null Beeld

Concertreview: Teenage Fanclub in Paradiso (Amsterdam)

De bommetjes in het naar lavendel geurende bubbelbad van nostalgie doen ons verlangen naar het optimisme van 1992, toen Francis Fukuyama ons geruststelde dat de geschiedenis ten einde was.

Oscar Bouwhuis

De geschiedenis jakkerde voort en Teenage Fanclub - de naam werd met de jaren ironischer - rijpte als wijn. Op de planken staan een stel goedaardige Schotse dadrockers: hardnekkige romantici die hun vakantieliefde van 30 jaar terug nooit uit hun hoofd hebben gekregen. Wij mijmeren ook, hoor. Over oude vlammen enzo. De zachtaardige nostalgische droompop fungeert als het knappende haardvuur waar wij - verzonken in gedachten - in blijven turen en onze koude handen aan opwarmen. Het zijn immers barre tijden.

De Fannies vangen aan met ‘Start Again’ - een flauwe Schotse grol - en in canon waaien de stemmen door de oude kerk. Ze begrijpen dat aan een overheerlijk recept niet moet worden gemorreld. De formule: wijsjes gedrapeerd in het eufonische meerstemmige fluweel van de drie heren Norman Blake, Raymond McGinley en Gerard Love. Nadien vakkundig afgewerkt met een loeiende kakofonie van pasteltinten. Het geruisloos wiebelen van futloos haar is het Leitmotiv. Illuminerende melancholie is het bijeffect.

Derhalve is de omschrijving ‘mierzoete melodieën die weeïge omhelzingen uitdelen’ accuraat voor haast dertig jaar aan materiaal. Van ‘Hold On’ en ‘I Don't Want Control of You’ naar ‘Verisimilitude’ is een flinke reis door de tijd waarvan niemand merkt dat die is afgelegd. Ook de steigerende gitaren van het vroegere spul zorgen niet voor veel trammelant in dromenland.

De beste muziek is zo simpel dat kleine kinderen het makkelijk mee kunnen scanderen. ‘t Zou zomaar een quote van Kurt Cobain kunnen zijn geweest. Iets dat hij naar verluidt wél zei: ‘TFC is de beste band van het heelal’.

‘Sail on through imagination, I don't expect no explanation’, zingt McGinley tijdens het sublieme ‘I Was Beautiful When I Was Alive’. In een roze waterfiets worden we meegevoerd met de flauwe stroming van een kabbelend beekje. Stabiel, ontspannen, retesaai, maar de omgeving is o zo fraai!

‘Ain’t That Enough’ stopt ons in met zijn bedwelmende warme deken. De zomerbries van ‘The Concept’ probeert zoals altijd te charmeren met madeliefjes en vergeet-me-nietjes, en in de bisronde wordt een cover van de Australische Grant McLennon, ‘Easy Come, Easy Go’, voorgedragen.

Blake doet na iedere gezongen strofe enthousiast een kleine stap naar achter, kijkt dan ondeugend om zich heen en haalt grinnikend zijn schouders op. En bloc staan ze op hun gitaartjes te strummen, met van die grote jaren negentig halen. Een doldwaze grijns krult zijn tronie. Ze zijn al 25 jaar niet meer in Paradiso zijn geweest, zegt ie. Vroeger was alles beter.


Het moment

Als we onze recht overeind staande nekharen tijdens ‘I’m in Love’ moeten geloven, zou die laatste plaat, ‘Here’, wel eens hun beste werk kunnen zijn.


Het publiek

Veel blije, witte mannen.


Quote

‘Thanks for coming tonight. I know there’s a lot good television on tuesday night.’


Tweet

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234