Meteen luisteren als er om stilte wordt gevraagd, niet onnozel doen tussen de takes, geen broeken aftrekken maar aandachtig zijn en uitvoeren. Het werkte voor geen meter. Die spanning op de set is gewoon nodig, en je moet ze ook tussen verschillende takes zien te onderhouden. En dan krijg je automatisch ook decompressie. Laten we het erop houden dat iedereen na een tijdje het evenwicht gevonden heeft. Het was een hele fijne draaiperiode.»
HUMO De vier callboys hebben allemaal een net iets te karakteristiek kapsel. Jay Vleugels, het personage van Rik Verheye, heeft extreem lang blond sluik haar. Je hebt al eens een personage met dat kapsel opgevoerd in ‘In de gloria’: het werd gespeeld door Tom Van Dyck, in de sketch ‘Bungeesprong’.
Eelen «Ja, dat soort haar heb ik altijd fascinerend gevonden. ’t Is vervelend haar, zeker voor Jay Vleugels: ’t moet bijvoorbeeld vaak gewassen worden. En op een gegeven moment krijgt hij ook nog eens extensions die zo’n twee kilo wegen en zijn motoriek beïnvloeden: dat past heel goed bij zijn verval. Ik heb voor opvallende kapsels gekozen om de personages iets stripfiguurachtigs te geven, en ook wel iets dat hen van elkaar onderscheidt. Het kapsel van Wes, gespeeld door Stef Aerts, is zo’n beetje het haar van de jonge Werther, en het matje van Devon, het personage van Matteo Simoni, is het soort haar dat op een leeghoofd groeit (lacht). Als je ze elkaars haar laat doen – een intieme handeling – kun je ook alle ruzies oplossen, zonder dat daarbij iets gezegd moet worden.»
HUMO De sekswerkers uit ‘Callboys’ zijn nadrukkelijk heteroseksueel, hè?
Eelen «Ja. De gigolo’s die ik heb gesproken, waren hetero, maar ze waren wel te vinden voor een triootje met een echtpaar, terwijl de callboys niet willen dat een andere man participeert: die mag toekijken, dat wel. Ik weet dat de markt voor mannelijke escorts voor het overgrote deel homoseksueel is, maar ik ben geen homo, waardoor ik ook de complexiteit van de homowereld niet ken. Het leek me beter om voor hetero’s te kiezen, ook wel omdat ik de homoscene niet wilde teleurstellen door mijn gebrek aan kennis.»
undefined
De ideale kweekvijver
HUMO Als je terugblikt op alle televisiedrama dat je tot nog toe hebt geregisseerd, wat zie je dan?
Eelen «Het werk van iemand die zo goed mogelijk zijn vak probeert uit te oefenen. Als je me vraagt of ik inhoudelijk een bepaalde lijn in mijn werk zie, dan kan ik daar nauwelijks op antwoorden. De evolutie die ik kan vaststellen, is dat mijn werk me iets makkelijker afgaat dan vroeger: ervaring loont. Ik schrijf en regisseer mijn eigen materiaal, en ik heb al vaak gemerkt dat de regisseur de vrijheid van de schrijver voortdurend wil beknotten. Zo van: ‘Alles goed en wel op papier, maar hoe moet ik dat in godsnaam in beeld brengen? Weg ermee!’ Maar intussen komen die schrijver en die regisseur in mij steeds beter overeen.»
HUMO Matteo Simoni, die Devon Macharis speelt in ‘Callboys’, is behalve een goed acteur ook een coverboy en een meisjesidool, of hij dat nu wil of niet. Zijn personage is dommig, maar ik denk dat het meisjespubliek hem zijn traagheid van begrip graag zal vergeven.
