null Beeld ANP
Beeld ANP

gezondheid

Coronavirus: moet u zich zorgen maken? Dit zijn alle feiten op een rij

Het coronavirus grijpt in sneltempo om zich heen. Er is opnieuw een Belg besmet met het nieuwe coronavirus, zo meldt minister van Volksgezondheid Maggie De Block.

Maarten Keulemans

Eerst en vooral: panikeer niet. Nee, echt. Dat betekent dus: geen mondmaskertjes bestellen op Bol.com ‘om zeker te zijn’, geen kilo’s droge voeding inslaan ‘want je weet maar nooit’, en niet van je baas eisen dat je vanaf nu enkel nog thuis gaat werken. Met de feiten die we nu kennen kan het nieuwe coronavirus wel degelijk grote ellende betekenen, alleen is de kans daartoe klein.

Waar gaat het over?

Kort en goed: in China is in december 2019 een onbekend ‘coronavirus’ overgedragen van een dier op de mens. Daarna is het virus gemuteerd om overdraagbaar te worden van mens tot mens. Het virus werd intussen Covid-19 genoemd.

De oorsprong? Vleermuizen. Het nieuwe virus is directe familie van een groep vleermuizenvirussen waaruit vijftien jaar geleden ook opeens het SARS-virus evolueerde. Wat verderop in de stamboom zit het MERS-virus, een griezelig vleermuizenvirus dat dromedarissen besmet en van daaruit geregeld mensen infecteert. Van hen gaat een op de drie dood, uitzonderlijk veel. Maar het nieuwe coronavirus is ook een verre neef van vier goeiige verkoudheidsvirussen, die al eeuwen rondgaan, van snotneus naar snotneus. Om maar aan te geven: een veelzijdig gezelschap, die coronavirussen.

De bron? De Chinese miljoenenstad Wuhan in de provincie Hubei. Daar werden tientallen mensen ziek die allemaal aanwezig waren geweest op een lokale markt, waarvandaan het virus zich verspreidde. Op de markt werden wilde dieren geslacht en nam men het niet zo nauw met de hygiëne.

Wat zijn de symptomen?

Vooral longklachten. Het begint zo’n twee dagen tot zelfs twee weken na de besmetting en het voelt als een griepje. Een diepe, hardnekkige hoest. Keelpijn. Uw temperatuur loopt op als uw lichaam probeert de indringer weg te koken. Zeldzamer zijn hoofdpijn, diarree en het ophoesten van bloed en slijm. En natuurlijk voelt u zich moe en lusteloos, door al die heisa binnenin.

Ruim acht op de tien keer, blijkt uit de voorlopige cijfers, blijft het daarbij en zal de ziekte vanzelf weer wegebben. Hoelang dat duurt, verschilt uiteraard per persoon, maar denk aan een dag of vijf, gevolgd door nog wat dagen landerig in bed liggen tot u weer de oude bent.

Maar in sommige gevallen, en dan vooral bij 60-plussers, wordt het erger en erger. Steeds meer benauwdheid. Meer koorts. Longontsteking. Er kan ‘ARDS’ optreden, ‘acute respiratory distress syndrome’, een ernstige complicatie waarbij de longen zich vullen met vocht en ontstekingsafval.

Moeten we ons zorgen maken in België?

Vooralsnog niet: ‘Paniek is nooit gerechtvaardigd’, zegt viroloog Marc Van Ranst (KU Leuven). Er was een eerste patiënt opgedoken in België die het virus droeg, maar dat was geen reden tot paniek. Het ging om een uit Wuhan gerepatrieerde Belg die ondertussen al genezen is.

In Noord-Italië is een broeihaard ontstaan met reeds honderden besmette mensen tot gevolg (verder meer). Daardoor neemt de kans op besmettingen elders in Europa toe. In Frankrijk en Duitsland is het aantal besmettingen fors toegenomen en ook in Nederland is een eerste patiënt opgedoken.

Wat als er in België besmettingen opduiken?

