De genetica van de toekomst: wat cellen voorspellen
As we speak gaat de genetica met reuzensprongen vooruit. Ze doet dat haast geruisloos, maar de gevolgen lezen als pure sciencefiction. Genetici zijn nu al in staat om het volledige genoom van een embryo te lezen (dat is de volledige code van alle 3 miljard lettertjes waaruit ons DNA bestaat), simpelweg door wat bloed te trekken bij de moeder.
Plots is het niet meer ondenkbaar dat u en ik morgen even gezellig ons genoom laten lezen om te kijken wat voor ziektes, aandoeningen en gezondheidsrisico's het leven voor ons nog in petto heeft. Het gaat allemaal zo snel dat de wetgeving de genetische evolutie niet eens kan bijbenen. Geen wonder dat genetici aan de alarmbel trekken.
undefined
Gert Matthijs (geneticus, verantwoordelijk voor de DNA-diagnostiek) «Een gen dat zegt of je later zal roken? Nee, dat is onzin. Er is misschien wel zoiets als een verslavingsgen, dat je vatbaarder maakt voor verslavingen. Er is ook een gen en als je daar een foutje op hebt, is de kans groter dat je kanker krijgt als gevolg van roken. Dat rokerskankergen hebben ze al weten te lokaliseren.
»De moeilijkheid is dat er geen volgorde zit in onze genen. Al je recepten liggen bij wijze van spreken kriskras door mekaar. Begin daarin maar eens te zoeken naar een defect gen!»
Hilde Van Esch (klinisch geneticus) «Je moet ook weten dat niet alles zo rechtlijnig is als: één gen, één defect, één aandoening. Veel meer dingen hangen van verschillende genen af. Onze haarkleur, bijvoorbeeld: die wordt bepaald door een aantal genen.
»Je hebt ook aandoeningen die op verschillende genen zitten én waarbij de omgeving een rol speelt: hoge bloeddruk, diabetes, hart- en vaatziekten, reuma... Wij noemen dat 'multifactoriële aandoeningen'.
»Daar heb je dan een zekere genetische belasting voor - verscheidene kleine variaties in ons genoom maken ons kwetsbaarder dan een ander - maar ook de interactie met de omgeving speelt mee.»
Joris Vermeesch (cytogenerticus) «Met de nieuwste toestellen kunnen we in amper één week tijd een volledig genoom sequeneren, voor een kostprijs die nota bene lager ligt dan de 1.500 euro die we vroeger betaalden voor één gentest. De resultaten zijn verbluffend: we ontdekken voortdurend nieuwe gendefecten.
»Hier in Leuven alleen al hebben we de laatste vijf jaar al enkele tientallen nieuwe afwijkingen ontdekt - een deel daarvan ligt aan de basis van nog ongekende syndromen. De klinische toepassingen zijn niet te onderschatten: plots is een genoomanalyse maar even duur als wat we nu betalen voor een borstkankertest.
»Natuurlijk gaat men zich dan afvragen: waarom niet in één keer alles laten checken in plaats van alleen je borsten?»
Vermeesch «In de huidige situatie wordt zwangere vrouwen ouder dan vijfendertig een prenatale screening aangeboden: met een vruchtwaterpunctie kijken ze of het kindje geen ernstige afwijkingen heeft, zoals het syndroom van Down.
»Zo'n punctie is niet zonder risico: af en toe kan er een miskraam volgen. In de toekomst zal dat allemaal niet meer hoeven. Dan nemen we gewoon wat bloed bij de moeder en halen we daar het volledige genoom van de baby uit.
»Dat kan zelfs al vroeg in de zwangerschap. Dan zie je niet alleen welke afwijkingen het kind heeft, je ziet ook meteen het geslacht: vind je Y-specifieke DNA-sequenties bij de moeder - mannen hebben een X- en een Y-chromosoom waar vrouwen twee XX-chromosomen hebben - dan kunnen die alleen maar van een mannelijke foetus afkomstig zijn en wordt het een jongetje.
»Dat klinkt allemaal geweldig, maar op dit moment is het technische nog een hoogstandje.»
Van Esch «Ja, laat dat alsjeblieft duidelijk zijn: op dit ogenblik doen we het nog niet. Anders hangt morgen elke zwangere vrouw van het land aan de telefoon!
»Op dit moment gaan we alleen vergaand prenataal onderzoek doen als ander onderzoek, zoals een routine-echografie bij de gynaecoloog, problemen aan het licht heeft gebracht of als de kans groot is op zware erfelijke aandoeningen.
»In dat geval kunnen we zelfs overgaan tot selectie: we bevruchten dan in vitro enkele eicellen en nemen in een vroeg stadium van de celdeling één of twee cellen weg. Die worden getest, en op basis daarvan kunnen we zeggen: 'Die embryo's hebben de aandoening en die niet.'
»De goeie embryo's worden teruggeplaatst, en het kindje wordt gezond geboren. Al laat ik het nu wellicht makkelijker klinken dan het in werkelijkheid is.»
Vermeesch «Als wij gevraagd worden om zo'n onderzoek op een embryo te doen, is onze regel: we gaan niet testen op eigenschappen die we als normaal beschouwen. Een voorbeeld: bruine of blauwe ogen zijn normaal. Mannelijk of vrouwelijk is ook normaal. Enkel en alleen de vrouwelijke embryo's selecteren omdat de ouders liever een meisje hebben, dat doen wij dus niet.»
