'De premier': first lady Tine Reymer ontmoet zichzelf
De autocorrectiefunctie van haar gsm maakt van ‘dank je’ consequent ‘drankje’, vertelt Tine Reymer (42). ‘Zou-ie dat automatisch doen bij vrouwen van boven de 40?’ Ze bestelt een pintje en drinkt dat met de trage elegantie van een first lady. Dat treft, want in ‘De premier’, de nieuwe film van Erik Van Looy, speelt Reymer de vrouw van de eerste minister.
undefined
'Ik hang vaker de bitch uit dan me lief is'
De premier is een uitgesproken ‘What the fuck?!’-film, waarin je nog niet van de ene verrassing bent bekomen of daar is de volgende alweer’: zo pitchte Erik Van Looy vorige week in Humo zijn nieuwe film.
HUMO Nou.
Tine Reymer «Erik heeft niet overdreven: dat is de perfecte omschrijving. Toen ik het scenario gelezen had, was mijn eerste vraag aan hem: ‘Wie gaat dat geloven?’ Alle personages krijgen een resem ingrijpende dingen te verwerken. Ik vroeg Erik of hij toch niet wat te ver was gegaan – of het niet allemaal wat minder moest. Maar hij was zeker van zijn stuk: ‘Het zal goed zijn, Tine.’ Hij wilde ook expliciet een film met hollywoodiaanse allures maken. En inderdaad: als je als kijker kunt meegaan in die heftige opeenvolging van onheil en calamiteiten, zul je iets heel graafs te zien krijgen.
»Er zit in ‘De premier’ ook een emotionele heftigheid die Erik er zelf niet in vermoedde. Hij leek er alleszins van te schrikken tijdens het draaien. Soms kwam hij zich na een take excuseren: ‘Sorry dat ik dit geschreven heb. Gaat het een beetje met je?’»
HUMO Toen hij je de rol aanbood, was je eerst geneigd om neen te zeggen.
Reymer «Ik besef dat dat ongelofelijk hautain overkomt, twijfelen als je zo’n mooie rol krijgt aangeboden. Een normale mens springt dan meerdere gaten in de lucht. Maar je moet de context kennen: ik was al drie jaar heel intensief bezig met mijn muziek, en dat valt niet te combineren met acteren. Bovendien is muziek maken voor mij nog altijd thuiskomen, terwijl acteren toch vooral twijfelen is. Geef mij een piano en een podium, en alle zwaarte valt van me af: in de muziek kan ik onbekommerd mezelf zijn. Maar laat me acteren, en ik zie iemand die aan het acteren is – hoe vaak ik ook gecomplimenteerd word met m’n naturelle manier van spelen. Ik blijf het ook confronterend vinden om mezelf op een scherm te zien. Dan valt me jammer genoeg alleen op wat ik anders had moeten doen. Ik zou best wat trotser mogen zijn, ja. Maar altijd is er dat ingebouwde stemmetje: ‘Hier had je dít moeten doen. En daar dát.’ Onlangs belde ik met Nathalie Delcroix, een goeie vriendin van me. Het was zo’n typisch ‘Welk jurkje ga jij aandoen op de première?’-gesprek, tot ze plots heel gedecideerd zei: ‘Tine, het is de première. Je wéét dat je dan niets meer aan de film kunt veranderen, hè?’ (lacht)
»Dat ik nog nooit zo’n rol had gespeeld, deed me ook twijfelen. Toen ik dat tegen Erik zei, counterde hij meteen enthousiast: ‘Jawel, in ‘Shades’!’ Dat gaat dus over één scène, hè. Ik werd onder schot gehouden, moest in mijn broek plassen en een borst laten zien – en dat was het. Maar blijkbaar heeft dat toen nogal indruk gemaakt op Erik, als hij er twintig jaar na datum nog altijd lyrisch van wordt (lacht).»
HUMO Vond je het uiteindelijk prettig, zo’n dragende rol spelen?
