De doemprofetie is helemaal terug
Het einde van onze beschaving, klimaatverandering, een dreigende overheersing door computers – onheilsvoorspellingen tuimelen de laatste tijd weer over elkaar heen. ‘Ons brein heeft een fascinatie voor dreigende gevaren.’
Wetenschappers luidden vorig maand de noodklok. In inktzwarte termen omschreef het biodiversiteitspanel van de Verenigde Naties de stand van de natuur: planten- en diersoorten sterven steeds sneller uit, natuurgebieden verdwijnen door landbouw en verstedelijking en onze planeet wordt alsmaar viezer en warmer. De mens pleegt zelfs zo’n roofbouw op zijn natuurlijke omgeving dat hij bezig is zijn eigen ondergang te bewerkstelligen. “We zijn wereldwijd bezig de fundamenten uit te hollen van economie, levensonderhoud, voedselzekerheid, gezondheid en kwaliteit van leven”, aldus panelvoorzitter Robert Watson.
En de bebaarde Britse academicus en zijn collega’s zijn niet de enigen die waarschuwen voor de teloorgang van de mensheid. De zogenoemde klimaatspijbelaars schreven laatst in een open brief over een ‘onleefbare planeet’, waarop wij ‘onze eigen ondergang tegemoet gaan’. Tegelijk waarschuwen cyberactivisten voor de naderende tenondergang van democratische samenlevingen door toenemende digitale controle. En radicaal-rechtse nationalisten verkondigen dat de hele westerse beschaving gaat bezwijken door moreel verval en immigratie.
Hier in Nederland tamboereert vooral Forum voor Democratie-leider Thierry Baudet op die trom. Als de kiezers niet massaal op hem en zijn geestverwanten elders gaan stemmen, zal het vrije Westen spoedig ten onder gaan. In zijn overwinningsspeech na de Provinciale Statenverkiezingen in maart verkondigde Baudet dat het al bijna te laat is. We staan volgens de Forum-leider “te midden van de brokstukken van wat ooit de grootste en mooiste beschaving was die de wereld ooit heeft gekend”.
Koude Oorlog
Zogenoemde ‘onheilsprofetieën’, waarin onze naderende ondergang wordt voorspeld, zijn hiermee weer helemaal terug. Na het einde van de Koude Oorlog, toen velen vreesden voor een allesverwoestende kernoorlog, leken optimistischer verwachtingen even de overhand te krijgen. Maar inmiddels beleven de doemvoorspellingen een opvallende comeback, met een almaar groeiend aantal catastrofale dreigingen: als we deze eeuw niet sneven door de stijgende zeespiegel of door ‘omvolking’, zullen we wel tot slaaf worden gemaakt door kunstmatig intelligente computersystemen, of uitsterven door virussen die overspringen uit de ontaarde bio-industrie.
“Er is duidelijk een hausse van het doemdenken”, zegt Ronald Havenaar, historicus en emeritus hoogleraar van de Universiteit van Amsterdam, die er onlangs een boek over schreef. “En wat opvalt is dat het zowel bij links als rechts opkomt. Van oudsher was links de drager van het vooruitgangsdenken, maar dat is niet langer zo. Aan beide zijden groeit het gesomber.”
Havenaar vermoedt dat deze ontwikkeling deels voortkomt uit onzekerheid. “We leven in een tijd waarin veel dingen voor heel veel mensen onbegrijpelijk zijn. Bovendien is het sociale weefsel voor een groot deel afgebroken, ook door het verval van religie, waarvoor niks in de plaats is gekomen. Als die grote verbanden wegvallen, word je ontvankelijk voor dit soort dingen. Het doemdenken biedt wat ik noem ‘de vertroosting van de grote greep’. Het wekt de indruk dat men weet waar het heen gaat.”
Evolutionaire oorzaken
Volgens experts spelen op de achtergrond waarschijnlijk ook evolutionaire oorzaken. Want hoewel de mens zijn persoonlijke kansen gemiddeld te rooskleurig inschat, is hij een stuk pessimistischer over zijn omgeving en de gevaren die daar dreigen.
“Onze voorouders leefden in een zeer gevaarlijke omgeving”, zegt Maarten Boudry, wetenschapsfilosoof aan de Universiteit Gent. “Negatieve gebeurtenissen hadden een veel grotere impact op het evolutionaire succes van onze voorouders dan positieve gebeurtenissen. Overleven was een voortdurende uitdaging. Eén seconde van onoplettendheid, dwaasheid of pech kon je dood betekenen. Daardoor heeft ons brein een fascinatie ontwikkeld voor dreigende gevaren. We hangen aan de lippen van zieners die doemprofetieën verkondigen. We denken de hele tijd: ja, nu lijkt het nog wel goed te gaan, maar o wee, straks valt de hemel op ons hoofd. Geen geruststellende gedachte, maar wel één die beklijft.”
