Cherchez La Femme: Sien Volders, schrijfster en vrouw van Lieven Scheire
Haar man Lieven Scheire is voor een nieuw Canvas-programma op zoek naar mensen van wie de levenskwaliteit dankzij een uitvinding zou verhogen, maar Sien Volders (34) zoekt een lezerspubliek voor haar debuutroman ‘Noord’, die deze week verschijnt. Het liefdesgeluk hebben ze al zeventien jaar geleden bij elkaar gevonden. Hun geheim, volgens Volders: ‘Ik ben graag wild, maar ik kom ook graag thuis.’
In ‘Noord’ volgen we de Canadese zilversmid Sarah, die naar het goudzoekersstadje Forty Mile trekt om na te denken over een dilemma: kiezen voor het grote geld of voor artistieke integriteit? Wanneer ze naar haar thuisstad Vancouver terugkeert, weet ze meer over de illusie van het eigen kunnen, de drang om een wezenlijk verschil te maken, en de ontembare liefde. Het leven in een notendop, tegen een overrompelende Canadese achtergrond.
undefined
'Lieven en ik zijn al zo lang samen omdat we elkaar altijd veel vrijheid hebben gegund'
Sien Volders «Ik heb altijd kortere stukken van ongeveer driekwart pagina geschreven, waarin toch een hele wereld geschapen wordt. Die liet ik lezen aan enkele vrienden, en op een gegeven moment heb ik die ook naar de betreurde (pdw) gestuurd. Hij was toen hoofdredacteur van P-Magazine, en ik had aangeboden om cursiefjes te schrijven. Ik moest in 2.500 tekens aantonen wat ik in m’n mars had, en ik heb hem toen een halfjaar lang bijna wekelijks iets gestuurd. Daar kreeg ik een voor hem typisch bondig antwoord op terug: van ‘Goed’ over ‘Kan beter’ tot ‘Zeer knap’. Daar is nooit iets van gekomen, maar het helpt wel om je schrijfsels te laten lezen door iemand voor wie je echt bang bent (lacht).
»Een roman schrijven was toen het verste van mijn gedachten, maar in 2011 ging ik mijn Canadese vriendin Nicole bezoeken. Die heb ik leren kennen tijdens mijn Erasmusjaar in Zweden, waar we allebei kunstgeschiedenis studeerden. We wilden eerst in New York afspreken, maar toen ik m’n ticket wilde boeken, liet ze weten dat ze een job had aangenomen in Dawson City, een onherbergzaam stadje in Yukon, bij de grens met Alaska. Aan het eind van de 19de eeuw werd er goud ontdekt, met een stormloop tot gevolg: op het hoogtepunt van de goudkoorts woonden er zo’n veertigduizend mensen. Nu telt het stadje nog amper 1.200 inwoners. Als kind verslond ik de boeken van Jack London, die zelf als goudzoeker naar Yukon getrokken was. Die drang naar het noorden, het gevoel weg van de bewoonde wereld te zijn trok mij toen al aan. Toen ik afbeeldingen van Dawson City begon te googelen, wist ik het zeker: ‘Ik móét daarheen!’»
HUMO Wist het stadje je verwachtingen te overtreffen?
Volders «Na een vlucht van 26 uur naar Whitehorse, de hoofdstad van Yukon, moest ik nog eens zeshonderd kilometer rijden — geen sinecure in oktober: dan is het daar snel pikdonker en bovendien lag er al sneeuw. Tijdens die autorit besefte ik plots: ‘Hier is echt níéts, en het kan heel gevaarlijk zijn.’ Zo’n besloten gemeenschap komt heel ruig over. ’s Zomers gaat het er wild aan toe, maar zodra het winter wordt, valt het leven stil. Dan is al het zomervolk weggetrokken en kijkt iedereen elkaar op café aan: ‘Met wie gaan we hier de winter overleven?’ Dat zorgt voor een interessante mix van mensen.