Matthijs «Eén van de vragen die we vaak krijgen is: waarom gaan jullie de fouten niet rechtstreeks corrigeren in de genen in plaats van de zwangerschap te onderbreken? Wel, genen gaan corrigeren in een embryo lijkt misschien ideaal, maar er zijn zo veel risico's aan verbonden dat de internationale consensus is: we doen het niet.»
HUMO Zullen ze het syndroom van Down ooit kunnen genezen?
Matthijs «Het syndroom van Down is trisomie 21: het genetische defect bij die mensen is dat ze chromosoom 21 drie keer hebben. Wetenschappers zoeken al jaren naar wat die fout precies teweegbrengt, maar steeds opnieuw komen ze vast te zitten op een zijspoor.
»De laatste bevinding is: doordat er een chromosoom te veel zit, worden de andere chromosomen in de celkern wat aan de kant gedrukt. Vergelijk het met een puzzel waar een puzzelstukje te veel in is geduwd: daardoor zal die hele puzzel kromtrekken.
»Nu zijn ze tot de vaststelling gekomen dat een paar andere chromosomen zich anders gedragen, gewoon omdat ze geprangd zitten. Met die ontdekking kunnen wetenschappers in de toekomst aan de slag. Ooit zullen we misschien zelfs geneesmiddelen vinden die de symptomen van Down enigszins tegengaan.
»Maar het resultaat zal nooit 'wauw' zijn. Vanzelfsprekend krijg je dan de vraag: gaan we zoveel moeite doen om geneesmiddelen te ontwikkelen voor iets dat we er voor de geboorte kunnen uitselecteren?»
HUMO Los van de aandoeningen: kan genoomanalyse ook iets betekenen voor gezonde mensen? Kunnen jullie pakweg ons risico op hartfalen uit ons genoom afleiden?
Matthijs «Hart- en vaatziekten zijn sowieso multifactorieel.
»Toevallig moest ik vandaag naar het medisch onderzoek, waar ze je vanaf je vijfenveertigste cardiovasculair nakijken. Daarvoor maten ze mijn gewicht, mijn lichaamslengte en mijn buikomtrek, waaruit ze mijn BMI afleidden. Ze maten ook mijn cholesterol en mijn bloeddruk, en ten slotte vroegen ze of ik rook.
»Op basis van die paar parameters besloten ze: 'Meneer, u hebt twee procent kans om de eerstvolgende tien jaar een hartprobleem te krijgen.' Ze hebben niet gekeken of ik toevallig een aangeboren afwijking heb, ze hebben geen elektrocardiogram genomen, ze hebben me geen inspanningsproef laten doen, ze weten niet dat wij hier dag en nacht werken, en ze weten niet dat ik soms mijn kas opvreet! Wat moet ik dan met dat risicocijfer? (haalt zijn schouders op)
»In de toekomst zal dat anders kunnen: we zullen veel accuratere risicocijfers kunnen geven voor dat soort multifactoriële zaken. We zullen niet alleen meer weten over de genen - pas nog kreeg een 16-jarige voetballer een hartstilstand op het veld: een genoomanalyse had zijn genetische risico's vroegtijdig kunnen identificeren - we zullen ook de factor omgeving mee in beschouwing kunnen nemen.
»Maar op de vraag 'zal ik ooit een hartinfarct krijgen?' of 'zal ik ooit diabetes krijgen?' zullen we nooit helemaal zeker ja of nee kunnen antwoorden.
»We zullen in elk geval goed moeten nadenken: willen we ons geneticabudget besteden aan het oplossen van zeldzame erfelijke aandoeningen? Of ga je het gebruiken om honderdduizend gezonde individuen te sequeneren om te zien of je daaruit iets kan afleiden over zaken als hart- en vaatziekten, ADHD of dyslexie?
»Voor ons zijn dat twee totaal verschillende paden. In de VS hebben ze hun keuze al gemaakt: daar hebben ze honderdvierendertig miljoen dollar opzijgezet om in de volgende paar jaar al hun zeldzame ziektes op te lossen.»
Jan Aerts (bio-informatica-onderzoeker)«Op dit ogenblik kunnen we al informatie uit je genoom halen waaruit je raad kan puren om je levensstijl aan te passen en zo misschien langer te leven. Maar voorlopig zou die raad zich nog beperken tot het gekende riedeltje: rook niet, drink met mate...
»In de toekomst zal dat veel specifieker kunnen. Om dat voorbeeld van die warfarine nog eens aan te halen: ons genoom kan ons wel degelijk wat leren over welke dosissen van medicatie ideaal zijn voor ons lichaam.
»Stel: je krijgt in de toekomst een hartaanval. Op basis van jouw genoom zal je dokter kunnen zeggen welke dosis van een bepaalde bloedverdunner ideaal is voor jouw lichaam - sommige mensen hebben een hogere dosis nodig, anderen een lagere, en bij nog anderen hebben sommige medicijnen totaal geen uitwerking.
»De medicatie van de toekomst zal dus veel efficiënter werken, omdat ze veel meer toegespitst zal zijn op de gebruiker.»
Matthijs «We moeten dringend nadenken over hoe we die genoomanalyse gaan implementeren, zoveel is zeker. En omdat het ons allemaal aangaat, zal iedereen met ons moeten meedenken. Wij kunnen in ons eentje onmogelijk antwoorden op alle vragen die er nog zitten aan te komen.»
undefined