'Dit was Yasmine' werd gemaakt door mensen die van haar hielden
Wie Yasmine kent, weet van haar einde: zo bruusk dat het na tien jaar nog schaduwen werpt over haar nagedachtenis, en dat achteromkijken soms kil doet aanvoelen. Een kilte die ervoor zorgde dat in ‘Dit was Yasmine’, de documentaire ter herdenking van haar tienjarige afwezigheid, zelfs montere beelden soms wrang aanvoelden: zelfs toen je zat te kijken naar beelden van een kwiek kind dat als Sandra Kim optrad in een een plaatselijk muziekconcours, ging je bijna uit reflex aan het speuren naar minuscule barstjes die misschien wel zouden verraden waar een leven later plots zou breken. Het heeft iets hufterigs, iemands levensloop herleiden tot weinig meer dan een pad naar de uitgang, maar misschien is het menselijk. Kijkfiles bestaan.
De makers van ‘Dit was Yasmine’, zij die haar van dichtbij hadden gekend, mikten daarom breder, en hadden ervoor gekozen om haar muziekcarrière de voornaamste leidraad te maken van hun documentaire. Van talentenjachten ging het naar ‘De Soundmixshow’ en ‘Tien om te zien’, waar Yasmine met eigen nummers maar volledig volgens de tijdgeest een niet onverdienstelijke kopie van Isabelle A neerzette. Jos van Oosterwijck - de Vlaamse provincieweg naar de roem liep in die jaren nog door zijn navel - zag er bijgevolg niet veel in, maar Dieter Troubleyn en Sergio, filegenoten op dezelfde provincieweg, wisten al dat er meer in haar school. Toen ze muzikant en producer Eric Melaerts tegen het lijf liep, kwam het eruit. De band die Melaerts met Yasmine had, kon hij in de documentaire niet anders beschrijven dan onmiskenbare liefde, ook al was Yasmine er toen al lang uit dat ze liever voor eigen publiek zong.
Op zulke momenten maakte ‘Dit was Yasmine’ af en toe een zijsprong om te tonen dat een documentaire daarom geen eerbetoon is. ‘Yasmine was heel genereus, maar ze nàm ook’, wist Martine Prenen. Aandacht voornamelijk, en troost. Troubleyn had het over het verschil tussen Hilde en ‘de Yasmine-Hilde’, en hoe die eerste de tweede soms als levend schild voor zich uit hield om erachter al haar onzekerheden te verstoppen. Het was in die zijsprongetjes dat ‘Dit was Yasmine’ even niét over Yasmine ging, maar over Hilde Rens: een onderscheid dat ertoe deed, zo begreep je, maar dat in de documentaire niet altijd gemaakt werd.
De reden voor die terughoudendheid kreeg je tussen de lijnen mee: Yasmine stierf kort na haar scheiding van Marianne Dupon, die nadien de volle laag kreeg in bladen die om den brode tragedies verwarren met whodunits. Dupon blijft tot op vandaag liever in de luwte, en was ook de afwezige in ‘Dit was Yasmine’: een lacune waar de makers begrijpelijkerwijze omzichtig mee wilden omspringen, maar waardoor ze - zwijgen is zediger dan zeggen - soms ook olifantenpaadjes namen in hun rondleiding. Wat Yasmine speelde, kreeg je vaker te zien dan wàt er in Yasmine speelde. En toch. Toos Smet, Yasmines oudste vriendin, herinnerde zich hoe het leven soms woog op haar: ‘Want die momenten zijn er niet plots gekomen’, zei ze in een verduidelijking die meer zei dan op het eerste gezicht leek. Kort voor haar zelfmoord sprak Smet met haar af in een onbestemd café: het gespreksonderwerp was niets minder, niets meer, dan de dood. Twee dagen later voegde Yasmine de daad bij haar woorden - haar vriendin zette zich toen al twee dagen schrap voor nieuws waarvan ze wist dat het zou komen.
‘Dit was Yasmine’ werd gemaakt door mensen die van haar hielden. Dat zag je.