België heeft geen regering in volheid van bevoegdheden, kan het een uitbraak dan wel aan? De Federale Overheidsdienst Volksgezondheid is stellig: ‘Wij zijn ons niet aan het voorbereiden, wij zijn voorbereid’, zegt woordvoerder Jan Eyckmans. Hij maakte ook al de pandemie met de Mexicaanse griep, de vogelgriep, MERS en SARS mee en stelt dat we sindsdien erg veel vooruitgang hebben geboekt in de strijdplannen.

Er zijn drie fasen in het strijdplan van ons land:

Fase één, de detectie: We zitten nu in fase één. Alle stalen van mensen die in coronagebied zijn geweest en die symptomen hebben, gaan vliegensvlug naar het referentielabo, waar men dag en nacht analyses doet. België heeft een test die de longziekte kan opsporen.

Hoe die test verloopt? De dokter duwt een plastic wattenstaafje tot 10 centimeter in je neus. Hij schraapt er de omringende cellen af en doet die in een potje voor het labo. Daarna is het één dag wachten op resultaten.

Het Universitair Ziekenhuis Antwerpen (UZA) ziet een duidelijke stijging van het aantal mensen dat zich wil laten screenen op het coronavirus. Om de spoedafdeling niet volledig op te eisen, wordt daarom een aparte containerafdeling gebouwd.

Fase twee, een besmetting: specialisten van het Agentschap Zorg en Gezondheid doen in dat geval een analyse ter plekke, inclusief ‘contact tracing’: een onderzoek naar wie recentelijk met de besmette persoon contact had. Ook daarvoor is het draaiboek in detail uitgewerkt.

Ook staan er twee referentieziekenhuizen paraat. Mocht dat niet volstaan, worden andere ziekenhuizen ingeschakeld.

Fase drie, de verspreiding: In fase drie, wanneer het virus zich zou verspreiden, zijn meer ingrijpende scenario’s uitgestippeld. Vanaf dan kunnen bioscopen dichtgaan en zouden voetbalwedstrijden niet meer kunnen plaatsvinden. Nog verregaander is scholen sluiten, zoals tijdens de Mexicaanse griep-pandemie in 2009 gebeurde. Dat is drastisch, maar wel heel effectief.

Reisadvies: Buitenlandse Zaken heeft reisadviezen aangepast. Niet-essentiële reizen naar China worden afgeraden. Wie naar Italië reist, wordt gevraagd zich te informeren.

Wat als je symptomen hebt?

Eerst en vooral: hol niet meteen naar de huisarts bij een grieperig gevoel, de kans is nog altijd veel groter dat je een onschadelijk griepje hebt. Blijf dan vooral thuis.

Wie onlangs naar de getroffen Chinese provincie Hubei, Iran, Noord-Italië of Zuid-Korea reisde (of er een link mee heeft) en symptomen vertoont, contacteert best wel een huisarts. Inmiddels is er een diagnostische speekseltest om het virus op te sporen, die razendsnel werd ontwikkeld.

Minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open Vld) adviseert om bij een mogelijke besmetting niet in een wachtkamer te zitten, maar een arts op te bellen. Zo worden verdere besmettingen vermeden.

null Beeld EPA
Beeld EPA

Moeten we dan mondmaskers gaan hamsteren?

Neen: ook al vliegen ze online en bij de apothekers de deur uit, mondkapjes dragen staat niet op de lijst van tips van experts. Ze zijn quasi volledig zinloos. Enkel wie zelf ziek is, kan zo besmetting tegengaan.

Er zijn wel vijf andere adviezen voor wie niet besmet wil geraken:

1. Niet alleen na toiletbezoek maar nu ook regelmatiger de handen wassen

2. Mensen niet kussen of er te dicht bij komen

3. Niet ziek gaan werken

4. In je elleboog niezen of hoesten als je geen zakdoek hebt

5. Papieren zakdoekjes waarin je niest of hoest telkens weggooien.

Handen wassen: hoe vaak en wanneer?

