'De schaamte voorbij': de wonderjaren van Kamal Kharmach
De dienster in de koffiebar fluit Kamal Kharmach kordaat terug. Die croissant in zijn hand? Geen goed idee, Kamal. ‘Ik breng je wel wat gezonde granola.’
'Nu ik mager ben, merk ik dat het leven nog altijd even ellendig is. Alleen moet ik nu niet op elke hoek uitblazen'
We hadden ons nochtans voorgenomen het niet over eten of diëten te hebben. De 120 kilo die Kamal (25) is kwijtgeraakt na een maagverkleining, zijn vaak genoeg aan bod gekomen. Maar na het incident met de croissant ligt het onderwerp toch op tafel.
KAMAL KHARMACH «Waarom doe ik dat toch, die croissant terugleggen? Ik ben niet assertief genoeg. Plus: ik maak anderen zo graag gelukkig. Terwijl ik haar zou moeten teleurstellen, want het is een mythe dat je van granola minder bijkomt dan van een croissant (lacht).
»Natuurlijk ben ik bang om weer dik te worden. Nu ben ik de kerel die 120 kilo verloor, maar misschien word ik straks de kerel die weer 120 kilo aankwam na zijn maagverkleining. Dat kan perfect: als ik me weer ga volproppen, dan zet mijn maag zich uit. En ik heb nog altijd een moeilijke relatie met eten. Ik zie de krantenkoppen al voor me.»
HUMO Toen we je twee jaar geleden spraken, woog je 75 kilo.
KHARMACH «Overdreven mager. Mensen zeiden me dat het niet meer mooi was. Sindsdien zijn er wel enkele kilo’s bijgekomen. Het is fout gelopen toen mijn dokter zei dat ik opnieuw alles mocht eten: ‘Hou het vanaf nu zelf in de gaten.’ Dat mag je me dus niet zeggen (lacht). Ik ben enorm gedisciplineerd: zeggen ze me dat ik niks meer mag eten, dan doe ik dat. Maar mezelf zoiets opleggen? Dat kan ik niet. En als ik een keer te veel eet, komt het schaamtegevoel meteen opzetten: ‘O, nee, wat heb ik nu weer gedaan?’»
HUMO Een toepasselijker titel had je je debuutshow niet kunnen geven: je bent een expert in schaamte.
kharmach «Dat is zo. Dik zijn heeft me het meest getekend, maar qua schaamtegevoel weegt dat nog het minst door. Stel je een lijst van achtergestelde minderheden op, dan kan ik veel vakjes aanvinken: ik ben niet alleen moslim en Marokkaan, dat zijn twee aparte vakjes, maar ik ben ook in armoede opgegroeid. ‘Ik heb alle statistieken verslagen,’ heb ik geschreven in mijn eindwerk voor de universiteit. Met mijn achtergrond, mijn etnische identiteit en mijn socio-economische situatie had ik volgens de statistieken nooit kunnen worden wat ik nu ben. Hier zit een statistische uitzondering voor je.»
Zak van de Aldi
HUMO Je noemde jezelf ooit ‘een armoezaaier op de jezuïetenschool’.
Kharmach «Behalve mijn ene broer zijn al mijn broers en zussen naar de jezuïetenschool gegaan, maar ik ben de enige die er ook tot het eind is gebleven. Voor mijn klasgenoten was het de normaalste zaak dat ze later naar de universiteit zouden gaan, waardoor het ook mijn ambitie werd. Terwijl de universiteit voor mijn ouders en de vrienden met wie ik ben opgegroeid, iets onbereikbaars was. Ik ben nog als jeugdwerker aan de slag geweest: toen één van de jongens een been had gebroken, kwamen alle kindjes mij zoeken. ‘Hij gaat naar de universiteit,’ dachten ze, ‘dat moet wel een genie zijn.’ Volgens hen kon ik alles, zelfs gebroken benen aan elkaar zetten.»
HUMO Viel je erg uit de toon op school?
kharmach «Niet echt, maar ik werd soms wel met mijn neus op de feiten gedrukt. Ik was 8 en kwam naar school met een zak van de Aldi. Iemand riep: ‘Zelfs die zak is nog te duur voor jou.’ Heel confronterend.
