AnalyseKlimaat
De klimaatcrisis aanpakken én de welvaart laten stijgen: bestaat groene groei écht of is het een loze belofte?
Politici denken dat ‘groene groei’ mogelijk is. Ze beloven tegelijk de klimaatcrisis aan te pakken en de welvaart te laten toenemen. Maar hard bewijs dat zo’n win-win mogelijk is, ontbreekt vooralsnog.
Het is een vraag die boven de klimaattop in Glasgow hangt, maar er niet op de agenda staat: kunnen economische groei en het bestrijden van de klimaatcrisis samengaan? Wereldleiders en instituties menen van wel. Groene groei is wat de planeet volgens hen nodig heeft. Maar is dat eigenlijk wel mogelijk, tegelijk meer welvaart genereren en de opwarming tegengaan?
Volgens natuurkundige en grondlegger van klimaatmodellen Giorgio Parisi niet. De Italiaan heeft net de Nobelprijs 2021 op zak en gaf voorafgaand aan de top een duidelijke waarschuwing. De beslissers in de wereld laten zich leiden door economische groei, ofwel de stijging van het bruto binnenlands product (bbp). Parisi stelt dat die koers ‘fundamenteel strijdt met het tegengaan van klimaatverandering’. Houdt de politiek daaraan vast, ‘dan ziet de toekomst er grimmig uit’.
Een fata morgana van politici en CEO’s
Onderzoek van economen valt de Italiaan bij. Economische groei gaat historisch hand in hand met meer milieuschade en hogere emissies van broeikasgassen. Dat verband doorbreken, blijkt uiterst lastig.
Wil de wereld de uitstoot drastisch verminderen, wat nodig is om de opwarming van de planeet onder de 2 graden te houden, dan is het een voor de hand liggende gedachte om economische groei te beperken of zelfs ‘ontgroei’ na te streven. Groene groei bestaat niet, in deze redenering. Het is een fata morgana, voorgespiegeld door politici en CEO’s die niet echt willen veranderen.
Een belofte op drijfzand
Hoe logisch de oproep van de Nobelprijswinnaar ook klinkt, het debat over de keuze tussen groene groei of krimp van de economie is nogal theoretisch, constateren onderzoekers van de Brusselse denktank Bruegel. Voor vrijwillig ‘ontgroeien’ zijn in de wereld weinig handen op elkaar te krijgen, en het is ook onduidelijk hoe dat zou moeten. Arme en opkomende landen hebben bovendien economische groei nodig om het welvaartspeil van grote delen van de bevolking te kunnen verhogen. In rijke landen is het de vraag of sociale voorzieningen als pensioenen en uitkeringen betaalbaar blijven zonder groei, wat krimp met de schuldenberg doet en of de bereidheid er is om welvaart meer te delen met minder rijke landen.
Tegelijk is ook groene groei een onbewezen strategie, stellen de onderzoekers van Bruegel. De belofte dat het kan – het bbp verhogen en tegelijk de uitstoot radicaal verlagen – berust vooralsnog op drijfzand. Niemand kan nu al zeker weten dat het mogelijk is. Een aantal ontnuchterende getallen laat dat zien.
Gedragsverandering en gigantische investeringen
Door de overgang naar schone energie is het al wel zo dat de wereldeconomie harder groeit dan de emissies. Tussen 1990 en 2016 was er per jaar 1,8 procent minder uitstoot nodig per eenheid bbp. Maar om de doelen van het klimaatakkoord van Parijs te halen, zou dat cijfer per jaar met gemiddeld 9 procent moeten dalen tot 2050. De Europese Unie is al wat beter op weg. Die kon met 3,4 procent minder emissies toch groeien. Maar ook deze prestatie ligt nog ver af van de minus 9,4 procent per jaar die de EU zou moeten scoren tot 2050.
Het is een immens gat, zien de onderzoekers. Dat kan alleen gedicht worden met gigantische investeringen in schone energie, het vinden van nieuwe technologische doorbraken en het uit de lucht halen van broeikasgassen, ofwel negatieve emissies. Ook gedragsverandering door burgers, zoals minder vliegen, is nodig om die innige relatie tussen economische groei en uitstoot helemaal door te knippen. En dat alles moet snel, want hoe langer gewacht, hoe harder de uitstoot per eenheid bbp per jaar moet zakken.
Het ‘verhaal’ van groene groei dat wereldleiders houden, is dus op zijn zachtst gezegd onbewezen, concluderen de onderzoekers. Niettemin is dat de kern van ieders boodschap. Neem de EU met de Green Deal, de voorspellingen van het IMF of de scenario’s van energie-agentschap IEA: allemaal beloven ze een win-win. De uitstoot kan naar netto nul in 2050 én de economie gaat lekker draaien met schone investeringen en groene banen.
Wat wél kan
Hoewel dus niet bij voorbaat vaststaat dat het lukt, kunnen overheden wel actie ondernemen om groene groei dichterbij te brengen. De onderzoekers sommen op: investeringen in groene technologieën, een prijs op de uitstoot van kooldioxide, ervoor zorgen dat het geld de goede kant op stroomt en betrouwbaar langetermijnbeleid. Innovaties zijn daarnaast nodig, groene industriepolitiek, gedragsverandering van burgers, land en bos benutten om CO2 op te nemen en aanpassen aan de klimaatverandering die al plaatsvindt.
Uiteindelijk zullen landen misschien uitkomen bij een mix van groene groei en minder harde economische vooruitgang zoals gemeten in procenten bbp.
Eén ding is in ieder geval wel zeker, voegen de onderzoekers nog toe. De baten van stringent klimaatbeleid zijn op de lange termijn hoger dan de kosten van gevaarlijke opwarming.
(Trouw)