»Sommige bewoners worden aangetrokken door de romantiek ervan, of ze willen niet langer deel uitmaken van de maatschappij. Ze kiezen voor een relatief hard, maar eerlijk leven. Je moet zelf je hout kunnen hakken, en als je geen geld hebt om vlees te kopen, dan kun je gaan jagen. Tijdens het jachtseizoen zie je bootjes met een geschoten eland of kariboe voorbijvaren: dat is het eten voor de komende winter. Zelfredzaam zijn, dat is een vaardigheid die wij kwijt zijn geraakt. Daarom ook gaan sommige mensen zo graag kamperen.
»Nu, niet iedereen is daarvoor in de wieg gelegd. Het isolement doet velen naar alcohol grijpen, en je moet het land ook goed kennen om er in je eentje te kunnen overleven. Het gebeurt dat lezers van Jon Krakauers ‘Into the Wild’ zonder enige voorbereiding naar Alaska trekken. Dat lukt als je naar het zuiden van Frankrijk gaat, maar niet in het onherbergzame Alaska. Elk jaar moeten jongeren die op zoek zijn naar Krakauers bus, ginder van de vriesdood gered worden. Voor wat meer realiteitszin zouden ze beter ook Jack Londons ‘The Call of the Wild’ lezen: hij schrijft over pelsjagers die kunnen overleven bij min 50 graden, en toch creperen van de honger en de kou.»
HUMO Zou het iets voor jou zijn, naar daar verkassen?
Volders «Het noorden is gigantisch onder mijn vel gekropen, maar zover gaat het bij mij niet. Ik ben graag wild, maar ik kom ook graag weer thuis (lacht). Actief op zoek gaan naar geluk: dat is niet het echte leven. Je ziet het vaak bij wereldreizigers: als ze thuiskomen, worden ze vaak ongelukkig door de banaliteit van het dagelijkse leven. Wat raar is, want alle verhalen die ze in verre oorden bijeengesprokkeld hebben, zijn ook hier te vinden, als je er tenminste voor openstaat.
»Die periode in Dawson City ben ik in het leven van Nicole gestapt. Zij gaf er les aan kunststudenten, en ik doceerde er over de Vlaamse primitieven. De mandoline- en de banjospeler van de bluegrassband die in het café optrad op mijn eerste avond daar, zijn vrienden geworden – we schrijven elkaar nog. Toen ik terug in België was, groeiden er in mijn hoofd heel veel verhalen die tot één groot verhaal verweven konden worden. Op den duur was ik daar zo obsessief mee bezig, dat ik Nicole in 2013 opnieuw heb opgezocht.»
undefined
'Lieven ziet altijd alles meteen in perspectief. Heel handig om zo iemand naast je te hebben, want ik durf soms in de knoop te raken'
HUMO Je hoofdpersonage Sarah heb je op de Zweedse zilversmid en juwelenontwerpster Vivianna Torun Bülow-Hübe gebaseerd.
Volders «Torun was de eerste vrouwelijke zilversmid die internationaal doorbrak – als alleenstaande moeder in de fifties dan nog. Ze had een duidelijke visie: ze wilde geen juwelen maken waar vrouwen mee zouden pronken als bewijs van de gevulde bankrekening van hun man. Fantastisch! En haar leven was al even geweldig: ze was bevriend met Picasso en ze vertoefde ook in de jazzscene van de jaren 50 en 60 – er bestaan foto’s waarop Billie Holiday met sieraden van Torun te zien is. Haar creaties zijn onder meer in het New Yorkse MoMA en in het Louvre in Parijs te zien. Het werk van een zilversmid is heel ambachtelijk, maar tegelijk ook kunstig: precies wat ik in gedachten had voor Sarah.