»Maar het ergste was de dag dat de directeur me apart riep, toen we met de klas op sportdag zouden vertrekken: ‘Jij gaat vandaag niet mee, Kamal. Er staan nog te veel onbetaalde schoolrekeningen open.’ Hij kon me niet verbieden naar school te komen – les krijgen is gratis in Vlaanderen – maar hij kon me wel alle buitenschoolse activiteiten ontzeggen. Ik heb een hele dag achteraan in de klas taakjes zitten maken met de juf, in mijn nieuwe sport-outfit, terwijl mijn klasgenoten gingen kajakken. Dat heeft er hard op ingehakt.
»Sindsdien ging ik altijd met mijn ouders mee als ze de rekeningen gingen betalen in het postkantoor – internetbankieren ging hun petje te boven. Met het afgestempelde papiertje in de hand ging ik de volgende dag naar de directeur: ‘Mag ik nu weer meedoen?’»
undefined
'Toen ik samen met mijn vrouw onze donutzaak aan de Groenplaats opende, drukten mijn Marokkaanse vrienden en mijn familie me op het hart: 'Belgen in dienst nemen, hè. En zeker geen hoofddoeken!''
HUMO Hoe leg je zoiets uit aan je klasgenoten?
Kharmach «Niet. Ik verzon gewoon een leugen. Ik maakte hun wijs dat ik iets had kapotgemaakt tijdens de boottocht de week voordien. Ik mocht zogezegd niet mee op sportdag, omdat ik de herstellingskosten van 500 euro niet had betaald. Terwijl die 500 euro natuurlijk de achterstallige schoolfacturen waren.
»Omdat ik me zo hard schaamde, deed ik op school vaak alsof ik rijk was. Thuis huilde ik net zo lang tot mijn vader toegaf en merkkledij voor me ging kopen op de Turnhoutsebaan. Natuurlijk kwam hij thuis met de goedkoopste namaak. Wist hij veel hoe een echte Burberry eruitzag! Daar was ik echt gek op, Burberry. Ik had één trainingsjack in het bekende ruitjesmotief en dat droeg ik elke dag. Ik was er zo trots op, terwijl je van ver kon zien dat het fake was. Zo’n haute-couturemerk maakt niet eens trainingspakken (lacht).
»Op mijn 15de heeft mijn vader zelfs een PlayStation 3 voor me gekocht. Hij heeft een jaar lag geen kleren voor zichzelf kunnen kopen om dat ding te betalen. Dat de spelletjes ook nog 60 euro per stuk kosten, daar had hij geen rekening mee gehouden (lacht). Maar hij had er geen spijt van, integendeel. ‘Daardoor ben je binnengebleven,’ zei hij. Anders was ik misschien deugnieterij gaan uithalen, met mijn vrienden op straat.
»Het gekke is: pas op de jezuïetenschool, waar ik was omringd door rijke middenklassers, ben ik gaan beseffen hoe arm ik was. Voordien was ik net zoals iedereen in Borgerhout. Mijn ouders voelden zich niet eens arm. Als we ziek waren, dan konden we naar de dokter. Voor hen was dat meer luxe dan ze ooit hadden gekend in Marokko. Pas bij de jezuïeten ging ik bepaalde vragen stellen: ‘Dus jullie doen je boodschappen altijd in de Delhaize?’ Of: ‘Kopen jullie een auto níét tweedehands?’ Niemand in Borgerhout koopt z’n auto nieuw.
»Het heeft heel lang geduurd voor ik klasgenoten durfde uit te nodigen bij me thuis. Toen het niet langer te vermijden viel en Anthony, mijn beste vriend, eens op bezoek zou komen, hebben we eerst met de hele familie één kamer gefatsoeneerd en geboend, speciaal om hem te ontvangen. Het was de slaapkamer van mijn ouders, de enige afgewerkte kamer in huis. We hadden er onze mooiste spullen in gezet: de tv en de PlayStation. De schimmel in de hoeken viel niet eens op. Ik denk niet dat Anthony in de gaten had dat de rest van het huis een krot was.
»Voor voetballen of zwemles was er nooit geld. Misschien ben ik daarom wel dik geworden (lacht). Ook de KSA mocht niet, maar daar was een andere reden voor: mijn vader had het er moeilijk mee dat je bij de KSA in een short moet rondlopen. Hij begreep dat niet.
