De populisten staan te popelen voor Europese verkiezingen
Dit moeten hun verkiezingen worden. De Europese populisten hebben hun krachten zelfs gebundeld om door te stoten naar de top 3 in Brussel. Maar de vraag is: wat willen ze? En krijgen ze dat voor elkaar?
Wat vindt u van de verkiezingsuitslag? Hoe ziet u de politieke toekomst van België? Deel uw mening met ons en onze lezers via openvenster@humo.be
'Dit is een historisch moment', zegt Marine Le Pen maar alvast. Op het Domplein in Milaan juichen deze zaterdag duizenden natgeregende mensen de Franse populiste toe. En niet alleen haar. Matteo Salvini is er natuurlijk, de veelbesproken leider van Lega én Italiaans minister van Binnenlandse Zaken. Dit is zijn bijeenkomst, dit is wat hij wil voor Europa, deze kar heeft hij getrokken. Geert Wilders is er, net als Jörg Meuthen van de Alternative für Deutschland, en nog acht wat minder bekende geestverwanten uit landen als Finland, Bulgarije en Slowakije. Er zijn ook wat mensen niet (de Polen en de Hongaren), maar een kniesoor die er op let vandaag.
Wat ze willen en wie ze zijn, lees je op de spandoeken ('Europa is christelijk, niet islamitisch', 'Sluit de havens') en hoor je in de toespraken. Salvini wil 'Europa bevrijden van de illegale bezetting door Brussel' en geeft 'de Macrons, de Merkels, de Junckers en de Sorossen' er weer van langs. Volgens Meuthen zijn de populisten 'niet anti-Europees, maar juist de ware Europeanen'. Eerder noemde hij Jean-Claude Juncker een clown en Angela Merkel een heks. Geert Wilders roept nog een keer op om 'islamisering te stoppen'.
Het zijn de bekende geluiden van Europa's populisten, die volgens een veelgebruikte definitie een strijd voorstaan tussen het gewone volk (het échte volk) en de corrupte elite, maar ze klinken luider dan ooit. En hoewel het ingewikkeld blijft om de uitslag van verkiezingen te voorspellen, wijzen de voortekenen erop dat ze met elkaar de vierde of derde grootste groep worden in het Europees parlement. Verrassend? Nee, niet echt. Kijk maar eens naar de cijfers. Twintig jaar geleden bijvoorbeeld stemde 7 procent van de Europeanen op een populist, nu is dat 25 procent. En twintig jaar geleden hadden alleen Zwitserland en Slowakije één of meer populisten in de regering, nu geldt dat voor elf landen. Dat betekent dat er 170 miljoen mensen geregeerd worden door minstens één populist.
Dienst
In sommige landen is het overduidelijk. In Hongarije maakt de Fidesz-partij van Viktor Orbán de dienst uit, en in Italië zijn van de vijf grootste partijen er drie populistisch (en die krijgen samen ook nog eens meer dan de helft van de stemmen). In andere landen (Zweden, Oostenrijk) zitten ze in de regering en bepalen ze mee het beleid. Elders zitten ze in de oppositie, maar sturen ze wel degelijk de publieke en politieke discussie. Zo zou je kunnen zeggen dat de PVV, de oppositiepartij van Geert Wilders, het debat in Nederland over migratie een stuk meer naar rechts heeft gedwongen. In de Belgische peilingen wordt eens stevige groei van het Vlaams Belang voorspeld.
In het Europees parlement hadden de populisten de afgelopen vijf jaar niet veel in de melk te brokkelen. Ze waren om te beginnen niet verenigd. Zo zat de Lega van Salvini samen met de Rassemblement National van Le Pen en de PVV in de groep Europa van Vrijheid en Naties. De Duitse AfD was samen met de Italiaanse Vijfsterrenbeweging terug te vinden in Europa van Vrijheid en Directe Democratie. En Fidesz zit officieel nog in de Europese Volkspartij, waar ook het CD&V deel van uitmaakt, al zijn ze wel geschorst vanwege 'het schenden van de normen en waarden' van de partij. Zo kun je natuurlijk niet echt een vuist maken.
Tegen
Een tweede reden voor hun relatieve onzichtbaarheid is dat er nauwelijks iets constructiefs gebeurde. Ze waren voornamelijk tegen. Tegen het establishment, tegen de euro, tegen globalisering, tegen immigratie, tegen de Europese Unie en tegen het parlement zelf. 'Het beste wat je kunt doen als eurokritische parti', zo zei PVV'er Auke Zijlstra eerder in een interview, 'is de stroperigheid verergeren. Dat doen we door continu bezwaren op te roepen, door eigenlijk gewoon vervelend te zijn.'
De PVV'ers ontmoetten ook veel weerstand door hun stemgedrag (tegen) of door hun optredens tijdens debatten. Zo beperkte de bijdrage van Olaf Stuger, een van de vier PVV-parlementariërs, zich tijdens een debat over de anti-Europese en antidemocratische houding van de Hongaarse premier Orbán zich tot een oproep om een standbeeld voor de man op te richten: 'Daar is vast nog wel een potje voor'" Polariseren helpt als je gehoord wil worden, is dan de redenering. Lijsttrekker van de Nederlandse christendemocratische partij CDA, Esther de Lange wil er niet aan: 'Je kunt niet vijf jaar lang roepen 'Dat willen we niet', dat zet geen zoden aan de dijk.' Ze ziet de opkomst van de populisten als een uitdaging. 'De ik-wil-niks-flank wordt groter, ja. Maar om iets te bereiken, zal je toch moeten samenwerken. Om meerderheden te kunnen bouwen, heb je nog steeds het midden nodig.'
De grote vraag is nu niet alleen of de populisten erin slagen om een blok te vormen. Dat lijkt er nu wel op, maar de officiële besprekingen beginnen pas na de verkiezingen. Er zijn in elk geval minstens 25 parlementariërs nodig die afkomstig zijn uit minstens zeven landen (een kwart van de lidstaten). Het is ook nog niet duidelijk waar ze het over eens en oneens zijn. Willen ze bijvoorbeeld uit de Europese Unie en de euro, zoals de PVV jarenlang heeft geroepen? Of moet het gaan zoals AfD'er Meuthen het wil: 'We willen de EU en het parlement hervormen, zonder ze te vernietigen. We willen radicale verandering.' Kom daar maar eens uit.
Nationale
Nog zo eentje: kun je eigenlijk wel Europees samenwerken als je het eigen, nationale belang voorop wil stellen? Ook daar ligt een uitdaging voor het nieuwe blok. Als ze het al voor elkaar krijgen om persoonlijke aversies opzij te zetten, trouwens. Niet iedereen is namelijk even goed bevriend met elkaar. Zo heeft Orbán meerdere malen gezegd dat hij niet wil samenwerken met Le Pen, terwijl hij wel dikke vrienden is met Salvini. Het is in Brussel ook geen geheim dat de partijen in Europa van Vrijheid en Naties (de groep van het Vlaams Belang) de afgelopen vijf jaar vooral druk zijn geweest met zichzelf, met het gladstrijken van de vele plooien. Maar, zo klinkt het tevreden in de schoot van die groep: 'We zijn nu wel een uitzonderlijk goed geoliede machine.'
© AD