Slecht nieuws lijkt mensen dan ook vaak meer op te vallen dan goed nieuws. Positieve ontwikkelingen, zoals de afname van armoede en oorlogsgeweld, verlopen vaak relatief geruisloos, terwijl negatieve gebeurtenissen veelal meteen in het oog springen.
Bovendien hebben wij mensen moeite om risico’s goed in te schatten. “Op zich is het best rationeel om rekening te houden met een kleine kans op een groot gevaar”, legt Boudry uit. “Daarom heb je bijvoorbeeld een brandverzekering. Niet omdat je denkt dat je huis gaat afbranden, maar omdat je rekening houdt met de heel kleine kans daarop. Maar die redenering kan doorslaan. En dat is wat bij doemprofetieën gebeurt. Ons brein is nou eenmaal niet zo goed in kansberekening en al helemaal niet als het gaat om zeer kleine risico’s.”
Mensen hebben dus een hang naar naargeestige voorspellingen. “Degenen die angst zaaien met een afschrikwekkende profetie worden al snel als serieus en verantwoordelijk gezien, terwijl mensen met een wat gematigder kijk op de zaken als zelfvoldaan en naïef worden beschouwd”, schrijft Steven Pinker, hoogleraar evolutionaire psychologie aan de Universiteit van Harvard, in een recent essay. “Al sinds de Hebreeuwse profeten en het bijbelboek Openbaring waarschuwen profeten hun tijdgenoten voor een dreigende dag des oordeels.”
Dit betekent niet dat alle onheilsprofetieën onzin zijn. Want ja, er was tijdens de Koude Oorlog duidelijk een ernstig risico van een vernietigende nucleaire oorlog, waar we dankzij internationale afspraken en met een flinke dosis geluk aan zijn ontsnapt. En ja, de klimaatverandering baart ook terecht grote zorgen, vooral omdat de mens er zo’n belangrijke rol bij speelt en omdat het sneller gaat dan historische voorbeelden. De aarde wordt warmer, de poolkappen smelten en de zeespiegel stijgt. Het is duidelijk dat daar van alles aan moet worden gedaan.
Niet voor niets worden de laatste jaren dan ook allerlei afspraken gemaakt over beperking van de uitstoot van CO2 en andere broeikasgassen. En niet voor niets wordt ook ingezet op meer productie van hernieuwbare energie. Zo zullen in de komende jaren naar verwachting grote windparken in gebruik worden genomen op de Noordzee.
Maar tegelijk leert de geschiedenis dat de ene onheilsprofetie de andere niet is. Zo lijkt het huidige rechtse cultuurpessimisme, zoals verkondigd door mensen als Baudet en de Franse schrijver Michel Houellebecq, verdacht veel op ideeën die in Europa leefden in de jaren twintig en dertig. Destijds waarschuwde onder meer de Duitse filosoof Oswald Spengler in zijn cultboek ‘De ondergang van het Avondland’ voor de teloorgang van onze beschaving. Toen was het vijf voor twaalf voor de Europese cultuur en nu, bijna een eeuw later, zou het dus nog steeds vijf voor twaalf zijn.
En in de jaren zestig en zeventig waren velen, zeker op links, in de ban van zwartgallige voorspellingen over de ondergang van de wereldbevolking door overpopulatie, vervuiling en uitputting van grondstoffen. “Er zijn te veel mensen, er is te veel vervuiling”, waarschuwde de Amerikaanse bioloog en milieuactivist Paul Ehrlich in 1968. “Doe er iets aan, anders zijn we op weg om uit te sterven.”
De Club van Rome, een groep invloedrijke zakenmensen en en wetenschappers, waarschuwde in 1972 in een zeer alarmerend rapport voor een catastrofe als de mens zou vasthouden aan zijn gewoonte van economische groei en bevolkingstoename. Het rapport, getiteld ‘Grenzen aan de groei’, bevatte concrete, zeer somber stemmende tabellen waarin werd voorspeld hoe lang de wereld nog toe kon met de op dat moment bekende, winbare grondstoffenreserves: goud zou na negen jaar op zijn, lood na 21 jaar en aardolie na twintig jaar. Zelfs als de winbare reserves vijf keer zo groot zouden blijken, wat zeer onwaarschijnlijk werd geacht, hadden we nog maar goud voor 29 jaar, lood voor 64 jaar en olie voor vijftig jaar.
Nul procent groei
In Nederland veroorzaakte het rapport, dat hier een bestseller werd, vooral onder progressieve mensen een gevoel van naderende rampspoed. Voor de toenmalige regering-Den Uyl was het zelfs reden om te gaan streven naar nul procent economische groei.
Maar de gevreesde catastrofe bleef uit, door onder meer de verspreiding van de democratie, beter onderwijs, meer gezinsplanning, nieuwe gewassen en alternatieve grondstoffen. De Club van Rome had zich te veel gebaseerd op pessimistische aannames en extrapolaties en te weinig geanticipeerd op mogelijke gunstige ontwikkelingen.