»Een groot deel van mijn kindertijd heb ik met mijn broers in het salon geslapen. Toen ik eindelijk een eigen kamer kreeg – ik was de enige van mijn broers en zussen – heeft het nog tot mijn 15de geduurd voor er ook verwarming was. Slapen deed ik in de winter met negen truien aan. Dat was trouwens het vaste verjaardagscadeau bij ons: een trui. Ik zette ook wel mijn laarsje voor Sinterklaas. Alleen zat er de volgende dag nooit speelgoed in. Mijn ouders kenden Sinterklaas niet, en we waren toch te arm. Hooguit had er een rat aan de wortel geknabbeld (lacht).»
undefined
'Ik heb het moeilijk met alle Marokkaanse politici in Vlaanderen: ze hebben hun gemeenschap gebruikt om hogerop te komen'
HUMO Intussen heb je een exclusiviteitscontract getekend bij de VRT. Nu ben je een rijk man.
kharmach «Maar ik bén niet rijk. Dat is het grappige: naar Borgerhoutse normen ben ik nu stinkend rijk – ik heb mijn auto deze keer zelfs nieuw gekocht – maar ik kom nog niet aan de enkels van de modale Vlaming. Het is misschien wel een nieuwe auto, maar het blijft een simpele Nissan.»
HUMO Iemand vertelde me dat je bij een tankbeurt zelden je tank volgooit. Vroeger deed je dat omdat je het niet kon, nu om niet op te scheppen tegenover je maten.
kharmach «Intussen rijd ik zoveel dat ik de tank wel helemaal moet vullen, maar ik heb vroeger altijd getankt met de knip erop. Als ik wist dat ik 40 euro op mijn rekening had staan, dan mocht ik absoluut niet voor 20 euro en één cent tanken, anders kon ik die andere 20 euro niet meer afhalen. Mijn vader heeft ook altijd zo getankt: ‘Dat moet volstaan voor deze week.’ Die reflex ben je niet meteen kwijt. En ja, in het begin was het raar om de tank vol te gooien als er vrienden bij stonden.
»In mijn show maak ik er een grap over. Als de slager me destijds vroeg of het iets meer mocht zijn, dan was het antwoord: ‘Hell, no! Dit is de grens.’ Nu is die grens er niet meer, maar als er vrienden achter me staan, heb ik nog altijd de neiging om nee te zeggen (verontschuldigend): ‘Het is crisis, hè.’ Maar als ze even niet kijken, doe ik stiekem teken dat er toch wat bij mag.
»Weet je wat ook meespeelt? Uitpakken met wat je hebt, dat mag niet van mijn geloof.»
HUMO Rondrijden in een dure slee mag niet van de islam? Dan zie ik elke dag wel een paar zondaars voorbijsjezen.
Kharmach «Ja, maar het is niet omdat de religie iets voorschrijft, dat de moslims het ook doen. Eén van mijn beste vrienden gaat trouwen en hij is nu al zijn trouwstoet aan het voorbereiden. Het wordt héél groots. Ik begrijp dat: als je uit de armoede komt, dan gebruik je zo’n gelegenheid om je eventjes goed te voelen over jezelf. Vroeger waren mijn blanke vrienden bezig met zelfontplooiing – ze leerden viool of toneel. Mijn Marokkaanse vrienden waren geïnteresseerd in één ding: een dikke bak. Dat is logisch: de ouders van mijn blanke vriendjes hádden al de BMW waar wij van droomden. Daarmee konden ze zich niet meer bewijzen. Wij wel.»
Dood in Syrië
HUMO De schaamte werkt bij jou in twee richtingen: vroeger schaamde je je tegenover je Vlaamse vrienden, nu tegenover je Marokkaanse maten.
kharmach «Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik nergens helemaal bij hoorde. Voor mijn rijke vrienden was ik wel één van hen, maar ik bleef ook een buitenstaander, want ik was niet rijk. Bij mijn coole Marokkaanse vrienden was het hetzelfde verhaal. Gingen zij deugnieterij uithalen, dan ging ik niet mee. Op een dag vroegen ze me of ik mee ging inbreken. Ze hadden een techniek geleerd: als je heel hard naast de klink van een deur stampt, dan blijft het slot heel, maar zwaait de deur toch open. Ik ben niet meegegaan en ik kon mijn neef overtuigen om mee naar huis te gaan. Die dag zijn mijn vrienden allemaal gepakt. Het heeft zelfs nog in de kranten gestaan. Bij sommigen heeft dat een serieuze stempel op hun leven gedrukt.»