Reymer «Ja, omdat het ook iets bevrijdends had. Mijn plaat maken is bijzonder slopend geweest, omdat ik alles zelf heb gedaan. Op zo’n filmset zijn de dingen eenvoudiger: je concentreert je gewoon op je eigen aandeel. Al de rest heb je niet in handen en moet je dus loslaten. Bovendien was het net alsof we op filmkamp waren. ’s Maandags ging ik met mijn valiesje naar Wallonië – waar het merendeel van mijn opnames plaatsvond – en daar trof ik vervolgens een heel plezierige bende aan met wie het goed werken was. En goed pintjes drinken ’s avonds, dat ook (lacht).»
HUMO Hoe moet een regisseur jou aanpakken?
Reymer «Hij kan beter geen dictator zijn, want dan klap ik meteen dicht. Maar Erik is heel ontspannen. En alert: hij is altijd bij de zaak en weet goed wat hij wil, maar hij vergeet ook niet om onnozele grappen te maken.»
HUMO Anderhalf jaar geleden bracht je ‘Thrill My Soul’ uit. Hou je nog altijd op dezelfde manier van die plaat?
Reymer «Ja! Ik heb niet de gewoonte om naar m’n eigen muziek te luisteren, maar onlangs heb ik ‘Thrill My Soul’ nog eens opgezet in de auto – om m’n geheugen wat op te frissen, want binnenkort heb ik weer enkele optredens. En ik vond het nog altijd een keistraffe plaat. Daar was ik heel blij om, want ik had me voorbereid op ontgoocheling: ik zou toch weer alleen de foutjes horen, de details die ik anders had moeten uitwerken. Maar bij elk nummer draaide ik de volumeknop nog een beetje verder naar rechts, en plots besefte ik dat ik aan het genieten was van m’n eigen plaat. Een heel fijne sensatie voor een fundamentele twijfelaar zoals ik.»
HUMO Je hebt veel geïnvesteerd in die muziek. Emotioneel, natuurlijk, maar ook financieel.
Reymer «En die investering is nog lang niet afbetaald. Heb ik een optreden, dan betaal ik m’n muzikanten uit, maar mezelf niet. Welke normale mens doet dat nu, kun je je dan afvragen: van twaalf uur ’s middags tot twee uur ’s nachts aan één stuk door werken, voor nul euro? Het antwoord zit in één woord besloten: passie. Muziek is mijn bestemming. Acteren is dat veel minder, en ik zou het zeker nooit gratis doen. Ik heb nu net de opnames van de tweede reeks van ‘Salamander’ achter de rug, en die waren heel fijn. En tegelijk heb ik er het geld mee verdiend waarmee ik een stukje van mijn tweede plaat kan maken.
undefined
'Met Koen De Bouw in 'De premier': 'Als ik mezelf zie spelen, valt me jammer genoeg alleen op wat ik anders had moeten doen.'
undefined
»Twintig jaar geleden reed ik met Flowers For Breakfast in een krakkemikkig busje door België, Nederland, Frankrijk en Duitsland. Eigenlijk is er sindsdien niet veel veranderd: ik loop nog altijd rond met een plaatje onder mijn arm, hopend dat ik mensen tegenkom die het mooi en waardevol vinden. ‘Thrill My Soul’ heeft een beetje verkocht, een beetje radio gehaald, een beetje optredens opgeleverd. Maar zolang je geen hit hebt, moet je alles zélf vragen. ‘Mag ik in de winkel liggen? Mag ik op de radio? Mag ik live spelen?’ Ik zit voortdurend in een onderdanige positie, en dat is niet prettig. Maar het is wat ik wil doen. En ik herinner mezelf vaak aan de woorden van mijn zanglerares, een Nederlandse. Ik was weer eens aan het zagen en het klagen, en zij zei heel resoluut: (met lijzig Hollands accent) ‘Ja, Tine, als je met de grote mensen wil meespelen in het grotemensenwereldje, dan moet je de grotemensenregels aanvaarden en er niet over zeuren.’»