»Mijn heldin staat voor een professionele keuze: voor een groot juwelenhuis gaan werken, veel geld verdienen en daar tijd mee kopen, of trouw blijven aan haar eigen kleine, ambachtelijke proces. Ze wordt gestuurd door haar talent en haar passie, maar ze weet niet zeker of dat wel het leven is dat ze wil leiden. In Forty Mile ontmoet ze de veel oudere Mary, die een kruidenierswinkeltje uitbaat. Mary fungeert als spiegel: ze doet Sarah inzien dat je niet alleen bent wat je doet. Veel succesvolle vrouwen en mannen vallen mettertijd samen met hun werk, waardoor hun wereld heel klein wordt. Maar ook als je je talent niet meer benut, kun je nog steeds gelukkig zijn. Ergens ongelofelijk goed in zijn is niet noodzakelijk een gouden sleutel tot een vervuld leven.»
HUMO Dat is een val waar sommigen in trappen?
Volders (knikt) «Het zoeken naar een identiteit wordt problematisch als het aan één bepaald aspect wordt opgehangen. Neem nu het moederschap: het gebeurt vaak dat iemand er helemaal door wordt opgeslorpt. Maar je bent altijd méér dan alleen maar moeder. Sarah vereenzaamt door haar kunstenaarschap: als je talent groot genoeg is, is het makkelijk je daartoe te laten verleiden.
»Ik weet niet waar ik nu juist zit in mijn eigen leven. Ik ben heel blij met dit boek, maar ik werk ook af en toe als vliegende bouwvakker. Toen we ons huis hadden afgebroken, heb ik met de aannemer meegewerkt aan de heropbouw. Een gratis werkkracht spaart niet alleen gigantisch veel geld uit, ik doe het ook heel graag. Als jobstudent heb ik nog bij het bouwbedrijf van mijn oom gewerkt. Wanneer die aannemer nu extra hulp nodig heeft, spring ik bij. Daarnaast werk ik ook voor een interieurarchitect, en vroeger schreef ik teksten voor tentoonstellingen. Dat zal wel aantonen dat ik zoekende ben.»
HUMO Of dat je beseft dat het niet altijd gezond is om je aan één bezigheid te wijden?
Volders «‘Jack of all trades, master of none’: dat vind ik een mooi gezegde. Ik doe altijd mijn best en ik werk hard, maar ik ga niet noodzakelijk meer verantwoordelijkheid op mij nemen dan nodig is. Door ‘Noord’ heb ik gemerkt dat ik blijkbaar toch ambitieus ben. Maar ik ga nu niet alleen maar schrijven: de combinatie van al mijn bezigheden schenkt mij mentale rust. Het verzinnen van een verhaal en manuele repetitieve arbeid gaan erg goed samen. Ik heb ‘Noord’ scène na scène uitgedacht terwijl ik aan het plamuren of parket aan het schuren was.»
Meisje van 16
HUMO Niet alleen de natuur is wild in ‘Noord’: Sarah raakt in Forty Mile ook verwikkeld in een driehoeksverhouding.
Volders «De meeste van mijn personages zijn zeer onafhankelijk. Sarah wil zich aan niemand binden: ze is fundamenteel alleen, zonder dat ze dat als problematisch ervaart. Polyamoreuze relaties draaien om gelijkwaardigheid: je ziet je partners even graag. Ik denk dat zoiets kan werken, maar dan ga je wel uit van gelijklopende verwachtingen en een totaal gebrek aan jaloezie. Dat is tussen twee mensen al zo moeilijk, met meerdere partners zal het er vast niet makkelijker op worden. Nadat Lieven het boek had gelezen, zei hij: ‘Zeg, wat heb jij daar allemaal uitgestoken?’ (lacht) Maar ik heb geen ambities op dat vlak: het hele verhaal is verzonnen.»
HUMO De opdracht in je boek luidt: ‘Lief, wij en onze noordens’. Jullie hebben allebei een hang naar het noorden?