HUMO Je hebt het in interviews vaak over je lage zelfbeeld. We weten intussen waar veel Marokkaanse jongens met een laag zelfbeeld zijn beland.
Kharmach «Vrienden van mij zijn in Syrië gestorven. Ik weet: ‘Die kerel met wie ik nog heb zitten lachen, is nu dood.’ Anderen zijn gestorven omdat ze zich met drugs hadden ingelaten. Sommigen zijn in de criminaliteit beland, maar anderen zijn chirurg geworden.»
undefined
'In mijn laarsje voor Sinterklaas zat er de volgende dag nooit speelgoed. Mijn ouders kenden Sinterklaas niet, en we waren toch te arm'
HUMO Had jij in Syrië kunnen eindigen?
Kharmach «Goede vraag. (Denkt na) In mijn tweede jaar op de middelbare school had ik slechte punten en was mijn gedrag allesbehalve voorbeeldig. Volgens alle objectieve criteria had ik toen van school gestuurd moeten worden. Eén leraar heeft het toen voor me opgenomen: ‘Als we je nu van de school schoppen, dan is je leven voorbij. Je bent heel intelligent, dus ofwel word je een klaploper, ofwel maken we een voortreffelijke crimineel.’ Hij zag mijn potentieel en wilde het niet verloren zien gaan.
»Het ís ook niet eenvoudig, hè. Ik ben opgegroeid met klasgenoten van wie de ouders wisten wat die symbolen in hun wiskundeboek betekenden. De mijne niet. Ik schreef mijn eigen afwezigheidsattesten, omdat mijn moeder niet goed kon schrijven. Zij zette gewoon onderaan haar handtekening.
»Een andere buffer die me zeker heeft behoed voor het slechte pad, was mijn zwaarlijvigheid. Met flink studeren en daarna een goede job vinden moest ik compenseren dat ik zo dik was. Mijn gewicht heeft me gered, heb ik al vaak gedacht.
»Het heeft me ook bescheiden gehouden. Vroeger was ik nooit tevreden. Mijn vrienden gingen feesten en ik kon niet mee, omdat mijn rug pijn deed. Ik was verliefd op een meisje, maar ik kon haar niet krijgen. Ze vond me wel lief en grappig, maar wilde niet met mij gezien worden op straat. Dik zijn was een warme deken van zelfmedelijden, waarin ik me elke dag wikkelde. Ik kon bereiken wat ik wilde – een diploma aan de universiteit, een job als directeur van een Marokkaans-Belgisch cultuurhuis – het was allemaal louter compensatie voor mijn dik zijn. Zolang ik niet mager was, was het allemaal tevergeefs. Ik was niet gelukkig.»
HUMO En nu je niet meer dik bent?
kharmach «Een mens focust al zijn geluk op dat ene dat hij niet heeft: ‘Dan pas zal ik gelukkig zijn.’ Eigenlijk is het een excuus om naar je geluk te blijven zoeken. Nu ik mager ben, merk ik dat het leven nog altijd even ellendig is. Alleen stap ik nu wat sneller en moet ik niet op elke hoek uitblazen (lacht). Ik besef nu dat ik toen wat blind was voor het geluk dat ik wél had. Ik heb geen excuses meer.»
Donuts met hoofddoek
kharmach «Er is één ding waarvoor ik me niet wil schamen, en dat is mijn afkomst. Dat hebben we te vaak gedaan. We hebben heel lang gedaan alsof het niet leuk is om Marokkaanse roots te hebben. We hebben onszelf nooit als een verrijking gezien voor deze samenleving en we leven in functie daarvan. Eigenlijk zien we onszelf als een last.
»Een voorbeeld: toen ik samen met mijn vrouw onze donutzaak aan de Groenplaats opende, moest ik op zoek naar personeel. Al mijn Marokkaanse vrienden en mijn familie drukten me op het hart: ‘Belgen in dienst nemen, hè. En zeker geen hoofddoeken!’ Anders zouden de klanten en de toeristen wegblijven: ‘Ze zullen je winkel als een Marokkanenzaak zien.’