Turnsloefkes
HUMO Je zit straks ook in ‘De slimste mens ter wereld’.
Reymer «Ik ga me vooraf toch zo’n kinderencyclopedie aanschaffen, om snel en efficiënt mijn geschiedenis wat op te frissen. Want ik weet natuurlijk wel dat het maar een onnozele tv-quiz is, en dat elkaar aftroeven met kennis en weetjes niet datgene is waar het leven om hoort te draaien, maar ik wil dat spelletje wel winnen, natuurlijk. Er zit een nijdig competitiebeest in mij. Als ik een gezelschapsspel speel, wil ik echt dat dat fatsoenlijk gebeurt, en dat niemand onnozel doet. Ik vond het ook heel moeilijk om mijn dochters, toen ze nog heel klein waren, af en toe te laten winnen met een spelletje. Ik merkte dat ik onze tweede al minder liet winnen dan de eerste (lacht).
»Mijn rechtvaardigheidsgevoel speelt enorm op tijdens spelletjes. Je moet het niet wagen om met mij Risk te spelen, te zeggen dat je een verdrag zult sluiten en dat vervolgens doodleuk níét doen. Woest word ik! ‘Tine, het is maar een spel,’ zeggen vrienden me dan. ‘Nee, verdorie, dit is bittere ernst! Ik dacht dat we een verbond gesloten hadden, maar je hebt me in m’n gezicht belogen!’
»Onlangs ben ik met Peter (Van den Begin, haar man, red.) een week gaan uitblazen op Ibiza, en daar hebben we de hele tijd Five Crowns gespeeld, een kaartspel dat verwant is aan Rummikub. We hebben er een heus toernooi van gemaakt, en op het einde had ik 150 euro gewonnen. Weer een stukje van de plaat afbetaald (lacht).»
HUMO Je bent twintig jaar samen met hem.
Reymer «Dan kén je elkaar, natuurlijk. We lopen niet meer elke dag op een verrassing. Maar het goede nieuws is dat routine en sleur niet de killers van een relatie hoeven te zijn. Dat je elkaar opnieuw kunt vinden, zoals daar op Ibiza. We hebben het daar echt heel leuk gehad. Ik wist weer helemaal waarom we twintig jaar geleden een koppeltje waren geworden. Soms werd ik ’s ochtends wakker in een fijne, euforische verbazing: ‘Wat een vent ligt hier toch naast mij!’
»Peter is een zachtaardige, tedere man – maar tegelijk macho genoeg om niet té lief te zijn. Ik ben eerder de kapitein die het schip af en toe naar de kliffen stuurt. Nooit met voorbedachten rade, natuurlijk, maar de afgelopen jaren ben ik zo hard voor mijn eigen ding gegaan dat ik thuis vaker de bitch uithing dan me lief was. Ik denk meer dan eens: ‘Ik moet veel liever zijn voor mijn man.’ (Buigt zich naar de dictafoon) Sorry, Peter!»
HUMO Vind je het vervelend dat er ook een heel praktische kant aan het leven zit?
Reymer «Eigenlijk wel. Voor mij blijft dat de grote moeilijkheid: dat een mens zoveel moet regelen en organiseren. Dat je zoveel tijd kwijtraakt aan dingen die niets te maken hebben met passie, creativiteit of grote gevoelens. Op mijn volgende plaat zal een nummer staan waarop ik me met veel frustratie tot een god richt: ‘Waarom heb je mij schoonheid gegeven, als ik er maar af en toe van kan genieten? Waarom heb je mij talent gegeven, als ik vaak de tijd niet heb om dat ten volle te ontwikkelen?’