Volders «Ik heb een jaar in Zweden gewoond, en Lieven is na het middelbaar met de uitwisselingsorganisatie AFS een jaar naar IJsland getrokken. Wat we allebei gemerkt hebben: hoe dichter bij de Noordpool, hoe extremer het leven. ’s Zomers, wanneer er constant licht is, wordt er heel veel gewerkt én gefeest: de dagen zijn er eindeloos lang. ’s Winters is het bijna continu donker, wat heel zwaar is: je moet je leven zo zien te organiseren dat je dat overleeft. Lieven zoekt het ruige leven minder op, maar we delen zeker een voorliefde voor het noorden. We gaan meestal ook daar op reis. We zijn één keer naar de Côte d’Azur geweest: het dorre landschap maakte me niet gelukkig.»
HUMO In een Humo-interview vertelde Lievens jeugdvriend en co-tv-wetenschapper Filip Van den Abeele dat Lievens vertrek naar IJsland voor hem aanvoelde als een amputatie. Voor jou ook?
Volders «Nee, toen waren we nog niet samen. We hebben elkaar leren kennen in de zomer voor hij vertrok, op een tweedaags tuinfeest van een gemeenschappelijke vriendin. Ik was toen 16, piepjong nog. Aan dat feest hebben we trouwens ook onze hele gemeenschappelijke vriendenkring overgehouden, want we hebben daar onze getuigen ontmoet. Voor hij naar IJsland vertrok, hadden we elkaar twee keer gezien. Dat gaf telkens vonken, maar daarna is het nog een behoorlijk wild jaar geweest. Toen hij in IJsland zat, hebben we elkaar ellenlange brieven gestuurd, en na zijn terugkeer was het duidelijk dat we een koppel zouden worden. Dat was in 2000, en drie jaar later ben ik naar Zweden gegaan.»
HUMO En voelde dat voor hem aan als een amputatie?
Volders (lacht) «Dat moet je aan hem vragen. Toen zijn we weer brieven beginnen te schrijven. Brieven en mails zijn heel belangrijk voor mij: ik besteed daar veel zorg aan. De manier waarop je kiest wat je vertelt en hoe je iets verwoordt, vind ik heel mooi: ‘Dit is wat we samen hebben, dit is echt.’ Nu, in absolute crisismomenten zijn brieven niet handig: dat kan ik ook bevestigen (lacht). Maar ik ben er altijd zeker van geweest dat de afstand onze liefde niet zou smoren. Eén van de redenen waarom we al zo lang samen zijn, is net omdat we elkaar altijd veel vrijheid hebben gegund. We komen allebei uit een dorp – hij uit Wachtebeke, ik uit Schaffen – en we zagen elkaar in het begin maar om de twee à drie weken. Na mijn studie kunstgeschiedenis heb ik nog sociaal-culturele antropologie in Leuven gestudeerd. Het heeft uiteindelijk zes jaar geduurd voor we in Gent zijn gaan samenwonen, en toen werkte Lieven al aan de tweede reeks van ‘Neveneffecten’. Ook toen zagen we elkaar bijna niet, maar we vonden elkaar wel ’s nachts in bed: dat was veel meer dan we ervoor ooit hadden gehad.
»Die gigantisch lange beginperiode werkte goed voor ons: we zijn samen volwassen geworden, zonder dat het ooit beklemmend aanvoelde. Je weet daardoor ook dat wat je hebt heel oprecht is. Ook nu is er nog veel vuurwerk, omdat we verschillende levens leiden.»
undefined
undefined
'In de boekenwereld wordt Lieven gezien als 'de man van'. Daar geniet hij enorm van.'
HUMO Als je samen volwassen geworden bent, is het dan niet raar om plots naast een bekend lief wakker te worden?
