Concertreview: Pete Doherty (Koninklijk Circus)
Ontroering , opwinding en een verjaardagstaart: Pete Doherty was in Brussel de host van een alleraardigst verjaardagspartijtje.
Wie afgelopen weekend héél vroeg in het Koninklijk Circus was, kreeg anderhalf concert voor de prijs van één: Pete Doherty en zijn groep deden een late soundcheck, en vatten die op als een half concert. Maar ook wie prioriteit had gegeven aan driftig inpilsen in een dranklokaal in de buurt, kreeg geen argument om zich bekocht te voelen. Op zijn verjaardag speelde Doherty een concert dat eerst ontroerde, en in de finale in anarchistisch joie de vivre dealde.
Dat tweede is nog altijd de primaire associatie die Doherty oproept: de onberekenbare belhamel, de aan foute poedertjes verhangen hedonist, de man die een avondje circus verkoopt als een concert. Logisch, gezien zijn verleden, maar toch: de afgelopen jaren is Doherty flink ver-CD&V-iseerd. Niet dat hij plots de Herman Van Rompuy van Albion is geworden, maar keet schopt en Kate fopt hij niet meer. Dat heeft live zo zijn gevolgen: of het nu met The Libertines, met Babyshambles of gewoon als zichzelf is, zijn liedjes hebben een begin. En een einde. En meestal ook een middenstuk.
Zo kwam het dat opener ‘I Don’t Love Anyone (But You’re Not Just Anyone)’ gewoon klonk als het zielsroerende prachtliedje dat het fundamenteel is. Dat Doherty je je deed afvragen hoe ‘Hell to Pay at the Gates of Heaven’ in de versie van een filharmonisch orkest zou klinken. Dat ‘Down for the Outing’ lenig en speels het Koninkijk Circus in rolde.
Zo kwam het ook dat er weleens eenvormigheid dreigde: de songs vanop ‘Hamburg Demonstrations’, zijn recentste soloplaat, zijn mooi, sommige zelfs heel mooi, maar ze hebben ook de spanningsboog van een wedstrijd van Sporting Lokeren. Tegelijk siert het Doherty dat hij niet voor the quick win gaat: in Brussel had hij ook makkelijk met de backcatalogue van The Libertines en Babyshambles kunnen komen pochen, maar dat deed hij slechts sporadisch. In ‘You’re My Waterloo’ bijvoorbeeld, dat tragische Instagramprentje van zijn hart.
Dat het een behoorlijk emo-avondje werd, had overigens niet alleen met de liedjes te maken. Het begon al enkele minuten voor het concert, toen Doherty de lyrics van ‘To Be a Libertine’ solo kwam declameren, een ode aan Hendrik Van Dale, de Belgische fan die onlangs het leven liet.
‘What A Waster’ zong Doherty samen met… zijn vader. Net als zijn moeder en zijn zus was die speciaal naar Brussel afgezakt omdat Doherty zijn verjaardag vierde: hij werd 38. Dat laatste heeft geen enkele bookmaker ooit voorspeld. Wat aandoenlijk, trouwens, om papa Doherty de lyrics devoot te zien meelippen. De jarige kreeg zowaar nog taart ook, en een spacecake was het niet.
Dat je Doherty ondanks het verlies van een paar wilde plukken nog steeds beter niet laat housesitten als je voor een middellange vakantie vertrekt, bleek uit afsluiter ‘Fuck Forever’: daar was de anarchie weer, de compromisloze rock-‘n-roll, het verdwalen in opwinding. Pete will be Pete.