Dwarskijker over 'Make Belgium Great Again' en 'Jong Geweld': Een hindernissen parcours in stijgende lijn
Zelfs voor graftakken die de wereld uit realiteitszin somber inzien, is Frances Lefebure een prettige verschijning
undefined
Make Belgium Great Again
VTM – 18 september – 367.519 kijkers
De Nederlandse publieke omroep is naar verluidt aan het vermaxen. Dat neologisme is afgeleid van Max, de omroepvereniging die bij de noorderbuur uit demografische overwegingen en met groot succes senioren bedient. ‘Vermaxen’ suggereert dat de NPO zodanig aan het veroudeknarren is dat de kleurentelevisie weldra op grijs zal gaan. Let wel, ik ben dol op bejaarden, vooral op hun nachtelijke straatraces met scootmobielen, maar evengoed ben ik blij dat VTM op dinsdagavond in primetime uitgesproken jong is, want als er al één bevolkingsgroep de toekomst heeft, dan is het volgens een oud gezegde de jeugd wel. Dankzij de niet aflatende inspanningen van vorige generaties is die fameuze toekomst wellicht niet zo’n aanlokkelijk verschiet, maar laat ik er speciaal voor deze gelegenheid maar van uitgaan dat de wereld nog gered kan worden, toch in de naaste omgeving van de olijke brigadiers van ‘Make Belgium Great Again’.
‘Make Belgium Great Again’ draait om practical jokes met een wereldverbeterende inslag. Mensen goelijk, ‘met een knipoog’, een lesje leren, zit er ook wel in. Om het ruime publiek gevoelig te maken voor meer orgaandonatie, gingen Frances Lefebure en nog enkele andere rakkers plaatsnaamborden van Lier in Nier veranderen, Tongeren werd Longeren, en – als het dan toch niet anders kan – Geraardsbergen werd Gerhartsbergen. Drie gevallen van – komt-ie – orgaanisatie. De zinsnede ‘ludieke aksie’ woei mij uit een roerig verleden aan, met alle spelling van dien. We kregen ook jonge mensen te zien die echt om goede longen, een op eigen initiatief kloppend hart, en een nijvere nier verlegen zaten. Later in dit programma bleek één van hen, een mucopatiënte, met een stel nieuwe longen te ademen. Haar opluchting kon als pleidooi voor orgaandonatie moeilijk overtroffen worden.
Van alle meisjes van de televisie beschikt Frances Lefebure volgens mijn metingen over de meest naturelle vrolijkheid, waardoor ze wellicht zelfs voor graftakken die de wereld uit realiteitszin somber inzien een prettige verschijning is. Met een onvervalste glimlach zei ze dat ze zich ergerde aan naamkaartjes die handelaren in tweedehandsauto’s op parkeerterreinen onder ruitenwissers schuiven. Zulk zwerfvuil zou ‘Make Belgium Great Again’ één van die autoverkopers betaald zetten. Terwijl twee medewerkers van ‘Make Belgium Great Again’ die man om de hoek aan het lijntje hielden, werd zijn auto integraal met zijn naamkaartjes behangen. Er volgde een onvoorziene wending: langslopende schooljongeren, misschien wel spijbelaars, boden hem spontaan aan om die kaartjes belangeloos van z’n auto af te pellen. Gij zijt zwerfvuil en tot zwerfvuil zult gij wederkeren.
Zo monter als een welbepaald vogeltje – hoe héét het ook weer? – op een ochtend in april scharrelde Frances Lefebure vervolgens bij nacht vuilniszakken om in een wijk in Zeebrugge, op zoek naar weggegooid voedsel waaraan niets mankeerde. Dat heet in eigentijds Nederlands, dat sprekend op Engels lijkt, dumpsterdiving. De Belgen, al bij al een prachtvolk, waren in Europa volgens een onderzoek de nummer twee inzake voedselverspilling. Een chef en een chocolatier zouden met alle eetbaars dat ze samen met Frances uit vuilniszakken opduikelden een feestmaal bereiden, waarop ze de argeloze bewoners van die Zeebrugse wijk zouden onthalen. Ik meen dat procedeetje al eerder gezien te hebben op de tv. Ik meen ongeveer alles al eerder gezien te hebben op de tv.
En passant leerde ik van de chef dat je een vis die plakkerig aanvoelt als je hem uit een vuilniszak haalt, maar beter meteen kunt teruggooien. De chocolatier was me er welgeteld eentje: toen Frances Lefebure onder het scharrelen op een luier stiet, zei hij voor de sfeerschepping dat het mogelijk een luier voor volwassenen was. Die gozer is niet voor niets chocolatier geworden. Soms heb ik mijn bekomst van fijne humor. Later hoopte de chocolatier hardop dat de tafelgasten niet over de nek zouden gaan zodra ze vernomen hadden waar hun diner vandaan kwam. Zo vermakelijk werd het natuurlijk niet. De verkwistende Zeebruggenaren beloofden na afloop nooit meer prima voedsel weg te gooien, wat overduidelijk de bedoeling van dit programma was.
