Dit was 2016: de 15 cd's van het jaar Bruisend leven in het Jaar van de Dood
Kijk, u kunt nu wel zeggen dat 2016 een klotejaar was, en waarschijnlijk hebt u nog gelijk ook, maar wij hebben hieronder toch maar mooi vijftien tegenargumenten verzameld. Enfin, zeventien, omdat u het kunt gebruiken.
15⎟ Kate Tempest - Let Them Eat Chaos
Kate Tempest rijmt en dicht boven dystopische newwavebeats, die als gegoten passen bij een nachtverhaal over zeven slapeloze mensen voor wie in een opgewaardeerde Londense buurt de huur omhooggaat. Voorbeeld? ‘Since when was this a winery? / it used to be the bingo’.
undefined
Weyes Blood - Front Row Seat to Earth
Voor buitenwereldse folkmelodieën tekende de Californische Natalie Mering, die toon, stijl en zichzelf vond tijdens een vijf maanden durende kampeertocht in de woestijn. Weyes Blood is hip noch commercieel, wel van een klassieke, bijna ouderwetse pracht in het oker van de seventies.
undefined
De beste luie zomerplaat kwam dan weer van ex-leden van Smith Westerns en Unknown Mortal Orchestra, die als Whitney schemerpop bedreven over leven, liefde en procrastinatie, én over de bijbehorende stront aan de knikker. Tevens debuut van het jaar.
undefined
De titel is een knipoog naar ‘Nilsson Schmilsson’ van betreurde collega Harry, de plaat een eerder luchtige maar net daarom bijzonder aangename verpozing na het interplanetaire gitaargeweld van voorganger ‘Star Wars’.
undefined
Kap het borstbeen van Savages open en aanschouw, tussen sierlijk sputterende bloedfonteinen, de wild kloppende hartspier. De tweede van Jehnny Beth en co. is strak, sexy en schaamteloos emo – dat ze ons kunnen krijgen, quoi.
undefined
12⎟ Anderson.Paak - Malibu
Eén van de beste, meest funky soulplaten uit de seventies blijkt gewoon uit 2016 te komen en ‘Malibu’ te heten. Anderson .Paak kroop al in januari in onze oorschelp, maar hij zit er nog altijd.
undefined
11⎟ Kendrick Lamar - untitled unmastered.
Acht demo’s onafgewerkt, onaangekondigd en zonder bijgaande informatie achteloos op de markt gooien: als je Kendrick Lamar heet, beland je zelfs daarmee moeiteloos in de eindejaarslijsten.
undefined
10⎟ Ryley Walker - Golden Sings That Have Been Sung
Ryley Walker tuigt zijn hedendaagse folk op met jazzinstrumentarium en unieke stemfrasering. Het is net zo baanbrekend (én goed!) als Van Morrisons pionierswerk op ‘Moondance’ of zelfs – wij wegen onze woorden – ‘Astral Weeks’.
undefined
Tevens gouden plak in de categorie Het Langst Met Iedereens Voeten Gespeeld. ‘Blonde’ was fashionably late, maar dat is niet erg: de wereld is er toch nú pas klaar voor.
undefined
8⎟ A Tribe Called Quest - We Got It from Here... Thank You 4 Your Service
De dit jaar overleden Phife Dawg eert ergens Joey Bada$$, Earl Sweat-shirt, Kendrick Lamar en J. Cole als de nieuwe poortwachters van de flow. Omgekeerd valt via de zwanenzang van deze veteranen te (her)ontdekken hoe de grote hiphoprivier sinds de vroege jaren 90 stroomt.
7⎟ Leonard Cohen - You Want It Darker
Donkerblauwe kerkhofblues, op de drempel van de dood. Alle ballast is weg, wat overblijft is sobere schoonheid. Tijdloos: het woord mag voor één keer. Deze plaat is een cadeau.
undefined
Een met Illuminati-achtige symbooltjes volgekrabbelde hoes en een sound als een crashende Windows 95-computer: ‘22, A Million’ is ráár ja. En nukkig, misschien soms. Maar ook: bloedstollend mooi.
undefined
Obi-Wan Oberst werd in 2013 valselijk van verkrachting beschuldigd, de daaropvolgende storm in zijn kop bleek gewoon een cyste op de hersenen. De bard rondt op ‘Ruminations’ heel wat af en komt met z’n beste sinds heel lang. Wie er een emmertje onder zet, vangt pure allenigheid op.