Eelen «Ook wel omdat zijn domheid op een gegeven moment heel ontroerend wordt. Ik was bang dat ik hem te dom had voorgesteld, maar ik heb iets met zijn domheid gedaan. Hij vindt het erg dat hij van alles niet weet – het stoort hem dat hij dingen maar niet kan onthouden, niets zelf kan beslissen. Maar ik heb zijn personage nooit als het belangrijkste van de vier gezien, ook al is Matteo bij het ruime publiek de bekendste acteur. En ik heb hem niet wegens zijn uiterlijk gecast, maar wegens zijn talent. Ik ben wel geschrokken van wat hij kan veroorzaken: na opnames in Ieper liep ik toevallig met hem langs een meisjesschool. ’t Was waanzin! Dat hij, met zijn afgetrainde lijf, een publiekstrekker is, is mooi meegenomen. Je moet ze eerst in je tent lokken, hè. Het toffe aan Matteo is ook dat hij niet in spelletjes als ‘Is er wifi in Tahiti?’ gaat zitten, omdat hij dat soort tv-optredens als een aanslag op zijn geloofwaardigheid als acteur ziet. En voor de rest denk ik niet dat ‘Callboys’ gemaakt is voor 13-jarige meisjes. Ik heb gemerkt dat mijn dochter van 13 een rare, nogal ongemakkelijke verhouding met die serie heeft, terwijl mijn zoon van 16 er wel van geniet.»
HUMO Je werkt nu in een ‘commerciële omgeving’, zoals dat ietwat versluierend heet. Wat betekent dat voor jou?
Eelen «Niets, behalve dan dat er twee reclameblokken in ‘Callboys’ zitten. Zodra je fictie maakt voor VIER is reclame onvermijdelijk. Ooit vond ik de gedachte alleen al verschrikkelijk: reclame zou een serie als ‘Het eiland’ helemaal uit balans hebben gebracht. Maar nu denk ik: het kan. Ik houd er al rekening mee als ik aan het schrijven ben. Een aflevering heeft drie aktes: begin, midden en slot. Eén akte duurt bij mij bijna even lang als een aflevering van ‘Patrouille linkeroever’, en niemand van VIER is komen zeuren dat sommige scènes ‘in een commerciële omgeving’ bepaald lang zijn. Ik heb ervoor gezorgd dat elke akte een eigen spanningsboog heeft, zodat je een reclameblok meer als een pauze dan als een botte breuk zal ervaren. Bij ‘De ideale wereld’ heb ik rekening met reclameblokken leren houden, zelfs zodanig dat ik die reclameblokken mis als ik dat programma nu op Canvas zie (lachje). Raar hoe een mens kan veranderen.»
'Het toffe aan Matteo Simoni is dat hij niet in spelletjes als 'Is er wifi in Tahiti?' gaat zitten'
undefined
HUMO Toch goed dat ‘De ideale wereld’ op Canvas zit, of niet?
Eelen «Zeker.»
HUMO De firma Woestijnvis levert weer aan de openbare omroep, vooralsnog maar één programma, maar goed: de banden lijken weer aangehaald. Brengt dat jou op ideeën?
Eelen «Ik heb altijd van de openbare omroep gehouden, maar dat betekent nog niet dat ik nu ga beginnen na te denken over een programma voor de VRT. Neen, dat ga ik niet doen.»
HUMO Waarom niet?
Eelen «Omdat ik nog niet weet wat ik ga doen. Misschien ga ik wel door met ‘Callboys’… Ik weet het nog niet.»
HUMO Toen VIER in beeld kwam, bleek het makkelijker om de firma Woestijnvis vaarwel te zeggen dan ik, als buitenstaander, ooit had gedacht. Is het voor jou nog van belang dat je voor Woestijnvis werkt?
Eelen «De positie die ik daar heb, kan ik nergens anders hebben. Ach, misschien wel, weet ik veel, maar ik ga het niet eens onderzoeken. Waarom zou ik? Woestijnvis verlost me van heel veel praktische beslommeringen: geld zoeken voor een productie als ‘Callboys’ bijvoorbeeld. En bovendien krijg ik er veel vertrouwen: ik mag al beginnen te draaien zonder dat ik een einde heb. Dat is voor iemand zoals ik, die zich nog heel hard laat inspireren door wat er tijdens het draaien op de set gebeurd, een enorme luxe.