Volders «Nee, want ook dat ging geleidelijk. In het begin van mijn Erasmusjaar wonnen Neveneffecten het Groninger Studenten Cabaret Festival, dat jaar won Jonas (Geirnaert, Scheires neef, red.) op het Filmfestival van Cannes de juryprijs voor zijn animatiefilm ‘Flatlife’, en daarna kregen ze plots een aanbod van Woestijnvis om een tv-reeks te maken. Ze waren daar zielsgelukkig mee: de kleintjes die het bij Woestijnvis eens mochten proberen! Uiteindelijk hebben ze een cultreeks gemaakt, want laten we eerlijk zijn: de eerste kijkcijfers waren niet gigantisch hoog (lacht). Het is gestaag gegroeid, waardoor iedereen rond hen er ook langzaam aan gewend is geraakt.
»Lieven noemt zichzelf een rand-BV: iemand die wel op tv komt, maar die de aandacht niet naar zich toe trekt. Zodra ik mij in die kringen begeef, ben ik wel ‘de vrouw van’. Ik ben nu wat actiever in mijn sociale leven, waardoor hij in mijn vriendenkring als ‘de man van’ wordt beschouwd (lacht). Dat is ook het geval met mijn boek, dat is verschenen bij de Nederlandse uitgeverij Hollands Diep: in Amsterdam wordt hij ook gezien als ‘de man van’. Daar geniet hij zelf enorm van.»
HUMO Wat is je favoriete programma waaraan hij heeft meegewerkt?
Volders «Het beste wat hij ooit heeft gemaakt, is ongetwijfeld ‘Basta’ (uit 2011, red.). Doordat ze het bedrog van de belspelletjes wisten bloot te leggen, waren die daarna niet meer op de Vlaamse tv te zien – in Wallonië is dat helaas wel nog het geval. Heel fijn dat entertainment ook een maatschappelijke rol kan hebben: wie had dat verwacht? (lacht)»
HUMO Neveneffecten is ook bekend van ‘Willy’s en Marjetten’, de komische reeks die ze in 2006 samen met Bart De Pauw hebben gemaakt. Heb jij bedenkingen bij de zaak-De Pauw?
Volders «Ik wil wel iets zeggen over het kantelpunt waarop we aanbeland zijn. Wereldwijd komen er nu gevallen van grensoverschrijdend gedrag naar boven: heftig, maar tegelijk verbaast het niemand, wat betekent dat het een breed fenomeen is. We willen graag geloven dat vrouwen en mannen gelijkwaardig behandeld worden, maar dat blijkt in de praktijk toch niet zo te zijn – en blijkbaar worden er sneller grenzen overschreden zodra iemand macht krijgt. Het stemt mij hoopvol dat we beseffen dat we in een nieuwe tijd leven. Daarom wordt er nu overal zo hard in het rond geschopt: ‘Nee, mannekes, er is nog altijd geen gelijkwaardigheid.’ De feiten en de praktijk lopen achter op de wetten. Ik hoop vooral dat we het einddoel niet uit het oog verliezen: als iemand aangeeft het gevoel te hebben dat zijn of haar grenzen overschreden worden, dan moet de tegenpartij dat gevoel als echt aanvaarden.»
HUMO Ben jij extra op je hoede, nu je de uitgeverswereld betreedt?
Volders (lacht) «Er wordt op geen enkele manier over mijn grenzen gegaan. Hollands Diep is een warm bad, ik krijg er veel aandacht, tijd en genegenheid.»
Wolk van een man
HUMO Lieven draagt de titel ‘nerd’ met trots: hij heeft een website die hij liefdevol ‘Nerdland’ gedoopt heeft, en draagt graag T-shirts met opschriften als ‘I Failed the Turing Test’. Vind jij hem een nerd?
Volders «Dat is maar één facet dat hij aan de buitenwereld toont: hij is ook veel meer dan dat.»
undefined
'Toen Lieven mijn boek had gelezen – het hoofdpersonage Sarah heeft een driehoeksverhouding – zei hij: 'Wat heb jij daar allemaal uitgestoken in Canada?''
HUMO Hij noemt zichzelf een ‘uitlegvader’: als jullie kinderen vragen wat een ster precies is, heeft hij het over gigantische brandende bollen, en niet over kabouters die met lantaarns in de lucht op wandel zijn.