»Eerst ging ik er zelfs in mee, tot ik besefte: mijn zus en vrouw hebben allebei in uitzendbureaus te horen gekregen dat ze misschien wel de meest competente kandidaat waren voor een job, maar dat de werknemers geen hoofddoeken wilden. Mijn vrouw stond zelfs op het punt haar hoofddoek uit te doen voor een job. Toen heb ik gezegd: ‘Nee, dat doe je alleen als het je eigen keuze is.’ Als ze leerkracht had willen worden, dan is dat een andere kwestie: binnen het wettelijke kader moet ze die hoofddoek uitdoen. Dat vind ik prima. Maar als je voor 7 euro per uur achter de kassa in de C&A gaat staan? Nee, je idealen zijn veel meer waard dan 7 euro per uur. Dan werk ik liever twee keer zo hard voor ons allebei, opdat zij haar idealen kan behouden. Als man moet ik haar steunen. Nu staat er een fijne mix van mensen achter de toog van onze donutzaak: Belgen en Marokkanen, met én zonder hoofddoek.
»Dat wij zo negatief over onszelf zijn gaan denken, neem ik veel mensen kwalijk. Daarom heb ik het ook zo moeilijk met alle Marokkaanse politici in Vlaanderen: ze hebben hun gemeenschap gebruikt om hogerop te komen. Eerst toeteren ze: ‘Ik vertegenwoordig de Marokkanen!’ Maar zodra ze een positie bereiken waar ze iets kunnen zeggen of doen, gebeurt er niks. Ik kan niks bedenken waarvan ik oprecht kan zeggen: ‘Dat hebben Marokkaanse politici voor ons gedaan.’ Integendeel: zij worden vaak als uithangbord gebruikt om dingen door te voeren die net níét goed zijn voor de gemeenschap.
undefined
'Mijn oma en mijn moeder schamen zich bijna voor wat ik doe. In hun ogen ben ik de assistent van de universiteit die clown is geworden.'
»Dat spel wil ik bewust niet meespelen. Mijn doel is om het precies omgekeerd aan te pakken: ik wil er raken door mezelf te zijn. Zodra ik ergens ben waar ik iets te zeggen heb, neem ik mijn gemeenschap met me mee naar boven. In Nederland staan ze daar al veel verder in dan bij ons: Najib Amhali of Ali B zijn daar A list-celebrities, zoals bij ons pakweg Koen Wauters of Bart Peeters. Niemand zegt nog dat ze Marokkanen zijn. Zij zíjn de Nederlandse cultuur geworden.»
HUMO Binnenkort presenteer jij ‘Het collectief geheugen’.
Kharmach «Samen met Maaike Cafmeyer en Jacques Vermeire ga ik discussiëren over welke personen of filmpjes de moeite waard zijn om toegevoegd te worden aan het collectieve geheugen van Vlaanderen.»
HUMO Zitten er al Marokkaanse Belgen in dat Vlaamse collectieve geheugen?
Kharmach «Nee, nul. Luc Appermont zei me: ‘Jij bént het collectieve geheugen.’ Dat vond ik een mooi compliment.
»Ik ben heel dankbaar dat ik dit mag doen. Voor mij was het belangrijk dat ik niet iets als ‘Kamal & de Marokkanen’ zou gaan presenteren. Of ‘Kaaskop of mocro?’, zoals op de Nederlandse tv. Nee, ‘Het collectief geheugen’ had net zo goed door Bart Peeters gepresenteerd kunnen worden, maar de VRT heeft mij gevraagd. Dat is op zich al een statement. Het zou fijn zijn als iedereen, Vlamingen en Marokkanen, me straks zien als een soort nieuwe Bart Peeters. Ik doe dit echt niet voor mezelf, maar om een deur open te houden voor alle jongere generaties.»
goeie marokkaan
HUMO Jij balanceert tussen verschillende werelden. Is het makkelijk om je evenwicht te bewaren?
Kharmach «In mijn straat hadden we onlangs twee buurtfeesten: het eerste werd georganiseerd door het buurtcomité – de Vlaamse middenklassers, zeg maar. De week erna gaf de moskee een feest. Ik ben de enige die naar beide feesten is gegaan. Voor de rest houdt iedereen het bij z’n eigen feest. Dat is jammer. Hoelang gaan we nog gescheiden blijven feesten?
»Weet je wat me erg kwetst? Als mensen zeggen: ‘Kamal, waren ze maar allemaal zoals jij. Gij zijt ne goeie.’ Mijn broer zou je een straat-Marokkaan kunnen noemen. Is hij dan minder goed? Dan denk ik (telt na op z’n vingers): ‘Ik ben beleidswerker, directeur van een cultuurhuis én assistent aan de universiteit geweest. Ik heb meegespeeld in een film, ik heb nu mijn eigen programma op tv en straks een eigen zaalshow. Ik ben gelukkig getrouwd en ben eigenaar van een huis. Zijn dat dan de voorwaarden die volstaan om een goede Marokkaan te zijn? Is dat dan wat je allemaal moet bereiken om niet meer als Marokkaan te worden gezien?’ Dat is gewoon schandalig.
