Dwarskijker over 'De 3 wijzen' en '4X7'De aanzwellende bobbel onder het te gekke rompertje
In deze fase van mijn leven 969 woorden aan 'De 3 wijzen' wijden vind ik achteraf bekeken misschien ietsjes te gul
undefined
'In deze fase van mijn leven 969 woorden aan 'De 3 wijzen' wijden vind ik achteraf bekeken misschien ietsjes te gul'
De 3 wijzen
Eén – 9 april – 1.088.081 kijkers
Dat ik ’s avonds, tijdens het blauwe uur, weleens nostalgisch ben en onder het genot van een glas Amarone valse hoop put uit mistige herinneringen aan voorgoed vervlogen geluksmomenten, betekent nog lang niet dat ik wak van weemoed aan ‘De 3 wijzen’ terugdenk, een spelletje dat tussen 1989 en 1999 op de openbare omroep te zien was. Ik ben uit vrije wil ook niet naar de theatershow van ‘De 3 wijzen’ gaan kijken, waarin Jacques Vermeire, Gerty Christoffels, Walter Grootaers en Kurt Van Eeghem, de tv-sterren van toen, nog altijd niet van ophouden wisten, alsof het gisteren was.
In ‘Luk Alloo bij Jacques Vermeire’ zag ik nog niet zo lang geleden een fragment uit dat theaterprogramma: Jacques Vermeire, die de lach aan zijn kont heeft hangen, kreeg de geest in één of ander cultureel centrum in de provincie. Hij voerde een tribale dans uit die ik schoorvoetend in de binnenlanden van Afrika zou thuisbrengen. Met een mimiek die net iets te veel van zijn aangezichtsspieren vergde, stiet hij ritmisch oerwoudgeluiden uit die, in combinatie met zijn bewegingspatroon, diep in de provincie huizenhoge lachgolven teweegbrachten. Even was het alsof we Congo, zo’n tachtig keer groter dan België, nog hadden. Toen Walter Grootaers haast blauw aanliep van het lachen, schoot het me te binnen dat hij de grenzen van de zelfspot onherstelbaar heeft verlegd in ‘De 3 wijzen’: zijn specifieke manier van toon houden, zijn zangtalent, was doorlopend een voorwerp van spot, en daar moest vooral Walter zelf, op het gevaar af van een liesbreuk, meedogenloos hard om lachen. Dat offer werd daarna altijd weer van hem verwacht, alsof het zijn handelsmerk was. Ik meen me te herinneren dat Gerty Christoffels vooral als vrouw uit Limburg zitting had in dat panel, een pittoresk typetje, en Kurt Van Eeghem werd, als ik het goed heb, zo nu en dan voor gay versleten, maar dan wel met een knipoog.
Waar ik eigenlijk heen wilde: kijkonderzoek heeft vast uitgewezen dat mensen die nooit het origineel van ‘De 3 wijzen’ hebben gezien meer dan ooit, zij het zonder dat te beseffen, aan een vernieuwde editie van dat panelspelletje toe zijn. De gastheer en spelleider is dit keer Kobe Ilsen, een uitdrukkelijke snaak, die dan ook vol geintjes zit en – om eens iets aardigs over hem te zeggen – ooit willens en wetens met Jani heeft getongd. Het panel bestaat uit Jeroen Meus, die deel is van ‘Goed volk’, afgetekend het beste en mooiste tv-programma dat de Vlaamse televisie rond deze tijd van het jaar te bieden heeft. En dan is er ook nog de comédienne Tine Embrechts, die ook panellid is in ‘Beste kijkers’ (VTM). Bij de BBC werd je vroeger panellid als je carrière ten einde liep of anderszins in de versukkeling was geraakt, maar heden kun je vast al voor panellid studeren, zodat zo’n bijbaantje stilaan het air van een op zichzelf staande beroepsbezigheid heeft, iets waar je een dagtaak aan hebt. Het derde panellid is de erg verneukeratieve Sven De Leijer, die mij in staat lijkt om zijn medepanelleden tussen twee opnames van ‘De 3 wijzen’ door een levensverzekering aan te smeren, of voor een vriendenprijsje de 26-delige Grote Winkler Prins uit 1990, waaraan maar één deel ontbreekt. Over de kandidaten, die moeten oordelen of de panelleden al dan niet de waarheid spreken, viel ter gelegenheid van de première ook iets bijzonders te zeggen: we hadden te maken met een prins carnaval die brochures schrijft voor cultuurhuizen en met een meisje dat in een half jaar 32 kilo was afgevallen. 32 kilo is het gemiddelde gewicht van een meisje van 9. Ik ben een voorstander van aanschouwelijkheid.