Volders «Waarom zou je verhalen verzinnen als de werkelijkheid zo interessant is? Je hebt hem vast al ergens horen vertellen over zijn wolkenhobby: elk type wolk heeft een bepaalde naam en een reden waarom die er zo uitziet – er bestaan daar apps voor, waar hij graag mee in de weer is. Momenteel is hij erg gefascineerd door fossielen in gesteenten. Die witte puntjes op je drempel: dat zijn fossielen! En er bestaan handleidingen die je vertellen welke fossielen het precies zijn. We vinden allebei niets saai, maar hij heeft dat in extremere mate. Als we met onze kinderen op de bus staan te wachten, laten we ze naar insecten zoeken: succes gegarandeerd.
»Onze kinderen zitten in het freinetonderwijs, waar zo’n aanpak wordt gestimuleerd en leerkrachten antwoorden met: ‘Dat weet ik niet, maar ik zal je tonen hoe we het samen kunnen opzoeken.’ Wij hadden zelf ook graag op die manier les gekregen in het middelbaar. We zijn allebei, om diverse redenen, gestorven van de saaiheid op school. Dat was ook onze enige bedenking bij het krijgen van kinderen: ‘O, mijn God, dan moeten ze ooit naar de middelbare school!’
»Aan de unief merkte ik plots hoe het anders kon. Ik was er altijd in eerste zit door en ik besefte toen pas: ‘Wauw, blijkbaar ben ik heel leergierig. Wat heb ik in godsnaam tijdens die zes jaar in het middelbaar zitten doen?’ Ik heb goede leerkrachten gehad, maar ik had er heel graag een mentor bij gehad. Ergens zagen ze wel een ruwe diamant in mij, maar niemand hielp mij slijpen.»
HUMO Wist je al snel dat je drie kinderen wilde?
Volders «Ik heb twee oudere broers en een jongere zus, en Lieven heeft ook een broer en een zus: omdat we allebei uit een warm nest komen, is het voor ons vanzelfsprekend geweest. Na onze tweede was er plots het besef: ‘Je kunt ook gewoon twee kinderen hebben.’ Maar we zijn toch nog voor een derde kindje gegaan, en nu klopt het: de jongste maakt de puzzel compleet.
»Ik ben heel graag moeder: het kleurt mijn leven zonder me fundamenteel te veranderen. Maar zonder zeveren: kleine kinderen opvoeden terwijl je gaat werken, is enorm zwaar. Tegelijk ben ik ervan overtuigd dat iedereen het intuïtief wel kan, ouder zijn: niemand hoeft je te vertellen hoe je het moet doen, als je eerlijk bent en jezelf goed aanvoelt.»
HUMO Lieven is hoogbegaafd en lid van Mensa, maar zijn er ook dingen die je hem beter niet vraagt?
Volders «Vage taken (lacht). Als je hem een recept geeft waarin staat: ‘Snijd een wortel in kleine stukjes’, dan wil hij weten hoe klein die stukjes precies moeten zijn.»
HUMO Over het huishouden zei hij eens: ‘Ik kan niet veel, voorlopig heet mijn keukenrobot Sien.’
Volders «Ik mag hopen dat dat een grap in een panelshow was (lacht). Onze generatie zit op een raar kantelpunt: we komen uit een tijd waarin de vrouw het huishouden bestierde en daar veel respect voor kreeg, terwijl de man zorgde dat er brood op de plank kwam. Nu bestaan de meeste gezinnen uit tweeverdieners die ook een huishouden moeten runnen, en dan merk je dat je al snel de ingesleten paden betreedt en doet wat je thuis hebt gezien. Tegelijk besef je: ‘Ja maar, we moeten dat anders aanpakken!’ Wat voor ons het best werkt, is de taken integraal verdelen. Er is bij ons een eindverantwoordelijke voor de was en een eindverantwoordelijke voor de dienst logistiek: ‘Zit de ijskast nog vol eten?’»