Voor en na een toiletbezoek en voor en na het eten: dat is standaard. Maar nu dus ook best zodra je in een ruimte hebt gezeten waar heel wat mensen zijn. Voor en na een vergadering bijvoorbeeld.

En voor al die momenten tussen twee wasbeurten in: blijf van je gezicht. Stop met neuspeuteren, kom niet aan je mond en wrijf niet in je ogen. ‘Dat is lastig’, beseft Callens, ‘want we doen dat heel vaak. Anderzijds: als je je daar bewust van bent, kan je dat echt wel minderen.’

Hoe dodelijk is het virus?

Lastig te zeggen: Volgens de officiële tellingen zal zo’n 2,4 procent uiteindelijk aan de ziekte overlijden. Maar dat getal is eigenlijk te hoog, omdat de hoge sterfte in de brandhaard Wuhan (4 procent) het gemiddelde omhoog trekt. Schrap de provincie Hubei uit de tellingen en de sterfte is nog ‘maar’ 0,4 procent, en buiten China 0,25 procent.

Al die getallen zijn nog volop in beweging, omdat er nog ernstig zieken in het ziekenhuis liggen, maar ook omdat er naar men aanneemt veel patiënten zijn met milde symptomen die niet in de statistieken zitten. De ‘taart’ van besmette patiënten zou dan groter zijn dan gedacht, en het percentage sterfgevallen dus kleiner – een fenomeen dat vaker optreedt bij nieuwe ziekten.

Met de huidige sterfte zou de nieuwe ziekte op één lijn komen met de Spaanse Griep van 1918, die ook dodelijk was in zo’n 1 tot 2 procent van de gevallen. Ter vergelijking: de ‘gewone’ seizoensgriep kost ongeveer 0,1 procent van de patiënten het leven, de longziekte SARS was dodelijk in 9,6 procent van de gevallen.

Gaan echt alleen ouderen eraan dood?

Meestal wel: volgens de huidige inzichten komt de ziekte nauwelijks voor onder kinderen, en treft de aandoening vooral vijftigers (22 procent van de gevallen), zestigers en zeventigers (beide 10 procent van de gevallen). De kans om te overlijden aan de ziekte loopt steil op met de leeftijd: nul procent onder jonge kinderen, minder dan 1 procent bij mensen onder de 50, 8 procent bij 70-plussers en bij 80-plussers zelfs zo’n 15 procent. En vooral onder diabetici en mensen met hart- en vaatziekten is de sterfte flink verhoogd.

Opvallend: in China bleek het risico op sterfte bij mannen drie tot vier keer hoger dan bij vrouwen. De redenen begrijpen wetenschappers nog niet goed.

Wat met kleine kinderen?

Voorlopig zijn er geen aanwijzingen dat het coronavirus gevaarlijker zou zijn voor de allerjongsten. Dus ook bij hen geldt: bij symptomen hou je ze gewoon thuis. Betekent dit dat vanaf nu elk kind met een snotneus en een hoest (zowat elk kind in de winter) niet meer naar school moet? ‘Voorlopig enkel diegenen die echt in contact zijn geweest met mensen uit Italië, Zuid-Korea of China’, adviseren virologen. ‘Zodra er corona in hun omgeving is gesignaleerd, hou je kinderen met symptomen best binnen.’

Hoeveel besmetten en doden zijn er?

Officieel zijn momenteel bijna 85.700 mensen besmet, al is dat allicht het topje van de ijsberg. Heel wat besmette mensen in China kregen de opdracht zich thuis in quarantaine te plaatsen. Ook zijn mogelijk heel wat mensen wereldwijd besmet zonder het zelf te weten.

Bijna 3.000 personen zijn overleden, onder wie vooral ouderen en zwakkeren, maar ook hulpverleners. De slachtoffers vielen vooral op het Chinese vasteland.

Een perspectief: jaarlijks sterven wereldwijd 140.000 mensen aan mazelen, 770.000 mensen aan hiv, 405.000 mensen aan malaria en 1.500.000 mensen aan tuberculose.