In het nu ook weer niet zó lelijke decor vielen hanglampen op die mij aan een riad deden denken, zo’n Marokkaans huis met serail. Voor de rest verliep het spel volgens het boekje: de panelleden en Kobe wisselden plaagstootjes uit waarbij zich enkele mogelijke trends aftekenden, zij het vagelijk: zou de opzettelijk flauwe woordspeling terug zijn? Dit keer wordt ze gevolgd door de bereidheid om er openlijk voor te boeten: ‘Zal ik nu in de hoek gaan staan?’ Je zou haast vergeten dat er ook goede woordspelingen in Gods schepping voorkomen. De grapjes ten koste van Kobe Ilsen behelsden zijn zogezegde gebrek aan professioneel succes en zijn zogenaamd kwakkelende tv-carrière. Ik heb geen idee waar dat op slaat, maar als het personeelsbestand van ‘De 3 wijzen’ erom gniffelt, Kobe inbegrepen, dan maak ik me vooralsnog niet meer zorgen dan gewoonlijk.
Het slotstuk van het spelletje, waarin de panelleden een al dan niet waargebeurde anekdote uit hun eigen leven opdissen, bevalt me nog het meest: Tine Embrechts hing een verhaal op over een insectenbeet die zich, zoals zij het uitdrukte, op het borstkastje van haar baby Gaston verhief tijdens een vakantie in Afrika – Gaston: eindelijk nog eens een kind met een normale voornaam. Uit die aanzwellende bobbel onder het te gekke rompertje van Gaston kwam na verloop van tijd een weldoorvoede larve tevoorschijn. Was het een vlinder geweest, dan had het studiopubliek vast kreten van verrukking geslaakt. Je kunt het zo walgelijk niet bedenken of het is waar: we noemen het ‘de natuur’, beste Gaston. Het meisje dat in het gevecht met haar natuur in een half jaar 32 kilo was afgevallen, won de finale en meteen ook 6.800 euro, want het spreekt vanzelf dat de première van de nieuwe versie van ‘De 3 wijzen’ niet bij een jammerlijke verliezer met een teleurgesteld hoofd gebaat kon zijn.
Dankzij dit programma weet ik wat Nerdwax is, en waar Deo Perfume Candy voor dient, en het is me nu ook bekend dat de Porsche, van Jeroen Meus, een oldtimer, total loss uit een kettingbotsing kwam toen hij die felbegeerde bolide nog maar pas met toestemming van zijn boekhouder had bemachtigd. Fijn, maar in deze fase van mijn leven 969 woorden aan ‘De 3 wijzen’ wijden vind ik achteraf bekeken misschien ietsjes te gul. Tussen 1989 en 1999 heb ik er in ieder geval nooit zoveel woorden aan vuilgemaakt.
undefined
undefined
'Hou op met dromen' krijg ik nog steeds niet over de lippen'
4x7
Canvas – 11 april – 52.955 kijkers
Met blijdschap maakte ik vorige week dinsdag kennis met het nieuwe seizoen van ‘4x7’, een programma waarin je in vier keer zeven minuten een greep uit het rijkgeschakeerde leven kunt zien, met inbegrip van – hoe heet het? – de dood. Verbazend hoeveel sfeer en emotie je in die beknopte documentaires kunt samenballen, vaak veel meer dan in hele theatervoorstellingen die me, nu ik wegens tijdgebrek sneller mijn geduld verlies, meestal veel te lang duren. In het theater, waar ik mezelf geregeld heen stuur, verlang ik soms hevig naar de televisie. En in m’n ongeduld tast ik er weleens naar een afstandsbediening. Een mij onbekende dame, die op de parterre toevallig naast me zit, bijt me dan zo stil mogelijk toe dat ze gelukkig getrouwd is.