4⎟ Radiohead - A Moon Shaped Pool
Trage, slepende – maar ook: genuanceerde, weelderige – Radiohead met een hoofdrol voor de filmcomponist in Jonny Greenwood. Van ‘Burn the Witch’ tot ‘True Love Waits’: elf weidse vergezichten die met elke luisterbeurt aan grandeur winnen.
undefined
Het vaak herhaalde ‘I’m dying to…’ op ‘Blackstar’ heeft te maken met iets heel hard willen: bijvoorbeeld deze legpuzzel postuum achterlaten. ‘Sue’ is pas een half jaar na de shock machtige drum-’n-bass geworden. ‘Girl Loves Me’ bleek vol ‘A Clockwork Orange’-achtige slang te zitten. De mooiste bijrol is voor saxofonist Donny McCaslin. In de vertrekhal draait David Bowie zich even om via een mondharmonica-echo van zijn oude instrumental ‘A New Career in a New Town’, uit ‘Low’. Daarna wordt alles wit.
1⎟ Car Seat Headrest - Teens of Denial
Bruisend jong leven in het Jaar van de Dood: Car Seat Headrest staat op de schouders van ninetiesreusjes (Superchunk tot Fountains Of Wayne en álles daartussen) en voegt nieuwe inzichten en ambitie toe. Zanger Will Toledo neemt paddo’s en lsd (I did not transcend, I felt like a walking piece of shit), kruipt zat achter het stuur, is op zoek naar betekenisvolle porno (I’d like to make my shame count for something) en heeft een dagtaak aan hangen, zoeken, zagen, klagen, drinken, vallen, opstaan en weer doorgaan. Hij spint verhalen uit de pluisjes in zijn navel en laat zijn schijnbare apathie glorieus clashen met de meest ambitieuze, moedigst door S-bochten gierende indierock die wij in jaren gehoord hebben. Alsof hij de allerbeste frietenbakker wil zijn die uw McDonald’s-filiaal ooit gekend heeft.
Ondanks al dat individualisme telt ‘Teens of Denial’ ook mee als dienst aan de gemeenschap. Dienst aan dat deel van de gemeenschap dat moet hangen, zoeken, zagen, klagen, drinken, vallen, opstaan en weer doorgaan, bijvoorbeeld, en daarbij op dit soort plaatjes leunt. Of aan bijna-veertigers die zich er hamerend op hun dashboard mee door de file laten loodsen. ‘Teens of Denial’ is een kleurenwaaier van gitaargeluiden, een dagboek vol fluostiftzinnen, een fontein van jeugd. Lang niet zo blij geweest met een nummer één.
Een gedeelde nummer één wel, want 2016 kreeg ook een winnaar in rouwgewaad. Na de dood van zijn zoon trok Nick Cave hoofd diep in eigen ribbenkas voor een requiemplaat die nooit kon vervangen wat hij is kwijtgespeeld, maar die de wereld – zoals ‘Tonio’ voorheen – een sobere glimp op zijn onpeilbare verdriet gunde. ‘Jesus Alone’, ‘I Need You’, ‘Skeleton Tree’... acht songs na elkaar presenteert Cave u zijn songschrijverstalent in zijn meest naakte vorm, zodanig van franjes en vet ontdaan dat je er de kloppende aders bovenop denkt te zien liggen. De Bad Seeds van Cave, ooit een uitzinnige fanfare, verbeelden hier een indrukwekkend ingetogen rouwstoet. En te allen tijde gebeurt dat zonder toegevoegd melodrama, want Cave gruwt van zelfmedelijden – zelfs wanneer u zijn stem tijdens het zingen meermaals kunt horen breken. Ik weet niet of hierop een tournee volgt, maar het lijkt me een onmogelijke – en voor hem: vooral onmenselijke – taak om de inktzwarte, delicate sound op een podium tot zijn recht te laten komen. Pas op voor stofjes in uw oog of rondslingerende ajuinen: ‘Skeleton Tree’ is, bij ontluisterend toeval, de beste, mooiste, zwartste en hardste samenvatting van het rukjaar 2016.