Toch een kanttekening: de kans is groot dat we de verspreiding onderschatten. Enkel mensen met de zwaarste symptomen melden zich bij de autoriteiten in China. In de rest van de wereld zijn er mogelijk uitzaaiingen die onder de radar blijven. Wie symptomen heeft van een licht griepje, beseft mogelijk niet dat hij het virus draagt.

Waar is het virus al opgedoken?

Veruit de meeste besmettingen zijn in het risicogebied, de Chinese stad Wuhan, waargenomen. In heel China zijn ondertussen al besmettingen opgedoken en doden gevallen. Maar ook in tientallen andere landen is het virus al vastgesteld. De grootste uitzaaiing in Europa vindt plaats in Italië, waar ondertussen 650 mensen besmet zijn geraakt.

Dat is geen goed nieuws: tot voor kort konden de meeste besmettingen gelinkt worden aan China, maar nu zijn er onder andere in Italië en Iran tientallen besmettingen waarvan de bron niet gekend is. In Zuid-Korea nadert het aantal besmettingen de 2.000

Hoe besmettelijk is het virus?

Het coronavirus kan aardig van mens naar mens springen. Dat gaat met ‘druppelbesmetting’: via inademing van onzichtbaar kleine slijmdruppeltjes die de patiënt uit de longen lanceert bij het hoesten, via handen die zulke druppeltjes opvangen, of via gladde oppervlakken zoals deurkrukken en kranen, waarop de virusdeeltjes nog uren tot dagen kunnen overleven. U zit aan een handvat, kriebelt aan uw neus, ademt in, en het virus is binnen.

Hoe snel verspreidt het virus zich?

Dat is koffiedik kijken. Alles hangt af van hoeveel gezonde mensen een zieke patiënt gemiddeld besmet. De onderzoekers schatten dat elke zieke gemiddeld 2,2 mensen infecteert. Dat is een relatief laag cijfer. Zo besmet iemand met de griep gemiddeld 1,3 mensen, maar iemand met mazelen maar liefst 12 mensen. Bij het SARS-virus besmette een zieke persoon gemiddeld 3 mensen.

null Beeld ANP Graphics
Beeld ANP Graphics

Het virus heeft wereldwijd meer mensen besmet dan het SARS-virus in 2003. Dat is een belangrijke grens die overschreden is.

Bekijk de documentaire: ▶︎ Hoe een dodelijk virus zich razendsnel kan verspreiden

Ook belangrijk: tijdens de incubatietijd is het virus al overdraagbaar. Dat is de periode tussen infectie en het optreden van de eerste symptomen. Kort gezegd: wie ziek is, kan al mensen besmetten zonder zelf symptomen te voelen. Voor dit virus is de incubatietijd gemiddeld 5,2 dagen volgens de Chinese autoriteiten, maar de periode varieert sterk van patiënt tot patiënt.

Viroloog Marc Van Ranst maakt zich geen zorgen over de gekende besmettingen, maar over de besmettingen die we níét kennen: ‘De piek is nog niet bereikt.’

Is er een behandeling?

Nee. Tegen een virus bestaat geen medicijn: het enige wat erop zit, is het laten uitrazen, totdat het eigen immuunsysteem de juiste moleculaire ‘sleutel’ vindt om de virusdeeltjes vast te pakken en ze te doden.

Wat wel kan, is het lichaam een handje helpen met zijn innerlijke gevecht. Rust houden, goed drinken, eventueel de pijn stillen en de koorts dempen. En, bij de ziekste patiënten, de longen op gang houden met extra zuurstof of beademingsapparatuur.

Wetenschappers zijn hard op zoek naar medicijnen. Er zijn aanwijzingen dat interferon iets helpt, een middel dat het afweersysteem opjut, maar dat wel veel bijwerkingen heeft. Andere artsen proberen het met lopinavir en ritonavir, middelen tegen hiv, met het malariamedicijn chloroquine of het ebolamedicijn remdesivir: allemaal middelen waarvan de werking tegen het virus momenteel wordt onderzocht.