»Ik heb er ook altijd kunnen werken met mensen die mij beter hebben gemaakt. Acteurs, maar ook monteurs en technische ploegen. En ja, de afgelopen jaren heb ik een aantal getalenteerde mensen afscheid zien nemen van Woestijnvis, maar er zijn ook getalenteerde en vooral bijzondere gasten bijgekomen. Volgens mij zijn dat vaak talenten waar ze bij andere productiebedrijven overheen kijken, of waar ze niets mee zouden kunnen aanvangen, maar die bij Woestijnvis gedijen. Ik denk nu aan Thomas Huyge van ‘’t Is gebeurd’ en aan Tom Borremans van sociaal incapabele Michiel. ‘De ideale wereld’ is weer een kweekvijver zoals ‘Man bijt hond’ dat ooit was. »
HUMO Merk je aan de nieuwste lichting tv-makers al verschillen met jouw generatie?
Eelen «Niet echt. Ik zie vooral veel beroepsernst en trots op het vak. Zo’n figuur als sociaal incapabele Michiel moet je onderhouden, je moet hem op zijn sterkst proberen te bewaren, en dat kost elke dag weer moeite. Je moet er gedreven, bescheiden en fier voor zijn.»
Vrouwen winnen
HUMO Je bent ook erg met de technische aspecten van je vak bezig geweest. Toen je nog aan je opleiding bezig was, zei je al dat je de beste multicameraregisseur ooit wilde worden.
Eelen «Dat heb ik ooit gezegd, ja, maar sinds ‘Vaneigens’ weet ik dat ik de grootste voldoening put uit werken met acteurs.»
HUMO Het is me opgevallen dat je in interviews vaak laat merken dat scenarioschrijven, of schrijven tout court, niet je favoriete bezigheid is.
Eelen «Ik vind het niet leuk, en voor mijn naaste omgeving is het ook onprettig. Ik kan onder het schrijven echt gefrustreerd raken: soms vind je echt geen oplossing voor een probleem in je scenario, en daar zit je dan zodanig over te piekeren dat je niet eens meer hoort wat je kinderen je vragen. Maar hoe beter een scenario, hoe plezieriger het daarna wordt: daar ben ik diep van doordrongen, hoezeer het schrijven me ook mag tegenzitten. Maar ik ben er ook diep van doordrongen dat ik geen schrijver ben. Mijn drang om een verhaal te vertellen is gering. Ik schrijf alleen maar omdat ik wil regisseren en met acteurs wil werken. Ik heb ook nooit een vooraf uitgedachte structuur voor ik begin te schrijven: van zo’n een muur vol Post-it’s en een logisch stappenplan is er bij mij geen sprake. Het lukt me niet om dat vooraf uit te denken, en ik werk associatief: het ene ideetje brengt, als het goed gaat, het andere mee.»
HUMO En daarin moet Youri Boone, je coscenarist, dan orde scheppen.
Eelen «Ja. En hij houdt altijd scherp de personages in de gaten, zo van: ‘’t Is weer eens tijd dat er iets met Randy Paret gebeurt.’ Hij spreekt vaak met me af om naar een bepaald punt toe te werken. Ik wil wel, maar op weg naar dat punt is er voor mij altijd heel veel afleiding: ik ben altijd bereid zijpaden in te slaan om te zien wat er dán zal gebeuren.»
HUMO Youri Boone zei me dat je haast systematisch zondigt tegen alles wat cursussen en leerboeken scenarioschrijven je voorhouden.
Eelen «Ja, maar ik wéét dat ik zondig, want ik ken de cursus. Ik denk dan: ‘Dit mag eigenlijk niet,’ maar ineens blijkt het kronkelpad dat je bijna op goed geluk bent ingeslagen toch naar een plek te leiden waar je wil zijn. Dat vind ik dan weer wel prettig.»
HUMO Ik heb de indruk dat de callboys veelal ongelukkig zijn, of toch tobberig.
Eelen «Dat komt misschien omdat hun werk grotendeels uit wachten op een klant bestaat, en dat werk kan hen ook deuken in hun zelfbeeld bezorgen: de ene callboy is al meer in trek dan de andere. Een callboy krijgt dus weleens te horen dat die of die klant hem niet wil. Gekwetste ijdelheid.»
