Concertreview: Arctic Monkeys op Best Kept Secret 2018
Alex Turner lijkt tegenwoordig op Dirk De Wachter. Dat is zo ongeveer het enige dat we hem kunnen verwijten.
'Nee, Arctic Monkeys is nooit beige. Het heeft simpelweg geen talent voor de driekwartsbroek'
‘Brian.’
Dat was het appèl - iedereen ging in de houding staan, en iedereen wist wat volgde: 'Top marks for not trying / So kind of you to bless us / With your effortlessness / We're greatful, so strangely comforted'. ‘Brianstorm’ was het tweede nummer van Arctic Monkeys op Best Kept Secret, en het stelde de spionkop voor dat mooie, kleine hoofdpodium gerust.
Uiteraard zouden ze die drie minuten opwinding nog spelen, want voor kapitaalsvernietiging is Alex Turner een paar kilo’s te slim. Maar dat het zo overtuigend zou klinken, zo speels en zo treffend, dat Alex Turner nog zo van zijn oud goud zou houden, dat stelde zelfs de bedrijfsarts gerust.
Want die heeft natuurlijk ook Tranquility Base Hotel & Casino gehoord, de plaat waarop Alex Turner alles bezweert, behalve het gevoel dat het allemaal voorbij is voor het gedaan is, of gedaan voor het voorbij is. Die moeilijke plaat, die mooie, moeilijke, noodzakelijke plaat, kreeg op Best Kept Secret triomfantelijk gouden randen. Net voor ‘Brianstorm’ had Arctic Monkeys geopend met ‘Four Out of Five’ - eerlijk denkwerk in een moeilijke popsong.
En verderop in de set kregen ’Tranquility Base Hotel & Casino’, ‘One Point Perspective’ en ‘American Sports’ de massage waarvoor ze betaald hadden in het net geopende wellnesshotel. Ik wil het liefst ‘One Point Perspective’ onthouden. Een bedachtzame, haast treiterige tik op de pianotoetsen. Parlando van Alex Turner, mogelijk dronken. En dan die ‘Oo-aah’, en koppeltjes die walsen, en koppeltjes die blijven walsen. Iemand joeg vuur in z’n joint, ik bleef bedachtzaam gelukkig.
Geperfectioneerd punkdansje
De songs van AM, het album dat Alex Turner tot een briljant cartoonfiguurtje maakte, prikten anders dan anders. ‘Why’d You Only Call Me When You’re High?’, ‘Knee Socks’, ‘Arabella’: al die liedjes hadden iets ernstigs gekregen, iets groots, iets dat de ironie van Turner-met-z’n-haarkammetje wat aftopte.
Daardoor klonken ook ‘I Bet You Look Good On The Dancefloor’, ‘Pretty Visitors’ (een geperfectioneerd punkdansje) en ‘Crying Lightning’ als sublieme vrije vertalingen van stof die niet meetelde voor het examen.
Nooit beige
Nee, Arctic Monkeys is nooit beige. Het heeft simpelweg geen talent voor de driekwartsbroek. Op Best Kept Secret waren de vier met acht - er moest een extra gitarist bij, iemand die de toetsen benadrukte, een percussionist, en dan nog een ingenieur die het orgel, de lapsteel en de in het universum van Arctic Monkeys vaak onderschatte triangel beheerde.
Het totaal maakt acht. Nog drie erbij, en ze hangen als voetbalposter boven m’n bed.
Levensreddend
Ach, die Arctic Monkeys, ik verveel er mijn vrienden mee. Maar zou ‘Cornerstone’ niet het mooiste popliedje ooit kunnen zijn? Eerlijk: ik denk van wel. Toch zoals het gespeeld werd op Best Kept Secret, met die klamme, eerlijke melancholie. En wie niet back to ’505’ wil, die heeft het nooit meegemaakt, hoe twee lichamen in elkaar klikken in vreemde lakens, en hoe ze daarna wanhopige vreemden voor elkaar kunnen zijn. De bedrijfsarts weet het ook: er komen nog veel levensreddende concerten van Arctic Monkeys.
Arctic Monkeys staat op 8 juli ook op Rock Werchter