Ook bij onheilsprofetieën over techniek spelen onbegrip en onzekerheid vaak een rol, veelal veroorzaakt doordat mensen nog te weinig vertrouwd zijn met een nieuwe ontwikkeling. Dikwijls loopt het ook met een sisser af.
Zo ontstonden in de jaren negentig grote zorgen over de millenniumbug. Het idee was dat jaartallen in veel computerprogramma’s waren aangegeven met alleen de laatste twee cijfers: dus 1993 als ‘93’ en 1998 als ‘98’. Aan het einde van het millennium, op 1 januari 2000 om exact 0.00 uur, zouden computers daardoor ineens denken dat het 1900 was en massaal op hol slaan. Maar op het gevreesde moment gebeurde er vrijwel niets. Ook landen en kleinere bedrijven die geen maatregelen hadden genomen, ondervonden nauwelijks of geen problemen. Volgens evolutionair psycholoog Pinker liet de millenniumbug-paniek zien dat we ‘ontvankelijk zijn voor waanvoorstellingen over een techno-apocalyps’.
Blijft de vraag hoe we het beste kunnen omgaan met ondergangsprofetieën.
Op het eerste gezicht lijken de onheilsvoorspellingen in veel gevallen eigenlijk best nuttig omdat ze ons ten minste wakker schudden. Zo zette het doembeeld van een nucleaire holocaust tijdens de Koude Oorlog aan tot wapenbeheersing en het beëindigen van bovengrondse kernproeven. En de Club van Rome wakkerde met zijn te alarmistische scenario’s wel het milieubewustzijn aan. Het ergste wat je kan overkomen, zo luidt dan de redenering, is dat je onnodige maatregelen neemt.
Toch schuilen hierin volgens deskundigen wel degelijk risico’s. Want wie er echt van overtuigd raakt dat het einde der tijden nadert, kan ook apathisch worden. Of juist veel te dramatische stappen zetten om het gevaar af te wenden. Bovendien: als mensen voortdurend worden gewaarschuwd voor allerlei rampen, geloven ze het niet meer als er een echte dreiging is.
Volledig uitvergroot
“Het probleem met doemdenken is dat het doorgaans zeer sterk is toegespitst”, legt Havenaar uit. “Het focust heel erg op één bepaald probleem, dat wordt volledig uitvergroot. Alle andere, onwelgevallige dingen worden genegeerd, omdat niks mag afleiden van dat ene, grote gevaar.”
Dit terwijl de mensheid slechts een begrensde capaciteit heeft qua bezorgdheid, denkkracht en middelen. We kunnen ons niet tegelijk over alles zorgen maken. Geld dat een regering besteedt aan het voorkomen van een een doemscenario, kan zij niet uitgeven aan andere belangrijke zaken, zoals onderwijs, zorg of defensie. Al te veel opwinding kan leiden tot verkeerde bestedingen.
Volgens academici als Pinker en Boudry is het, zelfs bij een ernstige dreiging als de klimaatverandering, dan ook verstandig vertrouwen te blijven houden in vooruitgang, wetenschap en techniek. Het is beter om het gevaar te zien als een op te lossen probleem dan om te vervallen in ondergangsprofetieën en paniek.
“Doemdenken ontaardt vaak in fanatisme”, zegt Havenaar. “Dat is nooit vruchtbaar. Je moet altijd blijven openstaan voor nieuwe argumenten en vooral voor nieuwe feiten. Politici zullen pragmatisch moeten zijn en moeten schipperen. Ik denk overigens dat ze dit vaak ook doen.”
Lees ook:
Natuurtop in Parijs: Als de mens zijn leven niet radicaal omgooit, is de planeet straks onleefbaar
Maandag wordt in Parijs de balans opgemaakt van natuur en biodiversiteit. En die ziet er niet goed uit: de mens is bezig de aarde onleefbaar te maken, ook voor zichzelf. Zal deze dramatische boodschap iets veranderen?
Historicus Frits Boterman: Baudet positioneert zich als eenzame profeet
Welk denken zit er achter de speech die Thierry Baudet na zijn zege ten beste gaf? Wat te denken van zijn idee dat de westerse cultuur ten onder gaat? Van zijn profetische toon? En van het idee dat het Forum voor Democratie ‘het vlaggenschip’ is van een nieuwe renaissance?
Experts waarschuwen voor gevaren kunstmatige intelligentie
Een grote groep experts waarschuwt via een open brief van het Future of Life instituut voor de gevaren van kunstmatige intelligentie. Het feit dat computers steeds slimmer worden biedt grote voordelen voor de samenleving, zo luidt hun betoog, maar de vrees bestaat dat ze zich tegen de mens keren.