Nu ik het zijlings over de nobele podiumkunsten heb: Frederike Migom, die er ooit van droomde een wereldberoemde actrice te worden, ging in New York aan een toneelschool studeren, waar ze soortgelijke dromers trof. Tien jaar later was Frederike vooral regisseuse, en in die hoedanigheid filmde ze in close-up wat er van haar klasgenoten van weleer was geworden: hun droom was nog niet in vervulling gegaan. Erin volharden had de meesten van hen intussen al een fortuin gekost, soms ter grootte van een schuldenberg. Wellicht was dat minder erg dan hun zielenpijn, die volgens één van hen aan liefdesverdriet grensde, de snerpende tandpijn van het gemoed. Een jonge vrouw bracht aldoor een broze glimlach tegen opwellende tranen in stelling. Een onvoldane acteur, die op het punt stond zijn levens-ideaal op te geven, wendde twijfelachtig enthousiasme voor toen hij zei dat hij zich na tien jaar aanmodderen en ongeregelde baantjes voorgenomen had om chiropractor te worden: tegen zijn gemengde gevoelens viel zo te zien nauwelijks op te acteren. Een actrice, volgens Frederike het mooiste meisje van de klas, had een baby gekregen die haar enige afleiding van haar oude, voortwoekerende droom bezorgde; ze dacht nu ook minder aan zichzelf, maar evengoed wist ze dat zo’n wurm haar maar tijdelijk van haar wezenlijke verlangen zou afhelpen. ‘Valies vol dromen’ was voor mij een ontroerend filmpje, ook al omdat ik me wegens mijn verleden erg verwant voelde met die beminnelijke mensen. ‘Hou op met dromen’ krijg ik nog steeds niet over de lippen.
Joe Vanhoutteghem zag in zijn filmpje ‘Homesick’ een mogelijke openingsscène voor een speelfilm die hij ooit zou willen draaien. We zagen hoe hij in zijn ouderlijk huis, waar hij nog steeds niet weg kan, een noodlottige dag uit zijn 17de levensjaar herbeleefde: toen verdronk zijn neefje Joeri, het kind van zijn zus, in het privézwembad. Op die onheilsdag was dat huis vol mensen, en Joe Vanhoutteghem lag te bed na een vermoeiende reis. Niemand zag het ukje in het water sukkelen. De monologue intérieur van Joe Vanhoutteghem die we tijdens ‘Homesick’ te horen kregen, was in het West-Vlaams. Terloops, verdacht achteloos zelfs, zei hij: ‘Voor de grap zeg ik weleens: ‘Ik ben het product van incest. Mijn vader en mijn moeder waren familie van elkaar, maar ver genoeg, volgens de huisarts.’’ Waarna hij zei dat twee van de zes kinderen van zijn ouders ‘verstandelijk gehandicapt’ waren, onder wie de moeder van het verdronken jongetje, die de zorg voor haar kinderen aan haar ouders moest overlaten. Ouders die ook nog eens vroeg zouden sterven. Deze mozaïek van homemovies en nagespeelde scènes was bepaald ontregelend, vooral omdat Joe Vanhoutteghem ondanks alles, en ondanks de ietwat verontrustende toon van zijn film, terugkeek op een gelukkige jeugd. Met zwembad. En jonge mensen die op zomerdagen aan brommers sleutelden.
In ‘Café De Warande’ keken we samen met regisseur Wouter Deboot naar het traagzame leven aan in een tot verdwijnen gedoemde dorpskroeg in Zwevezele: Urbain, de kroegbaas, was 84 en zijn klanten, ruraal mansvolk, waren zelfs als ze veeleer jong waren nog het meest van onbestemde leeftijd. Ze klampten zich vast aan een geribbeld pilsglas: zo kon er hun niets overkomen. Er heerste een haast dommelige vrede in dit filmpje, tot Urbain ineens gewag maakte van een overval – vier gemaskerde mannen – die zijn inmiddels overleden zus, die toen met veel bijval het café dreef, nooit meer te boven is gekomen. In Zwevezele.
Nu ja, dat soort misdaad zal wel een kwajongensstreek zijn in vergelijking met de bloederige oorlogen van drugskartels in Mexico. De Nederlandse oorlogsfotograaf Teun Voeten, nog niet zo lang geleden een ingezetene van Molenbeek, liet ons behalve stukken van mensen, verspreid over zandgrond, ook enkele daders zien. De ene had het over ‘Doden of gedood worden’, de aloude wet van de jungle, en de andere zei dat je je groot voelt als je een moord pleegt, maar dat gevoel duurde volgens hem niet lang, jammer genoeg. ‘4x7’, dat dan weer net lang genoeg duurde, is het soort programma dat de televisie siert. Ze zijn altijd schaars geweest.
Rudy Vandendaele