‘Make Belgium Great Again’ deed me aan aan ginnegappende middelbare scholieren op een hangplek denken, die op een melige woensdagmiddag een tv-programma hebben verzonnen. De jeugd heeft de toekomst.
undefined
undefined
'Onder elkaar verwonderden Obi, Hebe, Fiel, Len, Tita en Chinouk zich over hun niet alledaagse namen, en dat schiep meteen een band'
Jong geweld
VTM – 18 september – 343.192 kijkers
Onderhavige jeugd valt ook te bezichtigen in ‘Jong geweld’, een programma dat ons en nog een paar andere mensen in de juiste stemming moet brengen voor Rode Neuzen Dag. Zes kinderen van Bekende Vlamingen gaan kamperen onder leiding van Evi Hanssen, die naar mijn aanvoelen een doorgefourneerde akela is: meisjes die gestaald zijn in de jeugdbeweging kan ik er zó uitpikken. Het is, ook als je geen oud wijf bent, op zich al aardig om na te gaan of die zoons en dochters gezichtstrekken met hun Bekende Ouder(s) gemeen hebben, en ja hoor.
Onder elkaar verwonderden Obi, Hebe, Fiel, Len, Tita en Chinouk zich over hun niet alledaagse voornamen, en dat schiep meteen al een band. Zij werden op verzoek van de televisie door hun Bekende Ouder naar de kampplaats gebracht, en net als hun kinderen was ik blij toen pappie of mammie, na enig talmen met het afscheid, de terugreis aanvaardde. Ik tref BV’s nu eenmaal ongaarne in de vrije natuur aan, tenzij ze hoge nood hebben. Niets menselijks behoort mij vreemd te zijn.
Toen Tita, de dochter van de acteurs Joke Devynck en Johan Heldenbergh, ineens Bart Van Avermaet in het wild opmerkte, slaakte ze een gilletje van bewondering: ‘Oh my Gawd! Waldek!’ En in een filmpje waarin ze met haar vader van gedachten wisselde, vond ze ‘The Broken Circle Breakdown’ te zeer een huilfilm. Fiel stelde het niet meer op prijs dat hij door vrienden als ‘zoon van Waldek uit ‘Thuis’’ werd voorgesteld aan andere mensen, en Chinouk herinnerde zich dat zowel klasgenoten als leraren op de middelbare school een beetje raar deden als het repertoire van haar moeder Dana Winner al eens ter sprake kwam. Zulke ongemakjes stelden die jongelui nuchter vast; ze maakten er vooral geen probleem van, laat staan een jeugdtrauma. Ze hadden zo te zien ook geen last van de camera’s, want in de eerste aflevering ontwaarde ik geen poseurs – niemand mat zich, aangemoedigd door de camera’s, een houding aan die haar of hem misstond. Chinouk zou zelfs in de jungle bij fraaie zomerjurkjes zweren, en daarom was ze met koffers vol kleding op de kampplaats neergestreken. Wat de anderen daar eventueel over dachten, hield haar zo te zien niet bezig, en volgens mij dachten die anderen daar helemaal niets over. Hoe verschillend hun persoonlijkheden zijn, zal gaandeweg wel blijken, maar in de eerste aflevering van ‘Jong geweld’ leken ze kort na de kennismaking al een vanzelfsprekend sextet te vormen.
Die zes jongens en meisjes, die op het eerste gezicht niets tekortkomen, gezond zijn van lijf en leden en ook geestelijk geen ernstige klachten hebben, moeten hun dagelijkse leven in dit programma aftoetsen aan het dagelijkse leven van minder fortuinlijke leeftijdgenoten. In het gezelschap van onder anderen een meisje dat zonder scheenbenen geboren was, en een ander meisje dat een been werd afgerukt, gingen ze in de Ardennen een wandeltocht maken, die zo te zien op een hindernissenparcours in stijgende lijn neerkwam. Die jonge mensen met een beperking spraken ondertussen over hun wedervaren, soms naar adem happend, soms ondersteund door één van de zes zonder beperking. Het meisje dat zich met twee beenprotheses moest behelpen, vertelde aan Len, de zoon van Günther Neefs, dat schoolgenoten van haar weleens tegen haar kunstschenen hadden getrapt, ‘om te zien wat er dan zou gebeuren.’ Dat Len verontwaardigd was, zou niemand mogen verwonderen in de beschaafde wereld. Dat meisje schoot er tijdens die wandeltocht ook nog eens een beenprothese bij in, wat ons meteen een idee gaf van het parcours. Ietsje minder had ook gemogen, want ik hoefde echt niet van de dapperheid en het doorzettingsvermogen van die jongelui overtuigd te worden. Hebe, de dochter van Peter Van de Veire, nam zich na afloop van die confronterende tocht voor om in haar privéleven geen tranen meer te storten bij het minste of geringste. Ik hoop dat het uitspreken van zulke goede voornemens en beterschap beloven geen verplichte nummers zijn in ‘Jong geweld’, en ik hoop ook dat het in de volgende aflevering al bijzaak is van wie Obi, Hebe, Fiel, Len, Tita en Chinouk nu ook weer de zoon of de dochter zijn.
Rudy Vandendaele