Wanneer is er een vaccin?

Na de ebola-uitbraak van 2014 heeft een internationaal concern van bedrijven en ngo’s beloofd de ontwikkeling van nieuwe vaccins te versnellen: er zou dan al eind april een ruw vaccin zijn. Maar de meeste kenners betwijfelen of dat haalbaar is, want zo’n vaccin moet uitgebreid getest worden op werkzaamheid en veiligheid.

Waarschijnlijk zal een vaccin, als het er komt, eerst worden ingezet voor zogeheten ‘ringbescherming’: zorgverleners en directe contacten van patiënten krijgen de inenting, de wijde wereld nog even niet. En dan maar hopen dat het lukt het virus op die manier de pas af te snijden en het te smoren.

Waarom heet het virus Covid-19?

De weinig sexy naam ‘2019-NcoV’ die de WHO eerst aan het virus gaf, was tijdelijk. Op 11 februari maakte de WHO bekend dat het nieuwe coronavirus Covid-19 wordt genoemd. Een virus een naam geven is een gevoelig proces: de naam mag geen negatieve associaties oproepen met namen van mensen, plaatsen, dieren en voedingsmiddelen, omdat mensen die uit angst dan misschien gaan vermijden.

Bij de nieuwe naam Covid-19 staat ‘co’ in de nieuwe naam staat voor corona, de ‘vi’ voor virus en de ‘d’ voor disease, het Engelse woord voor ziekte.

Zijn er economische gevolgen?

Vast en zeker: In het eerste kwartaal van dit jaar zal de Chinese groei 1 procent minder zijn dan de eerder geraamde 6 procent, verwachten Chinese economen. Ook in de rest van de wereld zijn de economische gevolgen van het virus inmiddels merkbaar. Economische analisten herzien hun groeicijfers omdat een toenemend aantal bedrijven al winstwaarschuwingen uitstuurden in verband met de uitbraak van het virus.

De financiële markten in heel Europa maakten eind februari hun slechtste week mee sinds de schuldencrisis in de eurozone en de noodhulp aan Griekenland medio 2011. En die vergelijking is haast symbolisch. Volgens onderzoek kan deze wereldwijde pandemie dezelfde verstrekkende gevolgen hebben voor de wereldhandel en de financiële markten als tijdens de financiële crisis, toen het wereldwijde bruto binnenlands product met 0,5 procent daalde. Grote banken kunnen onder zware druk komen te staan ​​van bedrijven die worstelen met het terugbetalen van leningen.

Vergeet niet: de algemene schuldgraad wereldwijd bedraagt momenteel het astronomische bedrag van 255.000 miljard dollar. Dat cijfer ligt hoger dan het piekmoment van net voor het uitbreken van de financiële crisis. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) heeft al herhaaldelijk alarm geslagen over de sterk stijgende wereldwijde schuldniveaus en de kwetsbaarheid van het financiële systeem, met name in China.

Hebben we al vergelijkbare virusuitbraken meegemaakt?

Jazeker: het nieuwe coronavirus lijkt op het SARS-virus uit 2002. Dit virus was in ongeveer 5 tot 15 procent van de gevallen dodelijk. In totaal raakten meer dan 7.000 mensen geïnfecteerd met SARS en stierven 774 mensen aan het virus.

SARS dook als mysterieuze longziekte eind 2002 op in de Chinese provincie Guangdong. De Chinese overheid bracht echter pas half februari 2003 de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) op de hoogte. Mede hierdoor nam een arts uit het besmette gebied het virus mee naar Hongkong, waarna het zich wereldwijd verspreidde. China heeft bij de uitbraak van het nieuwe coronavirus sneller gehandeld dan bij het SARS-virus, maar toch geeft de Chinese regering inmiddels toe nog steeds niet adequaat gehandeld te hebben.

© De Morgen

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234