undefined
'Ik dacht vroeger dat je met het ouder worden bedaarder en zekerder wordt, maar het omgekeerde is waar'
»Mensen proberen zo krampachtig drie fulltimes te combineren dat het onvermijdelijk is dat we af en toe crashen. En het is een cliché, maar Peter zal zich nooit afvragen of de turnsloefkes van de kinderen nog passen. Dat is geen verwijt – het is de orde die de natuur heeft ingesteld – maar het wordt als vrouw en moeder wel heel moeilijk om je kop leeg te krijgen. Ik vraag me soms echt af of het niet makkelijker was in het tijdperk van de vrouw aan de haard. Dan had je toch een zekere gemoedsrust. De dingen waren duidelijk, bedoel ik: je wist wat je bestemming in dit leven was. Maar allicht klopt ook dat niet, en zaten vrouwen zich toen massaal op te vreten van frustratie omdat ze zich niet konden ontwikkelen.»
HUMO Ben je niet gewoon te streng voor jezelf?
Reymer «De schminkster van ‘Salamander’ zei me, toen we op de laatste draaidag afscheid van elkaar namen: ‘Ga je nu eindelijk leren om niet te streng te zijn voor jezelf?’ Ze heeft gelijk, 100 procent zelfs, maar hoe doe ik dat in godsnaam? En is het niet gewoon terecht dat ik streng ben voor mezelf? Dat ik soms een pain in the ass ben voor mijn man en mijn kinderen, dat is toch iets dat moet veranderen? Dat kun je toch niet gewoon aanvaarden? Ik hoef niet absoluut de leukste moeder ter wereld zijn, maar ik zou wel graag een betrouwbare moeder zijn. Terwijl ik nu heel overheersend ben thuis, diegene die de sfeer bepaalt. Ik ben te vaak de stoorzender, en daar wil ik van af.
undefined
»In mijn meer melancholische momenten vraag ik me af hoelang ik dat ritme nog moet volhouden – muziek maken, acteren, een huishouden runnen. Kan ik niet beter wat gas terugnemen, en iets totaal anders gaan doen? Tapijten weven, dat lijkt me wel wat.»
HUMO Maar dan wil je weer het perfecte tapijt maken.
Reymer «En er weer veel te veel tijd en moeite in steken voor veel te weinig geld. Nee, ernstig: ik weet wel zeker dat ik altijd muziek zal blijven maken. Het gevoel van achter een piano te zitten, mezelf over te geven aan de flow en iets persoonlijks te maken, dat is nergens mee te vergelijken. De wereld die buitengesloten wordt en alleen mijn eigen universum dat overblijft: dat is magisch. Talent is een kraan die je niet kunt dichtdraaien. Op de momenten waarop ik dat wel heb gedaan in mijn leven, werd ik daar heel depressief van.»
HUMO Je bent 42. Lijkt de vrouw van nu op het meisje van toen?
Reymer «Het meisje was veel toffer! (lacht uitbundig) Neen, ik was als twintiger vrolijk en onbezonnen, en ik stond veel minder stil bij de dingen. Ik geloofde toen ook nog dat je met het ouder worden alleen maar bedaarder en zekerder wordt. Terwijl het omgekeerde waar blijkt te zijn. Ik zou wel wat van de speelsheid van Peter kunnen gebruiken. Hij wordt straks 52, maar eigenlijk ben ík de bomma van het gezin. Peter gaat na de opening van het Film Fest Gent op de lappen met Geert Van Rampelberg en komt om zes uur ’s ochtends blij en gelukkig thuis. Ik bewonder ’m, want ik gun mezelf die vrijheid te weinig – dan denk ik dat zo’n nachtje ouderwets doorzakken me vast ziek zal maken, en dat ik dan niet meer zal kunnen zingen. Ja, die frivole jeugdigheid van Peter zou me goed doen. Laat ik daar maar werk van maken: minder voorbeeldig proberen te zijn, méér feesten.»
‘De premier’ is vanaf 19 oktober in de bioscoop te zien. De concertkalender van Reymer staat op reymer.be.