»Ik ben niet de goeie Marokkaan, ik ben de norm. Iedereen in Borgerhout is zoals ik. Veel van mijn vrienden daar zijn grappiger, liever, behulpzamer en mooier dan ik. Het enige verschil is dat ik op tv kom. Ik bén Borgerhout en daar ben ik trots op. Dat moeten we misschien eens vaker zeggen. Ik wil mijn cultuur en religie niet verloochenen.»
HUMO Ben je nu de held van Borgerhout?
kharmach «Alles wat ik nu doe, voedt mijn ego. En toch denk ik niet dat ik snel naast mijn schoenen zal lopen. Voor Vlaanderen en mijn Facebookvrienden ben ik nu misschien speciaal, maar voor mijn oma niet: zij kijkt geen tv en spreekt geen Nederlands. Het klinkt raar, maar mijn oma en mijn moeder schamen zich bijna voor wat ik doe. In hun ogen ben ik de assistent van de universiteit die clown is geworden. Toen ik de hand van mijn vrouw ging vragen aan haar ouders en grootouders, gaf mijn oom me de raad: ‘Zeg gewoon dat je zelfstandige bent, en zwijg over de rest.’ (lacht) Het beste advies kreeg ik van mijn neefje: ‘Zeg dat je bij de VRT werkt, maar dan bij de boekhouding.’
»Mijn moeder zal me altijd met mijn benen op de grond houden. Ik acht haar perfect in staat om nu te bellen: ‘Breng jij straks een kilo gehakt mee van de slager?’ Als ik dan antwoord dat ik midden in een interview zit, antwoordt zij: ‘Wie heeft je opgevoed: zij of ik?’ (lacht) Ze heeft gelijk: ik kom op tv in de helft van een heel klein land. Ga ik naar Brussel, dan herkent niemand me. Het is wat het is, daar ben ik me heel bewust van.»
HUMO Daarnet zei je dat je bang bent om weer dik te worden. Ben je ook bang om weer arm te worden?
kharmach «Nee. Laat maar komen. Het ergste wat er kan gebeuren, is dat ik terugkeer naar vanwaar ik kom. Als ze het me morgen allemaal afpakken, dan zal ik er geen traan om laten. Ik zou perfect weer kunnen lesgeven. Het enige wat ik eruit wil halen, is een afbetaald huis. Het slimste wat mijn vader ooit heeft gedaan, is heel goedkoop een huis kopen. Het was misschien een krot, maar het was van ons. Het heeft ons van de straat gered: de stijgende huurprijzen hadden we nooit kunnen betalen. Mijn vader is altijd een handige harry geweest, dus het plan was om het zelf op te knappen. Maar toen werd hij ziek – hij is een stuk van zijn longen kwijt – en is alles onafgewerkt blijven liggen. Dat is het eerste wat ik heb gedaan met mijn oudere zus, toen we een job hadden: ons ouderlijke huis laten afwerken. Voor het eerst moet mijn moeder nu niet meer op een gasvuurtje koken, maar heeft ze een echte keuken.
»Met mijn eerste geld dat ik had verdiend aan de universiteit, heb ik ook meteen een huis voor mezelf gekocht. Alleen mocht ik er van mijn ouders niet gaan wonen: ‘Je gaat pas het huis uit als je trouwt.’ Vaak zat ik daar overdag op mijn PlayStation te spelen, en ’s avonds ging ik terug naar mijn ouders.»
HUMO Gehoorzaam als je bent.
kharmach «Da’s waar. Eigenlijk wilde ik filosofie gaan studeren, maar dat heb ik ook niet gedaan omdat mijn ouders het niet wilden. Als hen dat rust geeft, dan waarom niet? Ik doe graag iets voor anderen, zelfs als dat betekent dat ik er zelf pijn voor moet lijden.»
undefined
Kamal Kharmach, ‘De schaamte voorbij’, 5 en 6 oktober, Arenbergschouwburg, Antwerpen. Daarna op tournee door Vlaanderen: kamalcomedian.be