HUMO Voor een man van de wetenschap is Lieven nogal bijgelovig. Zo heeft hij iets met het getal 7: dat jij in het begin van jullie relatie altijd op perron 7 afstapte toen je hem ging bezoeken, terwijl je huisnummer ook 7 was, zag hij als een teken.
Volders «Het klopt niet dat ik altijd op perron 7 afstapte: dat zullen de keren zijn die hij heeft onthouden (lacht). Over fabeltjes als ‘Er worden meer kinderen geboren bij volle maan’ zal hij nuchter wijzen op de mooie toevalligheden des levens. Maar als het romantischer is om dat te negeren, zal hij dat doen (lacht).
»Ik heb zelf ook een lichte neiging tot bijgeloof, al uit zich dat bij mij meer in net-niet-pathologische dwangneuroses. Mijn allereerste interview over ‘Noord’ was in dit koffiehuis, en ik was hier op mijn gemak, dus wilde ik voor dit interview opnieuw hier afspreken. En tijdens mijn eerste jaren aan de universiteit stond ik onder grote druk, waardoor ik in patronen verviel: mijn fiets moest altijd op dezelfde plaats staan, en ik stapte altijd door dezelfde deur de trein op, om dan voor de linkerwagon te kiezen. Als dat niet lukte, was het niet het einde van de wereld, maar er besloop mij wel een groot gevoel van onbehagen. Ik heb dat moeten afleren: ik wist dat ik anders als een oud wijveke zou worden dat eerst vijftig keer moet ronddraaien voor ze kan gaan zitten (lacht). Ik kies buitenshuis wel nog altijd voor de meest linkse wc. En nu m’n boek uitkomt, merk ik dat het weer erger wordt. Ik heb nu het ondergoed en de sokken aan die ik ook droeg toen ik van m’n uitgever te horen kreeg dat ze ‘Noord’ wilden uitbrengen (lacht).»
undefined
undefined
'Dat was onze enige bedenking bij het krijgen van kinderen: 'O, mijn God, dan moeten ze ooit naar de middelbare school!''
HUMO We zijn vereerd! Volg je als kunsthistorica de kunstwereld nog?
Volders «Ik ben altijd een grote fan geweest van de 19de-eeuwse prerafaëlieten: onwaarschijnlijk mooi. Daar raak je ver mee in het leven, hè (lacht). Zij waren rebelse leerlingen aan de academie, die zich openlijk afzetten tegen de garde vóór hen. Neem nu het schilderij ‘Christ in the House of His Parents’ van John Everett Millais: daarin wordt Jezus niet afgebeeld als de religieuze figuur die we kennen, maar als zoon van Jozef, die zijn vader helpt bij het timmerwerk: sociaal realisme op zijn mooist. Ik zit nog steeds vast in die periode. Als ik naar Londen ga, trek ik altijd eerst naar Tate Britain om naar de prerafaëlietjes te gaan kijken: daar word ik gelukkig van. Ik weet dat ik eens de Thames zou moeten oversteken om Tate Modern te bezoeken, maar dat is me nog nooit gelukt. Ik heb me voorgenomen om het bij m’n volgende bezoek eindelijk te doen (lacht).»
HUMO Tot slot: wat bewonder je in Lieven?
Volders «Zijn constante leergierigheid en zijn totale gebrek aan veroordeling: hij ziet altijd alles meteen in perspectief. Heel handig om zo iemand naast je te hebben, want ik durf soms in de knoop te raken.
»Elkaar kunnen bewonderen vind ik sowieso belangrijk in een relatie. Om het met een wijsheid te zeggen van de vriendin die ons heeft samengebracht: ‘In de mooiste vriendschappen kun je op gelijke hoogte naar elkaar opkijken.’ In de liefde geldt dat ook: dan is er een mooi evenwicht.»