HUMO In de eerste aflevering onderbreken de acteurs soms de handeling door de kijkers rechtstreeks toe te spreken: ze geven dan uitleg over hun werk. Dat procedé heb je niet consequent doorgetrokken in de serie.
Eelen «Het is een overblijfsel uit een vroeger opzet: omdat ik heel weinig tijd had om te schrijven wou ik de handeling onderbreken met interviewtjes met de hoofdpersonages, maar ik vond het te makkelijk en bovendien al veel te veel gedaan. In de eerste aflevering richten de hoofdpersonages zich tot de kijkers met praktische tips – ’t is bijna how to be a callboy. Jay legt uit hoe je een vrouw rustig maakt, Wes heeft het over de verschillende types mannen, en Devon zegt hoe hij te werk gaat. Ik vind het helemaal niet erg dat ik dit procedeetje niet heb doorgetrokken: het is 2016, mensen zijn soepeler in het verwerken van beelden dan ooit tevoren – er word je dan ook veel meer vergeven.»
HUMO Heb je er al een idee van hoe vrouwen op ‘Callboys’ reageren?
Eelen «Ik heb de eerste aflevering bij Woestijnvis aan vijftien vrouwen laten zien. De enige vrouwen die in aflevering 1 voorkomen, liggen op hun rug. Daar verwachtte ik dus al meteen kritiek op, maar er is ook een klant, gespeeld door Joke Emmers, die op nogal dwingende toon een eisenpakket aan callboy Devon voorlegt, zo van: ‘Voor de prijs die ik je betaal wil ik dít, en dít, en ook nog eens dát.’ Dat viel in goede aarde. De vrouwen winnen in deze serie: hun technieken wegen ruimschoots op tegen die van de callboys. Vrouwen winnen overal, hè?»
HUMO De feminisering schrijdt voort.
Eelen «Nog een geluk. En hoe minder vaak het woord ‘feminisme’ moet vallen, hoe beter. Het tijdperk van de vrouw is eindelijk aangebroken, en dat vind ik goed.»
HUMO Waarom?
Eelen «Omdat ik denk dat de vrouwen beter in staat zijn een wereld te scheppen waarin ik het liefst zou willen leven: een gemeenschappelijke plek waarin alles wat mensen bindt sterker is dan alles wat mensen polariseert. Ik verwacht van vrouwen, en van enkele egoloze mannen, dat ze over zo’n wereld waken en er leiding aan geven. Het is aan het gebeuren: steeds meer vrouwen nemen belangrijke maatschappelijke posities in. ‘Callboys’ gaat zijdelings ook over die evolutie: die callboys stellen de laatste stuiptrekkingen van een achterhaald soort venten voor. Ook Donald Trump, die zich aan de figuur van John Wayne spiegelt, is zo’n laatste stuiptrekking, net als de blanke mannen die hem adviseren. De demografie is zodanig aan het veranderen dat zo’n mannen totaal misplaatst zouden zijn in het Witte Huis. Het succes van Trump is volgens mij vooral een pervers bijeffect van televisie: al bij zijn eerste optredens in het openbaar besefte men bij Amerikaanse tv-zenders dat die vent een onmiskenbaar kijkcijferkanon was, of ze nu voor of tegen hem waren. Waar hij zijn mond opentrok, gebeurde er iets. Zelfs weldenkende mensen, die gruwen van zijn persoon, blijven naar Trump kijken, uit een pervers soort nieuwsgierigheid naar wat dat psychiatrische geval, geëtaleerd op het wereldtoneel, nu weer zal uitkramen. Hij is nu eenmaal fascinerend om naar te kijken, en hij is ook een zegen voor satirici: John Oliver en Stephen Colbert beleven hoogdagen. Kortom, er profiteert een hele industrie van het Trump-effect, terwijl die industrie maar al te goed beseft: ‘Als Trump in het Witte Huis belandt, dan zijn we de sigaar.»
HUMO Ben je optimistisch?
Eelen «Nogal. Je kunt in deze tijd met recht en reden denken: het gaat steeds slechter. Maar ik denk dat we op een culminatiepunt afstevenen, waarna het alleen maar beter kan worden. Of anders is ’t voorbij. Ik hou het op: het wordt beter (lachje).»